top deco

Huijgh Willemsz van Veen

Mannelijk - na 1623


Generaties:      Standaard    |    Verticaal    |    Compact    |    Box    |    Alleen tekst    |    (Uitgebreide)kwartierstaat    |    Voorouderwaaier    |    Media    |    PDF

Generatie: 1

  1. 1.  Huijgh Willemsz van Veen (zoon van Wilem Pietersz van Veen en Lijsbeth Gerritsdr); is gestorven na 1623.

    Andere gebeurtenis soorten en attributen:

    • vermelding: van 24 nov 1594; Koop land te Voorhout
    • vermelding: van 1623; Hoofdgeld Rijnsburg 1623

    Aantekeningen:

    vermelding:
    ORA Voorhout 6v. 24-11-1594. Jhr Cornelis van der Bouckhorst wonende Noordwijk als erfgenaam van Jhr Johan van der Bouckhorst zijn broer verkoopt Sophia Willemsdr. weduwe van Pieter Garbrantszn. wonende Rijnsburg 1 1/2 morgen land genaamd ’s-Gravencamp gelegen aan de Elstgeesterweg, belend ZW de koopster, ZO de Elstgeesterweg, NO Dirck Willemszn. met bruikwaar en NW de koopster. Voldaan met een rentebrief van 25 gulden en een schuldbrief van 616 gulden.
    7. 24-11-1594. Volgt rentebrief van 25 gulden met hypotheek op het gekochte, waarbij Sophie wordt vergezeld door Gerrit Willemszn. van Veen en Huygh Willemszn. van Veen, haar broers.

    vermelding:
    huijch willemsz van veen [timmerman] met cors en lijsbeth huijgen van veen; joriaen, barent en baefgen adriaens [huijgen van veen], zijn huijch willemsz tuijsgehaelde soons kinderen - 6.


Generatie: 2

  1. 2.  Wilem Pietersz van VeenWilem Pietersz van Veen is geboren circa 1520 in Rijnsburg; is gestorven circa 1575.

    Andere gebeurtenis soorten en attributen:

    • vermelding: van 1544 tot 1554; Morgenboek Oegstgeest
    • vermelding: van 1544; Morgenboek Voorhout
    • vermelding: van 1557; 10e penning Oegstgeest 1557
    • vermelding: van 1575 tot 1576; Verklaring over pacht en vernietiging goederen te Rijnsburg

    Aantekeningen:

    vermelding:
    Willem Pietersz. tot Reijnsburch cum socijs andie Vliet. Ende is groot 700 R.
    Die abdije ende bruijcker Willem Pieters zoon. Ende is groot 140 R
    Willem Pietersz. daer bij zuijden aen. Ende is groot 808 R.
    Willem Pieters zoon tot Reijnsburch. Ende is groot 1.116 R.
    Willem Pieters zoon tot Reijnsburch. Ende is groot 366 R.
    Die abdije cum socijs, bruijcker Willem Pieters zoon. Ende is groot 586 R.
    Die abdije ende bruijcker Willem Pieters zoon. Ende is groot 247 R

    vermelding:
    1544:
    perceel 75 bl 13 1 morgen E(igenaar) Abdij ter Leede, B(ruiker) Willem Pietersz tot Reynsburch
    perceel 252 bl 40 1 morgen 204 roe E(igenaar) Abdij ter Leede, B(ruiker) Willem Pietersz tot Reynsburch
    perceel 269 bl 43 2 morgen en 293 roe E(igenaar) Cappittel tot Leyden, B(ruiker) Willem Pietersz tot Reynsburch
    perceel 328 bl 52 4 morgen 24 roe E(igenaar) Abdij tot Reynsburch, B(ruiker) Willem Pietersz tot Reynsburch

    vermelding:
    1544:
    Willem Pietersz, wnt te Rynsburg
    bruyct 9 morgen lants siaers om fl.42
    1555:
    Willem Pietersz:
    van die Kerck ende den Heylighe Geest te Reynsburch t'samen 10 hont voir fl.7
    van Baertgen, Willem Bouwensz' weduwe tot Leyden 13 hont lants voer fl.21.10
    van de Vrou van Reynsburch 3 morgen 2 1/2 hont lants voer fl.20
    in eygen 3 morgen 3 1/2 hont lants voer fl.21

    1557:
    Willem Pietersz Veen, wnt Rynsburg
    bruyct: van de Vrou van Reynsburch 3 morgen lants voer fl.15.15

    vermelding:
    Kloosterbezittingen Rijnsburg 1575-1576:
    Rijnsburg.
    Lijsbeth Gerritsdr. weduwe van Willem Veen van Rijnsburg nu wonende tot Leijden seijt van tvoorsz. convent gebruijct te hebben negen margen ende vier hondt lants voor de somme van 67 gulden tsiaers, volgende tregister vande rentmeester, sonder dat zij comparante precijse weet hoe veel zij in pachte jaerlicx betaelt. Van welcken pacht zij schuldich es de jaeren ’72, ’73 ende ’74. Mits dat zij zeijt binnen Haerlem eens betaelt te hebben aen handen van Bentinck rentmeester opt jaer ’72 de somme van derthien gulden, sonder daer van quitantie te hebben. Ende noch in handen vande rentmeester Kessel zoe aen gelde als tarwe de somme van zeventhien gulden ende vijff stuvers, zoe dat aende voorsz. jaere ’72 soude gebreecken zevenendertich gulden 15 stuvers. Seijt dat haer woninge deur den brant ende anders behalven een camer geheel ontramponeert es ende dat alle haere beesten als koijen, paerden, schapen ende oock haer huijsraet, bedden ende cleren haer bij tcrijchsvolck benomen zijn. Dat zij oock inden jaeren ’73 ende ’74 gansch geen genot vande voorsz. landen gehadt en heeft alzoe zij ten tijde van teerste belegge van Leijden geweest es binnen de zelve stede ende van tweede belegge binnen Haerlem. Dat zij oock op een geleent bedde slapende en genouch vande goede luijden levende es. Al twelck ende bijsonder de voorsz. betalinge aen Bentinck gedaen zij bij haeren eede affirmeerde warachtich te zijn. Soe dat ick commissaris hier up gehoort den voorsz. rentmeester Kessel (de vorder informatie in onsser presentie vanden gequalificeerst van Rijnsburch opte armoede vande voorsz. Lijsbeth genomen heeft ende daer aff te vollen onderecht was), de voorsz. Lijsbeth simpliciter geremitteert hebbende de reste vande voorsz. jaere ’72 ende oock den geheelen pacht de annis ’73 en ’74.

    Wilem + Lijsbeth Gerritsdr. Lijsbeth is gestorven na 1576. [Gezinsblad] [Familiekaart]


  2. 3.  Lijsbeth Gerritsdr is gestorven na 1576.

    Andere gebeurtenis soorten en attributen:

    • vermelding: van 1575 tot 1576; Verklaring over pacht en vernietiging goederen te Rijnsburg

    Aantekeningen:

    vermelding:
    Kloosterbezittingen Rijnsburg 1575-1576:
    Rijnsburg.
    Lijsbeth Gerritsdr. weduwe van Willem Veen van Rijnsburg nu wonende tot Leijden seijt van tvoorsz. convent gebruijct te hebben negen margen ende vier hondt lants voor de somme van 67 gulden tsiaers, volgende tregister vande rentmeester, sonder dat zij comparante precijse weet hoe veel zij in pachte jaerlicx betaelt. Van welcken pacht zij schuldich es de jaeren ’72, ’73 ende ’74. Mits dat zij zeijt binnen Haerlem eens betaelt te hebben aen handen van Bentinck rentmeester opt jaer ’72 de somme van derthien gulden, sonder daer van quitantie te hebben. Ende noch in handen vande rentmeester Kessel zoe aen gelde als tarwe de somme van zeventhien gulden ende vijff stuvers, zoe dat aende voorsz. jaere ’72 soude gebreecken zevenendertich gulden 15 stuvers. Seijt dat haer woninge deur den brant ende anders behalven een camer geheel ontramponeert es ende dat alle haere beesten als koijen, paerden, schapen ende oock haer huijsraet, bedden ende cleren haer bij tcrijchsvolck benomen zijn. Dat zij oock inden jaeren ’73 ende ’74 gansch geen genot vande voorsz. landen gehadt en heeft alzoe zij ten tijde van teerste belegge van Leijden geweest es binnen de zelve stede ende van tweede belegge binnen Haerlem. Dat zij oock op een geleent bedde slapende en genouch vande goede luijden levende es. Al twelck ende bijsonder de voorsz. betalinge aen Bentinck gedaen zij bij haeren eede affirmeerde warachtich te zijn. Soe dat ick commissaris hier up gehoort den voorsz. rentmeester Kessel (de vorder informatie in onsser presentie vanden gequalificeerst van Rijnsburch opte armoede vande voorsz. Lijsbeth genomen heeft ende daer aff te vollen onderecht was), de voorsz. Lijsbeth simpliciter geremitteert hebbende de reste vande voorsz. jaere ’72 ende oock den geheelen pacht de annis ’73 en ’74.

    Kinderen:
    1. 1. Huijgh Willemsz van Veen is gestorven na 1623.
    2. Gerrit Willemsz van Veen is geboren circa 1550.
    3. Fijtgen Willemsdr van Veen is geboren circa 1560 in Rijnsburg; is gestorven circa 1620 in Rijnsburg.




Over deze website

Heb je aanvullingen, verbeteringen, vragen en/of foto's? Neem contact op. Wij horen graag van je!
Je kunt gegevens overnemen van de site als je de bron vermeldt.
Vanwege het auteursrecht op diverse documenten kun je afbeeldingen niet overnemen.