- 's-Gravenhage:
leen 84: De woning die op de werf staat met 7 morgen land (1367: de woning te Cranenburch, 1724: ook genaamd Sint Maertenses woning, in zijn geheel 45 morgen groot, ten dele in Zegbroeck gelegen, 1607: in het ambacht Eyckenduynen), belend ten westen: (1607: de erfgenamen van Arent Harcxz.), ten noorden, oosten en zuiden: (1664: Cornelia - en Agatha Kinschot), ten oosten: (1607: de Scholdamse weg), ten zuiden: (1607: de banwatering) en ten noorden: (1607: ‘s-Graven wildernis).
29-5-1447: Engebrecht van Cranenburch bij dode van zijn vader Jan van Cranenburch (B, fol. 68).
21-12-1469: Egbert van Cranenburch geeft uit het leen een lijfrente van 1 pond groot per jaar aan zijn dochter Claer, wonende in het Sint Lijsbettenzusterhuis (C, fol. 4).
17-3-1484: Gerijt van Cranenburch bij dode van zijn vader Engebrecht van Cranenburch (C, fol. 29)
6-12-1484: Jonkvrouwe Lijsbeth Engelbrechtsdochter van Cranenborch, gehuwd met Adriaen van der Hoeve, bij dode van haar broer Gerijt van Cranenburcht (C, fol. 30 en D, fol. 3v).
25-7-1499: Hubrecht van der Meer na overdracht door (schoonmoeder) jonkvrouwe Lijsbet Engelbrechtsdochter met haar voogd Jan Claesz. (D, fol. 3).
|
- Repertorium op de grafelijke lenen in Maasland
leen 29. 10 morgen land in de woning van Mourijn in Burgherdijc, belend ten westen: (1346: de woning van ver Rissent Heynen, 1479: Walraven van Hodenpijl, 1521: Aernt Pietersz.), ten oosten: (1346: Willem van den Hofidke, 1479: de heilige geest van Delft, 1521: de karthuizers van Delft).
29-3-1484: Gerijt van Cranenburch bij dode van zijn vader Engbrecht van Cranenburch (L.H. 120, cap. N.H., fol. 6v).
18-4-1485: Elizabeth van Cranenburch, gehuwd met Adriaen Gerijtsz., bij dode van haar broer Gerit van Cranenburch (L.H. 120, cap. N.H., fol. 21).
1-6-1498: Wouter Jansz. na overdracht door Lijsbeth van Cranenburch met haar zoon Ridder Adriaensz. (L.H. 122, cap. N.H., fol. 6).
leen 36. 14 morgen (1346: 16 morgen) land met de woning erop ten zuiden van de weg in Boergerdijc (1352: tussen de weg van Burgherdijc en de Schede), belend ten oosten: (1346: de woning van Jan van den Hofdike), ten westen: de woning van Gerijt Hannen.
29-3-1484: Gerijt van Cranenburch bij dode van zijn vader Engbrecht van Cranenburch (L.H. 120, cap. N.H., fol. 6v).
18-4-1485: Elizabeth van Cranenburch, gehuwd met Adriaen Gerijtsz., bij dode van haar broer Gerit van Cranenburch (L.H. 120, cap. N.H., fol. 21).
23-2-1498: Wouter Jansz. na overdracht door Lijsbeth van Cranenburch met haar voogd Jan Claesz. (L.H. 122, cap. N.H., fol. 4).
leen 72. Een smaltiende, ten zuiden van de kerk, belend ten zuiden: het huis van Wigger Jansz. (1552: Frans Adriaensz., 1635: Adriaen Fransz.), ten noorden: de woning van Claes Liedewienz. (1405: Claes Ludicsz., 1552: Barbara Davidts weduwe, 1635: Ploen Adriaensz.) (1636: genaamd het Wouwen- of Teerblok).
29-3-1484: Gerijt van Cranenburch bij dode van zijn vader Engbrecht van Cranenburch (L.H. 120, cap. N.H., fol. 6v).
18-4-1485: Elizabeth van Cranenburch, gehuwd met Adriaen Gerijtsz., bij dode van haar broer Gerit van Cranenburch (L.H. 120, cap. N.H., fol. 21).
11-4-1491: Henrick Jacobsz. na overdracht door Lijsbeth Engbrechtsdochter van Cranenburch, gehuwd met Ghijsbrecht Willemsz. (L.H.120, cap. N.H., fol. 59v).
|