NN van Hodenpijl

Gezin/Partner: Dirck Heynricksz. van den Hoorn. Dirck (zoon van Heijnrick van den Hoorn) is geboren circa 1375; is gestorven vóór 8 mei 1457. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• functie: Veertigraad, schepen en burgemeester van Delft
• vermelding: van 1464 tot 1465; Koop land van moeder
• vermelding: van 1 mrt 1483; Koop rente

Aantekeningen:

functie:
schepen van Delft 1473-1476, 1481, 1483, veertigraad aldaar 1476,
burgemeester 1477, 1478, zegelde als arbiter in een geschil 16 november 1477, overl. 1484.
Een veertigraad is een gezelschap van de veertig rijkste burgers van een stad die een voordracht mochten doen aan de heerser voor de benoeming van hun burgemeesters en schepenen.

vermelding:
OV 1984- cartularium Oude Gasthuis te Delft - inv. 517:
1422: Willem Hugensz. van den Horn verkoopt aan zijn pachter Dirrick van den Hoorn Henricxz. 1/8 van 15 morgen land met huis, berg en geboomte, waarin deze woont en dat de verkoper is aangekomen door zijn huwelijk met Alijt, de weduwe van Jacob Hugenz.; en 1,5 morgen land te Hodenpijl gemeen met de koper en diens zwager Jan van Hodenpijl en de vrouw van Cornelis Ghijsbrechtsz. Het land is belast met tijns en de vrouw van Cornelis Ghysbrechts heeft op 5 hond land 1 rijns gulden lijftocht. Bezegeld door Jan Doen Willemsz. (fo. 65v).
14-5-1465: Katrijn, weduwe van Dirc van den Hoorn, verkoopt aan Adriaen Dircxz. van den Hoorn 1,5 morgen in Hodenpijl gemeen met de koper en Cornelis Ghijsbrechtsz., belast met tijns en 10 stuiver op 3 morgen.
6-4-1464: Katrijn, weduwe van Dirc van der Horn verkoopt aan Adriaen Dirricxz. van den Horn 1 morgen land op de Horn op de Harnasch gemeen met de verkoopster, de koper en Cornelis Gijsbrechtsz.
15-6-1464: Katrijn, weduwe van Dirc van den Horn verkoopt aan Adriaen Dircxz. van den Horn 1 morgen land op de Horn op de Harnas gemeen met de verkoopster, de koper en Cornelis Gijsbrechtsz.
14-5-1465: Katrijn, weduwe van Dirc van den Horn verkoopt aan Adriaen Dircxz. van den Horn 0,5 morgen land op de Horn op de Harnasch, gemeen met de koper en Cornelis Gijsbrechtsz.

vermelding:
De regeringen van Dordrecht, Haarlem, Delft, Leiden en Gouda verkopen aan Adriaen van den Horn Dircxz.
een rente van 5 pond Vlaamsch jaarlijks, losbaar met de penning 12, d.d. 1 maart 1483

Gezin/Partner: Lucie Vranckendr. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 3 mrt 1445; Belofte over erfenis
• vermelding: van 18 okt 1453 tot 18 jul 1465; Koop en verkoop land
• vermelding: van 22 mrt 1457; Overeenkomst nalatenschap Jan Symonsz

Aantekeningen:

Ook bekend onder de naam Hodenpijl.
Verkoopt land op de Harnas in Woudambacht 18-07-1465.

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 3-3-1445 [Regest 19]: Symon Jansz, en Margriet Jan Symonsz dochter, vrouw van Aem Heynrycx zoon, verklaren, dat hunne zuster Alijt, dochter van huns vaders eerste vrouw, en hunne zusters Alijt en Maritgen, dochters van huns vaders tweede vrouw, Machtelt, conventualen in het klooster St. Elizabeth in den Haag, zullen mededeelen in de nalatenschap van hun vader, en de beide laatstgenoemde zusters ook in haar moeders erfenis.

vermelding:
Klooster St Agatha te Delft, inv. 134
18-10-1453: Pieter Jansz. verkoopt aan Jan Symonsz., zijn neef, 3 morgen land, gelegen in het Wout ambacht op de Harnas.

18-7-1465: Machtelt Jan Symonsz. wed. verkoopt aan Pieter Gerytsz. 3 morgen land, vermeld in den brief d.d. 1453 October 18, waardoor deze gestoken is

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 22-3-1457: [22-3-1457: Mater en convent van Sint Elysabettenklooster in den Hage ter eenre zijde en Machtelt, weduwe van Jan Symonsz., met haar zoon Symon Jansz., tevens als voogd van zijn broer en zuster Pieter en Machteld en als voogd van zijn zoon Claes, Aem Heynricxz. als voogd van zijn vrouw, Symon Symonsz. Als voogd van zijn vrouw, Gerijt Symonsz. en Danyel Claesz., haar kinderen, anderzijds scheiden de goederen van wijlen Jan Symonsz., omdat 3 van diens kinderen, n.1. Alijt en Maritge, waarvan moeder is Machtelt, en Alijt, waarvan moeder was Margriete, diens eerste vrouw, hier non zijn. De twee eersten zullen de 300 schilden in de boedel inbrengen, die zij in het klooster hadden ingebracht, de andere Alijt niet, omdat zij haar moeders erfenis aan het klooster heeft vermaakt. Voor hun vaderlijke erfenis krijgen zij tweederde - en eenderde deel van 4 morgen land bij Delf op die Scye, gemeen met Geryt Symonsz. na de dood van Oude Alyt komen hiervan 2 morgen aan de overige erfgenamen en na de dood van beide anderen ook de andere 2 morgen. Het convent ontvangt 14 pond hollands aan gereed geld, na de dood van Alijt de Oude komt hiervan 9 pond aan de erfgenamen en na de dood van Jonge Alijt en Maritgen nog 2½ pond hollands. Bezegeld door Willem van Swieten, procureur generaal van Hollant, en door Willem Ridder. Boven de acte: “van de kinder van ‘t Wout” (inv. nr. 1, f. 1).

Overleden:
In de middenkerk: Machtelt Jan Symonsz. X1, 9.

Machteld is getrouwd met Jan Sijmonsz vóór 1425 (civil). Jan is geboren circa 1400; is gestorven circa 1455; is begraven in 't Woudt. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: Familiewapens op grafzerk
• vermelding: van 3 mrt 1445; Belofte over erfenis
• vermelding: van 22 mrt 1457; Overeenkomst over nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
Het raadsel van het wapen op het graf van Aem Heyndricksz en Margriet Jan Sijmonsdr in de kerk te 't Woudt.
Op de grafsteen staan in de hoeken de volgende wapens:
A. een rechterschuinbalk;
B. twee vissen, paalsgewijze geplaatst;
C. een gehoekte rode dwarsbalk;
D. geschuinbalkt naar rechts van zes stukken

Over deze wapens, waarin de kwartieren zijn terug te vinden, zijn vele theorieën ontstaan.
Het verschil in theorieën komt o.a. door de vragen: Geven die wapens de kwartieren weer van Aem of van Margriet of van hun voorouders? Zijn de wapens eerder aangebracht dan de tekst over de overledenen?

Op twee afbeeldingen van zoon Joost Aems van der Burch staan de volgende wapens (met op een 1 afbeelding namen):
vader (Aem Heyndricksz)- op goud een rode rechterschuinbalk - Burch (zie A)
moeder (Margriet Jan Sijmonsdr) - twee vissen op rood - Tsijmenen
vaders moeder (Katrijn IJsbrant) - rood geankerd kruis op goud - Woestgeest (Oegstgeest)
moeders moeder (Machteld Dircksdr vd Hoorn (Hodenpijl))- zes stukken geschuinbalkt goud en rood - Hodenpijl (zie D)

Het lijkt erop dat de wapens op het graf de kwartieren weergevan van Margriet Jan Sijmensdr, die eerder is overleden dan Aem Heijndricksz (A is dan het wapen van haar man, B het wapen van haar vader, C het wapen van haar moeders vader (van den Hoorn) en D het wapen van haar moeders moeder (van Hodenpijl)

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 3-3-1445 [Regest 19]: Symon Jansz, en Margriet Jan Symonsz dochter, vrouw van Aem Heynrycx zoon, verklaren, dat hunne zuster Alijt, dochter van huns vaders eerste vrouw, en hunne zusters Alijt en Maritgen, dochters van huns vaders tweede vrouw, Machtelt, conventualen in het klooster St. Elizabeth in den Haag, zullen mededeelen in de nalatenschap van hun vader, en de beide laatstgenoemde zusters ook in haar moeders erfenis.

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 22-3-1457: [22-3-1457: Mater en convent van Sint Elysabettenklooster in den Hage ter eenre zijde en Machtelt, weduwe van Jan Symonsz., met haar zoon Symon Jansz., tevens als voogd van zijn broer en zuster Pieter en Machteld en als voogd van zijn zoon Claes, Aem Heynricxz. als voogd van zijn vrouw, Symon Symonsz. Als voogd van zijn vrouw, Gerijt Symonsz. en Danyel Claesz., haar kinderen, anderzijds scheiden de goederen van wijlen Jan Symonsz., omdat 3 van diens kinderen, n.1. Alijt en Maritge, waarvan moeder is Machtelt, en Alijt, waarvan moeder was Margriete, diens eerste vrouw, hier non zijn. De twee eersten zullen de 300 schilden in de boedel inbrengen, die zij in het klooster hadden ingebracht, de andere Alijt niet, omdat zij haar moeders erfenis aan het klooster heeft vermaakt. Voor hun vaderlijke erfenis krijgen zij tweederde - en eenderde deel van 4 morgen land bij Delf op die Scye, gemeen met Geryt Symonsz. na de dood van Oude Alyt komen hiervan 2 morgen aan de overige erfgenamen en na de dood van beide anderen ook de andere 2 morgen. Het convent ontvangt 14 pond hollands aan gereed geld, na de dood van Alijt de Oude komt hiervan 9 pond aan de erfgenamen en na de dood van Jonge Alijt en Maritgen nog 2½ pond hollands. Bezegeld door Willem van Swieten, procureur generaal van Hollant, en door Willem Ridder. Boven de acte: “van de kinder van ‘t Wout” (inv. nr. 1, f. 1).

Overleden:
Op een grafzerk onder den toren leest men:
Hier leyt begraven Aam Heinriksz. starf ao. XVC V de[n] derd[en] dach in April ende Margriet sijn wijf starf ao. XIIIIC LXXIX den leste dach in Julio, bidt voor die zielen ende Jan Symonsz haer vader.
In de hoeken de wapens:
I. op goud een rode rechterschuinbalk (wapen Van der Burch - haar man)
II. op zilver een hoekige rode dwarsbalk (van den Hoorn - moeders moeder)
III. op goud twee rode barbeelen
paalsgewijze.
IV. geschuinbalkt naar rechts van zes
stukken goud en rood.

Margriet is getrouwd met Aem Heyndricksz op 't Wout (Van der Burch) vóór 1445 (civil). Aem (zoon van Heijnrick Aemsz van der (Burch) en Katrijn IJsbrant Dirckszdr.) is geboren circa 1419; is gestorven op 3 apr 1505 in 't Woudt; is begraven in apr 1505 in 't Woudt, kerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 3 mrt 1445; Belofte over erfenis
• vermelding: van 22 mrt 1457; Overeenkomst over nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 3-3-1445 [Regest 19]: Symon Jansz, en Margriet Jan Symonsz dochter, vrouw van Aem Heynrycx zoon, verklaren, dat hunne zuster Alijt, dochter van huns vaders eerste vrouw, en hunne zusters Alijt en Maritgen, dochters van huns vaders tweede vrouw, Machtelt, conventualen in het klooster St. Elizabeth in den Haag, zullen mededeelen in de nalatenschap van hun vader, en de beide laatstgenoemde zusters ook in haar moeders erfenis.

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 22-3-1457: [22-3-1457: Mater en convent van Sint Elysabettenklooster in den Hage ter eenre zijde en Machtelt, weduwe van Jan Symonsz., met haar zoon Symon Jansz., tevens als voogd van zijn broer en zuster Pieter en Machteld en als voogd van zijn zoon Claes, Aem Heynricxz. als voogd van zijn vrouw, Symon Symonsz. Als voogd van zijn vrouw, Gerijt Symonsz. en Danyel Claesz., haar kinderen, anderzijds scheiden de goederen van wijlen Jan Symonsz., omdat 3 van diens kinderen, n.1. Alijt en Maritge, waarvan moeder is Machtelt, en Alijt, waarvan moeder was Margriete, diens eerste vrouw, hier non zijn. De twee eersten zullen de 300 schilden in de boedel inbrengen, die zij in het klooster hadden ingebracht, de andere Alijt niet, omdat zij haar moeders erfenis aan het klooster heeft vermaakt. Voor hun vaderlijke erfenis krijgen zij tweederde - en eenderde deel van 4 morgen land bij Delf op die Scye, gemeen met Geryt Symonsz. na de dood van Oude Alyt komen hiervan 2 morgen aan de overige erfgenamen en na de dood van beide anderen ook de andere 2 morgen. Het convent ontvangt 14 pond hollands aan gereed geld, na de dood van Alijt de Oude komt hiervan 9 pond aan de erfgenamen en na de dood van Jonge Alijt en Maritgen nog 2½ pond hollands. Bezegeld door Willem van Swieten, procureur generaal van Hollant, en door Willem Ridder. Boven de acte: “van de kinder van ‘t Wout” (inv. nr. 1, f. 1).

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 3 mrt 1445; Belofte over erfenis
• vermelding: van 22 mrt 1457; Overeenkomst over nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 3-3-1445 [Regest 19]: Symon Jansz, en Margriet Jan Symonsz dochter, vrouw van Aem Heynrycx zoon, verklaren, dat hunne zuster Alijt, dochter van huns vaders eerste vrouw, en hunne zusters Alijt en Maritgen, dochters van huns vaders tweede vrouw, Machtelt, conventualen in het klooster St. Elizabeth in den Haag, zullen mededeelen in de nalatenschap van hun vader, en de beide laatstgenoemde zusters ook in haar moeders erfenis.

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 22-3-1457: [22-3-1457: Mater en convent van Sint Elysabettenklooster in den Hage ter eenre zijde en Machtelt, weduwe van Jan Symonsz., met haar zoon Symon Jansz., tevens als voogd van zijn broer en zuster Pieter en Machteld en als voogd van zijn zoon Claes, Aem Heynricxz. als voogd van zijn vrouw, Symon Symonsz. Als voogd van zijn vrouw, Gerijt Symonsz. en Danyel Claesz., haar kinderen, anderzijds scheiden de goederen van wijlen Jan Symonsz., omdat 3 van diens kinderen, n.1. Alijt en Maritge, waarvan moeder is Machtelt, en Alijt, waarvan moeder was Margriete, diens eerste vrouw, hier non zijn. De twee eersten zullen de 300 schilden in de boedel inbrengen, die zij in het klooster hadden ingebracht, de andere Alijt niet, omdat zij haar moeders erfenis aan het klooster heeft vermaakt. Voor hun vaderlijke erfenis krijgen zij tweederde - en eenderde deel van 4 morgen land bij Delf op die Scye, gemeen met Geryt Symonsz. na de dood van Oude Alyt komen hiervan 2 morgen aan de overige erfgenamen en na de dood van beide anderen ook de andere 2 morgen. Het convent ontvangt 14 pond hollands aan gereed geld, na de dood van Alijt de Oude komt hiervan 9 pond aan de erfgenamen en na de dood van Jonge Alijt en Maritgen nog 2½ pond hollands. Bezegeld door Willem van Swieten, procureur generaal van Hollant, en door Willem Ridder. Boven de acte: “van de kinder van ‘t Wout” (inv. nr. 1, f. 1).

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 3 mrt 1445; Belofte over erfenis
• vermelding: van 22 mrt 1457; Overeenkomst over nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 3-3-1445 [Regest 19]: Symon Jansz, en Margriet Jan Symonsz dochter, vrouw van Aem Heynrycx zoon, verklaren, dat hunne zuster Alijt, dochter van huns vaders eerste vrouw, en hunne zusters Alijt en Maritgen, dochters van huns vaders tweede vrouw, Machtelt, conventualen in het klooster St. Elizabeth in den Haag, zullen mededeelen in de nalatenschap van hun vader, en de beide laatstgenoemde zusters ook in haar moeders erfenis.

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 22-3-1457: [22-3-1457: Mater en convent van Sint Elysabettenklooster in den Hage ter eenre zijde en Machtelt, weduwe van Jan Symonsz., met haar zoon Symon Jansz., tevens als voogd van zijn broer en zuster Pieter en Machteld en als voogd van zijn zoon Claes, Aem Heynricxz. als voogd van zijn vrouw, Symon Symonsz. Als voogd van zijn vrouw, Gerijt Symonsz. en Danyel Claesz., haar kinderen, anderzijds scheiden de goederen van wijlen Jan Symonsz., omdat 3 van diens kinderen, n.1. Alijt en Maritge, waarvan moeder is Machtelt, en Alijt, waarvan moeder was Margriete, diens eerste vrouw, hier non zijn. De twee eersten zullen de 300 schilden in de boedel inbrengen, die zij in het klooster hadden ingebracht, de andere Alijt niet, omdat zij haar moeders erfenis aan het klooster heeft vermaakt. Voor hun vaderlijke erfenis krijgen zij tweederde - en eenderde deel van 4 morgen land bij Delf op die Scye, gemeen met Geryt Symonsz. na de dood van Oude Alyt komen hiervan 2 morgen aan de overige erfgenamen en na de dood van beide anderen ook de andere 2 morgen. Het convent ontvangt 14 pond hollands aan gereed geld, na de dood van Alijt de Oude komt hiervan 9 pond aan de erfgenamen en na de dood van Jonge Alijt en Maritgen nog 2½ pond hollands. Bezegeld door Willem van Swieten, procureur generaal van Hollant, en door Willem Ridder. Boven de acte: “van de kinder van ‘t Wout” (inv. nr. 1, f. 1).

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 3 mrt 1445; Belofte over erfenis
• vermelding: van 22 mrt 1457; Overeenkomst over nalatenschap
• vermelding: van na 1470; Eigenaar van graf in de Oude kerk te Delft
• vermelding: van 27 mei 1477 tot 4 nov 1505; Leent 7 hond land in 'het weer'
• vermelding: van 1512; Vermeld in Oud archief 't Woud
• vermelding: van 1532; Vermeld in verzweerboek Hof van Delft
• vermelding: van 1532; Vermeld in verzweerboek Hof van Delft
• vermelding: van 1588 tot 1505; Leen van de Graaf van Holland

Aantekeningen:

Alias Oem Pier
Woonde bij klooster Sion te Dijkshoorn.

Geboorte:
Was onmondig op 22-3-1457

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 3-3-1445 [Regest 19]: Symon Jansz, en Margriet Jan Symonsz dochter, vrouw van Aem Heynrycx zoon, verklaren, dat hunne zuster Alijt, dochter van huns vaders eerste vrouw, en hunne zusters Alijt en Maritgen, dochters van huns vaders tweede vrouw, Machtelt, conventualen in het klooster St. Elizabeth in den Haag, zullen mededeelen in de nalatenschap van hun vader, en de beide laatstgenoemde zusters ook in haar moeders erfenis.

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 22-3-1457: [22-3-1457: Mater en convent van Sint Elysabettenklooster in den Hage ter eenre zijde en Machtelt, weduwe van Jan Symonsz., met haar zoon Symon Jansz., tevens als voogd van zijn broer en zuster Pieter en Machteld en als voogd van zijn zoon Claes, Aem Heynricxz. als voogd van zijn vrouw, Symon Symonsz. Als voogd van zijn vrouw, Gerijt Symonsz. en Danyel Claesz., haar kinderen, anderzijds scheiden de goederen van wijlen Jan Symonsz., omdat 3 van diens kinderen, n.1. Alijt en Maritge, waarvan moeder is Machtelt, en Alijt, waarvan moeder was Margriete, diens eerste vrouw, hier non zijn. De twee eersten zullen de 300 schilden in de boedel inbrengen, die zij in het klooster hadden ingebracht, de andere Alijt niet, omdat zij haar moeders erfenis aan het klooster heeft vermaakt. Voor hun vaderlijke erfenis krijgen zij tweederde - en eenderde deel van 4 morgen land bij Delf op die Scye, gemeen met Geryt Symonsz. na de dood van Oude Alyt komen hiervan 2 morgen aan de overige erfgenamen en na de dood van beide anderen ook de andere 2 morgen. Het convent ontvangt 14 pond hollands aan gereed geld, na de dood van Alijt de Oude komt hiervan 9 pond aan de erfgenamen en na de dood van Jonge Alijt en Maritgen nog 2½ pond hollands. Bezegeld door Willem van Swieten, procureur generaal van Hollant, en door Willem Ridder. Boven de acte: “van de kinder van ‘t Wout” (inv. nr. 1, f. 1).

vermelding:
M.VII Tseuvende pleyn hout 16 grave
5.
1420: De kerk (MP).
1470: 0 (P, in marge).
14..: oo (M, in marge). (Ru?) Oem Pier Jans en Katrijn zijn vrouw (Mt).

vermelding:
7 hond land in het weer
27-5-1477: Wermbout Willemsz. na overdracht door Jan Gheesen en draagt het leen over aan Pieter Jansz., bij kinderloos overlijden te versterven op zijn zusters zoon Heynric Aemsz.
4-11-1505: Jan Pietersz. opte Horen.
1-6-1551: Bartelmees Jansz. opte Hoeren bij dode van zijn vader Jan Pietersz.
1-4-1555: Cornelis Zymonsz. te Wateringe na overdracht door Bartelmees Jansz.

vermelding:
1512:
Op Dycxhorn op die Harnas 3½ schelling hollands per morgen:
De kinderen van Oom Pier bij Syon 4 morgen: 14 sc.

vermelding:
De ‘hoefslag van Saddijck of Zuydtdijck, waar van iedere morgen 10 pond schot wordt betaald:
Claes Pietersz. op ‘t Wout 6 morgen land, geërfd van zijn ouders Oem Pier en Katrijn ongeveer 20 jaar geleden; 3 morgen, gekocht van Jonge Willem Pietersz. ongeveer 6 jaar geleden (b).

Maritgen, weduwe van Jonge Jan Pietersz., en haar kinderen 1½ morgen land, die haar man heeft gekocht van Jan Aemsz. ongeveer 23 jaar geleden; 3 morgen 12½ roede, gekocht door haar man van Jonge Willem Pietersz. ongeveer 9 jaar geleden (i).

De Hoefslag van de Poeldijck: De kerk op ‘t Wout 2 hond land, volgens het testament van Pieter Jansz. ongeveer 40 jaar geleden
(i).

vermelding:
Oude Jan Pietersz. 1½ hond land, gekocht van zijn moeder Trijn, vrouw of weduwe van Oem Pier, ongeveer 20 jaar geleden; 1 hond, gekocht van Heyn Jan Amen 8 of 9 jaar geleden (i).

vermelding:
4 morgen in Rijswijkerbroek en vijf schaar beesten
12-12-1488: Pieter Jansz. bij overdracht door Cornelis Allardsz., LRK 120 c.Nd.Holland fo 43v-44.
9-12-1505: Jan Pietersz. bij dode van Pieter Jansz.; zijn vader, LRK 122 c.Nd.Holland fo. 63.
8-6-1551: Bartholomeus Jansz., voor wie getuigd wordt, bij dode van Jan Pietersz., zijn vader, LRK 127 c.Nd.Holland fo. 76, LRK 128 c.Nd.Holland fo. 68-69.
17-4-1570: Adriaan Jacob Brunenz. te Delft bij overdracht door Bartholomeus Jansz., wonend op Dijkshorn buiten Delft, LRK 131 c.Nd.Holland fo. 56v-57.

Gezin/Partner: Katrijn Jansz. Katrijn (dochter van Jan Gerijtsz Vos en Wonne) is geboren circa 1445; is gestorven circa 1512. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• functie: Begijntje
• vermelding: van 4 jan 1485; Koop land te Naaldwijkerbroek
• vermelding: van 1532; Vermeld als erflater in Hof van Delft

Aantekeningen:

vermelding:
‘Ick Aem Heijnrixz. doe kont allen luijden dat ick vercoft hebbe Aechte Aemsdr. begun anderhalff mergen lants geleegen in Naeldwijckerbrouck. In kennisse der waerheijt soe hebbe ick gebeeden Arent Tou Heijnrixz. mijnen broeder dat hij ter bede van mij desen brijeff over mij bezegelt heeft. Geschreven upten IIIIen dach in januario int jaer ons heeren duijsent vijerhondert vijff en(de) tachtich nae beloop shoofs van Hollandt.’

vermelding:
De hoefslag van Bairtoutssaet:
Joest Aemsz. te Delft 4½ morgen land, geërfd van zijn zuster Aechte ongeveer 7 jaar geleden; 2 morgen land, gekocht van Neel Jan Dircx geen jaar geleden

Overleden:
In de Bagijnhofkerk hing voor Dirck Aemsz en zijn drie als begijn overleden zussen Maria , Margaretha en Aechte een rouwbord.

Aantekeningen:

Overleden:
Jong overleden

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 17 mrt 1506; Leen te Wateringen
• functie: van 1508 tot 1523; Pastoor te 't Woud en rector Bagijnhof te Delft
• vermelding: van 26 nov 1531; Vermeld als erflater bij verkoop land
• vermelding: van 1532; Vermeld als erflater in Hof van Delft

Aantekeningen:

vermelding:
Het Elsgheestweer, groot 25 morgen, belend ten oosten: de abdis van der Lee, ten westen: Louf Boudijns

9A. 6 morgen 11/2 hond land.
24- 3-1468: Aem Heynricxz. op 't Wout.
17- 3-1506: Meester Dirck Aemsz. bij dode van zijn vader Aem Heynricxz

functie:
Vice Cureit van de Hypolituskerk

vermelding:
43. 26-11-1531: Marijtgen Cornelisdochter, gehuwd met Symon Jorisz., sceepmaker buiten de Rotterdamse poort te Delft, verkoopt aan Aechtgen, Jannetgen en Cornelis, de 3 kinderen van Cornelis Heynrick Aemsz., 2 delen van het Hoelcampgen in Groenevelt, die zij geërfd heeft van haar oom Dirck Aemsz., priester. Bezegeld door Dirck Harpersz.: 4 palen en door Joost Gerritsz.: een … (een naar links omziende gewende draak?), schepenen van Delft

vermelding:
De hoefslag van Zuytmade:
Heynrick Heynricxz. en Willem Berthelmeesz. 2 morgen land, geërfd van meester Dirck Aemsz., priester, binnen 1 jaar; 2 morgen geërfd van Heyn Aemsz. binnen 1 jaar

De hoefslag van Popswoude:
Joest Aemsz. te Delft 11 morgen 50 roede land, geërfd van meester Dirck Aemsz., priester, ongeveer 5 maanden geleden

De hoefslag van de Cortehove:
Jan Aemsz. te Delft 6 morgen 2 hond 25 gaarde land, geërfd van zijn broer meester Dirck Aemsz., priester, ongeveer ½ jaar geleden

Overleden:
In de Bagijnhofkerk hing voor Dirck Aemsz en zijn drie als begijn overleden zussen Maria , Margaretha en Aechte een rouwbord.
Op zijn rouwbord met driedubbel patroniem vermeld: Heer Dirck Aem Heyndrick Aems van der Burch

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• functie: Non van St. Anna

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• functie: Begijntje

Aantekeningen:

Overleden:
In de Bagijnhofkerk hing voor Dirck Aemsz en zijn drie als begijn overleden zussen Maria , Margaretha en Aechte een rouwbord.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• functie: Begijntje

Aantekeningen:

Overleden:
In de Bagijnhofkerk hing voor Dirck Aemsz en zijn drie als begijn overleden zussen Maria , Margaretha en Aechte een rouwbord.

Aantekeningen:

Overleden:
Ongehuwd overleden

Aantekeningen:

Overleden:
Jong overleden

Gezin/Partner: Syman Damasz. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Gezin/Partner: Bartholomeus Claesz van Segwaert. Bartholomeus is gestorven vóór 22 jun 1499. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: Eigenaar onroerend goed
• vermelding: van 1440 tot na 1506; Leen van de Lek en Polanen
• vermelding: van 11 feb 1462; Vermeld als erfgenaam vader
• vermelding: van 1506 tot 1531; Leen land te Wateringen
• vermelding: van 1512; Vermeld in het Register van de Butterproven te 't Woudt
• vermelding: van 1532; Vermeld als erflater van land in Hof van Delft

Aantekeningen:

vermelding:
na de dood van zijn vader op 9 maart 1506 beleend met het leen ter Yemont in De Lier en op 17 maart 1506 met het land aan de Zwet in Wateringen; hij bezat een huis in het Suyteynde van Delft; met het Zuideinde van Delft werd in die tijd de Oude Delft ten zuiden van de Oude Kerk bedoeld. Heyndrick woonde vermoedelijk aan de Oude Delft WZ in het tweede huis ten zuiden van de Smitsteeg, naast zijn broer Jan. In dit huis woonde in 1466 zijn schoonvader Beukei Gerritsz. van Santen; het werd in 1544 door zijn schoonzoon Jan Jan Joestenz. aan Heyndricks zoon Reyer verkocht.

vermelding:
De Lier - Een vierde deel van het land ter Yemont, dat de graaf aan heer Geraerts kinderen bewees, geheten de Hoeve. O de Lierweg W de dijk
10-5-1440: Adam Heynricxz. na zijn vader, als leenman vermeld in 1472 (6461, fol. 79v en L.H. 283, fol. 68).
9-3-1506: Heynrick Aemsz. bij dode van zijn vader Aem Heynricxz. (6463, fol. 10).

vermelding:
19. 1 morgen land, belend ten oosten: de jonkheer van Nassouwe, ten zuiden: de wageweg, ten westen: Reynier Jansz. en ten noorden: Jacob Jansz.
11-2-1462: Aem Heynricxz. na opdracht uit eigen, te versterven op zijn zoon Jan en bij gebreke van deze op zijn zoon Heynric.

vermelding:
De helft van 4 morgen 1½ hond land, strekkende van de Zwette noordwaarts.
..-.-14..: Heynric Adamsz., vermeld op 20-10-1431 (6525, fol. 332).
..-.-1440: Aem Heynricxz. (op ’t Wout).
17-3-1506: Heynrick Aemsz.
..-.-1531: Jan Heynrick Aemsz. op ’t Wout.
..-.-1540: Vranck Jacop Cornelisz. na overdracht door Jan Heynrick Aemsz.

vermelding:
Op Dycxhorn op die Harnas 3½ schelling hollands per morgen:
Heynrick Aemsz. en zijn broer, Joest Aemsz. 8 morgen: 28 sc

Op ’t Wout op de Harnesse 50 morgen tegen 3½ schelling hollands per morgen en een kwart vat boter per 7 morgen:
Heynrick Aemsz. te Delft 6 morgen: 21 sc.

vermelding:
De westzijde: De hoefslag van Hovenhoeren
Jan Heynricxz. op ‘t Wout 4½ hond land, door hem gekocht van Ariaen Oedziersz.; 2½ hond, geërfd van zijn grootvader Aem Heynricxz.; 1 morgen, geërfd van zijn vader Heynrick Aemsz

De ‘hoefslag van Saddijck of Zuydtdijck:
Jacob Heynricsz. en Jan Jansz. 1½ morgen 2½ hond 30 roede land, geërfd van Heyn Aemsz. omstreeks 1-11-1531

De hoefslag van Voer-Dichoern:
Aem Heynricxz. en Vranck Bertolomeeusz. (gehuwd met Margaretha Heyndriksdr) 2 morgen land met een hofstede, groot 3 hond, geërfd van hun moeder Geertruyt, gehuwd met Heynrick Aemsz., ongeveer 3 jaar geleden; 3 morgen 1 hond, geërfd van hun vader Heynrick Aemsz. omstreeks 1-11-1531
De 7 jonge kinderen van Heynrick Aemsz. en zijn vrouw Geertruyt 2 hond land, geërfd van hun vader omstreeks 1-11-1531

De hoefslag van Zuytmade:
Jacob Heynricsz. en Jan Jansz. 17 hond land, geërfd van Heyn Aemsz. omtrent 1-11-1531
Heynrick Heynricxz. en Willem Berthelmeesz. 2 morgen land, geërfd van meester Dirck Aemsz., priester, binnen 1 jaar; 2 morgen geërfd van Heyn Aemsz. binnen 1 jaar

De hoefslag van Pijnaker:
Heynrick Heynricxz. en Willem Bartholomeesz. 4 morgen 4 hond 35 gaarde land, geërfd van hun vader Heynrick Aemsz. omstreeks 1-11-1531

De hoefslag van de Ouwelaen:
Reynier Heynricsz. en Gerrijt Heynricsz. 3 morgen 69 roede 9 voet land, geërfd van hun vader Heynrick Aemsz. omstreeks 1-11-1531

De hoefslag van Cortehove:
Reynier Heynricsz. en Gerrit Heynricsz. 1½ hond 20 roede 3 voet land, geërfd van hun vader Heynrick Aemsz. omstreeks 1-1 l- 1531

Overleden:
‘Sonnedaechs nae Alderheyligen Ao 1531 ‘s morgens omtrent 2 uren'
Begraven in de oude kerk van Delft in eigen graf.

Gezin/Partner: Geertruij Beukelsdr. van Santen. Geertruij (dochter van Beukel Gerritsz. van Santen en Elisabeth Reijersdr. Rheijneren) is geboren circa 1465; is gestorven op 27 apr 1528 in Delft; is begraven in Delft, Oude kerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: Eigenaar onroerend goed
• vermelding: Woonde te Delft aan de Oude Delft op de zuidoosthoek van de Smitsteeg
• vermelding: van 18 aug 1516; Verkoop land te Naaldwijkerbroek
• vermelding: van 1532; Vermeld als eigenaar van land in Hof van Delft
• vermelding: van 1536; Leen De Binckhorst, Wateringen

Aantekeningen:

vermelding:
Op 6 februari 1484 wordt hij met zijn broer Joost beleend na overdracht door Boudewijn Vranckenz., elk met de helft, met 4 morgen land in
‘t Woudt op de Hernesse. Oop 30 september 1502 beleend met 2½ morgen 40 gaarden land op Wolbrantsloot in Wateringen, waarmee hij al eerder beleend was als zwager (schoonzoon) van Pieter Gerritsz. Op 22 januari 1533 beleend met de helft van het leen van zijn oom mr. Dirck Aemsz. Hij testeerde op 1 december 1537 voor de schepenen van
Delft, waarbij hij verschillende stukken land aan zijn zoon Cornelis vermaakte, en vervolgens op 13 september 1538 onterft hij zijn zoon Cornelis ten gunste van diens kinderen

vermelding:
In het huis dat later bekend staat als de brouwerij de Hartshoorn, in dit huis wordt hij in 1498 al vermeld; het bleef tot 1600 in de familie

vermelding:
ORA Naaldwijk:
‘Ick Jan Aemsz. doen condt allen luijden dat ick mits desen jegenwoordigen brijeve belije vercoft te hebben Machtelt Pieter Gerritsz. weduwe van Buijten mijne moije alsulck anderhalff mergen lants. Soe hebbe ick Jan Aemsz. voirs. gebeden Heijnrick Jan Gerritsz. rentmr. en(de) Heijnrick Arent Touwensz. dat zij ter bede van mij desen brijeff over mij bezegelt hebben int jaer ons heeren duijsent vijffhondert en(de) zestijen upten achtijensten dach in augusto.’

vermelding:
De westzijde - De hoefslag van Hovenhoeren:
Jan Aemsz. te Delft 3½ morgen land, geërfd van zijn vader Aem Heynricsz. ongeveer 26 jaar geleden; 4 morgen, geërfd van zijn broer heer Cornelis Aemsz., priester, ongeveer 18 jaar geleden

De hoefslag van Zuytmade:
Jan Aemsz. te Delft 1 morgen land, gekocht van Cornelis Jacobsz. en Bette Jacobsdochter ongeveer 10 jaar geleden
De carthuysers buiten Delff 9 morgen land, gekocht van Jan Aemsz. ongeveer 22 jaar geleden; 6 morgen en 1½ morgen sedert mensenheugenis

De hoefslag van de Cortehove:
Jan Aemsz. te Delft 6 morgen 2 hond 25 gaarde land, geërfd van zijn broer meester Dirck Aemsz., priester, ongeveer ½ jaar geleden

Gezin/Partner: Pransgen Jan Huygendr. Pransgen is gestorven vóór 1497. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Gezin/Partner: Catharina Pieter Gerritszdr van Dorp. Catharina is geboren circa 1451; is gestorven vóór 1 dec 1537. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• Beroep: Brouwer aan de Koornmarkt te Delft
• vermelding: van 1484 tot 1528; Leen land 't Woudt; Overschie en Maasland
• Beroep: van 1494; Binnenhavenmeester van Delft
• vermelding: van 1512; Vermeld in het Register van de Butterproven te 't Woudt
• functie: van 1518 tot 1526; Schepen van Delft
• vermelding: van 1532; Vermeld als eigenaar van land in Hof van Delft
• functie: van 1534; Veertigraad van Delft

Aantekeningen:

vermelding:
Op 6 februari 1484 wordt hij samen met zijn broer Jan beleend met 4 morgen land in ‘t Woudt, op 7 september 1519 met land in Overschie, op 2 november 1528 in de Sluispolder in Maasland en na de dood van zijn broer Dirck met de helft van diens leenland

vermelding:
Op Dycxhorn op die Harnas 3½ schelling hollands per morgen:
Heynrick Aemsz. en zijn broer, Joest Aemsz. 8 morgen: 28 sc

functie:
1518-1521 en 1526

vermelding:
De westzijde - De hoefslag van Hovenhoeren:
Joost Aemsz. te Delft, 5 morgen land, geërfd van zijn broer heer Cornelis Aemsz., priester, ongeveer 18 jaar geleden

De hoefslag van Voer-Dichoern:
Joost Aemsz. 3½ morgen 37 roede land, geërfd van zijn vader Aem Heynricxz. ongeveer 26 jaar geleden

De hoefslag van Popswoude:
Joest Aemsz. te Delft 11 morgen 50 roede land, geërfd van meester Dirck Aemsz., priester, ongeveer 5 maanden geleden

De hoefslag van Zuytmade:
Joost Aemsz. 3½ morgen land, geërfd van zijn vader Aem Heynricsz. ongeveer 26 jaar geleden; 5 hond, gekocht van Ariaen Gerritsz. ongeveer 33 jaar geleden; 3 morgen 1 hond, gekocht van Huych die caescoeper ongeveer 23 jaar geleden

De hoefslag van Bairtoutssaet:
Joest Aemsz. te Delft 4½ morgen land, geërfd van zijn zuster Aechte ongeveer 7 jaar geleden; 2 morgen land, gekocht van Neel Jan Dircx geen jaar geleden

functie:
Een veertigraad is een gezelschap van de veertig rijkste burgers van een stad die een voordracht mochten doen aan de heerser voor de benoeming van hun burgemeesters en schepenen.

Overleden:
Na zijn dood is zijn gelijknamige zoon Joost Aemsz. van der Burch leenvolger, daar deze kinderloos overlijdt wordt hij gevolgd door zijn neef Sasbout Beukelsz. van der Burch wat tot processen leidt met Maria Duyst van Voorhout Dirksdr., de
weduwe van Joost jr. Joest Aemsz. (sr.)

Gezin/Partner: Maritje Beukel Gerritsdr van Santen. Maritje (dochter van Beukel Gerritsz. van Santen en Elisabeth Reijersdr. Rheijneren) is geboren circa 1469. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• functie: Priester
• vermelding: van 26 feb 1514; Koopt 16 morgen land in het ambacht van Woutharnasch aan de Zwet
• vermelding: van 1532; Vermeld als erflater in Hof van Delft

Aantekeningen:

vermelding:
De westzijde - De hoefslag van Hovenhoeren:
Jan Aemsz. te Delft 3½ morgen land, geërfd van zijn vader Aem Heynricsz. ongeveer 26 jaar geleden; 4 morgen, geërfd van zijn broer heer Cornelis Aemsz., priester, ongeveer 18 jaar geleden
Joost Aemsz. te Delft, 5 morgen land, geërfd van zijn broer heer Cornelis Aemsz., priester, ongeveer 18 jaar geleden

Gezin/Partner: Onbekend. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• functie: Monnik in een klooster

Aantekeningen:

Overleden:
Ongehuwd overleden

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1488 tot 1570; Leen van de Graaf van Holland
• vermelding: van 4 nov 1505 tot 1 jun 1551; Leent 7 hond land in 'het weer'
• vermelding: van 1532; Vermeld in verzweerboek Hof van Delft
• vermelding: van 1543; 10e penning Hof van Delft
• vermelding: van 1544; 10e penning Rijswijk
• vermelding: van 17 jul 1564; Vermeld in Civiele zaak Hof van Holland

Aantekeningen:

Alias Ouwe Jan Oem Pieren

vermelding:
4 morgen in Rijswijkerbroek en vijf schaar beesten
12-12-1488: Pieter Jansz. bij overdracht door Cornelis Allardsz., LRK 120 c.Nd.Holland fo 43v-44.
9-12-1505: Jan Pietersz. bij dode van Pieter Jansz.; zijn vader, LRK 122 c.Nd.Holland fo. 63.
8-6-1551: Bartholomeus Jansz., voor wie getuigd wordt, bij dode van Jan Pietersz., zijn vader, LRK 127 c.Nd.Holland fo. 76, LRK 128 c.Nd.Holland fo. 68-69.
17-4-1570: Adriaan Jacob Brunenz. te Delft bij overdracht door Bartholomeus Jansz., wonend op Dijkshorn buiten Delft, LRK 131 c.Nd.Holland fo. 56v-57.

vermelding:
7 hond land in het weer
27-5-1477: Wermbout Willemsz. na overdracht door Jan Gheesen en draagt het leen over aan Pieter Jansz., bij kinderloos overlijden te versterven op zijn zusters zoon Heynric Aemsz.
4-11-1505: Jan Pietersz. opte Horen.
1-6-1551: Bartelmees Jansz. opte Hoeren bij dode van zijn vader Jan Pietersz.
1-4-1555: Cornelis Zymonsz. te Wateringe na overdracht door Bartelmees Jansz.

vermelding:
Oude Jan Pietersz. 1½ hond land, gekocht van zijn moeder Trijn, vrouw of weduwe van Oem Pier, ongeveer 20 jaar geleden; 1 hond, gekocht van Heyn Jan Amen 8 of 9 jaar geleden (i).

vermelding:
Jan Oem Piere XVIII margen voir XXXVII gl.

vermelding:
Ouwe Jan Oem Pieren
20 hond huur; 1½ morgen huur; 4 morgen huur; 9 hond huur; 3 morgen huur
12 morgen eigen, belendingen: O dat convent van Syon en Jan Oem Pieren, W Jan Oem Pieren, Z die Moelensloet, N Jan Pieters en Dirck Harpers met bruyckwaer
14 hond huur; 2½ morgen huur; 4 morgen huur; 4 morgen huur

vermelding:
537/66 17-7-1564: in de zaak hangende voor dit hof tussen de meesters van de huyssitten tot delft impt. in raeu actie contra pieter jansz. en claes jeroensz. voor hem zelve en vervangende meeus jansz. en dammas jaspersz alle erfgen. van jan oom pieren angenomen, hebbende d arnementen van de processe bij de voorn. jan oom pieren in zijn leven gesustineert gede

Overleden:
Op 1-6-1551 leent zoon Bartelmees Jansz land bij "dode van zijn vader Jan Pietersz"

Gezin/Partner: Onbekend. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1532; Vermeld in verzweerboek Hof van Delft
• vermelding: van 1553; 10e penning Akkersdijk
• vermelding: van 1553 tot 1561; 10e penning Pijnacker
• vermelding: van 1553 tot 1561; 10e penning Poortland (Delft)
• vermelding: van 1569; 100e penning Vrouwenrecht of Akkersdijk
• vermelding: van 10 feb 1569; Transactie door de erfgenamen van Wonnitgen Pieters

Aantekeningen:

vermelding:
De hoefslag van de Poeldijck, waar van iedere morgen 8 pond schot wordt betaald:
Wonnetgen Pietersdochter 3 morgen land, geërfd van haar moeder Trijn Oem Peren ongeveer 20 jaar geleden (i).

vermelding:
[fol. Vv] Jan Mercelisz. bruijct van Wonnetgen Pietersdr. wonende binnen Delft III½ mergen om XVI £ X st.
Ook vermeld in 1557

1561:XIe weer. Adriaen Maertijnsz. ende Jan Heijndrick Vranckensz. bruijcken van Jan Fransz. ende Wonnetgen Pietersdochter III½ mergen hoijlant om XX £ II hammen ende II mengelen roems, de hammen en de roem geestimeert voir XXX st. tsiaers voir den Xen penninckII £ III st. [marge: hijer up gesijen de huijrcedulle in date den IIIIe octobris a° LX.]

vermelding:
Arijaentgen Proeten heeft verclaert bij eede dat sij gebruijct omtrent een margen warmoslant waer van zij betaelt Jan Dirck Harpertsz. VIII £ hollants sjrs. [marge: die pater van st. Urselen binnen Delff VIII £ hollants sjrs.] Wonnetge Pietersdr. cum sosijs XII £ hollants jrs. facit tsamen XXVIII £ hollants sjrs. facit XXI £ ontfangen over den Xen penninck II £ II st.

Haesgen Cornelis Pouwelsz. weduwe heeft verclaert bij eede dat zij bruijct van die pater van st. Urselen convent binnen Delff, Wonnetge Pietersdr. ende Jan Dirck Harpersz. I margen warmislant om XXIII £ hollants sjrs. facit XVII £ V st. ontfangen over den Xen penninck XXXIIII st. VI p.

1561: Cornelis Jansz. warmoisman int Oostende occuperende voor Haes Keijsers zijn moije verclaert dat zij bruijct een margen warmoislant leggende achter de voors. VIII margen dair van sint Ursulen convent comt vijf achtepaerten ende Wonnetgen Pieters drie achtepaerten die margen getaxeert op XII £ comt den Xen penninck XXIIII st. [marge: bij eede verclaert]

vermelding:
1553: Cornelis Dirrick Stompick bruijckt van Wonnetgen Pietersdr. II mergen IIII½ hont voer XII guldene XV st., coempt de Xe pennijnck XXV½ st.

1557: Pieter Vranckensz. wonende tot Delff bruijck de selve in huijrwaer van Wonnetgen Pieters ende Jan Fransz. brouwer binnen Delff II megen IIII½ hondt lants voor XVIII gulden tsiaers vrijts gelts mitsgaders vier paer capoenen geestimeert voor II gulden, compt voor de Xen penninck II £
[marge: bij eede]

vermelding:
d’Erfgenamers van Pieter Franckensz. huyeren van Jan Fransz. van Aemsterdam ende d’erfgenamers van Wonnetgen Pieters 2 margen 4½ hont, jaers voor 23 £, comt dye masse 506 £, comt den hondersten penninck 5.1.2.1

vermelding:
ORA Rijswijk 528 f 123 10-2-1569: Cornelis Harmansz. van Naerden te Delft, is gmachtigde van de gezamenljke erfgenamen van Wonnitgen Pietersdr in haar leven gewoond hebbende binnen Delft. (procuratie 23-6-1568)
De erfgenamen zijn:
Lenaert Willemsz., won. opte Hoorn, voor zichzelf en vervangende Vranck Joosten te Delfgau, Mees Jansz. opte Hoorn en Jan Claesz. van de Souteveen,
item Neeltgen Jansdr., wede van Claes Jeroensz. te Delft,
item Pieter Jansz. in Papsou en Jan Dammisz. in Papsou,
voor zichzelf en vervangende de kindskinderen van Trijn Jansdr.,
item Adriaen Jacopsz. Bruyser als [voogd] van die kinderen van Marritgen Jansdr.,
Jonge Heijn Cors upt Wout als man en voogd van Trijntgen Willemsdr.,
Jan Pouwelsz. [=Pietersz.] Groenevelt als man en voogd van Neeltgen Willemsdr.,
Adriaen Willemsz. te Waeteringe,
en Jan Willemsz. opte Hoorn,
kinderen van Ouwe Willem Pietersz.
vervangende Anna Willemsdr. en Grietgen Pieter Willemsdr. en Jan Willem Bras,
Pieter Willemsz. cuijper, voor zichzelf en vervangende Marritgen Willemsdr., zijn zuster, en Arent Willemsz., zijn broeder, uiytlandige, die nog zegt te leven, de kinderen van Jonge Willem Pietersz.,
item Pieter Claesz. opt Wout,
Dirck Dircxen van Santen man en voogd van Trijntgen Claesdr., en Cornelis Cornelisz. van tWout, man en voogd van Marritgen Claesdr., kinderen van Claes Pietersz.,
item Jan van Beest Cornelisz., man en voogd van Marritgen Cornelisdr., Martijn Doncker, man en voogd van Aeltyen Cornelisdr., Thielman Willemsz., man en voogd van Aryaentgen Cornelisdr., zijn zwagers, en
Caterijntgen en Elysabeth, kinderen van Trijntgen Corssendr., die een dochter was van Machtelt Pietersdr.,
item voors. Lenaert Willemsz., vervangende Pieter Allertsz. van Rotterdam, zoon van wijlen
Margriet Pietersdr., en de kinderen van Marritgen Jansdr. en Trijntgen Jansdr.

Cornelis is gemachtigd om waarbrieven te passeren van 2 morgen land in Rijswijk en een gedeelte van een woning in voors. ambacht, welke Cornelis Jansz. Buijs eertijds placht te gebruiken en door hen comparanten verkocht was aan een Jan Harricxen, enz.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: Leen van Polanen
• vermelding: van 1532; Vermeld in verzweerboek Hof van Delft

Aantekeningen:

vermelding:
DIJKSHOORN, 1½ morgen land op de Harnes, belend ten noorden: de Woudtlaan, ten zuiden: een leen gehouden van de graaf van Nassau door iemand te Leyden, ten westen: Oude Willem Pietersz. opte Horen en ten oosten: Simon Pietersz.
8-11-1541: Claes Pietersz. op ’t Wout na overdracht door Arent Michielsz.
10-6-1553: Pieter Claesz. op ’t Woudt, onmondig, oom: Jan Jansz. op ’t Woudt, bij dode van zijn vader Claes Pietersz.
23-7-1570: Anneke Pietersdochter op ’t Woudt, onmondig, oom: Dirc Dircxz. van Zanten, bij dode van haar vader Pieter Claesz.
13-6-1582: Mariken Petersdochter op ’t Woudt, onmondig, oom: Dirc Dircxz. van Zanten, bij dode van haar zuster Anneken Petersdochter.
11-1-1590: Willem Cornelisz. Vroulinck te Delft na overdracht door Maritgen Pietersdochter, gehuwd met Jan Hugenz. van Rijck.

vermelding:
De ‘hoefslag van Saddijck of Zuydtdijck, waar van iedere morgen 10 pond schot wordt betaald:
Claes Pietersz. op ‘t Wout 6 morgen land, geërfd van zijn ouders Oem Pier en Katrijn ongeveer 20 jaar geleden; 3 morgen, gekocht van Jonge Willem Pietersz. ongeveer 6 jaar geleden (b).

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• functie: van 1532 tot 1552; Ambachtsbewaarder Hof van Delft
• vermelding: van 1532; Vermeld in verzweerboek Hof van Delft
• vermelding: van 17 jan 1540; Verklaring
• vermelding: van 1546; Vermeld in verzweerboek Hof van Delft
• vermelding: van 22 apr 1550; Vermeld als vorige eigenaar van koe
• vermelding: van 1557 tot 1577; Leen van de Hofstad te Hontshol
• vermelding: van 1561; 10e penning Hof van Delft
• vermelding: van 1561; 10e penning Vrijenban
• vermelding: van 1561; 10e penning Woudharnasch
• vermelding: van 16 jul 1564; Schenking koe
• vermelding: van 7 mei 1565; Verkoop uit nalatenschap

Aantekeningen:

Oude Jan Willemsz., voert in 1565 en 1569 de naam Brasser en sedert 1561 de naam Bras; diens nageslacht in mannelijke lijn voert sedert 1623, naast de naam Bras, de naam Van der Salm, afgeleid van de zalmen in het wapen van (over)grootvader Jan Symonsz.

Geboorte:
Was op 17-1-1540 40 jaar (vermoedelijk te laag)
Maar op 3-11-1505 al vermeld in het leenregister van Hontshol

functie:
Ook vermeld op 12-6-1552 wanneer hij een verklaring aflegt met 2 gezworenen van de Hoff van Delff (Ons Voorgeslacht 1989)

vermelding:
De hoefslag van de Poeldijck, waar van iedere morgen 8 pond schot wordt betaald:
Oude Willem Pietersz. 3½ morgen land, gekocht van Neel Pouwelsz. ongeveer 7 jaar geleden; 5 morgen 4 hond, gekocht van Maritgen Voechten ongeveer 6 jaar geleden (i).

De hoefslag van Voer-Dichoern, waar van iedere morgen 10 pond schot wordt betaald:
Oude Willem Pietersz. 13 morgen 1 hond land, ten dele gekocht en ten dele geërfd van zijn ouders Oem Pier en Trijn ongeveer 20 jaar geleden; 3 hond, gekocht van Claes Symonsz. 13 of 14 jaar geleden (i).

vermelding:
't Woud 28. 17-1-1540: Claes Pietersz. en Cors Thoenisz., gezworenen in het ambacht van Hoge Harnasch, oorkonden dat Claes Claesz., oud 76 jaar, verklaart dat 45 of 46 jaar geleden, toen zijn vader schout was, er een kwestie geweest is tussen Adriaen Gheritsz. en Jan Aemsz. over de sinninghe van land dat Jan Aemsz. gesint had en verkocht aan genoemde Adriaen, gelegen aan het einde van de Woutlaan en dat nu van Aem Joestenz. is. De vierschaar wordt gezeten op het huis de Hoge Harnasch, dat van de ambachtsheer Adam Claesz. is en met diens schout. Dit wordt bevestigd door de volgende gezworenen Willem Pietersz. Doude, oud 40 jaar (Leeftijd vermoedelijk te laag), Dammas Woutersz., 40 jaar, Thonis Willemsz., 50 jaar en Adriaen Jacobsz., 39 jaar.

vermelding:
De hoefslag van de Poeldick, op iedere morgen staat 8 schotpond: Oude Willem Pietersz., 3½ morgen; 5 morgen 4 hond

De hoefslag van het twaleftalf weer, op iedere morgen staat 8 schotpond: Oude Willem Pietersz. gekocht van Aem Heynricxz.

De hoefslag van Voor Dixhoren, op iedere morgen staat 10 schotpond: Oude Willem Pietersz., 13 morgen 4 hond en 2 morgen

Dicxhoren: Oude Willem Pietersz., 16 pond

vermelding:
GA Delft, archieven van de parochiekerken 1348-1572, nr. 44, fol. 89.
Pieter Dircxz. de bleyker buyten de Suitpoert heeft gecoft een koe gecomen van Willem Pietersz. van de Horen actum den XXIII aprilis LIII […] ende sal dach hebben tot Sint Jacob anno voirs. […]

vermelding:
HARNAS
79. 2 morgen land, belend ten noorden: de laan, ten oosten: de banwatering, die achter Dijcxhoren loopt, ten westen: Willem, heer tot Naeldwijck etc. met land dat hij in leen houdt van de heer van der Leck en ten zuiden: Witte Claesz. met land dat hij in leen houdt van Willem, heer tot Naeldwijck etc.:
1-6-1557: Marijtgen Jansdochter, weduwe van Oude Willem Pietersz. opte Hooren, na overdracht door Heynrick Zijmonsz.
11-7-1565: Lenaert Willemsz. opte Horen bij dode van zijn moeder Marijtgen Jansdochter en draagt het leen over aan Jan Pietersz. op ‘t Woudt.
20-3-1577: Pieter Jansz. Groenevelt op ‘t Woudt, onmondig, oom: Adriaen Willemsz., bij dode van zijn vader Jan Pietersz.
28-3-1588: Maerten Ariensz. te Schipluy na overdracht door Pieter Jansz. Groenevelt

8½ hond land op de Crommensloot, belend ten zuiden: land in leen gehouden van de heer van Nassau, ten noorden: de laan van de Hernesse.

3-11-1505: Willem Pietersz. opten Horen.
10-6-1553: Lenaert Willemsz. opten Hooren bij dode van zijn vader Willem Pietersz.
30-11-1605: Willem Adriaensz. in Papsouw, onmondig, oudoom: Ariaen Willemsz., bij dode van zijn grootvader Lenert Willemsz

vermelding:
10e penning Hof van Delft
In de polder van Voordijcxhooren
t 1e weer
De Wedue van Oude Willem Pietersz., wonende opte Hooren, gebruyct eenen margen teellants, hair eygen competerende, gelegen an de zuytzij van de Castainge, streckende van den Horenscenwech beneffens de Castainge oestwaerts op, den voors. margen getauxeert op 6.15.0, comt de 10en penninck, 0.13.6
d'Selve Wedue gebruyct noch 2 margen weylants, hair eygen competerende, dairan gelegen, streckende totte Masloot toe, den margen getauxeert op 6.15.0, facit 13.10.0, comt den 10en penninck, 1.7.0
't 2e weer
'Selve Wedue gebruyct noch eenen margen boomgaerts met huys, scuyr, bargen dairbij staende, getauxeert 't huys, scuyr ende bargen op 8.10.0 ende den boomgaert op 12.0.0, facit 'tsjaers 20.10.0, comt den 10en penninck, 2.1.0
d'Selve Wedue gebruyct noch 6 margen weylants hair eygen competerende, gemeen mitten voors. margen boomgaerts, streckende van de Horenscenwech oestwaerts op, breedt lants, den margen getauxeert op 6.15.0, facit 40.10.0, comt den 10en penninck, 4.1.0
d'Selve Wedue gebruyct noch van den pastoir ende coster opt Wout eenen margen weylants, streckende van de voors. zes margen oestwaerts totte Masloot toe, wesende smal lant, voor 5.10.0 'sjaers, comt den 10en penninck, 0.10.6
(nb. in marge: by eede verclaert)
d'Selve Wedue bruyct noch 4 hont weylants, hair eygen competerende, leggende gemeen metten voors. pastoir ende costers lant, getauxeert de voors. vier hont op 4.10.0, comt den 10en penninck, 0.9.0
d'Selve Wedue gebruyct noch 3 margen smal weylants, hair eygen competerende, leggende an de zuytzij van de voors. 4 hont, streckende mede mede totte Masloot toe, den marghen getauxeert op 6.15.0, facit 20.5.0, comt den 10en penninck, 2.6.0
d'Voors. Wedue van Oude Willem Pietersz. huyrt van Conincxvelt vyer margen weylants, streckende van 't voorgaende perceel totte Masloot toe, den margen 'sjaers voor 6.15.0, facit 27.0.0, comt den 10en penninck, 2.14.0
't 6e weer
De Wedue van Oude Willem Pietersz. voorscreven gebruyct 2 margen weylants, haer eygentlycken toebehorende, streckende van de voors. twee margen van Cors Heyndricxz. oestwaerts totte Maslot toe, den margen getauxeert op 6.10.0, facit 13.0.0, comt den 10en penninck, 1.6.0
De Wedue van Oude Willem Pietersz. voors., 3 margen 3 hont smal weylants, streckende van de voors. Reyer Claesz. landt westwaerts totte Lotswateringe toe, hair eygen toebehorende, den margen getauxeert op 5.0.0, facit 17.10.0, comt den 10en penninck, 1.15.0

In de polder van Westpeuldijck
De Wedue van Oude Willem Pietersz., wonende opte Horen, gebruyct 2 margen 4 hont weylants hem eygen competerende, streckende van de voorgaende twee margen anderhalff hondt totter Meer toe, den margen getauxeert op 4.10.0, facit 12.0.0, comt den 10en penninck, 1.4.0
De voors. Wedue van Oude Willem Pietersz. opte Horen gebruyct 3 margen weylants hair eygen competerende, streckende van de voors. acht hondt zuytwaerts totte Meer toe, den margen getauxeert op 4.10.0, facit 13.10.0, comt den 10en penninck, 1.7.0

In Hovenhoorn
De Wedue van Oude Willem Pietersz., wonende opte Hooren, gebruyct 3 margen 4 hont teellants hair eygen toebehorende, streckende van de Woutwech noortwaerts op totte landen toe van Adam Heynricsz. wedue, den margen getaxeert op 6.10.0, facit 23.16.8, comt den 10en penninck, 2.7.7

vermelding:
10e penning Vrijenban 1561:
[fol. XIIIIv] De weduwe van Oude Willem Pietersz. woonende opte Hoorn gebruict III margen weijlandts hair eijgen competerende leggende ande zuijtzijde beneffens de voors. anderhalff mergen streckende meede totte Maesloot toe den margen getauxeert op XII £ facit XXXVI £ comt den Xen penninck - III £ XII st.
[fol. XX] Willem Jansz. woonende opte Buijtenwatersloot gebruict van de weduwe van Oude Willem Pietersz. woonende opte Hoorn III margen weijlandts dair an gelegen voor IX £ X st. den margen facit XXVIII £ X st. comt den Xen penninck - II £ XVII st.

vermelding:
10e penning in de Woutharnispolder
De wedue van Oude Willem Pietersz., wonende opte Horen, huyrt van Heynrick Vranckez. tot Delft 10 margen 35 r. weylants, streckende van de voors. 3 margen oestwaerts, ‘sjaers voor 100.0.0 vrij gelts, comt den 10en penninck 10.0.0 (in marge: by eede verclaert) 10.0.0
In de Broederspolder
d’Voors. wedue van Oude Willem Pietersz. gebruyct 3 margen 5 hondt weylants dair zuytwairts aen, streckende uuyter wateringe oestwaerts op, hair eygen competerende, den margen getauxeert op 7.5.0, facit 27.15.10, comt den 10en penninck 2.15.7
[fol. 17] De voors. wedue van Oude Willem Pietersz. gebruyct twee margen teellandts, hair eygentlyck toebehorende, streckende ‘t eynden van de voors. anderhalven margen totte Horensce wateringe toe, den margen getauxeert op 7.5.0, facit 14.10.0, comt den 10en penninck 1.9.0

vermelding:
GA Delft, archieven van de parochiekerken 1348-1572, nr. 44, fol. 90.
Item Marritgen Jansdr. den wede. van Oude Willem Pieterss. op Dijckhoorn heeft den kerck een koe bij testament gemaickt den XVI July anno LXIIII ende is vercoft omme XXII gulden te betalen Sanctorum anno LXIIII Cornelis Wyllemss. moelenair […] 16 juli 1564 is de datum van de verkoop van de koe, getuige overeenkomstige inschrijvingen.

vermelding:
GA Delft. Archief van de ambachtsheerlijkheid Hof van Delft, nr. 118, fol. 51- 51v, 51v-52 d.d. 7 mei 1565.
Comparitie van Adriaen Willemsz., Jan Willemsz. Brasser, Jonge Jan Willemsz., Heijndrick Corstensz., Jan Pietersz. Groenevelt, Vranck Joestez. als mannen en voogden van hun huisvrouwen, en Adriaen Jacobsz. Bruser als voogd van Annetgen Willemsdr., alle erfgenamen van wijlen Maritgen oude Willem Pieterszoons wede, hun moeder z.g. verkopen aan Lenaert Willemsz., hun broeder.

Gezin/Partner: Maritgen Jansdr. Maritgen is geboren circa 1500; is gestorven circa 1563. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1532; Vermeld in verzweerboek Hof van Delft

Aantekeningen:

vermelding:
De ‘hoefslag van Saddijck of Zuydtdijck, waar van iedere morgen 10 pond schot wordt betaald:
Claes Pietersz. op ‘t Wout 6 morgen land, geërfd van zijn ouders Oem Pier en Katrijn ongeveer 20 jaar geleden; 3 morgen, gekocht van Jonge Willem Pietersz. ongeveer 6 jaar geleden (b).

Maritgen, weduwe van Jonge Jan Pietersz., en haar kinderen 1½ morgen land, die haar man heeft gekocht van Jan Aemsz. ongeveer 23 jaar geleden; 3 morgen 12½ roede, gekocht door haar man van Jonge Willem Pietersz. ongeveer 9 jaar geleden (i).