Naam |
Cornelis Godert Michiel Robs |
Geboorte |
ca. 1540 [1] |
- Nakomeling heet in 1606 Petra Cornelis Cornelis Godert Michiel Robs
|
Geslacht |
Mannelijk |
Feit |
van 1561 tot 1632 [2] |
Leen te Princenhage |
- Breda 11-2-1656: Betreft registratie en bevestiging van bestaande lenen.
Op 17-1-1561 heeft Cornelis Godert Michiel Robs een leen ontvangen van rog- en zaailand.
Op 9-3-1632 heeft Cornelis Godert Cornelis Robs leen ontvangen na dood van Cornelis Godert Michiel Robs, zijn grootwader: 18 'loopensaet lants', genaamd Aert Witten Heijninge, gelegen in 2 percelen op de Vermeren onder de Haeghe (Princenhage)
Op dezelfde dag ontvangt Cornelis Godert Cornelis het leen van 12 'veertelen roggen 's jaers, die hij selve intertijt is uijtreijckende uijtte 18 loopensaet lants'
Op 17-1-1562 heeft Cornelis Gort. Michiel Robs een leen ontvangen na dood van Michielen zijn broer en bij deling van Willemen Govert Michiel Robs, zijn broer. Destijds ontvangen door Cornelis Jan Berthels, als voogd van de weeskinderen van de voorschr. Godert Michiel Robs. De lenen zijn gelegen op de Vermering in de Haeghe (Princenhage), geheten In d'oude leenboeck Aert Witten Heijninge'. Noordwaarts aan de straat, oostwaarts mede aan de Gebuerwech.
|
Feit |
van 30 apr 1566 [2] |
Vermeld in vestbrief te Breda |
- Vestbrief Breda 30-4-1566: Cornelis Godert Michiel Rob is vermeld bij de behandeling van het testament van Cornelis Jan Peterszn. Betreft schuld en onderpand in Princenhage op de Semeren gelegen.
Cornelis is de man van Marie Matheeus van de Kyeboom, Genoemd in de index ook hoeve van Schoondonck onder Ginneken.
|
Feit |
van 11 jul 1570 [2] |
Huur hoeve en land |
- Vestbrief Breda 11-7-1570: Cornelis Godert Michiel Robs en zijn vrouw Marie Matheeus van den Kieboom hebben gehuurd van de Hr. Gheriden Groman een hoeve genaamd Hoeve ter Schoondonck onder Ginneken met de bijbehorende beemden te Princenhage. 'Inder selver manieren ende grootten zooals zij die nu tertijt in pachting besittende zijn'.
Op 24-2-1584 wordt het huurcontract verlengd door Cornelis. Marie is dan niet vermeld.
|
Feit |
van 4 aug 1571 [2] |
Schuldbrief |
- Vestbrief Breda 4-8-1571: Cornelis Godert Michiel Robs op de Hoeve van Schoondonck en Jan Henrick Peter de Backerszn op de Hoeve van de Blauwe Camer, beide onder Ghinneken wonend, zijn samen een bedrag van 137 gulden schuldig aan Peteren Frans Adriaenszn.
|
Feit |
van 20 apr 1580 [2] |
Vestbrief te Breda |
- Vestbrief Breda 20-4-1580:
1. Anthonis Matheuszn van den Kieboom, voor hem zelf en:
1.a als voogd van de kinderen van zijn broer, wijlen Godert Matheuszn van den Kieboom
1.b in naam van Jenneken, de dochter van wijlen Jacop Matheuszn van den Kieboom, zijn broer
2. Pieter Haneton voor hem zelf en:
2.a als gemachtigde en in naam van Cornelis Godertszn als man en voogd van Marie Matheus van den Kieboom, dcohter van Matheus, die weer een zoon was van de voorschreven wijlen Jacob Matheuszn van den Kieboom
2.b in naam van Marie zijn zuster
3. Damen Hendricxsn de Hoen als man en voogd van Lijnken, dochter van de voorschreven wijlen Jacop Matheus
4. Damen Jan Korszn als voogd van de nagelaten weeskinderen van wijlen Jan Matheuszn van den Kieboom
5. Adrieanen Michielszn Vermolen in naam van Lijsbeth, dochter van Gieles Jan Schoemackers en wijlen Lijsbeth Matheus van den Kieboom.
Bovengenoemde personen verlenen procuratie en leggen een verklaring af over de verkoop aan Adrianus Jan van den Kieboom.
Magdalene Jans Verbeeck wordt als de weduwe van hun (groot)vader Matheus van den Kieboom vermeld.
|
Feit |
van 2 feb 1596 [2] |
Betaling verschuldigde erfpacht |
- Breda, notaris A Dyrven 2-2-1596: Henrick Henrick Roelofs de Weert verklaart dat Cornelis Godert Michiels Robs de erfpacht die hij nog schuldig was heeft betaald. Het gaat om 2/5 erfdeel van Cathelijn Adriaen Jacop Meeus
21-12-1599: Adriaen Goris de Weert verklaart (ook namens de kinderen van Lucas Galliaerts en Aleijda Goris de Weert) dat Cornelis Goderts Michiel Robs het vijfde deel van de erfpacht waar hij recht op had, heeft afgelost. Geërfd van Cathelijn Adriaen Jacop Meeus.
|
Feit |
van 8 aug 1598 [2] |
Huurder van land te Princenhage |
- Vestbrief Breda 8-8-1598: Cornelis Godert Michiel Robs wordt vermeld als gebruiker van een viertelsaet land met ... en schuur daarop staand, gelegen in Princenhage op den Emeren.
Vestbrief Breda 28-10-1598: Cornelis Godert Michiel Robs huurt een stuk land van Aert Jan Stappaerts, kleermaker van meubels. Hij heeft dit land te Princenhage al 2 jaar in gebruik en huurt het nu voor 4 jaar voor 5 viertel rogge en 2 lopen boekweit per jaar.
|
Feit |
van 2 dec 1606 [2] |
Machtiging |
- Breda, notaris A Dyrven 2-12-1606: Petra Cornelis Cornelis Godert Michiel Robs en haar man/voogd Lenaert Peeters machtigen Jan Aertssen van Loon en Jan Naggers om alles af te handelen vanwege een schuld van haar oom Godert Robs betreffende goederen verkocht aan Adriaen Henrick Dijrven.
|
Overlijden |
vóór mrt 1632 |
Persoon-ID |
I26539 |
Hennies genealogie | van den Broek |
Laatst gewijzigd op |
5 apr 2021 |