- d’Selve (Cornelis Jorisz) huyrt van Jan Pietersz. Groenevelt, wonende op ‘t Wout, vijf hont lants, gemeen alsvoren, ‘sjaers voor 5.4.6, comt den 10en penninck 0.10.5 (in marge: bij eede verclaert)
Jan Pietersz. Groenevelt voors. gebruyct in huyre van ‘t Convent tot Vlaerdingen eenen margen weylants, wairvan voor den Hove van Hollandt questie hangt ongedecideert, gelegen an de oostzij van ‘t voorgaende landt, streckende van de Zwetwech tot Sint Aechtenlant toe, alsvoren, den voors. margen ‘sjaers voor 4.10.0 vrij gelts, comt den 10en penninck 0.9.0 (in marge: hierop gesien de huyrcedul in date den 20en february ‘52 stilo curiae)
[fol. 7] Jan Pietersz. Groenevelt, wonende op ‘t Woudt, huyrt van Mr. Jacob van Utrecht tot Delft, 36 margen lants mit huys, scuyr, bargen ende boomgaerts, in welcke 36 margen 2 margen teellants is van de voors. zes perceelen, streckende zuytwaerts totten voors. Molensloot toe, ‘sjaers den hoop sonder maet vrij gelts voor 180.0.0, comt den 10en penninck 18.0.0 (in marge: bij eede verclaert)
d’Selve betaelt noch jairlycx een halff vat butters getauxeert op 14.0.0, twee hammen, getauxeert 1.10.0, mitsgaders twee capoenen mit 12 herst casen, getauxeert op 6.12.0, facit tesamen 22.2.0, comt den 10en penninck 2.4.2 d’Selve gebruyct in huyere van Arent van Groenevelt, wonende tot Utrecht, zestien margen weylants, gemeen mitte voors. 36 margen, ‘sjaers voor de somme van 66.0.0 vrij gelts, comt den 10en penninck 6.12.0 (in marge: hierop gesien de huyrcedul sonder datum, wesende ‘t 1e 9e jair huyrs anno ‘53)
[fol. 7v] d’Selve betaelt noch jairlycx een halff vat butters ende vier ‘sGravensantsce casen, getauxeert ‘t ‘sjaers op 15.16.0, comt den 10en penninck 1.11.7
d’Selve huyrt van Neeltgen Claesdochter, wedue van Pieter van Groenenvelt, zijn moeder, zes margen weylants, dair oestwairts an streckende uyter Zwet zuytwaerts beneffens de Groeneveltsce wateringe totte voors. Jacob Corstens lant toe over den Molensloot, den marghen ‘sjaers voor 3.15.0, facit 22.10.0, comt den 10en penninck 2.5.0 (in marge: hierop gesien de huyrcedul in date 8en aprilis ‘56)
d’Selve gebruyct noch 2 margen weilants, gemeen mitte voorsegde zes margen, hem eygentlyck competerende, den marghen getauxeert op 5.15.0, facit ) 1.10.0, comt den 10en penninck 1.3.0
d’Selve Jan Jansz. Cors ende Jan Pietersz. Groenevelt gebruycken gesamenderhant van Joris Willemsz. van Cats, deurwaerder, uuyten name van Joncker Aelbrecht van Huychtenbrouck, wonende in Brabant, 12 margen weylants, dair oestwairts an, streckende van der Swet totte Meer toe, voor 63.0.0 ‘sjaers vrij gelts, comt den 10en penninck 6.6.0 (in marge: hierop gesien de huyrcedul in date 2en marty ‘56 stilo curiae)
|
- HARNAS
79. 2 morgen land, belend ten noorden: de laan, ten oosten: de banwatering, die achter Dijcxhoren loopt, ten westen: Willem, heer tot Naeldwijck etc. met land dat hij in leen houdt van de heer van der Leck en ten zuiden: Witte Claesz. met land dat hij in leen houdt van Willem, heer tot Naeldwijck etc.:
1-6-1557: Marijtgen Jansdochter, weduwe van Oude Willem Pietersz. opte Hooren, na overdracht door Heynrick Zijmonsz.
11-7-1565: Lenaert Willemsz. opte Horen bij dode van zijn moeder Marijtgen Jansdochter en draagt het leen over aan Jan Pietersz. op ‘t Woudt.
20-3-1577: Pieter Jansz. Groenevelt op ‘t Woudt, onmondig, oom: Adriaen Willemsz., bij dode van zijn vader Jan Pietersz.
28-3-1588: Maerten Ariensz. te Schipluy na overdracht door Pieter Jansz. Groenevelt
|
- vóór 1577