- Vermeld in archief Abdij van Leeuwenhorst Noordwijkerhout
110. 1333 mei 6.
Jan Persijn verkoopt aan Aelbrecht Ternijnc, priester, 16 morgen land in Maeslant, Burchland genaamd, belend aan een wetering, Splinter van Nuwenrode, de paap van Soeterwoude en Claes Renghersz., met borgstelling en medebezegeling van zijn rentmeester Florijs van den Houte.
Ghegheven int jaer ons Heren M.CCC drie ende dertich des Donnersdaghes na Meyendach.
Orig. met 2 uithangende zegels in groene was.
Notariële kopie in cart. f. 94 vs. Vermeld in Regesta Hannonensia p. 214.
|
- Vermeld in archief Abdij van Leeuwenhorst Noordwijkerhout
119. 1334 februari 24.
Johan Persijn en Jutte, zijn vrouw, geven aan abdis en convent van Liewenhurst voor hun dochter Heylewive, die daar non wordt, 9 £ ’s jaars rente op het erf, dat hun van wijlen hun tante Aleyd, vrouwe Uit der Wike, toekomt, met bepaling dat het convent 3 £ en Heylewijf 6 £ ontvangt voor memorie o.a. van Diedieric, heer van Brederode, vader van Jutte, en voor wijn, welke 6 £ na Heylewijf’s dood geheel in de wijnrente komen, of bij verzuim der jaargetijden aan de hofstede te Velsen vervallen.
In den jare ons Heren XIIIc ende XXXIIII in sente Mathiisdagh.
Ontwerp. Ongezegeld. Vermeld in Regesta Hannonensia p. 222.
N.B. Het originele bezegelde charter bevindt zich in het Rijksmuseum te Amsterdam, collectie Six, Koninkl. Oudheidkundig Genootschap.
|
- Vermeld in archief Abdij van Leeuwenhorst Noordwijkerhout
190. 1353 september 21.
Jan Persijn, heer van Waterland, geeft bij testament aan het convent van Liewenhorst alle goederen en renten, die hij aan zijn dochter Heylewijf, abdis van Liewenhorst, vermaakt heeft of zal vermaken, hem aangekomen van heer Jan van der Zile, waarvan de vrouwe van Hoelensteyn de, andere helft in lijftocht heeft; na de dood van deze laatste komt ook de tweede helft aan zijn dochter, daarna aan het klooster, alles voor jaargetijden, wijn en geldelijke uitkering. Verder geeft hij 5 £ ’s jaars uit zijn renten te Scoten, die zijn dochter Katrine van Wezemael aflossen mag met 50 £. Ghedaen ende ghegheven int jaer ons Heren dusent driehondert drie ende vijftich op sente Matheus dagh apostel ewangeliste.
Orig. met uithangend zegel in groene was, en onderschrift van notaris Johannes Meyens., klerk van het
bisdom Morini (Theouane), te Haerlem in bijzijn van Hugo, ondercommandeur van S. Jan, Henricus
van Breda, conventuaal, Jacobus cureit in Westzaenden en Hugo van Berkel, medicus
191. (1353 december 6).
Jan Persijn, heer van Waterland, bespreekt bij testament voor zijn eeuwige memorie verschillende gelden aan het klooster ter Lee, waar hij naast zijn vrouw begraven wil worden, aan de abdij van Egmond, Rijnsburg, Loesdunen, Coninxvelde, S. Jan te Haerlem etc., aan gasthuizen, kapellen, kerken en geestelijke en wereldlijke personen.
Opgenomen in transumpt van notaris J. Meyens., d.d. heden (Reg. nr 192)
Op 6-12-1353 is het testament voorgelezen door zijn dochter Heylowigis, abdis in Lewenhorst en zijn de executeurs benoemd.
Op 7-12-1353 en 13-12-1353 nog aanvullende bepalingen. Hij vermaakt aan zijn zoon Dieric van Velsen 100 Pond, in maniere hoe zijn dochter Van Wesemael, zijn dochter van Velsen, abdis van der Lee, heer Gheyride van Heemskerke, ridder, Jacob van Bakennesse en Boudijn van Gheervliet, het goed dunken; voorts vermaakt hij zijn nicht Ermegaerden uter Spinde jaarlijks 6 voeder tornes uit zijn goed te Bennebroec, gedurende haar leven, wegens haar zware dienst, tijdens zijn ziekte hem bewezen.
|
- 1353
[1]