Naam |
Matheus Jansz van Berendrecht |
Feit |
van 1483 tot 1527 [1] |
Lijfrenten Leiden |
- Lijfrente te Leiden:
hernieuwde rente 1498:
vader: Heyman Florisz wonend te Leiden
moeder: Duve Dircksdr wonend te Leiden
Begunstigden: Heyman Florisz en Ermgaert Heymansdr, overleden op 16-4-1538 (Lb 2 gr)
Begunstigden Duve Dircksdr en Joest Heymansdr wonend te Leiden (Lb 2 gr)
lijfrente 1489 hernieuwd 1527:
Vader: Dirck Aelbrechtsz wonend te Leiden
Begunstigden: Duve Dirck Aelbrechtszdr wonend te Leiden en Jacob Dircksz wonend te Leiden. Laatst betaald aan: Matheus van Berendrecht R.f. 8.16
lijfrente 1483 hernieuwd 1498/1527
Vader: Dirck Aelbrechtsz wonend te Leiden
Begunstigden: Duve Dircksdr wonende te Leiden, overleden op 20-06-1527 en echtgenoot Heyman Florisz wonende te Leiden. Laatst betaald aan: Matheus van Berendrecht R.f. 8.16
lijfrente 1489 hernieuwd 1498/1527
Vader: Dirck Aelbrechtsz wonend te Leiden
Begunstigden: Duve Dircksdr wonende te Leiden, overleden op 20-06-1527 en Joest Heymansdr wonende te Leiden; Laatst betaald aan: Matheus van Berendrecht R.f. 8.16
|
Geboorte |
ca. 1495 [2] |
Geslacht |
Mannelijk |
Feit |
van 9 apr 1513 [1] |
Huwelijkse voorwaarden |
- ORA Leiden 9-4-1513: huwelijkse voorwaarden tussen Matheus van Berendrecht Jans en Margriete Cornelisdr met consent van hun naasten. Matheus brengt de goederen in aangekomen van zijn zaliger vader Jan van Berendrecht: 3 mergen land te Warmond, rente van het klooster van de Jacopinissen op Rapenburg; rente op huis en erve in de Nonnensteeg van Lijsbeth Jan Aernts weduwe; rente op huis en erve gelegen in de Nonnensteeg, van zijn moeder Duijve Matheus weduwe?; een zaem staande in de Kijfhouf op de vijfde streek, Duijve zal hem nog uitbetalen van zijn vaders erfenis 40 pond.
Alijt Cornelis Jans weduwe heeft Matheus van Berendrecht met Margriete Cornelisdr, haar dochter betaald 500 r gld. erfenis van haar vader Cornelis Jans. Omdat Matheus van Berendrecht nog zeer jong van jaren was, is bepaald dat na 6 jaren (behoorlijk) huwelijk nog 200 gld. uitbetaald zou worden door Alijt.
|
Feit |
van 1523 tot 1533 [3] |
Welgeboren man van Rijnland |
- 1525, 1530, 1531, 1533, 1558
|
Feit |
van 23 sep 1523 [4] |
Overdracht rechten |
- Eigendomsbewijzen St. Catharina Gasthuis te Leiden:
23-9-1523: Jan Claes Cornelisz, Matheus van Berendrecht voor henzelf en Jan van Boschuijsen namens zijn moeije IJde van Boschuijssen, dragen met brieven enkele rechten over aan de meesters van het Sint Katrinen Gasthuis te Leiden.
|
Feit |
van 1543 tot 1561 [4] |
10e penning Leiden |
- Eerst tbon van tVleijshuijs vanden huijsen ende cameren die in eijgen bewoent worden:
Matheeus van Berendrecht een huijs, siaers 15 gulden (Breestraat 31)
In 1558 betaalt hij als huurder 10e penning voor een huis aan de Breestraat 161 te Leiden (eigenaar is de weduwe van Willem Jacob Willemsz)
En in 1561 betaalt hij als huurder 10e penning voor een huis aan de Breestraat 98 (eigenaar is de stad)
|
Feit |
van 1547 [1] |
Poorter van Leiden |
- Matheeus van Berendrecht is borg voor Huych Claesz uit Haarlem
|
Feit |
van 5 jan 1547 [5] |
Verkoop huis aan de Breestraat te Leiden |
- ORA Leiden 5-1-1547: Matheus van Berendrecht verkoopt aan Mr. Jacop de Milde, pensionaris te Leiden, een huis en erve gelegen aan de Breedestraat. in 't Noerteynde mit een gange ende poerte dairtoe behorende, uutgaende in Jan van Dortenstege, 't welck voirtijts een huys geweest is. (Breestraat 31).
Matheus was vanaf 1513 vermeld in dit huis.
|
Feit |
van 1549 [6] |
Leen van de Hof te Wassenaar |
- OEGSTGEEST
leen 302. - 2½ morgen land te Oestgeest tegenover de Rijnsburger molen over de Vliet, belend ten noorden: de abdis van Reynsburch met land, dat door Jan van der Woude in leen wordt gehouden;
- 6 morgen land genaamd de Grote Hofbroeck (1677: achter het huis Abspoel, 1713: in de Oude Hofpolder). Belend ten noordoosten: Jan van der Woude;
- 3 morgen 1 hond 89 roede land, belend ten noordwesten: de Santsloot/de molenwatering;
- 3 morgen 11 roede land, belend ten zuidoosten: de vliet.
18-11-1385: Jan van der Woude Florisz. van Alcmade na opdracht uit eigen aan Phillips van Wassenaer, zoon van de burggraaf, nadat Jan van Alcmade de 6 morgen land, die deze in leen van de burggraaf hield en ten vrij eigen kreeg en aan hem, zijn oom, had verkocht (A, fol. 19v).
12-5-1421: Jan van der Woude Jansz. (A, fol. 20).
20-2-1439: Jan van der Woude Jansz. krijgt de 2½ morgen land ten vrij eigen in ruil voor het leen 351 (B, fol. 39v).
8-7-1444: Jan van der Woude bij dode van zijn vader Jan van der Woude (B, fol. 58v, als leenman vermeld in 1473, L.H. 283, fol. 29).
12-7-1482: Cornelis van Woude Jansz. (C, fol. 26).
15-10-1486: Karel van den Woude na overdracht door zijn vader Cornelis van den Woude Jansz. (C, fol. 38).
15-4-1493: Jonkvrouwe Margriet Jansdochter van den Woude, oom: Bruninck van Boschuysen, bij dode van haar broer Karel van Woude (C, fol. 56v).
16-4-1545: Vrouwe Hilligont van Alcmaed, vrouwe van Benthuysen, weduwe van heer Cornelis Croesinck, ridder en houtvester van Hollandt, hulde door meester Frans van Geersberge, bij dode van haar zuster jonkvrouwe Margriete Jansdochter van den Woude (E, fol. 62).
15-11-1546: Vrouwe Elisabeth Croesinck, gehuwd met heer Roeloff van Dongen, bij dode van haar moeder vrouwe Hillegont van Alcmade, vrouwe van Benthuysen (E, fol. 81v).
21-8-1549: Mathijs van Berendrecht bij dode van zijn nicht vrouwe Elysabeth Croesincks, gehuwd met heer Roeloff van Dongen (E, fol. 95).
9-1-1550: Hendrick Croesinck, heer van Benthuysen, bij dode van zijn tante Elysabeth Croesincks, gehuwd met heer Roeloff van Dongen (E, fol. 95).
29-9-1563: Cornelis Jacobsz. te Delft bij dode van zijn grootvader Matheeus van Berendrecht, volgens octrooi d.d. 17-2-1553 en testament d.d. 18-12-1559, waarin hij bepaalt dat zijn leengoederen zullen verdeeld worden onder de 7 kinderen van wijlen zijn dochter Marijtge van Berendrecht gehuwd geweest met Jacob Cornelisz. van der Burch, brouwer te Delft, n.l. Cornelis, Jan, Huych, Philips, Katarina, Stijntge en Marijtge. Cornelis zal als oudste twee achtste parten, de anderen elk een achtste part krijgen. Het testament bevindt zich op 27-6-1579 op de weeskamer te Delft (F, fol. 87 en G, fol. 90).
...
|
Feit |
van 1549 tot 1598 [7] |
Leen van de hofstede Warmond |
- WARMOND
leen 87. Een woning met 11 (1521: 10½) morgen land in Warmond in het Oosteinde aan het eind van Warmonderdam, strekkend zuid tot de Hemmeer
...
23-7-1549: Matthijs van Berendrecht Jansz. (kleinzoon van Adriana Jansdr van den Woude) bij dode van Elisabeth Crusing, bevestigd door Hendrik Crusing, heer van Benthuizen, 570 fol. 324.
21-7-1563: Cornelis Jacobsz. Verburg zoals Matthijs van Berendrecht, wiens erven de leenheer als heergewaad een zilveren kopje gaven, 570 fol. 324.
20-6-1579: Jan Jacobsz. van der Burch te Delft met een achtste bij dode van Matthijs van Berendrecht, 570 fol. 327.
22-6-1579: Pieter Cornelisz. van der Meer voor Marietje, dochter van Jacob Verburg, zijn vrouw, te Delft met een achtste, 570 fol. 327v.
8-11-1579: Hugo Jacobsz. Verburg te Delft bij dode van Matthijs van Berendrecht met een achtste, 570 fol. 328.
9-1-1580: Filips Jacobsz. Verburg, burger van Delft, bij dode van Matthijs van Berendrecht met een achtste, 570 fol. 328.
18-3-1598: Jacob Cornelisz. van der Burch te Delft bij dode van Cornelis Jacobsz. van der Burch, zijn vader, met de helft, 570 fol. 328.
28-3-1598: Willem Bertoutsz. te Warmond bij overdracht door Jan Jacobsz. van der Burch, Filips Jacobsz. van der Burch, Jacob Cornelisz. van der Burch ook voor Marietje, dochter van Jacob van der Burch, diens tante, weduwe van Pieter Cornelisz. van der Meer, erven van Jacob van der Burch, te Delft met het geheel, 570 fol. 328.
|
Feit |
van 1553 tot 1561 [8] |
Eigenaar van onroerend goed in Oegstgeest en Warmond |
- 10e penning Oegsteest
1557:
Claes Bouwensz gebruyct: van Matheus van Berendrecht 3 morgen lants voer fl.15
Willem Eggersz gebruyct: van Matheus van Berendrecht tot Leyden 3 morgen lants voer fl.11
Dirck Aelbrechtsz, wnt Warmond gebruyct: van Matheus van Berendrecht tot Leyden 4 morgen lants voer fl.18
10e penning Warmond
1553, 1556:
Dirck Aelbrechtsz bruyckt in den eersten zijn wooninge, groot sijnde twalif morgen lants toebehoerende Matheus van Berendrecht tot Leyden tsiaers voir 54 £; facit den 10en penninck 5 £ 8 sc
1561:
Noch bruyct denzelven (Dirck Aelbrechtsz) van Matheus van Berendrecht tot Leyden thien merghen 4 hondt weylandt ende teelandt des jaers voor 54 £ (bij huercedulle); coempt den 10en penninck 5 £ 8 sc
|
Feit |
van 24 mei 1553 [9] |
Testament van Matheus van Berendrecht ende Margarite Cornelisdr., zijn huysvrouwe |
- ORA Leiden 24-5-1553: Testament opgemaakt ten huize van de ziekelijke Matheus van Berendrecht en zijn huisvrouw Margriete Cornelisdr. Hun dochter is Marijtgen. In de boedel:
- een jaarlijkse losrente van 6 pond besproken op Jacob, oom tot Delft;
- een jaarlijkse losrente van 3 pond besproken op Jacob Joosten Heuijckesloet te Delft;
- een jaarlijkse losrente van 20 gld. besproken op Jacob Cornelisz hun zwager
|
Feit |
van 28 jul 1560 [10] |
Huur huis te Leiden |
- Verhuurcontract van een huis aan de Breestraat (98.1) naast het Stadhuis, door de stad verhuurd aan Matheeus van Berendrecht. Hij huurde het huis voor drie jaar en drie maanden, voor 25 gulden per jaar.
|
Overlijden |
vóór 21 jul 1563 [11] |
- Vermeld in het grafboek van de Hooglandse kerk te Leiden:
Inden ommeganck - die 12e streeck
Nr. 2 Hillegont Isbrants van Alcmade. Up Willem Sockelinck. Up Matheij van Berendrecht. Nu Jan van Berendrecht. Dit graf heeft gecoft Meijnert Gerijtsz. witmaecker met die broecke steek, daer up leggende opten 16e april 1602. [merk]
|
Feit |
tot 1569 [7] |
Leen van hofstede Polanen |
- OEGSTGEEST
leen 43. 7 morgen land in Oegstgeest (1351: tussen Zijl en Marne in vier stukken)
...
10-4-1493: Cornelis van Woude Jansz. mag zijn recht, dat hem aankwam van Karel van Woude, zijn broer, vermaken aan Margaretha van Woude, LRK 121 c. Arkel fol. 6-7.
..-.-1521: Margaretha van Alkemade vermeld, LRK 286 fol. 154v-155.
..-.-1569: Cornelis Jacobsz. van der Burch, die aankwam van Matthijs van Berendrecht, zijn grootvader, te Leiden vermeld, LRK 340 fol. 14v-15
|
Feit |
van 10 jun 1577 [1] |
Kwestie over erfenis |
- ONA Leiden 10-6-1577: Jan Jacops van der Burch wonend te Delft voor hemzelf en procuratie hebbend van Huijch en Philips Jacops zoonen, zijn broeders en Pieter Cornelis van der Meer als man en voogd van Marijtgen Jacopsdr, zijn zuster, als mede erfgenamen van Mathijs van Berendrecht hun zaliger grootvader en van Grietgen Cornelisdr, hun grootmoeder. Hij verklaart dat zijn oudste broer Cornelis Jacops van der Burch zonder medeweten van zijn broers en zus verhuurd heeft een woning met 15 morgen land in het ambacht van Warmond en nog 11 morgen land te Oegstgeest, terwijl Cornelis volgens de testamentaire dispositie niet meer dan drie van de tien delen toebehoort en de rest aan Jan en zijn broers en zus. Hij protesteert en wil de kosten, schade en intrest verhalen.
Opgemaakt te Warmond in het huis van de Dirck Jans, de roomsche schout.
De kwestie is ook behandeld voor het Hof van Holland op 7-12-1580
|
Begraven |
Leiden, Hooglandse kerk [4] |
Persoon-ID |
I2098 |
Hennies genealogie | Neerscholten |
Laatst gewijzigd op |
4 feb 2024 |