Naam |
Adriana Jansdr van den Woude |
Titel |
Jonkvrouwe |
Geboorte |
ca. 1425 [1] |
Geslacht |
Vrouwelijk |
Feit |
van 1431 tot 1549 [2] |
Leen van de hofstede Warmond |
- WARMOND
leen 87. Een woning met 11 (1521: 10½) morgen land in Warmond in het Oosteinde aan het eind van Warmonderdam, strekkend zuid tot de Hemmeer
28-10-1386: Jan van den Woude Florisz. van Alkemade, neef van de leenheer, bij opdracht uit eigen, 569 nr. 8, 570 fol. 322.
..-.-1431: Jan van den Woude, neef van de leenheer, vermeld en als getuige vermeld 1428-1437, 569 nr. 8, 570 fol. 63v en fol. 9v, 575.
..-.-1472: Jan van den Woude, neef van de leenheer, vermeld en als getuige vermeld 1458-1480, LRK 283 fol. 133v en fol. 74, 570 fol. 152 en fol. 155.
12-2-1486: Karel van den Woude, jongere zoon van Jan van den Woude, na verzuim door Cornelis van den Woude, zijn broer, die slecht beheerde, 570 fol. 322v-323v.
10-4-1493: Cornelis van den Woude Jansz. mag het recht, dat hem aankwam van Karel van den Woude, zijn broer, vermaken aan Margaretha van den Woude, zijn oudste zuster, ook van 2 morgen, genaamd Steenhoorn (nr. 99), LRK 121 c. Arkel fol. 6-7.
14-6-1493: Margaretha, dochter van Jan van den Woude, zoals Karel, haar broer, 570 fol. 323v.
..-.-1521: Margaretha van Alkemade vermeld, LRK 286 fol. 154.
24-4-1545: Rudolf van Dongen voor Hildegonde van Alkemade, vrouwe van Benthuizen, weduwe van Cornelis Crusing, houtvester van Holland, ridder, zijn schoonmoeder, bij dode van Margaretha, haar zuster, 570 fol. 326-327 en fol. 323v.
20-11-1546: Rudolf van Dongen, ridder, voor Elisabeth Crusing, zijn vrouw, bij dode van Hildegonde van Alkemade, haar moeder, 570 fol. 324.
23-7-1549: Matthijs van Berendrecht Jansz. (kleinzoon van Adriana Jansdr van den Woude) bij dode van Elisabeth Crusing, bevestigd door Hendrik Crusing, heer van Benthuizen, 570 fol. 324.
|
Feit |
van 1444 [3] |
Leen van de Hof te Wassenaar |
- OEGSTGEEST
leen 302. - 2½ morgen land te Oestgeest tegenover de Rijnsburger molen over de Vliet, belend ten noorden: de abdis van Reynsburch met land, dat door Jan van der Woude in leen wordt gehouden;
- 6 morgen land genaamd de Grote Hofbroeck (1677: achter het huis Abspoel, 1713: in de Oude Hofpolder). Belend ten noordoosten: Jan van der Woude;
- 3 morgen 1 hond 89 roede land, belend ten noordwesten: de Santsloot/de molenwatering;
- 3 morgen 11 roede land, belend ten zuidoosten: de vliet.
18-11-1385: Jan van der Woude Florisz. van Alcmade na opdracht uit eigen aan Phillips van Wassenaer, zoon van de burggraaf, nadat Jan van Alcmade de 6 morgen land, die deze in leen van de burggraaf hield en ten vrij eigen kreeg en aan hem, zijn oom, had verkocht (A, fol. 19v).
12-5-1421: Jan van der Woude Jansz. (A, fol. 20).
20-2-1439: Jan van der Woude Jansz. krijgt de 2½ morgen land ten vrij eigen in ruil voor het leen 351 (B, fol. 39v).
8-7-1444: Jan van der Woude bij dode van zijn vader Jan van der Woude (B, fol. 58v, als leenman vermeld in 1473, L.H. 283, fol. 29).
12-7-1482: Cornelis van Woude Jansz. (C, fol. 26).
15-10-1486: Karel van den Woude na overdracht door zijn vader (!sic broer) Cornelis van den Woude Jansz. (C, fol. 38).
15-4-1493: Jonkvrouwe Margriet Jansdochter van den Woude, oom: Bruninck van Boschuysen, bij dode van haar broer Karel van Woude (C, fol. 56v).
16-4-1545: Vrouwe Hilligont van Alcmaed, vrouwe van Benthuysen, weduwe van heer Cornelis Croesinck, ridder en houtvester van Hollandt, hulde door meester Frans van Geersberge, bij dode van haar zuster jonkvrouwe Margriete Jansdochter van den Woude (E, fol. 62).
15-11-1546: Vrouwe Elisabeth Croesinck, gehuwd met heer Roeloff van Dongen, bij dode van haar moeder vrouwe Hillegont van Alcmade, vrouwe van Benthuysen (E, fol. 81v).
21-8-1549: Mathijs van Berendrecht bij dode van zijn nicht vrouwe Elysabeth Croesincks, gehuwd met heer Roeloff van Dongen (E, fol. 95).
9-1-1550: Hendrick Croesinck, heer van Benthuysen, bij dode van zijn tante Elysabeth Croesincks, gehuwd met heer Roeloff van Dongen (E, fol. 95).
....
|
Feit |
van 1452 [2] |
Leen van hofstede Polanen |
- OEGSTGEEST
leen 43. 7 morgen land in Oegstgeest (1351: tussen Zijl en Marne in vier stukken)...
30-1-1332: Floris van Alkemade bij opdracht, 6461 fol. 340v-341.
28-12-1351: Floris van Alkemade zoals gehouden van heer Jan van Polanen, LRK 42 fol. lvnr. 15.
22-11-1452: Jan van den Woude de jonge, vermeld 1472, bij dode van zijn vader, bevestigd door Floris van Alkemade, vermeld 1472, eventueel te komen op een jongere zoon, 6461 fol. 341, LRK 283 fol. 133v.
29-5-1482: Bruning van Boshuizen voor Karel van den Woude, zijn neef, bij dode van Jan, diens vader, 6462 fol. 74v bis-75.
10-4-1493: Cornelis van Woude Jansz. mag zijn recht, dat hem aankwam van Karel van Woude, zijn broer, vermaken aan Margaretha van Woude, LRK 121 c. Arkel fol. 6-7.
..-.-1521: Margaretha van Alkemade vermeld, LRK 286 fol. 154v-155.
..-.-1569: Cornelis Jacobsz. van der Burch, die aankwam van Matthijs van Berendrecht, zijn grootvader (nakomeling van Adriana Jansdr van den Woude), te Leiden vermeld, LRK 340 fol. 14v-15.
|
Feit |
van 29 jan 1466 [4] |
Verkoop renten te Leiden |
- Schepenen van Leiden 29-1-1466: Matheus van Berendrecht verkoopt aan
Wouter Geerlofszoen diverse renten die Matheus staende heeft op huizen en erven gelegen binnen Leiden van Adriaen (Adriana) Jansdr van den Woude zijn wijf aanbestorven van Jan van den Woude haar vader, die in zijn leven poortrechte en merspachte uitgegeven heeft. Verzekerd op huizen en erven in Jan van den Woudenlant en aan Jan van den Woudengraft.
Matheus van Berendrecht en Gerijt Lam zijn broeder, beloven Wouter Geerlofsz te vrijwaren.
|
Feit |
van 7 nov 1475 [5] |
Uitspraak Hof van Holland over scheiding |
- Hof van Holland - ind. 473 7-11-1475
Jonkvrouw Adriane van Woude tegen Matheus van Berendrecht haar man:
Adriane verklaart dat haar man Matheus schandelijk en wreed met haar is omgegaan. Hij had haar klederen in stukken gesneden en verbrand, haar met haar hoofd tegen de muur geslagen, haar aan de haren langs het huis gesleept en haar in het openbaar op straat geslagen en met messen naar haar gestoken. De tekenen zijn nog op haar lichaam te zien. Na verzoeningspogingen bleef Matheus verharden in zijn kwaad. Als hun zoon zijn vader Matheus het mes niet had ontnomen, dan was zij dood geweest. Haar zoon was daarbij grieflijk gewond.
Zij zocht hulp bij vrienden en familie, die haar adviseerden niet meer bij hem te komen. Zij kon niet bij haar bezittingen en na beklag daarover bij het Hof is deurwaarder Ghijsbr. Jans ingeschakeld.
Het hof kent Adriane de helft van de bezittingen toe, ten tijde dat zij van elkaar gescheiden zijn.
|
Feit |
van 23 okt 1497 [6] |
Memorie te Leiden |
- 408. 23-10-1497: Heer Willem van Bosschuysen, ridder, en Jonkvr. Adriaen van Berendrecht (van den Woude) erkennen voor schepenen van Leyden, dat de deputaten en memoriemeesters (enz.) aangenomen hebben donderdag en vrijdag na Sint Odulphusdag een memorie te doen voor Machtelt van Woude (Willem Rengers), Willem van Bosschuysen en Jan van Woude, volgens de schepenbrief van 28 juni 1497, en verzekeren hiervoor de renten op drie huizen aan de Jacopinissenstege, n.l. 2 en 18 schelling en 29 groot en 5 penning, te vervoorhuren met de halve rente. Met 2 zegels van Coen van Bosschuysen en Dirck Florysz. Inv.nr. 41.
|
Feit |
van 1502 [7] |
Losrente |
- Bekening lijf- en losrenten 1502.
Losrente tot kerstavont A° XVC end een den penn. XVIII vercoft in- den jaere XCIX - . en XV „joncfrou Adriane Matheus wedewy van berendrecht betaald Jan van Berendrecht".
Dus Matheus zeker en Adriane waarschijnlijk overleden.
|
Overlijden |
vóór 25 dec 1502 [8] |
Persoon-ID |
I11269 |
Hennies genealogie | Neerscholten |
Laatst gewijzigd op |
3 feb 2024 |