- Weeskamer Zoeterwoude 18 - 26-4-1627
Inventaris van de boedel van Adriaen Jacobsz. van Egmond nog in leven zijnde en wonende aan de Hoge Rijndijk te Zoeterwoude en van zaliger Maertgen Dammisdr., in leven huisvrouw van den voorn. van Egmond.
Adriaen Jacobsz. van Egmond wordt gesteld in de helft van de boedel en zijn 4 kinderen, genaamd Neeltgen, Leuntgen, Trijntgen en Maertgen in de andere helft.
Onroerende goederen.
De helft van een huis en erf waarin Adriaen Jacobsz. woont, belend ten ZO: Joachim Jansz., ten NW: de Rijn en ten ZW: de Hoge Rijndijk. Belast met 10 st. per jaar, zijnde een gedeelte van een erfpacht van f 4 per jaar. Nog 3½ hond warmoesland aan de Hoge Rijndijk, belend ten N: eensdeels Crijn Pietersz. gehuwd gehad hebbende Trijntgen Jacobsdr, van Egmond en voorts de Rijndijk, ten O: de erfgenamen van de heer van Hazerswoude, ten Z: de voorn. Crijn Pietersz. en ten W: de erfgenamen van Bouwen Jansz. van Leeuwen. Vrij als buurland.
Inschulden.
Een notariële obligatie verleden op 25-01-1625 voor Adriaen Paets notaris te Leiden, inhoudende f 150 kapitaal. Bij het maken van de inventaris was deze obligatie geheel voldaan bij het leven van zijn huisvrouw. Verder komt de gemene boedel per obligatie in dato 25-01-1635 van de voorn. Crijn Pietersz. de somme van f 380 uit de koop van 2 hond land aan de Hoge Rijndijk, te betalen met f 200 gereed en de rest Allerheiligen 1625, afslaande f 80 die reeds genoten zijn. De boedel komt mede een tinnen boterschaal, een tinnen kinder (fuijt), een kannenbord met 10 tinnen kannen, drie aarden kruiken met tinnen leden, een ijzer hangijzer, een ijzeren heugel, twee ijzeren tangen, twee ijzeren schoppen, een blaasbalg, een schuimspaan, een ijzer rooster, een ijzeren “woutheugel”, twee ijzeren potten, een vuren kannenbord met een deel aardewerk, een vatenbank, een voetbank, een zoutvat, omtrent vier pond vlasgaren, een scherfvloot, een spiegel, twee boeken, een kleerborstel, een vuren tafeltje met (vier) vuren bankjes, een wagenschotten kast, een oude kleerbank, een andere kleerbank, redelijk goed zijnde, een wagenschotten tresoortje. De 2e helft van deze inventaris is hetzelfde als de 1e helft met uitzondering van de roerende goederen welke hier uitvoering en uitgebreid beschreven.
Gemene uitschulden.
Cornelis Jacobsz. van Egmond broeder van Adriaen Jacobsz., moet hebben van zijn voorsz. broeder f 75 van geleend geld. Jan Cornelisz. van Drift moet hebben van landhuur f 36. Cornelis Cornelisz. (Kuijc) wonende aan de Hoge Rijndijk van landhuur f 30. Van het houden van het jongste kind f 5-10-00. Volgen nog enige kleine posten van gering belang.
Aldus gemaakt op 26-04-1627.
Weeskamer Zoeterwoude [6462] f. 22 d.d. 16-4-1627: Adriaen Jacobsz. van Egmondt weduwnaar en boedelhouder van Maertgen Danielsdr. [ook in de tekst: Dammisdr.] wonende aan de Hogenrijndijk in Zoeterwoude ter eenre en Gerrit Corsz. vervangende Adriaen Maertensz. Bon tegenwoordige weesmeesters in Zoeterwoude als oppervoogden over Neeltgen oud 7 jaar, Leuntgen oud 4 jaar, Trijntgen oud 3 jaar en Maertgen oud 0,5 jaar of elk daar omtrent alle nagelaten kinderen en erfgenamen van voorn. Maertgen Danielsdr. ter andere zijde verklarende geaccordeerd te zijn over de uitkoop. Vermeld Pieter Danielsz. schipper natuurlijke oom en voogd over de weeskinderen wonende tot Amsterdam, die absent is, maar wel akkoord gegeven heeft.
|