Naam |
Jacob Thonisz |
Geslacht |
Mannelijk |
Feit |
van 1579 [1] |
Vermeld in het kohier morgentalen Langerak |
- In het kohier van de morgentalen van 1579 (O.A. Langerak nr 79 , "ommeslach dat sinte Pieter [= 29 juni] wtgegaen is anno 1579") komt voor "Cornelis Tonisz erffgen. 11½ m., Jacop Tuenisz b[ruyc]t 5½ m." [= weer 72].
In het [dito?] kohier (O.A. Langerak nr 32 fol 5) staat alleen: "Cornelis Tonisz erfgen. 11½ m." en (dito fol 7) "Cornelis Tonisz erfgen. 11½ m., Lyntgen b[ruyc]t 6 m. 2½ hont" met erboven geschreven " b[ruyc]t Jacop Tonisz" en (dito fol 8) [weer 82] Jacop Tonisz 9 m., Lyntgen b[ruyc]t 2½ hont een vierdeel honts, Willem Tonisz b[ruyc]t 4½ hont.
|
Feit |
van 15 sep 1592 [2] |
Hoogheemraad van de Alblasserwaard |
- Jacob Anthonisz.
hoogheemraad van de Alblasserwaard
zegel 15-9-1592 (geschonden)
Alblasserwaard, inv.nr. 637; lade 15 (5)
|
Feit |
van 8 mei 1604 [2] |
Transport van land te Goudriaan |
- ORA Goudriaan 8-5-1604: Aplonius Floren ende Floris Gerritsz., (boven de regel: als procureur [= volmacht hebbende], ende Jan Jacob Jorisz., sijn moeder), soenen van Henrickgen, die weduwe van salr. Gerrit Cornelisz. de Ruyter, (in de kantlijn: ende Floris Geritsz. vernoemt, hem voor sijn ander susters), ende zij comparanten met last van Jacob Tonisz. ende zijn jegenwoerdig huysvfrou, hebben getransporteert ende overgegeven, transporteert ende geeft over mits desen aen Annichgen, weduwe van Jan Arien Henricksz. zalr., ende haer luyden als haer luyder erffgenamen, ende vrijen ende geven over van 2 morgen 2 honden lants mitten aencleven vandien, gelegen aen suytzyde Goudriaan, ende gelegen leijt in een weer van 9 morgen lants, streckende deurgaens ’t selve weer voer vuijt der halve Goudriaen tot achter aende halve lantscheydinge Slingelant toe, daer boven naest gelant leijt Jacob Cornelis Barger ende beneden Marij Claes cum suis, waervan de coep geschiet is opden 15e februarie van 1600, ende sij comparanten es vertegen vanden voerschr. eijge vanden landen, ende aen behoerten vandien tot behoef Annichgen voorschr., heur kynderen ende haeren erffgenaemen van allen acties, rechten opseggens ende thoeseggens zij daer aen gehadt hebben, ende bekennen oock vanden coepen deuchdelycken ende well betaelt te sijn, renunchieren daer van tot behoeff als boeven.
|
Overlijden |
28 jan 1609 |
Langerak [3] |
Feit |
van 9 mrt 1609 [4] |
Regeling voor de weeskinderen van Willem Anthonis |
- Weeskamer Langerak (afb. 100) 9-3-1609: Enerzijds: Adriaen Jacobsz, Goris Cornelis en Jan Cornelisz zijn - vanwege het overlijden van Jacop Anthonis zal., die voogd was van de nagelaten weeskinderen van Willem Anthonis zal. geprocreert bij Anneken Cornelis - nu de bloedvoogden van die weeskinderen. Anderzijds Ningh Jansz met zijn huisvrouw Anna Cornelisdr (moeder van de weeskinderen). Zij sluiten in goede vriendschap een overeenkomst over het gebruik van het land, het onderhoud van de weeskinderen. Ningh Jans zal als huurder het land blijven gebruiken. Ningh en Anna beloven de drie weeskinderen - Maritgen Willemsdr, ca. 'elfftalff' jaar; Thonis Willemsz, ca. 'negendalff' jaar; Willemtgen Willemsdr, 9 dgn voor de laatste kerstmis 5 jaar - te zullen alimenteren, onderhouden en verzorgen. Ook zorgen zij voor onderwijs. etc.
|
Feit |
van 19 jun 1618 [2] |
Transport van land te Goudriaan |
- ORA Goudriaan 19-6-1618: Henricxken Ariens, weduwe van Jacob Thonisz., won. in Langerak, tr. aan Floris Gerritsz., haeren zoon in Goudriaen, 7 morgen 2½ hont min een achtendeel, gelegen op de Noordzijde van Goudriaan, waarvan 4½ morgen min ½ hont gelegen in ’t Middelweer, en 3 morgen min 1/8e deel, gelegen in Arien Henricken hofstede, in Aryensweer.
|
Persoon-ID |
I29928 |
Hennies genealogie | Laduk |
Laatst gewijzigd op |
15 okt 2023 |