- ORA Monster 146 afb 127 ev 29-11-1634 kopie van inventaris door Cornelis Claes wonend in het baljuwschap van Naaldwijk op de Waelwoning, weduwnaar van Belitgen Vrancken van der Houff, van alle goederen en schulden die Belitje heeft nagelaten.
In de boedel o.a. 5 werkpaarden, 21 (melk)koeien, een 2-jarige stier, 9 hokkelingen, 5 kalveren, 15 lammeren, 1 ooi, 4 varkens, 5 bedden met toebehoren, linnen-, koper- en ijzerwerk, kasten, tresoren, tafels, kisten, banken, zitkussens, stoelen en andere huisraad, bouwgereedschappen, 3 paardenwagens, 1 ploeg, 2 eggen, spullen voor bereiding kaas en room.
Inkomende schuld 600 gld van Huijch Cornelisz van Arckesteijn
Uitgaande schulden: 1.100 gld aan de heer Griffier voor een jaar huur van de woning en de landen die Cornelis Claes gebruikt; verpondingen, geld voor lakens, 400 gld aan de weeskinderen van Hillitgen Pouwels (van Dijck, 2e vrouw van Cornelis Claesz) wegens uitkoop van hun moederlijke goed plus geld voor hun kleren en maaltijden tot hun 18e jaar; loon aan de dienstknecht Adriaen Jansz.
Boedelscheiding op 24-7-1634 door Cornelis Claes van Gheest wonend op de Waelwoning te Naaldwijk weduwnaar van Belia Vrancken van der Houff geassisteerd met Pieter Dircxs Valck (zwager), Cors Florisz Bruser (zwager), Huijch Cornelisz Arckesteijn en Jan Janse, oom ter eenre; Vranck Doesen van der Houff als bestevader en voogd van de drie nagelaten weeskinderen van Belia, Cornelis Vrancken van der Houff, Abraham Vrancken van der Houff, Jacob Vrancken van der Houff, Cornelis Jacobsz van Velzen, als medevoogden over de 3 kinderen, geassisteert met Nicolaes van der Houff, secretaris van Maessluijs ter andere zijde.
Cornelis Claesz belooft de 3 kinderen te zullen onderhouden en te leren lezen en schrijven: Sijmon Cornelisz van Gheest oud omtrent allerheiligen eerstkomend anno 1634 6 jaar; Ariaentjen Cornelis van Gheest oud ca. 2 jaren en Willem Cornelis van Gheest oud op mei laatstleden 5 weken. Bij 18-jarige leeftijd of huwelijkse staat krijgen zij elk 200 gulden met een uitzet, ook haar zilver waaronder een zilvere beker die Belia bij haar huwelijk was gegeven
|
- ORA Monster 146 afb 136 14-12-1635; Jacob Vrancken van der Hoeff, wonend op Maassluis als principaal schuldenaar, Cornelis Vrancken van der Hoeff, wonend te Monster en Cornelis Jacobsz van Velden, wonend te Naaldwijk, samen als borgen en medeprincipalen zijn 346 car. gld. schuldig aan de nagelaten weeskinderen van Belia Vrancken van der Hoeff, geprocreert bij Cornelis Claes van Geest wonend op de Waelwooninge. Betreft geld uit verkopen van de kleren van hun overleden moeder.
7-6-1650 De baljuw en weemeesters van Naaldwijk hebben 10 jaar rente en meer ontvangen
23-2-1654: Nadat Jacob Vrancken van der Houff is overleden op Maessluijs worden de weeskinderen gedeeltelijk voldaan met zijn goederen.
Advies d.d. 14-4-1654: De borgen zouden het restant moeten betalen.
april 1655; Maertien Heijmons (van der Hoeven, weduwe van Cornelis Jacobsz van der Velden) betaalt vanwege haar eerst overleden man haar portie voor Jacob Vrancken van der Houff.
|