Een reis in het verleden met verrassende vergezichten
De Schoonhovensche grutterij bestond uit een winkel met grutmolen in Den Haag. De winkel lag in de Nieuwe Molstraat en was verbonden met de grutterij en het pakhuis in de Rozemarijnstraat.
De grutterij was anderhalve eeuw in het bezit van de familie Ruijghaver (tak Laduk).
Afbeelding van een grutter met op de achtergrond een grutmolen, daterend uit de tijd waarin de familie Ruijghaver eigenaar werd van de grutterij.
Impressie van een grutterij, zoals die er uitzag in de tijd dat de winkel van de familie Ruijghaver werd verkocht.
Onze voorouder, de in Schoonhoven geboren Lambertus Maertensz Ruijghaver, trouwde in 1687 in de Loosduinse kerk met Cornelia Festus.
5 jaar later koopt Lambertus de grutmolen met toebehoren in de Nieuwe Molstraat te Den Haag. De verkoper was timmerman en molenmaker: Laurensz Jansz van Evelinge.
Een grutmolen was een molen, die door een paard werd aangedreven. De grutten, tot kleine stukjes gebroken boekweit, haver of gerst werden in de grutmolens gemalen en in de grutterijen verkocht. Het eindproduct werd gebruikt voor het maken van brood, pannenkoeken en gruttepap.
Op 30 mei 1704 werd een inventaris opgemaakt van de boedel van Lambertus Ruijghaver en zijn overleden huisvrouw Cornelia Festus. Zij waren eigenaar van 2 huizen met erven met een grutmolen aan de Nieuwe Molstraat te Den Haag. Zij hadden daarbij een winkel waar grutten, meel, gerst, boekweit, bonen en erwten verkocht werden.
Lambertus overleed in 1730. Hierna ging de grutterij over van vader op zoon:
Uit de kadastrale gegevens van 1832 blijkt dat het onroerend goed nog steeds in het bezit is van de familie en is zelfs uitgebreid. Het onroerend goed van Johannes Ruijchaver bestond uit de volgende percelen:
Op het laatste perceel stond waarschijnlijk de grutmolen met de naam de 'Schoonhovense Grutterij'. En de laatste 4 percelen behoorden waarschijnlijk al tot het bezit van de familie in 1704.
Op deze oude kaart uit de 17e eeuw is de grutterij van de familie Ruijghaver omkaderd weergegeven.
Op de kadastrale kaart uit 1832 zijn met de gekleurde vakken, de 11 percelen van Jan Ruijghaver te zien. Klik op afbeelding voor een groter beeld.
Op deze oude foto uit 1939 zijn links 2 percelen te zien, die ooit in het bezit waren van de familie Ruijghaver en waarin de grutmolen zich bevond.
Op 9-7-1846 wordt de Schoonhovensche Grutterij te koop gezet. In de Haarlemsche Courant worden 11 percelen te koop aangeboden met onder andere een gebouw en erve, waarin de grutterij, onder de naam De Schoonhovensche Grutterij, 'sedert onheugelijke jaren, met goed succes is uitgeoefend' met een fraai ingericht benedenwerk, met grutsteen, 2 maalstenen, een pelsteen, een mosterdmolen, een eest, een stalling voor 5 paarden en zolders voor de berging van boekweit, granen en hooi.
Daarnaast worden te koop aangeboden: 1 winkelhuis, 6 huizen, 2 pakhuizen, een stalling en koetshuis, een tuinhuis, erven, tuinen, grond (ook bleek genoemd) met pompen en welputten.
Het winkelhuis bestaat uit winkel, huis met 5 boven- en benedenkamers, behangen en gedeeltelijk van stookplaatsen voorzien, provisiekamertje, 2 keukens, kelder, zolder en verdere gemakken.
Het huis met koetshuis wordt omschreven als een huis met 5 boven- en benedenkamers, allen behangen en merendeels van stookplaatsen voorzien, goede keuken, kelder, zolder en verdere gemakken.
De grutterij werd overgenomen door Jan van Katwijk. En de winkel in de Nieuwe Molstraat werd een kruidenierswinkel van de gebroeders Lampe.
De oude panden zijn verdwenen. Deze lagen ter hoogte van de huidige Nieuwe Molstraat 282 en de Rozemarijnstraat 52 tot en met 58.
Heb je aanvullingen, verbeteringen, vragen en/of foto's? Neem contact op. Wij horen graag van je!
Je kunt gegevens overnemen van de site als je de bron vermeldt.
Vanwege het auteursrecht op diverse documenten kun je afbeeldingen niet overnemen.