Claasje van Oostrum

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1 nov 1706; Afhandeling nalatenschap Arien Ernsten van Oostrum

Aantekeningen:

Gedoopt:
Vernoemd naar grootvader van moederskant Claes Bastiaensz Blom

vermelding:
Weeskamer Jaarsveld 272/473 1-11-1706: Inventaris van de nalatenschap door Grietge Claesse Blom weduwe en boedelhoudster van Arijen Ernsten van Oostrum in zijn leven buerm.r van Jaarsveld. Zij waren gehuwd zonder huwelijkse voorwaarden en hadden geen testament. Zij hebben 6 kinderen in leven en meerderjarig: Tomas, Maechie, Ernst, Claesje, Marrchje en Pieter Arijense van Oostrum.
In de boedelbeschrijven o.a.: obligaties en rentebrieven; goud- en zilverwerk; f 687 contant geld; 49 kazen, koeien, boter, worsten, rookvlees, een hammetje, appelen; melkgereedschappen, tarwe, bonen, haver, hooi; linnen en kleren, 4 bedden; tinnen-, koperen-, en ijzeren eet- en kookgerei; meubels; aardewerk.
Enkele van de uitgaven en ontvangsten: Tomas Arijense van Oostrum ontvangt nog f 30,- loon voor het ploegen van het land en andere arbeid; Pieter Arijnse van Oostrum betaalt f 38,- voor een paard en f 7 voor rijsen (waarschijnlijk wilgetakken). Aan Mr. Gerrart Emans wordt pacht betaald voor een hofstede en 20 margen land. Marrichie Arijnse van Oostrum ontvangt f 40,- voor haar werk als dienstmaagd. Voor het rouwmaal de volgende consumpties: 4 tonnen bier, 60 st. zoute vis, brood, biscuit, suiker, een vet kalf e.a.

10-11-1706: Afhandeling van de nalatenschap met de kinderen: Tomas, Ernst en Piter Adriaense van Oostrum; Maechie Adriaense van Oostrum, weduwe van Nijs Janse ter Louw; Cornelis Verbree als man en voogd van Marrichje Adriaense van Oostrum; samen ook voor Dirck den Bootsman getrouwd met Claesie Arijnse van Oostrum.

Claasje is getrouwd met Dirck Cornelisz den Bootsman op 4 dec 1698 (civil) in Jaarsveld. Dirck is gedoopt in jul 1667 in Bergambacht, ger. kerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

Getrouwd:
JM van Zuid Polsbroek; JD van Jaarsveld

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1667; Woont in 1667 te Meerkerk
• Religie: van 1673; Doet belijdenis in 1673
• vermelding: van 23 sep 1689; In testament vermeld als voogd over de kinderen van Bastiaen Claessen Blom en Aeltje Jacobse Swart
• functie: van 1695 tot 1705; Buurmeester en schepen van Jaarsveld
• vermelding: van 1 nov 1706; Afhandeling nalatenschap Arien Ernsten van Oostrum

Aantekeningen:

Religie:
Won. bij t' Klapheck op Peter Hoppens oven

functie:
In 1695 tot en met 1705 vermeld als schepen
In 1698 vermeld dat hij als regent is aangesteld 'van de Vijffhoeven'

vermelding:
Weeskamer Jaarsveld 272/473 1-11-1706: Inventaris van de nalatenschap door Grietge Claesse Blom weduwe en boedelhoudster van Arijen Ernsten van Oostrum in zijn leven buerm.r van Jaarsveld. Zij waren gehuwd zonder huwelijkse voorwaarden en hadden geen testament. Zij hebben 6 kinderen in leven en meerderjarig: Tomas, Maechie, Ernst, Claesje, Marrchje en Pieter Arijense van Oostrum.
In de boedelbeschrijven o.a.: obligaties en rentebrieven; goud- en zilverwerk; f 687 contant geld; 49 kazen, koeien, boter, worsten, rookvlees, een hammetje, appelen; melkgereedschappen, tarwe, bonen, haver, hooi; linnen en kleren, 4 bedden; tinnen-, koperen-, en ijzeren eet- en kookgerei; meubels; aardewerk.
Enkele van de uitgaven en ontvangsten: Tomas Arijense van Oostrum ontvangt nog f 30,- loon voor het ploegen van het land en andere arbeid; Pieter Arijnse van Oostrum betaalt f 38,- voor een paard en f 7 voor rijsen (waarschijnlijk wilgetakken). Aan Mr. Gerrart Emans wordt pacht betaald voor een hofstede en 20 margen land. Marrichie Arijnse van Oostrum ontvangt f 40,- voor haar werk als dienstmaagd. Voor het rouwmaal de volgende consumpties: 4 tonnen bier, 60 st. zoute vis, brood, biscuit, suiker, een vet kalf e.a.

10-11-1706: Afhandeling van de nalatenschap met de kinderen: Tomas, Ernst en Piter Adriaense van Oostrum; Maechie Adriaense van Oostrum, weduwe van Nijs Janse ter Louw; Cornelis Verbree als man en voogd van Marrichje Adriaense van Oostrum; samen ook voor Dirck den Bootsman getrouwd met Claesie Arijnse van Oostrum.

Arien + Marigje Claes Blom. Marigje (dochter van Claes Sebastiaensz Blom en Adriaentgen Thomasse Pellen) is gedoopt op 20 sep 1640 in Lopik. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1667; Woont in 1667 te Meerkerk
• vermelding: van 1 nov 1706; Afhandeling nalatenschap Arien Ernsten van Oostrum

Aantekeningen:

Er is ook een Margjen een Maagien en Maeghjen geboren in het gezin. Gezien de huwelijksdatum wordt ervan uitgegaan dat deze Marrigje gehuwd is met Arien.

Geboorte:
Doopgetuigen: Maijghen Andriesse

vermelding:
Weeskamer Jaarsveld 272/473 1-11-1706: Inventaris van de nalatenschap door Grietge Claesse Blom weduwe en boedelhoudster van Arijen Ernsten van Oostrum in zijn leven buerm.r van Jaarsveld. Zij waren gehuwd zonder huwelijkse voorwaarden en hadden geen testament. Zij hebben 6 kinderen in leven en meerderjarig: Tomas, Maechie, Ernst, Claesje, Marrchje en Pieter Arijense van Oostrum.
In de boedelbeschrijven o.a.: obligaties en rentebrieven; goud- en zilverwerk; f 687 contant geld; 49 kazen, koeien, boter, worsten, rookvlees, een hammetje, appelen; melkgereedschappen, tarwe, bonen, haver, hooi; linnen en kleren, 4 bedden; tinnen-, koperen-, en ijzeren eet- en kookgerei; meubels; aardewerk.
Enkele van de uitgaven en ontvangsten: Tomas Arijense van Oostrum ontvangt nog f 30,- loon voor het ploegen van het land en andere arbeid; Pieter Arijnse van Oostrum betaalt f 38,- voor een paard en f 7 voor rijsen (waarschijnlijk wilgetakken). Aan Mr. Gerrart Emans wordt pacht betaald voor een hofstede en 20 margen land. Marrichie Arijnse van Oostrum ontvangt f 40,- voor haar werk als dienstmaagd. Voor het rouwmaal de volgende consumpties: 4 tonnen bier, 60 st. zoute vis, brood, biscuit, suiker, een vet kalf e.a.

10-11-1706: Afhandeling van de nalatenschap met de kinderen: Tomas, Ernst en Piter Adriaense van Oostrum; Maechie Adriaense van Oostrum, weduwe van Nijs Janse ter Louw; Cornelis Verbree als man en voogd van Marrichje Adriaense van Oostrum; samen ook voor Dirck den Bootsman getrouwd met Claesie Arijnse van Oostrum.

Aantekeningen:

Huwelijkstoestemming:
Arien Eerstenz van Oostrum Jm van Capell met Grietgen Klaes Blom JD van Lopick

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 20 aug 1636; Vonnis gerecht Utrecht
• vermelding: van 23 mei 1638; Overeenkomst in nalatenschap
• vermelding: van 31 aug 1639; Verklaring over nagelaten boerderij

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Utrecht 20-8-1636: Veroordeling van de niet nader genoemde weduwe van Eerst Adriaensz van Oostrum op vordering van Anthonis Jansz de With, die voor de executie van dat vonnis een borg moest stellen.

vermelding:
ORA Zevenhoven (en Kapel) 23-5-1638: overeenkomst tussen Brenninck Brennincxs en tussen Goijert Ghijsbertz (Kijckensz? - tekent als Goeijert Ghijsberts) als man en voogd van Elijsabeth Brennincxsdr, Merrichge Pietersdr. (tekent als Mergen Peters) weduwe van Eerst Ariensz geassisteert met Claes Bastiaens haar voogd. Schout en borgemrs. zijn oppervoogden van de weduwe en wezen m.b.t. de erfenis van Barbara Jansdr hun overleden moeder.
In de nalatenschap: 4 morgen land met beplanting, gelegen te Jaersvelt strekkend van Lopick tot in de diepte van de Lek toe; kleren, huisraad, winkel 'ofte cramerij' en andere waar.

vermelding:
ONA Utrecht 31-8-1639: Willem Arisz van Werckhoven buiten de Tolsteegpoort en Ernst Jansz van Oostrum verklaarden in 1639 dat de door Adriaen Jansz van Oostrum nagelaten boerderij begin 1636 voor 800 gulden werd gebruikt door Eerst Adriaensz van Oostrum zaliger, zoon van Adriaen Jansz van Oostrum zaliger.

Eerst + Merrigje Pietersdr. Merrigje (dochter van Pieter Jacobs en Barbara Jansdr) is gestorven na 1639. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 22 mei 1628; Nalatenschap Pieter Jacopsz
• vermelding: van 20 aug 1636; Vonnis gerecht Utrecht
• vermelding: van 23 mei 1638; Overeenkomst in nalatenschap
• vermelding: van 1639; Proceskostenveroordeling

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Zevenhoven 22-5-1628: Babara Jansdr, weduwe van Pieter Jacopsz geassisteert met Brenninck Brennincks haar zoon en Claes Sebastiaens borgemr., haar voogd, heeft uitgekocht voor haar en haar erven, Jan Pieters, Bastiaen Pieters, Jacop Pieters, Claes Pieters, Siebert? Tijsz als man en voogd van Jaentgen Pieters, Merrichge Pietersdr, alle kinderen en erfgenamen van Pieter Jacopsz. Zij betaalt daarvoor 200 car. gld. en 20 stuivers aan de kinderen.

vermelding:
ORA Utrecht 20-8-1636: Veroordeling van de niet nader genoemde weduwe van Eerst Adriaensz van Oostrum op vordering van Anthonis Jansz de With, die voor de executie van dat vonnis een borg moest stellen.

vermelding:
ORA Zevenhoven (en Kapel) 23-5-1638: overeenkomst tussen Brenninck Brennincxs en tussen Goijert Ghijsbertz (Kijckensz? - tekent als Goeijert Ghijsberts) als man en voogd van Elijsabeth Brennincxsdr, Merrichge Pietersdr. (tekent als Mergen Peters) weduwe van Eerst Ariensz geassisteert met Claes Bastiaens haar voogd. Schout en borgemrs. zijn oppervoogden van de weduwe en wezen m.b.t. de erfenis van Barbara Jansdr hun overleden moeder.
In de nalatenschap: 4 morgen land met beplanting, gelegen te Jaersvelt strekkend van Lopick tot in de diepte van de Lek toe; kleren, huisraad, winkel 'ofte cramerij' en andere waar.

vermelding:
Hof van Utrecht 1639: Cornelis Dircksz, weert en herbergiert te Vechten krijgt als debiteur van Marrichgen Peters, weduwe van Eerst Adriaensz van Oostrum, een proceskostenveroordeling opgelegd.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 30 mei 1637; Transport van onroerend goed te Jaarsveld
• vermelding: van 8 mrt 1639; Pacht van Land van het Kapittel van St. Marie
• vermelding: van 1642; Akkoord over voogdijschap
• vermelding: van 24 jun 1661; Borgstelling
• vermelding: van 7 mrt 1664 tot 26 jun 1669; Transport en pacht onroerend goed te Jaarsveld

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Jaarsveld 866 fol. 26v, d.d. 30-5-1637 Henrick Brantsz bekent schuldig te zijn Claes Bastiaensz Blom de somme van 600 car. gld. over suijvere reste van cooppenningen van seeckere hoffstede met huijsinge etc. gelegen aen de Graeff in Jaersvelt, dewelcke Thomas Arijensz in sijn leven placht te besitten en daervan hij op huijden transport ontfangen heeft, tot verseeckeringe van alle twelcke speciael verbindende vsz. hoffstede, daerboven d’erfgenamen van Arien Henricxz van der Cleij en beneden Anthonis Bouthoorn naest gelant sijn, opstr. van ’t buijrlant van Lopick aff tot over de hoogendijck ter dijcksloot aldaer toe. En omme vsz. Claes Blom noch beter te verseeckeren compareerde mede Aert Willemsz Tom en stelde zich borg voor de vsz. somme. Voor dito schout en Cornelis Cr. Cortlant en Gijsbert H. Cotenaer. In de kantlijn, d.d. 27-5-1638 bekent Claes Blom 300 gld. ontfangen te hebben vuijt handen van Henrick Brantsz in voldoeninge van de 1e termijn van dese custingh verschenen meij 1638.

ORA Jaarsveld fol. 27v, d.d. 30-5-1637 Claes Bastiaensz Blom als man en voocht van Aentgen Thomasdr, transporteert aen Henrick Brantsz seeckere hoffstede met huijsinge gelegen in de polder van de Graeff in Jaersvelt, daerboven d’erfgen. van Arien Henricxz van der Cleij en beneden Anthonis Gerritsz Bouthoorn naest gelant sijn, opstr. alsboven, onder voorwaarde dat hij tot het maecken van de dijck aerde sal mogen graven en halen buijtendijcx aldaer gelijck Thomas Adriaensz Pelle (die dese hoffstede beseten heeft) plach te doene. Voor dito schout en sch.

vermelding:
HUA, Kapittel van St. Marie, inv.nr. 975-2, blz. 375, d.d. 8-3-1639
Vicaria Ste Magdalene et Catharine. Erfpacht in Lopick op Claes Bastiaensz Blom.
Claes Bastiaensz Blom verklaart dat hij van de Ed. Eerw. Heeren Deecken ende Capittelen den kercke van Ste Maria t'Utrecht in een eeuwigen erfpacht ontvangen heeft achtalff (= 7½) mergen lants, gelegen tot Lopick.
Claes Bastiaensz Blom heeft door doode zijns vaders Bastiaen Jansz Blom aen het capittel verzocht en hem is verleend achtalff mergen lants, gelegen in een weer van negen mergen in onse gerechte van Lopick, strekkend van Jaersfelt tot inde lantscheijdinge toe. Belend: boven de erffgenamen van Oude Jan Gerritsz. van Montfoorde; naast Johan van Dorste, loco Joffr. van Ruijtenberch.
Pacht jaerlicx ende alle jaer om vrier goude overlantsche koorvorster Rijnsche guldens ofte die rechte waerde daer voor in...

vermelding:
ONA Lopik, notaris Jan van der Snell 4-6-1642: Jan Adriaensz Pell als gewezen voogd van Aentgen Thomasdr en Claes Bastiaensz Blom als tegenwoordig man en voogd van Aentgen Thomasdr liquideren in vriendschap de 'rigieringe' en administratie die Jan Adriaensz Pell over de goederen van de voorn. Aentgen Thomasdr heeft gevoerd. Jan Adriaensz Pell belooft dat hij eventuele oude schulden uit de boedel van Thomas Adriaens Pellen zal betalen. Uitgezonderd het hofstedeken dat door Claes Blom zelf is verkocht.

vermelding:
ONA Utrecht 24-6-1661: Meerten van Amerongen en Herbert Cornelisz Koeijman te Lopik zijn borg voor Claes Bastiaensz Blom te Jaarsveld voor de betaling van f 270,- aan Johan van der Nijpoort wegens landpacht.

vermelding:
ORA Jaarsveld 07-03-1664 fol. 73v Compar. voor dito schout en schepenen Gerrit Gerritsen, kleermaecker won. in Lopick, en transp. aan Claes Bastiaensen Blom seecker getimmer staende ontrent de kercke van Lopick aen de kade in de polder de Wiel op de gront van de heer Gerardt Grave van der Nath, here van Seneffe, met de lasten van een onversuijmde erfpacht wegen de grondt daer hetselve huijs op staet met de hennipwerven en boomgaert daer annex van 20 gld. jrl., voor 700 gld. In de marge d.d. 07-10-1664/9 [?]: opt versouck van Mr. Jan van der Wel als besitter van de huijsinge en erve deser brieff andermael opgemaeckt.

19-05-1665 fol. 96v Compar. voor dito schout en Heijndrick Koot en Adriaen Cornelisen Maeth, schepenen, de heren Gijsbert Botter, jegenwoordich borgemeester der stede Schoonhoven, dijckgrave van de Crimpenderwaert, en Mr. Cornelis van Nes, out burgemeester der selver stede, hoogh heemraidt der vsc. waert en bosemmeester van de hogenbosem etc., als eijgenaers van seeckere hofstede gel. in de polder de Wiel, bij haer in cope aengestaen van Joncker Gerard Grave van der Nath, heer van Seneffe etc., en vercl. tsamentl. uijt deselve hofstede in een ewige en onversuijmelijcke erfpacht uijtgegeven te hebben aen Claes Bastiaensen Blom seeckere hennipwerven met hof en boomgaertgen gel. a/d kade ontrendt de kercke van Lopick voor desen bij Arijen Sijlofsen in huijren gebruijckt en dat op een canon ofte erfpacht van 20 car. gld. sjrs [...]. Bij elke overboeking zullen de comp.ten of hun nacomelingen genieten een ½ jaar erfpacht tot 10 gld. Hij Blom moet het vsc. erf jrl. verongelden voor ½ m. lants onder verband van vsc. erf met alle getimmer en bepotinge daerop staende.

26-06-1669 fol. 162v Compar. voor dito schout en schepenen Claes Bastiaensz Blom, won. in Lopick, en transp. aen Mr. Johan van der Wel, chirurgijn, won. alhier, seeckere huijsinge en getimmer, boomgaertgen en kennipwerven gel. in de polder de Wiel, ontrent de kercke van Lopick, groot 2 hont lants, bel. boven de wed. van Heijndrick Willemsz van Swol, beneden Heijmen Jansen Schoemaecker wed.. opstr. van het buierlant van Lopick aff tot de sloot van het lant van de heeren Gijsbert Botter en Mr. Cornelis van Nes, out burgemeesters der stadt Schoonhoven, sijnde de huijsinge vrij alodiael goet en de 2 hont lants is erfpacht, op de laset van een canon van 20 gld., vlg. de brieve van transport en erfpacht de eene van date 07-03-1664 en de andere van date 19-05- 1665, voor 700 gld.

Overleden:
In de kerk

Claes is getrouwd met Adriaentgen Thomasse Pellen op 21 jun 1635 (civil) in Jaarsveld. Adriaentgen (dochter van Thomas Ariensz Pellen en Grietgen Sweersdr) is geboren circa 1614 in Jaarsveld. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1629; Vermeld in boedelafhandeling Sander Sweers
• vermelding: van 30 mei 1637; Transport van onroerend goed te Jaarsveld
• vermelding: van 4 jun 1642; Afsluiting voogdijschap

Aantekeningen:

Ook vermeld als Aeltje Thomas

vermelding:
ORA Lopik 31-10-1629 en 9-11-1629 : Grietgen Ghijsberts weduwe en boedelhoudster van Sander Sweers geassisteert met haar voogden Ghijsbert Cornelisz Compeer haar zoon en Jan Adriaensz Pellen, haar zwager; met Pauwels Jacobsz dijckmr. en Sebastiaen Corneliszn van Nichtenhoven, commandeur ter eenre.
Anderzijds de gezamenlijke erfgenamen van voornoemde Sander Sweers: de kinderen van zal. Cornelis Sweers en Grietgen Sweersdr.
Kinderen van Cornelis Sweers zijn: Sweer; Gouken met Goris Sebastiaens, haar man; Maeijcken; Jannichgen; Ghijsbert en Thonisz.
Kinderen van Grietgen Sweren zal. en haar man wijlen Tomas Adriaensz zijn: Geertgen en Arentgen, vertegenwoordigd door de bloedvoogden Jan Henricxsz Cotenaer en Toniz Tonisz van Leerdam met officieel vertegenwoordiger Gerrit van Rietvelt, drost te Jaarsveld.
Zij delen de landerijen en de boedel van Sander Sweers en Grietgen Ghijsberts, waaronder de hofstede en diverse percelen land. Tevens maken zij afspraken over obligaties en schulden.
In de vermelding van de schulden o.a. "...noch een guld. thien stuivers competeren. Jan Adriaen Pellen van dorssen, noch negenthien stuivers acht pen. competeren. Sander Adriaensz, ende ten lesten aende renthen competerend. St Jobs Gasthuijs buijten Utrecht (daer van de hooftsom..."

vermelding:
ORA Jaarsveld 866 fol. 26v, d.d. 30-5-1637 Henrick Brantsz bekent schuldig te zijn Claes Bastiaensz Blom de somme van 600 car. gld. over suijvere reste van cooppenningen van seeckere hoffstede met huijsinge etc. gelegen aen de Graeff in Jaersvelt, dewelcke Thomas Arijensz in sijn leven placht te besitten en daervan hij op huijden transport ontfangen heeft, tot verseeckeringe van alle twelcke speciael verbindende vsz. hoffstede, daerboven d’erfgenamen van Arien Henricxz van der Cleij en beneden Anthonis Bouthoorn naest gelant sijn, opstr. van ’t buijrlant van Lopick aff tot over de hoogendijck ter dijcksloot aldaer toe. En omme vsz. Claes Blom noch beter te verseeckeren compareerde mede Aert Willemsz Tom en stelde zich borg voor de vsz. somme. Voor dito schout en Cornelis Cr. Cortlant en Gijsbert H. Cotenaer. In de kantlijn, d.d. 27-5-1638 bekent Claes Blom 300 gld. ontfangen te hebben vuijt handen van Henrick Brantsz in voldoeninge van de 1e termijn van dese custingh verschenen meij 1638.

ORA Jaarsveld fol. 27v, d.d. 30-5-1637 Claes Bastiaensz Blom als man en voocht van Aentgen Thomasdr, transporteert aen Henrick Brantsz seeckere hoffstede met huijsinge gelegen in de polder van de Graeff in Jaersvelt, daerboven d’erfgen. van Arien Henricxz van der Cleij en beneden Anthonis Gerritsz Bouthoorn naest gelant sijn, opstr. alsboven, onder voorwaarde dat hij tot het maecken van de dijck aerde sal mogen graven en halen buijtendijcx aldaer gelijck Thomas Adriaensz Pelle (die dese hoffstede beseten heeft) plach te doene. Voor dito schout en sch.

vermelding:
ONA Lopik, notaris Jan van der Snell 4-6-1642: Jan Adriaensz Pell als gewezen voogd van Aentgen Thomasdr en Claes Bastiaensz Blom als tegenwoordig man en voogd van Aentgen Thomasdr liquideren in vriendschap de 'rigieringe' en administratie die Jan Adriaensz Pell over de goederen van de voorn. Aentgen Thomasdr heeft gevoerd. Jan Adriaensz Pell belooft dat hij eventuele oude schulden uit de boedel van Thomas Adriaens Pellen zal betalen. Uitgezonderd het hofstedeken dat door Claes Blom zelf is verkocht.

Aantekeningen:

Getrouwd:
JM uit Lopik met att.; JD uit Jaersvelt
Met attestatie van Lopick getrouwd

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 14 mrt 1607; Transport van land te Bunnik
• vermelding: van 1610 tot 1624; Hypotheken
• vermelding: van 1619 tot 1624; Processen Hof van Utrecht
• vermelding: van 21 jan 1629; Erfenis van land te Houten
• vermelding: van 10 sep 1631; Schuldbekentenis
• vermelding: van 13 mrt 1632; Transport van land te Bunnik
• vermelding: van 31 aug 1639; Verklaring over nagelaten boerderij
• vermelding: van 1659; Vermeld in notariële verklaring

Aantekeningen:

Geboorte:
Kemp, jb CBG 41 (1987) p. 62

Bezittingen:
Bezitter van een hofstede te Bunnik (Vechten)

vermelding:
ORA Bunnik en Vechten: 14-3-1607: Cornelis Henricksz van Schaijck x Anna Anthonisz van Bromansz? te voren wed Cornelis Reijersz, mitsgaders Gerrit Cornelisz van Schaijck x Weijnthien Dircxdr transporteren aan Aeriaen Jansz van Oostrum, won. Bunnik, 6 morgen land te Bunnik

vermelding:
ORA Bunnik en Vechten:
22-12-1610: Aeriaen Jansz van Oostrum, won. Bunnik, x Annege Cornelisdr nemen hypotheek bij Willem van Dijk, burger te Utrecht van 300 gulden.
6-3-1624: Adriaen Jansz van Oostrum, won. Bunnik, x Anna Cornelisdr nemen hypotheek Gerrit Ruijs borger te Utrecht x Sara Henricks van Kirckgarten van 400 gulden.
24-3-1627: Heijndrick van Dijck, burger te Utrecht, een mede soon en erfgenaam van zaliger Willem Adriaensz van Dijck x Rijckgen Peters van Noort, transporteert aan Angela de Waell van Vromesteijn, won. Utrecht een plecht van 300 gulden bij Adriaen Jansz van Oostrum tbv de voornoemdeWillem van Dijck gepasseerd op 22-12-1610 op 7 morgen land te Bunnik.

vermelding:
ORA Bunnik en Vechten 23-3-1619: Cornelis Cornelisz inde wandelinge genaemt Cornelis Aelbertsz, won. Bunnik, constitueert Anthonis Jansz van Schalckwijck, procureur voorde cleijne rolle en Aert van Hardincxvelt, procureur voorden Hove van Utrecht, over de rekening tussen hem en Adriaen Jansz van Oostrum volgende die willige acte condemnatoir van desen gerechte van date van 12-1-1619

ORA Utrecht 22-6-1624: Adriaen Janz van Oostrum wonend tot Bunnick, is verzoekende partij. betreft betaling van 45 gld. proceskosten

vermelding:
Adriaen Jansz van Oostrum erfde samen met zijn broers Eerst en Anthonis 8 morgen land te Houten van hun halfbroer Huijbert Huijbertsz uit de Ganssteeg, en droeg zijn erfdeel over aan Eerst, die naliet om daarover erfbelasting te voldoen

vermelding:
ONA Utrecht 10-9-1631: Annichgen Cornelis, weduwe van Adriaen Jansz van Oostrum wonend te Bunnick, is f 140-0-0 schuldig aan Jacob van Mijnden, procureur voor de hove van Utrecht, ter zake van salaris bij verscheidene processen van haar man. Eerst Jansz van Oostrum wonend te Houten is borg.

30-5-1632: Belofte om helft van f 150-0-0 en onkosten te voldoen, verschuldigd door Peter Jansz op Rysbrug. De andere helft wordt betaald door Anna Cornelis, weduwe Adriaen Jansz van Oostrum. Schuldeiser is Jan Wouters.

vermelding:
13-3-1632: Annichge Cornelis wed Adriaen Jansz van Oostrum voor zichzelf en als moeder van haar onmondige kinderen en Jan en Cornelis Adriaensz mundige zonen en erfgenamen van Adriaen Jansz van oostrum met Peter Sweersz haar gecoren voogd in desen transporteren aan Johan van Pallaes 6 morgen land te Bunnik.

vermelding:
ONA Utrecht 31-8-1639: Willem Arisz van Werckhoven buiten de Tolsteegpoort en Ernst Jansz van Oostrum verklaarden in 1639 dat de door Adriaen Jansz van Oostrum nagelaten boerderij begin 1636 voor 800 gulden werd gebruikt door Eerst Adriaensz van Oostrum zaliger, zoon van Adriaen Jansz van Oostrum zaliger.

vermelding:
ONA Utrecht 16-1-1659: Verklaring op verzoek van Cornelis van Oostrum te Utrecht c.s. door Weyntgen Verwey, 87 jaar, wonend Lyntmerckt te Utrecht en weduwe van Jan Corneliss Verkerck. Zij legt een verklaring af over bekendheid met Anthonis van Oostrum, woonachtig geweest in Houten, oud-oom van de requiranten, die 65 jaar geleden ten oorlog was getrokken en veel is gezien in en rond Keulen en twee broers had, genaamd Jan van Oostrum en Steven van Oostrum, beiden overleden en welke Jan van Oostrum drie zonen heeft nagelaten, te weten Eernst van Oostrum, Adriaen van Oostrum en Anthonis van Oostrum

Overleden:
Vermoedelijk overleden te Bunnik

Adriaan is getrouwd met Annichgen Cornelisdr circa 1600 (civil). Annichgen is geboren circa 1580 in Bunnik; is gestorven op 5 sep 1654. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1610 tot 1624; Hypotheken
• vermelding: van 10 sep 1631; Schuldbekentenis
• vermelding: van 13 mrt 1632; Transport van land te Bunnik
• vermelding: van 15 feb 1633; Overdrachten in verband met schulden

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Bunnik en Vechten:
22-12-1610: Aeriaen Jansz van Oostrum, won. Bunnik, x Annege Cornelisdr nemen hypotheek bij Willem van Dijk, burger te Utrecht van 300 gulden.
6-3-1624: Adriaen Jansz van Oostrum, won. Bunnik, x Anna Cornelisdr nemen hypotheek Gerrit Ruijs borger te Utrecht x Sara Henricks van Kirckgarten van 400 gulden.
24-3-1627: Heijndrick van Dijck, burger te Utrecht, een mede soon en erfgenaam van zaliger Willem Adriaensz van Dijck x Rijckgen Peters van Noort, transporteert aan Angela de Waell van Vromesteijn, won. Utrecht een plecht van 300 gulden bij Adriaen Jansz van Oostrum tbv de voornoemdeWillem van Dijck gepasseerd op 22-12-1610 op 7 morgen land te Bunnik.

vermelding:
ONA Utrecht 10-9-1631: Annichgen Cornelis, weduwe van Adriaen Jansz van Oostrum wonend te Bunnick, is f 140-0-0 schuldig aan Jacob van Mijnden, procureur voor de hove van Utrecht, ter zake van salaris bij verscheidene processen van haar man. Eerst Jansz van Oostrum wonend te Houten is borg.

30-5-1632: Belofte om helft van f 150-0-0 en onkosten te voldoen, verschuldigd door Peter Jansz op Rysbrug. De andere helft wordt betaald door Anna Cornelis, weduwe Adriaen Jansz van Oostrum. Schuldeiser is Jan Wouters.

vermelding:
13-3-1632: Annichge Cornelis wed Adriaen Jansz van Oostrum voor zichzelf en als moeder van haar onmondige kinderen en Jan en Cornelis Adriaensz mundige zonen en erfgenamen van Adriaen Jansz van oostrum met Peter Sweersz haar gecoren voogd in desen transporteren aan Johan van Pallaes 6 morgen land te Bunnik.

vermelding:
Hof van Utrecht 15-2-1633: Annichgen Cornelisdr heeft schulden van totaal 1096 gulden (435 aan het weeshuis te Utrecht, 278 aan de scholasterije van de Dom, 120 aan de St. Anthonisbroederschap, 100 gulden aan raadsheer Pallaes en 173 aan ongelden), Zij draagt daarvoor over: huur, zes paarden, een varken en vier koeien.

Overleden:
Cornelis Adriaensz van Oostrum verklaarde voor de notaris (Bartholomeus van Eck) op 6 september 1654 dat de afgelopen nacht was overleden zijn moeder Annichje Cornelisdr, weduwe van Adriaen Jansz van Oostrum

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 22 mei 1628; Nalatenschap Pieter Jacopsz
• vermelding: van 23 mei 1638; Overeenkomst in nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Zevenhoven 22-5-1628: Babara Jansdr, weduwe van Pieter Jacopsz geassisteert met Brenninck Brennincks haar zoon en Claes Sebastiaens borgemr., haar voogd, heeft uitgekocht voor haar en haar erven, Jan Pieters, Bastiaen Pieters, Jacop Pieters, Claes Pieters, Siebert? Tijsz als man en voogd van Jaentgen Pieters, Merrichge Pietersdr, alle kinderen en erfgenamen van Pieter Jacopsz. Zij betaalt daarvoor 200 car. gld. en 20 stuivers aan de kinderen.

vermelding:
ORA Zevenhoven (en Kapel) 23-5-1638: overeenkomst tussen Brenninck Brennincxs en tussen Goijert Ghijsbertz (Kijckensz? - tekent als Goeijert Ghijsberts) als man en voogd van Elijsabeth Brennincxsdr, Merrichge Pietersdr. (tekent als Mergen Peters) weduwe van Eerst Ariensz geassisteert met Claes Bastiaens haar voogd. Schout en borgemrs. zijn oppervoogden van de weduwe en wezen m.b.t. de erfenis van Barbara Jansdr hun overleden moeder.
In de nalatenschap: 4 morgen land met beplanting, gelegen te Jaersvelt strekkend van Lopick tot in de diepte van de Lek toe; kleren, huisraad, winkel 'ofte cramerij' en andere waar.

Pieter + Barbara Jansdr. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 22 mei 1628; Nalatenschap Pieter Jacopsz
• vermelding: van 23 mei 1638; Overeenkomst in nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Zevenhoven 22-5-1628: Babara Jansdr, weduwe van Pieter Jacopsz geassisteert met Brenninck Brennincks haar zoon en Claes Sebastiaens borgemr., haar voogd, heeft uitgekocht voor haar en haar erven, Jan Pieters, Bastiaen Pieters, Jacop Pieters, Claes Pieters, Siebert? Tijsz als man en voogd van Jaentgen Pieters, Merrichge Pietersdr, alle kinderen en erfgenamen van Pieter Jacopsz. Zij betaalt daarvoor 200 car. gld. en 20 stuivers aan de kinderen.

vermelding:
ORA Zevenhoven (en Kapel) 23-5-1638: overeenkomst tussen Brenninck Brennincxs en tussen Goijert Ghijsbertz (Kijckensz? - tekent als Goeijert Ghijsberts) als man en voogd van Elijsabeth Brennincxsdr, Merrichge Pietersdr. (tekent als Mergen Peters) weduwe van Eerst Ariensz geassisteert met Claes Bastiaens haar voogd. Schout en borgemrs. zijn oppervoogden van de weduwe en wezen m.b.t. de erfenis van Barbara Jansdr hun overleden moeder.
In de nalatenschap: 4 morgen land met beplanting, gelegen te Jaersvelt strekkend van Lopick tot in de diepte van de Lek toe; kleren, huisraad, winkel 'ofte cramerij' en andere waar.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1593; Vermeld bij verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 1626; Getuigenverklaring
• vermelding: van 8 mrt 1639; Pacht van Land van het Kapittel van St. Marie

Aantekeningen:

vermelding:
Weeskamer Lopik 1593: Bastiaan Jan Blom koopt uit de boedel van Harmen Willemsz:
- Twee keesplancken (kaasplanken?) Basteaen Jan Blom XX sts; Borghe Jan Ghijsen
- Een tonnitgen een scherrebort (scheerbord?) Basteaen Jan Blom XVIII sts; borch Jan Ghijssen.

vermelding:
ONA Lopik, notaris Jan vd Snell 24-5-1626: Sebastiaen Jansz Blom, Jacob Willems Lam en Jan Fredericks, inwoners van Lopik leggen een verklaring af op verzoek van Adriaen Willemsz Cramer over het tweejarige 'bruin colt maripeert' van Adriaen Willemsz.

vermelding:
HUA, Kapittel van St. Marie, inv.nr. 975-2, blz. 375, d.d. 8-3-1639
Vicaria Ste Magdalene et Catharine. Erfpacht in Lopick op Claes Bastiaensz Blom.
Claes Bastiaensz Blom verklaart dat hij van de Ed. Eerw. Heeren Deecken ende Capittelen den kercke van Ste Maria t'Utrecht in een eeuwigen erfpacht ontvangen heeft achtalff (= 7½) mergen lants, gelegen tot Lopick.
Claes Bastiaensz Blom heeft door doode zijns vaders Bastiaen Jansz Blom aen het capittel verzocht en hem is verleend achtalff mergen lants, gelegen in een weer van negen mergen in onse gerechte van Lopick, strekkend van Jaersfelt tot inde lantscheijdinge toe. Belend: boven de erffgenamen van Oude Jan Gerritsz. van Montfoorde; naast Johan van Dorste, loco Joffr. van Ruijtenberch.
Pacht jaerlicx ende alle jaer om vrier goude overlantsche koorvorster Rijnsche guldens ofte die rechte waerde daer voor in...

Bastiaen is getrouwd met Marighen Bastiaens circa 1600 (civil). [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1631; Vermeld als moeder van Goris Blom

Aantekeningen:

vermelding:
Het kint van Goris Blom ghenaempt Grietjen Goris is ten doope gepresenteert op den 30e januarij 1631. De vader was present en de peten waeren Marighen Bastiaenen, sijn moeder; en Anneken Cornelis
NB: mogelijk is het patroniem afgeleid van haar man in plaats van haar vader

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1629; Vermeld in boedelafhandeling Sander Sweers
• vermelding: van 30 mei 1637; Transport van onroerend goed te Jaarsveld
• vermelding: van 4 jun 1642; Afsluiting voogdijschap

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Lopik 31-10-1629 en 9-11-1629 : Grietgen Ghijsberts weduwe en boedelhoudster van Sander Sweers geassisteert met haar voogden Ghijsbert Cornelisz Compeer haar zoon en Jan Adriaensz Pellen, haar zwager; met Pauwels Jacobsz dijckmr. en Sebastiaen Corneliszn van Nichtenhoven, commandeur ter eenre.
Anderzijds de gezamenlijke erfgenamen van voornoemde Sander Sweers: de kinderen van zal. Cornelis Sweers en Grietgen Sweersdr.
Kinderen van Cornelis Sweers zijn: Sweer; Gouken met Goris Sebastiaens, haar man; Maeijcken; Jannichgen; Ghijsbert en Thonisz.
Kinderen van Grietgen Sweren zal. en haar man wijlen Tomas Adriaensz zijn: Geertgen en Arentgen, vertegenwoordigd door de bloedvoogden Jan Henricxsz Cotenaer en Toniz Tonisz van Leerdam met officieel vertegenwoordiger Gerrit van Rietvelt, drost te Jaarsveld.
Zij delen de landerijen en de boedel van Sander Sweers en Grietgen Ghijsberts, waaronder de hofstede en diverse percelen land. Tevens maken zij afspraken over obligaties en schulden.
In de vermelding van de schulden o.a. "...noch een guld. thien stuivers competeren. Jan Adriaen Pellen van dorssen, noch negenthien stuivers acht pen. competeren. Sander Adriaensz, ende ten lesten aende renthen competerend. St Jobs Gasthuijs buijten Utrecht (daer van de hooftsom..."

vermelding:
ORA Jaarsveld 866 fol. 26v, d.d. 30-5-1637 Henrick Brantsz bekent schuldig te zijn Claes Bastiaensz Blom de somme van 600 car. gld. over suijvere reste van cooppenningen van seeckere hoffstede met huijsinge etc. gelegen aen de Graeff in Jaersvelt, dewelcke Thomas Arijensz in sijn leven placht te besitten en daervan hij op huijden transport ontfangen heeft, tot verseeckeringe van alle twelcke speciael verbindende vsz. hoffstede, daerboven d’erfgenamen van Arien Henricxz van der Cleij en beneden Anthonis Bouthoorn naest gelant sijn, opstr. van ’t buijrlant van Lopick aff tot over de hoogendijck ter dijcksloot aldaer toe. En omme vsz. Claes Blom noch beter te verseeckeren compareerde mede Aert Willemsz Tom en stelde zich borg voor de vsz. somme. Voor dito schout en Cornelis Cr. Cortlant en Gijsbert H. Cotenaer. In de kantlijn, d.d. 27-5-1638 bekent Claes Blom 300 gld. ontfangen te hebben vuijt handen van Henrick Brantsz in voldoeninge van de 1e termijn van dese custingh verschenen meij 1638.

ORA Jaarsveld fol. 27v, d.d. 30-5-1637 Claes Bastiaensz Blom als man en voocht van Aentgen Thomasdr, transporteert aen Henrick Brantsz seeckere hoffstede met huijsinge gelegen in de polder van de Graeff in Jaersvelt, daerboven d’erfgen. van Arien Henricxz van der Cleij en beneden Anthonis Gerritsz Bouthoorn naest gelant sijn, opstr. alsboven, onder voorwaarde dat hij tot het maecken van de dijck aerde sal mogen graven en halen buijtendijcx aldaer gelijck Thomas Adriaensz Pelle (die dese hoffstede beseten heeft) plach te doene. Voor dito schout en sch.

vermelding:
ONA Lopik, notaris Jan van der Snell 4-6-1642: Jan Adriaensz Pell als gewezen voogd van Aentgen Thomasdr en Claes Bastiaensz Blom als tegenwoordig man en voogd van Aentgen Thomasdr liquideren in vriendschap de 'rigieringe' en administratie die Jan Adriaensz Pell over de goederen van de voorn. Aentgen Thomasdr heeft gevoerd. Jan Adriaensz Pell belooft dat hij eventuele oude schulden uit de boedel van Thomas Adriaens Pellen zal betalen. Uitgezonderd het hofstedeken dat door Claes Blom zelf is verkocht.

Thomas + Grietgen Sweersdr. Grietgen (dochter van Sweer N.N.) is geboren circa 1590; is gestorven vóór 31 okt 1629. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1629; Boedelafhandeling

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Lopik 31-10-1629 en 9-11-1629 : Grietgen Ghijsberts weduwe en boedelhoudster van Sander Sweers geassisteert met haar voogden Ghijsbert Cornelisz Compeer haar zoon en Jan Adriaensz Pellen, haar zwager; met Pauwels Jacobsz dijckmr. en Sebastiaen Corneliszn van Nichtenhoven, commandeur ter eenre.
Anderzijds de gezamenlijke erfgenamen van voornoemde Sander Sweers: de kinderen van zal. Cornelis Sweers en Grietgen Sweersdr.
Kinderen van Cornelis Sweers zijn: Sweer; Gouken met Goris Sebastiaens, haar man; Maeijcken; Jannichgen; Ghijsbert en Thonisz.
Kinderen van Grietgen Sweren zal. en haar man wijlen Tomas Adriaensz zijn: Geertgen en Arentgen, vertegenwoordigd door de bloedvoogden Jan Henricxsz Cotenaer en Toniz Tonisz van Leerdam met officieel vertegenwoordiger Gerrit van Rietvelt, drost te Jaarsveld.
Zij delen de landerijen en de boedel van Sander Sweers en Grietgen Ghijsberts, waaronder de hofstede en diverse percelen land. Tevens maken zij afspraken over obligaties en schulden.
In de vermelding van de schulden o.a. "...noch een guld. thien stuivers competeren. Jan Adriaen Pellen van dorssen, noch negenthien stuivers acht pen. competeren. Sander Adriaensz, ende ten lesten aende renthen competerend. St Jobs Gasthuijs buijten Utrecht (daer van de hooftsom..."