Naam |
Annitghen Jans Coninxz |
Geslacht |
Vrouwelijk |
Feit |
van 2 jul 1614 [1] |
Verkoop uit boedel |
- ORA Naaldwijk [fol. 21] 2-7-1614: Doe Adriaensz. Lucq getrout hebbende Annetgen Jansdr. wonende alhijer in onzen dorpe van Naeldwijck, Claes Claesz. Zwieten secretaris der stede sGravesande ende Santambacht getrout hebbende Willemtgen Jansdr. te zaemen oock vervangende Gerrit Jan Coninxz. tot Vlissinghen heuren respective huijsvrouwen broeder, Antonis Adriaensz. van Adrichem wonende in Naeldwijckerbroeck getrout hebbende Neeltgen Vranckendr. vervangende oick Jacob Jansz. ende Gerrit Woutersz. beijde tot Leijderdorp zijn zwagers, den weeskinderen van Claes Vranckensz. in zijn leven getrout hebbende [naam niet ingevuld] mede tot Leijderdorp, alle naeste bloetvrienden van Maritgen Claesdr. wedue wijlen meester Niclaes van Oostrum in zijn leven rector van(de) Latijnse schole alhijer hairen sinnen onmachtich, ende Jacob Dassegnij notaris tot Delff als speciale procuratie hebbende van Alexandrina Alexandersdr. van Oostrum jongedr. wonende tot Coelen verleden voor schout burgemeesteren schepenen en
|
Feit |
van 14 aug 1619 [2] |
Verkoop land |
- ORA Naaldwijk 14-8-1619: Annitgen Jansdr., wonend binnen Naaldwijk, verklaart dat zij op 4 december 1618, toen zij nog weduwe was van Doe Adriaensz. Lucq, heeft verkocht aan Crispijn Heijnricxsz. Houckwater, wonend binnen ’s-Gravenhage drie morgen patrimoniaal land, gelegen aan de Achterweg binnen Naaldwijk haar. Ze is inmiddels hertrouwd en haar huidige man, Jacob Engelsz., bevestigt dit transport voor de helft en Jacob Doesen Lucq, wonend binnen ’s-Gravenzande, samen met Jan Herparsz. te Monster en Jaspar Jansz. van Alenburch te ’s-Gravenzande als voogden van de twee onmondige weeskinderen van wijlen Adriaen Doesen Lucq voor de andere helft.159 De koper betaalt met een schuldbrief van 1761 carolusgulden.
Dezelfde dag hebben zij verkocht aan Jacob Jansz. Coman, vettewarier in ’s-Gravenhage, 11 hond 85 roede patrimoniaal land, gelegen achter de boomgaard van Vreugdenhil binnen Naaldwijk161 voor 1321 carolusgulden,162 en nog 3½ morgen in Naaldwijk voor 1650 carolusgulden.
|
Begraven |
17 okt 1622 |
Naaldwijk, Ger. kerk [3] |
- Annetge Jansdr; de huijsvrou van Jacob Engelsz
leijt in het graff van m:r Nicolaes tegen het hooghcoor, iiii L
|
Feit |
van 15 nov 1622 [1] |
Verkoop uit nalatenschap |
- ORA Naaldwijk [fol. 278] 15-11-1622: Jacob Engelsz. woonende binnen den dorpe van Naeldwijck ende bekende dat Annitghen Jansdr. opden vierden decembris anno XVIC achtien doen ter tijt weduwe van za: Doe Adriaensz. Lucq ende jegenwoordich sijn comparants huijsvrouwe voor de eene helfte, Jacob Doesen Lucq woonende binnen der stede sGravesande voor hem selven mitsgaders den voorn. Lucq met Jan Herpersz. tot Monster te saemen als voochden van(de) twee naegelaten kinderen van wijlen Adriaen Doesen Lucq met advijs van(de) heere bailliu en(de) weesmeesters van Naeldwijck ten overstaen van schepenen te saemen voor de wederhelfte int openbaer vercocht hadden aen Claes Claesz. van Zwieten secretaris der stede sGravesande ende Santambacht seker huijs ende erve staende ende gelegen binnen den dorpe van Naeldwijck eertijts toebehoort hebben(de) za: Olivier Pietersz.
[fol. 279] 15-11-1622: Claes Claesz. van Zwieten secretaris der stede sGravesande en(de) Santambacht ende bekende schuldich te wesen aen Jan Engelsz. voor de eene helfte, Jacob Doesen Lucq woonende tot sGravesande voor een gerecht vierdepaert in de wederhelfte ende de kinderen van Adriaen Doesen Lucq te saemen voor tresterende vierdepaert in de voors. wederhelfte te saemen de somme van dertienhondert achtentsestich carolus guldens spruijtende uijt coop van seecker huijs ende erve staende ende gelegen binnen den dorpe van Naeldwijck.
|
Feit |
van 15 mei 1626 [1] |
Verkoop uit nalatenschap |
- ORA Naaldwijk [fol. 71v.] 15-5-1626: Jacob Doesen Lucq woonende binnen der stede sGravesande, soo voor hem selven, ende als oom en(de) bloetvoocht van Maritgen Lucquen, woonende tot Rotterdam, ende bekende in der voors. qualite met advijs van bailliu ende weesmeesters van Naeldwijck vercocht te hebben aen Jacob Engelsz. woonen(de) binnen den dorpe van Naeldwijck de gerechte helfte van seecker huijs ende erve mitsgaders drie bargen ende seeckeren boomgaert me zoodanige vrijdommen servituijten ende laste als Doe Adriaensz. Lucq de voors. goederen gepossideert ende beseten heeft alle staende ende gelegen binnen den dorpe van Naeldwijck over de Coninghstraet van welck voors. huijs ende erve mitsgaders de drie bargen en(de) boomgaert den voorn. Jacob Engelsz. van wegen zijn overleden huijsvrou Annitgen Jansdr. de wederhelfte selffs es toebehoren(de).
|
Feit |
van 21 mei 1626 [1] |
Verkoop onroerend goed te Naaldwijk |
- ORA Naaldwijk [fol. 64v.] 21-5-1626: Jacob Engelsz. woonende binnen den dorpe van Naeldwijck, ende bekende verocht te hebben aen Joris Cornelisz. van Vliet inden eersten seker huijs ende erve mitsgaders drie bargen ende seeckeren boomgaert met alle tgeene wes daer inne an op, en(de) bij aert ende nagelvast gepotet ende geplantet is ende met zoodanige vrijdomme ende servituijten als Jacob Engelsz. ende za: Doe Adriaensz. Lucq de voors. goederen gepossideert ende beseten hebben alles staende en(de) gelegen in den dorpe van Naeldwijck over de Coningstraet, noch alle het hoij stroo, en(de) mis leggen(de) inde voors. huijsinghe bouhuijs, schuijren, ende opt voors. erve mitsgaders een lange wageschotte banck met drie slooten, twee wageschotte cassen, twee wageschotte betsteden, een ijseren heugelboom, alle de plancken opde til leggende ende voorts alle de till ende tilberhaeff.
|
Feit |
van 12 aug 1627 [1] |
Verklaring over betaling |
- [fol. 122v.] 12-8-1627: Thonis Jansz. Alenburch woonende binnen der stadt Delff te kennen gevende en(de) verclarende verstaen te hebben dat Trijntgen Corn(eli)sdr. de tweede huijsvrou van wijlen Doe Adriaensz. Lucq de helft vande huijsinge ende erve bij hemluijden tsamen in haer leven gepossideert, staende ende gelegen binnen den dorpe van Naeldwijck over de Coninghstraet, soude subiect gemaect hebben de restitutie ofte fidei commis tot behouff van haer descendenten in seecker testament ofte acte notariael breder geroert, bijde voorn. Trijntgen Corn(eli)sdr. verleden ende dat de voochden van Maritgen Lucqen voor een achtstepaert tvoors. huijs ende erve vercocht ende opgedragen hebben aen Jacob Engelsz., de welcke als coper onwillich es ten regarde en(de) oirsaecke vande subiectheijt tvoors. hijpoteecq onderworpen omme de resterende belooffde custingpenn(ingen) aen Dirck Jansz. Langevelt als man ende voocht vande voorn. Maritgen Lucqen te betaelen ende hij comp(aran)t gaeren soude sien dat de
|
Overlijden |
Ja, datum echter onbekend |
Aantekeningen |
- In 1619 als weduwe gehuwd met Jacob Engelsz, vleeshouwer uit Vlaardingen, later Naaldwijk
|
Persoon-ID |
I27391 |
Hennies genealogie | Alsemgeest |
Laatst gewijzigd op |
22 feb 2025 |