- {ORA Dordrecht inv. 1602 (nieuw), f. 7v e.v.: op 26 febr. 1626 verkopen Cornelis van Diemen Gijsbertsz. en Revert van Beverwijck, voor zichzelf en als procuratie hebbende van Cornelis van Dorst, als vader en voogd van zijn minderjarige kinderen, verwekt bij Cathalina Jansdr. van Glabbeeck, dochter van Jan Thielmansz. van Glabbeeck, erfgenamen "onder benefitie van inventaris" van Jan Thielmansz. van Glabbeeck, en Goossen van Veerssen, Matheeus Pauwelsz., Anthoni van Valckenburch, voor zichzelf en tevens vervangende Willem Zieren pondgaarder, Pieter Aertsz. van Brantwijck, heer van Blokland, en IJken Jansdr., van Guiliam van Waerden, alsmede Maerten Cornelisz. de Bouffkens, oudraad van Dordrecht, Jan Jansz. koopman, Evert Willemsz. Prins, Aert Aertsz. Schuth brouwer, Jacob van der Eijck lakenkoper, Walterus Lavesque, Wouter Woutersz., als "houder der obligatie", Janneken Aertsdr. van Houwelingen, Claertgen Wijnants en IJda Walen, allen crediteuren van Jan Thielmansz. van Glabbeeck, aan Hendrick van Naerden Jansz., notaris te Dordrecht, een huis op de hoek van de Willem Oschstraat [Weeshuisstraat], genaamd "den Venlooschen Couck", staande tussen voornoemde straat en het huis "den Bonten Tabbert". De koper is schuldig aan Goossen van Verssen [sic] een somma van 2100 gl.}
|