Vranck Adriaensz van der Burch

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• Beroep: Bouwman
• vermelding: van 18 nov 1606; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 6 jun 1607; Verkoop huis, erf en barg te Wateringen
• vermelding: van 4 feb 1612 tot 1637; Koop jaarlijkse losrente te Wateringen
• vermelding: van 23 sep 1612 tot 22 mei 1621; Eigenaar land te Wateringen
• vermelding: van 28 jun 1614; Koop land 'De Noortweij' te Wateringen
• vermelding: van 11 okt 1615; Borg te Wateringen
• vermelding: van 6 dec 1623; Verkoop van Het Lentwijtgen te Wateringen
• vermelding: van 9 mei 1626; Borg bij koop onroerend goed te Naaldwijkerbroek
• vermelding: van 16 mrt 1627; Schuldeiser wegens verkoop onroerend goed te Honselersdijk
• vermelding: van 17 mei 1628; Voogd van de kinderen van zwager Henrick Lenartsz van der Valck
• vermelding: van 3 jun 1628; Transport van land, huisje en vogelkooi te Wateringen
• vermelding: van 14 jul 1631; Verkoop land te Wateringen
• vermelding: van 10 jul 1632; Verkoop custingbrief
• vermelding: van 30 nov 1635; Verkoop de Lentweij te Wateringen
• vermelding: van 26 sep 1640; Testament
• vermelding: van 22 mei 1641; Verkoop onroerend goed te Naaldwijkerbroek
• vermelding: van 10 aug 1641; Vermeld als belender te Wateringen

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 9 d.d. 18-11-1606: Arent Cornelisz. Swartgen als erfgenaam van Maritgen Vrijesendr., Vranck Adriaensz. als erfgenaam van Annetgen Vrijesendr. en Louweris Willemsz. als erfgenaam van Nijesgen Vrijesendr. voor haar zelf en vervangende en hen sterk makende in deze voor al de erfgenamen van de voornoemde Maritgen, Annetgen en Nijesgen Vriesendrs., bekenden verkocht te hebben aan Arent Jansz. van de Hoorn onze mede broeder in officio een huising en erf in de Vleerstraat in het dorp van Wateringen.

vermelding:
ORA Wateringen f. 18v d.d. 6-6-1607: (zwagers) Lenart Pietersz. en Vranck Adriaensz. onze mede buurlieden bekenden verkocht te hebben aan Gijelis Jorisz. mede wonende in het ambacht van Wateringen een huising en erf met een barg staande en gelegen te Wateringen.

vermelding:
ORA Wateringen f. 82 d.d. 4-2-1612: Jan Cornelisz. wielmaker onze buurman bekende verkocht te hebben aan Vranck Adriaensz. van der Burch mede wonende in het ambacht van Wateringen een jaarlijkse losrente van 6 gld. 5 st. ’s jaars. Cornelis Jorisz. van der Lelij onze buurman stelt zich borg.

ORA Wateringen f. 97 d.d. 28-2-1637: Sijmon Adriaensz. korenkoper te Delft bekende getransporteerd te hebben aan Vranck Adriaensz. van der Burch onze inwoner een vierde part van een bezegelde losrentebrief door Pieter Pietersz. kleermaker te Wateringen voor schepenen aldaar verleden op 27-2-1637 inhoudende in het geheel nog zuivers tot last van de voorn. Pieter Pietersz. de som van 400 gld. kapitaal en de renten vandien.
[doorgehaald en bijgeschreven: ‘niet verleden vermits het overlijden van Sijmon Adriaensz.’]

vermelding:
ORA Wateringen f. 89v d.d. 23-9-1612: Doe Vrancken van der Houff onze secretaris bekende verkocht te hebben voor de ene helft aan Vranck Adriaensz. van der Burch en voor de andere helft aan Cornelis Willemsz. en Cornelis Cornelisz. een perceel wei- of hooiland groot omtrent 6 morgen eertijds gekomen van St. Angnieten, gelegen in de Nieuw-Waterinveldsepolder in het ambacht van Wateringen.
f. 90 d.d.23-9-1612: Vranck Adriaensz. van der Burch en Cornelis Willemsz. en Cornelis Cornelisz. onze mede buurlieden bekenden schuldig te wezen. Bijbehorende schuldbrief.

f. 201v d.d. 22-5-1621: Vranck Adriaensz. van der Burch bekende verkocht te hebben aan Cornelis Cornelisz. van der Bie onze buurman de helft van omtrent 3 morgen land eertijds gekomen van St. Angenieten te Delft gelegen in het ambacht van Wateringen in de Nieuw Wateringveldsepolder.
f. 202 d.d. 22-5-1621: Vranck Adriaensz. van der Burch bekende verkocht te hebben aan Pieter Joosten onze buurman de helft van omtrent 3 morgen land eertijds gekomen van St. Angenieten te Delft gelegen in het ambacht van Wateringen in de Nieuw-Wateringveldsepolder.
f. 202 d.d. 22-5-1621: Cornelis Cornelisz. van der Bie en Pieter Joosten van Leeuwen onze buurlied bekenden schuldig te wezen aan Vranck Adriaensz. van der Burch onze buurman de som van 1383 gld. uit zaak van koop van omtrent 3 morgen land eertijds gekomen van St. Angenieten te Delft gelegen in het ambacht van Wateringen in de Nieuw-Wateringveldsepolder.

vermelding:
ORA Wateringen f. 117 d.d. 28-6-1614: Pieter Pietersz. Huijb bekende verkocht te hebben aan Vranck Adriaensz. van der Burch zijn zwager een perceel land genaamd de Noortweij groot omtrent 4 morgen 1 hond land vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht, gelegen in Wateringen in de Wippolder. Voor 2700 gld. daarin gerekend 900 gld. kapitaal toekomende Pieter en Daniel Pieterszonen zijn comparants zonen en 400 gld. kapitaal toebehorendejuffrouw Corneia van der Nadt te Leiden voorwelke twee hoofdsommen het land speciaal verbonden staat.

vermelding:
ORA Wateringen: Vranck Adriaensz. van der Burch wonend te Wateringen is borg voor Joris Cornelisz. de Vrijes, bode, bij de koop van een huis en erf.

Op 17-12-1614 zijn Vranck Adriaensz van der Burch en Joris de Vries borg voor Pieter Pietersz Huijb wonend aan Kwintsheul te Monster.

f. 150 d.d. 7-5-1617: Adriaen Adriaensz. voerschipper en inwoner van Wateringen bekende ontvangen te hebben van de voogden van de twee nageaten weeskinderen van zaliger Maerten Huijbrechtsz. in zijn leven gewoond hebbende te Wateringen de som van 212 gld. daarvoor jaarlijkse te betalen interest vandien. Vranck Adriaensz. van der Burch, Doe van der Houff, Jan Cornelisz. van der Maerl en Adriaen Pietersz. van der Valck alle onze mede buurlieden stellen zich borg.

Op 5-12-1620 is Vranck Adriaensz met Doe van der Houff, secretaris te Wateringen, borg voor Joris Crijnen linnenwever te Wateringen.

vermelding:
ORA Wateringen f. 230 d.d. 6-12-1623: Vranck Adriaensz. van der Burch onze buurman bekende verkocht te hebben aan de heer Joost Brasser omtrent 18 of 20 roeden land uit zijn comparants weitje gelegen in de Wippolder binnen het ambacht van Wateringen genaamd het Lentweijtgen, makende dezelfde 18 of 20 roeden land een volkomen ‘winckel ende viercante’ van de voornoemde heer Brasser zijn hofstede op de noordwesten hoek.

vermelding:
ORA Wateringen f. 23v d.d. 9-5-1626: Jonge Jan Heindricxsz. Duijvesteijn wonende in Naaldwijkerbroek in het ambacht van Wateringen als principaal schuldenaar en Vranck Adriaensz. van der Burch mede wonende in hetzelfde ambacht als borg bekenden bij overwijzing van de erfgenamen van zaliger Arent Jansz. en Jannetgen Engelen in haar leven gewoond hebbende in Naaldwijkerbroek voorsz. schuldig te wezen aan Johan Sallengre als rentmeester van vrouwe Maria van Utrecht weduwe van heer Johan van Oldenbarnevelt in zijn leven heer van Berkel, Bakkum etc. advocaat van Holland en West-Friesland de som van 2000 car. gld. als rest van kooppenningen van een woning als huis, schuur, bargen en geboomte staande op bruiklanden in Naaldwijkerbroek met de actie van dezelfde landen door de voorn. erfgenamen aan voorsz. Jan Heindricxsz. Duijvesteijn heden getransporteerd.

f. 24 d.d. 9-5-1626: Jan Engelsz. als oom en voogd van het nagelaten weeskind van zaliger Jannetgen Engelsdr. geweest zijnde huisvrouw van zaliger Arent Jansz. voor de ene helft, Adriaen Pietersz. van der Wol als getrouwd hebbende Aechgen Jansdr., Jan Maertsz. nagelaten zoon van Maritgen Jansdr., Cors Jorisz. als getrouwd gehad hebbende Hilletgen Jansdr. weduwe van Pieter Jansz., Doe van der Houff secretaris van Wateringen als transport hebbende Dit document is afkomstig van www.hogenda.nl Klik hier voor het totale register van Hogenda bronnen. van Claes Arensz. van der Hidde als getrouwd hebbende Annetgen Jansdr., alle in de voorsz. kwaliteit mede-erfgenamen van de voorsz. Arent Jansz., mitsgaders Adriaen Pietersz. van der Wol, Jan Maertsz. en Cors Jorisz. hen sterk makende voor de verdere erfgenamen van de voorsz. Arent Jansz. voor de andere helft, bekenden verkocht te hebben aan Jonge Jan Heinricxsz. Duijvesteijn zekere woning als huis, schuur, bargen en geboomte staande op zekere bruiklanden en dat met de toegift van dezelve bruiklanden, leggende in Naaldwijkerbroek in het ambacht van Wateringen strekkende van de Brouckweg zuidwaarts tot de Sweth toe.

vermelding:
ORA Wateringen f. 46 d.d. 16-3-1627: Jacob Cornelisz. Hoochwerff wonende in het dorp van Wateringen bekende door overwijzing van Willempgen Gijsendr. weduwe van Pieter Adriaensz. van der Valck schuldig te wezen aan Vranck Adriaensz. van der Burch wonende in het ambacht van Wateringen de som van 500 gld. uit zaak van de laatste kooppenningen van een woning als huis, schuur, bargen en geboomte met omrent 4 hond land.

vermelding:
ORA Wateringen f. 66 d.d. 3-6-1628: Vranck Adriaensz. van der Burch onze inwoner te kennen gevende dat op 10-4-1628 aan Arnouldt de Reeck doctor in de medicijnen wonende in Den Haag verkocht heeft gehad 4 morgen vrij eigen land daarin begrepen een vogelkooi en een huisje mede op hetzelfde land staande, al hetwelk Jacob Pietersz. Tou wonende in de Poeldijk zijn comparants schoonzoon op 13-5-1628 voor schepenen van Wateringen genaast heeft, zodat hij comparant daarom transporteert aan voornoemde Jacob Pietersz. Tou de voorn. 4 morgen land, vogelkooi en het huisje daarop staande.

vermelding:
ORA Wateringen f. 40v d.d. 14-7-1631: Vranck Adriaensz. van der Burch onze inwoner bekende verkocht te hebben aan Pieter Doensz. van Ockenburch wonende in Naaldwijk een stuk weiland gelegen in de Oudewateringveldsepolder in het ambacht van Wateringen gekomen van het convent van Loosduinen, hem comparant aangekomen bij kaveling volgens de kavelcedulle d.d. 26-2-1605

vermelding:
ORA Wateringen f. 61v d.d. 10-7-1632: Vranck Adriaensz. van der Burch onze inwoner bekende getransporteerd te hebben aan Jan Engelsz. wonende binnen het dorp van Wateringen een bezegelde custingbrief gepasseerd voor schepenen van Wateringen d.d. 16-3-1627 inhoudende nog tot last van Jacob Cornelisz. Hoogenwerff de som van 200 gld. en de renten vandien.

vermelding:
ORA Wateringen 30-11-1635: Vranck Adriaensz. van der Burch onze inwoner bekende verkocht te hebben aan sr. Brasser een stuk weiland genaamd de Lentweij gelegen in het ambacht van Wateringen in de Wippolder aan de noordzijde van het hof van de voorsz. heer Joost Brasser groot omtrent 9 hond land.

vermelding:
ONA Monster notaris 26-9-1640: langstlevende testament van het echtpaar Vranck Arijensz van der Burch en Dingenom Pietersdr van der Valck, wonend in het ambacht van Wateringen. Als bezit wordt genoemd land, huis, levende have, gemunt en ongemunt goud en zilver etc. Er wordt een regeling getroffen voor de twee ongetrouwde kinderen: Trijntgen en Arend Vrancken.

vermelding:
ORA Wateringen f. 190 d.d. 22-5-1641: Vranck Adriaensz. van der Burch onze inwoner als grootvader en voogd van de nagelaten weeskinderen van zaliger Engeltgen Vrancken geprocreerd bij Jan Heijnricxsz. Duijvesteijn wonende omtrent Kwintsheul in het ambacht van Moster en de voorn. Vranck Adriaensz. van der Burch bekenden in voorsz. kwaliteit voor de ene helft en de voorsz. Duijvesteijn voor de wederhelft verkocht te hebben aan Phillips Claesz. van Rijn onze inwoner, eerst een woning als huis, schuur, bargen en geboomte staande op bruiklanden, nog de toegift van 29 morgen 3 hond bruiklanden toebehorende verschillende eigenaren gelegen in Naaldwijkerbroek in het ambacht van Wateringen strekkende van de Broekweg zuidwaarts op tot de Zwet toe, nog het gewas van 3,5 morgen tarwe op devoorsz. landen gestaan hebbende in het jaar 1640.

f. 191 d.d. 22-5-1641: Phillips Claesz. van Rijn bekende schuldig te wezen Jan Heijnricxsz. Duijvesteijn voor de ene helft en de nagelaten weeskinderen van Engeltgen Vrancken geprocreerd bij de voorn. Jan Heijndricxsz. Duijvesteijn voor de wederhelft de som van 3100 car. gld. spruitende uit koop van een woning en bruiklanden

vermelding:
ORA Wateringen 10-8-1641, belender van Pieter Doensz van Ockenburch: belend o.a. de weduwe en kinderen van Vranck Adriaensz. van der Burch

Vranck is getrouwd met Dingenom Pieters van der Valck circa 1600 (civil). Dingenom (dochter van Pieter Claasz van der Valk en Geertgen Sijmonsdr) is gestorven na 1 jun 1647. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 9 mei 1626; Koop onroerend goed te Naaldwijkerbroek
• vermelding: van 22 mei 1641; Verkoop onroerend goed te Naaldwijkerbroek
• vermelding: van 3 mei 1652; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 23v d.d. 9-5-1626: Jonge Jan Heindricxsz. Duijvesteijn wonende in Naaldwijkerbroek in het ambacht van Wateringen als principaal schuldenaar en Vranck Adriaensz. van der Burch mede wonende in hetzelfde ambacht als borg bekenden bij overwijzing van de erfgenamen van zaliger Arent Jansz. en Jannetgen Engelen in haar leven gewoond hebbende in Naaldwijkerbroek voorsz. schuldig te wezen aan Johan Sallengre als rentmeester van vrouwe Maria van Utrecht weduwe van heer Johan van Oldenbarnevelt in zijn leven heer van Berkel, Bakkum etc. advocaat van Holland en West-Friesland de som van 2000 car. gld. als rest van kooppenningen van een woning als huis, schuur, bargen en geboomte staande op bruiklanden in Naaldwijkerbroek met de actie van dezelfde landen door de voorn. erfgenamen aan voorsz. Jan Heindricxsz. Duijvesteijn heden getransporteerd.

f. 24 d.d. 9-5-1626: Jan Engelsz. als oom en voogd van het nagelaten weeskind van zaliger Jannetgen Engelsdr. geweest zijnde huisvrouw van zaliger Arent Jansz. voor de ene helft, Adriaen Pietersz. van der Wol als getrouwd hebbende Aechgen Jansdr., Jan Maertsz. nagelaten zoon van Maritgen Jansdr., Cors Jorisz. als getrouwd gehad hebbende Hilletgen Jansdr. weduwe van Pieter Jansz., Doe van der Houff secretaris van Wateringen als transport hebbende Dit document is afkomstig van www.hogenda.nl Klik hier voor het totale register van Hogenda bronnen. van Claes Arensz. van der Hidde als getrouwd hebbende Annetgen Jansdr., alle in de voorsz. kwaliteit mede-erfgenamen van de voorsz. Arent Jansz., mitsgaders Adriaen Pietersz. van der Wol, Jan Maertsz. en Cors Jorisz. hen sterk makende voor de verdere erfgenamen van de voorsz. Arent Jansz. voor de andere helft, bekenden verkocht te hebben aan Jonge Jan Heinricxsz. Duijvesteijn zekere woning als huis, schuur, bargen en geboomte staande op zekere bruiklanden en dat met de toegift van dezelve bruiklanden, leggende in Naaldwijkerbroek in het ambacht van Wateringen strekkende van de Brouckweg zuidwaarts tot de Sweth toe.

vermelding:
ORA Wateringen f. 190 d.d. 22-5-1641: Vranck Adriaensz. van der Burch onze inwoner als grootvader en voogd van de nagelaten weeskinderen van zaliger Engeltgen Vrancken geprocreerd bij Jan Heijnricxsz. Duijvesteijn wonende omtrent Kwintsheul in het ambacht van Moster en de voorn. Vranck Adriaensz. van der Burch bekenden in voorsz. kwaliteit voor de ene helft en de voorsz. Duijvesteijn voor de wederhelft verkocht te hebben aan Phillips Claesz. van Rijn onze inwoner, eerst een woning als huis, schuur, bargen en geboomte staande op bruiklanden, nog de toegift van 29 morgen 3 hond bruiklanden toebehorende verschillende eigenaren gelegen in Naaldwijkerbroek in het ambacht van Wateringen strekkende van de Broekweg zuidwaarts op tot de Zwet toe, nog het gewas van 3,5 morgen tarwe op devoorsz. landen gestaan hebbende in het jaar 1640.

f. 191 d.d. 22-5-1641: Phillips Claesz. van Rijn bekende schuldig te wezen Jan Heijnricxsz. Duijvesteijn voor de ene helft en de nagelaten weeskinderen van Engeltgen Vrancken geprocreerd bij de voorn. Jan Heijndricxsz. Duijvesteijn voor de wederhelft de som van 3100 car. gld. spruitende uit koop van een woning en bruiklanden

vermelding:
ORA Wateringen f. 105v d.d. 3-5-1652: Arij en Pieter Vrancken van der Burch als omen en bloedvoogden van de onmondige kinderen van Engeltgen Vrancken van der Burch in haar leven huisvrouw van Jan Heijndricksz. Duijvesteijn, bekenden verkocht te hebben aan Arendt Vrancken van der Burch zekere 4 morgen 1 hond patrimoniaal weiland gelegen in de Wippolder in het ambacht van Wateringen.

f. 111v (z.d.): Arij en Pieter Vrancken van der Burch als omen en bloedvoogden van de onmondige kinderen van Engeltgen Vrancken van der Burch in haar leven huisvrouw van Jan Heijndricksz. Duvesteijn, bekenden verkocht te hebben aan Joost Jansz. Outshooren 3 morgen patrimoniaal teelland.

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

Engeltge is getrouwd met Jan Heijndricksz (de jonge) Duijvestein vóór 9 mei 1626 (civil). Jan (zoon van Hendrick Jansz Duijvestein) is geboren circa 1589; is gestorven vóór 3 mei 1652. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 23 mrt 1629; Koop rentebrief
• vermelding: van 3 mei 1652; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 27 dec 1662; Borg
• vermelding: van 4 jul 1684; Schuldbekentenis
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 75 d.d. 23-3-1629: Henrick Lenartsz. van der Valck nagelaten zoon en mede-erfgenaam van zaliger Lenart Pietersz. van der Valck en Grietgen Adamsdr. in haar leven gewoond hebbende tot Wateringen voor hem zelf en Vranck Adriaensz. van der Burch mede wonende tot Wateringen als oom en voogd van Pieter en Adam Lenartszonen van der Valck, mitsgaders van Maritgen Lenartsdr. mede nagelaten onmondige kinderen en erfgenamen van de voorsz. Lenart Pietersz. van der Valck en Grietgen Adamsdr., bekenden in die kwaliteit verkocht te hebben aan Adriaen Vranckensz. van der Burch tegenwoordig wonende te Vlaardingen een rentebrief inhoudende de som van 1000 gld. kapitaal tot last van Willem Willemsz. Hoochwerff wonende op het oosteinde van het dorp van Wateringen, volgens de brief d.d. 17-5-1628 voor schepenen van Wateringen gepasseerd.

vermelding:
ORA Wateringen f. 105v d.d. 3-5-1652: Arij en Pieter Vrancken van der Burch als omen en bloedvoogden van de onmondige kinderen van Engeltgen Vrancken van der Burch in haar leven huisvrouw van Jan Heijndricksz. Duijvesteijn, bekenden verkocht te hebben aan Arendt Vrancken van der Burch zekere 4 morgen 1 hond patrimoniaal weiland gelegen in de Wippolder in het ambacht van Wateringen.

f. 111v (z.d.): Arij en Pieter Vrancken van der Burch als omen en bloedvoogden van de onmondige kinderen van Engeltgen Vrancken van der Burch in haar leven huisvrouw van Jan Heijndricksz. Duvesteijn, bekenden verkocht te hebben aan Joost Jansz. Outshooren 3 morgen patrimoniaal teelland.

vermelding:
ONA Delft, 27-12-1662: Leendert Jansze Duijvesteijn met zijn borg Arent Vrancken van der Burch, beide wonend te Wateringen, bekent 200 gld. schuldig te zijn aan Evert Jansz van der Hoven te Wateringen.

vermelding:
ORA Wateringen f. 48v d.d. 4-7-1684: Trintie Pietersdr. Duijffhuijs weduwe en boedelhoudster van Arent Vrancken van der Burgh en Vranck Arentsz. van der Burgh zoon van de voorn. Arent Vrancken van der Burgh in echt verwekt bij voorn. Trintie Pietersdr. Duijffhuis als principaal en Gerrit Pietersz. Proot als in huwelijk hebbende Dingenom Arentsdr. van der Burgh als borg bekenden schuldig te wezen aan Nicolaes Moolemij de som van 1100 car. gld. ter zake van geleende penningen.

f. 70 d.d. 1-8-1685: Trintie Pietersdr. Duijffhuis weduwe en boedelhoudster van Arent Vrancken van der Burgh en Vranck Arentsz. van der Burgh en Dingenom Arentsdr. van der Burgh weduwe en boedelhoudster van Gerrit Pietersz. Proot meerderjarige zoon en dochter van de voorn. Arent Vrancken van der Burgh in echt verwekt bij de voorsz. Trintie Pietersdr. Duijffhuis mede als principalen en Vranck Arentsz. en Arij Pietersz. Duijffhuis als voogden over de onmondige kinderen van Arent Vrancken van der Burgh en de kinderen bij Dingenom Arentsz. in echt verwekt bij Gerrit Pietersz. Proot bekenden schuldig te wezen aan de heer Nicolaes Moolemij de som van 1200 car. gld. ter zake van geleende penningen.

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

Gezin/Partner: Trintie Pieters Duijffhuis. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 3 jun 1628; Transport van land, huisje en vogelkooi te Wateringen
• vermelding: van 5 mrt 1646; Testament
• vermelding: van 4 mei 1652; Verkoop land te Wateringen
• vermelding: van 27 apr 1671; Verklaring over inwonende zoon
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 16 mrt 1689; Boedelscheiding
• vermelding: van 16 mei 1696; Boedelscheiding

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 66 d.d. 3-6-1628: Vranck Adriaensz. van der Burch onze inwoner te kennen gevende dat op 10-4-1628 aan Arnouldt de Reeck doctor in de medicijnen wonende in Den Haag verkocht heeft gehad 4 morgen vrij eigen land daarin begrepen een vogelkooi en een huisje mede op hetzelfde land staande, al hetwelk Jacob Pietersz. Tou wonende in de Poeldijk zijn comparants schoonzoon op 13-5-1628 voor schepenen van Wateringen genaast heeft, zodat hij comparant daarom transporteert aan voornoemde Jacob Pietersz. Tou de voorn. 4 morgen land, vogelkooi en het huisje daarop staande.

vermelding:
ONA Monster 5-3-1646: Testament van Jacob Pietersz Touw, huijsman wonend omtrent den dorpe Poeldijck, en Maritgen Vranckendr van der Burch zijn huisvrouw. De langstlevende is naast 2 vrienden voogd voor de onmondige (klein)kinderen.

vermelding:
ORA Wateringen f. 107 4-5-1652: Maertgen Vranckendr. van der Burch weduwe van Jacob Pietersz. Touw wonende omtrent de Poeldijk geassisteerd met Pieter Jacobsz. van der Hoffstede haar overleden mans zoon wonende omtrent Naaldwijk haar gekoren voogd in deze, bekende verkocht te hebben aan Cornelis Borsman procureur voor het Hof van Holland omtrent 11 hond patrimoniaal weiland gelegen in het Wippoldertje in het ambacht Wateringen.

vermelding:
Monster, notaris Jan van Heijningen, 27-4-1671: Maartien Vrancken van (den) Burgh, weduwe van Jacob Pieterse Hofstede, wonend buiten het dorp van Poeldijk verklaard op verzoek van haar zoon Willem Jacobs Hofstede, dat haar zoon Willem al zijn leven lang in haar huis heeft gewoond, uitgezonderd een half jaar. Hij heeft haar woning en andere dingen waargenomen en heeft geen huurpenningen betaalt en hij heeft geen loon ontvangen. Wel heeft zij haar zoon onderhoud, kost en kleren gegeven.

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

vermelding:
Monster, Notaris Jan van Heijningen, 16-3-1689: Leendert Jacobs Hoffstede, Nicolaes Hoffstede, schout van Waerden ende Gijsbregt Claesen van(der) Voort, getrouwd met Trijntjen Jacobsz Hofstede, zijn alle kinderen en erfgenamen van zaliger Maertjen Vrancken van(der) Burgh die weduwe was van Jacob Pietersz Hofstede. Zij hebben de boedel verdeeld.
- De woning genaamd Arckesteijn en de landerijen bij Poeldijk wordt tegenwoordig bewoond door Leendert Jacobze Hoffstede. Deze woning is te beurt gevallen aan Gijsbregt Clasen (met bijhuis, schuur, bargen, geboomte, ca. 12 morgen wei- en teelland)
- Leendert Jacobsz Hofstede is toebedeeld ca. 13 mergen teelland
- Nicolaes Hoefstede is mede te beurt gevallen 11 mergen en 5 hond weiland
...

vermelding:
ONA Berkel en Rodenrijs 16-5-1696: Boedelbeschrijving en -scheiding door de erfgenamen van zaliger Pieter Vrancken van der Burgh en de erfgenamen van zaliger Jannittie Leenderts ter andere zijde. Er was een testament gemaakt op 12-8-1655.
In de boedel ter waarde van 6.408:6:4 gld. onder andere verschillende partijen land, huisraad, ongemunt goud en zilver. Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn is 2.600 gld. schuldig voor 8 morgen land en voor 3 jaar landpacht.
Volgens testament krijgt Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn de som van 500 gld. Ook krijgt zij nog 310:10:10 voor de leverantie van boter en goederen.
Per saldo wordt de helft van f 4726:16:4 verdeeld over de erfgenamen van Pieter Vrancken van der Burgh:
1/4 deel naar Jaepje Arijens Slobbe, weduwe van Cornelis Arentsz van der Burgh;
1/4 deel naar: Leendert Jacobsz Hoffsteede, wonend te Mondster; Trintie Jacobs Hoffsteede, weduwe van Za. Gijs Claes van der Voort wonend te Monster; de heer Nicolaes van Hoffsteede, schout van Waerder; Dirck Cornelisz van Dijck getrouwd met Engeltie Jacobs Hoffsteede;
1/4 deel naar Vranck Arentsz van der Burgh wonend in Noord Keetel; Pieter Arents van der Burgh woned te Wateringen; Leendert Arentsz van der Burgh wonend te Hof van Delft; Bastiaen Jansz Swaenevelt getrouwd met Dingenom Arents van der Burgh; Engeltie Arents van der Burgh
Overig naar Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn voor 2 delen voor haar zelf en van zaliger Vranck Arents Duijvesteijn; 1/3 deel naar Gerrit Jansz Duijvesteijn te Maasland; Pieter Jansz Duijvesteijn te Naaldwijk 1/6; Heijndrick Leenderts Duijvesteijn, Joost Leendertsz Duijvesteijn en Arij Pietersz Valck, getrouwd met Engeltie Leenderts Duijvestein samen 1/6 en Willem ... getrouwd met Jannittie Meesz ... te Brielle het resterende 1/6 deel.
De erfgenamen van Jannittie Leenderts zijn:
1/5 deel Bastiaentie Roelen weduwe van Arent Jansze Duijvesteijn
1/5 deel Cornelis Corn. Roorijs
1/5 deel Leendert Arentsz Storm
1/5 deel Leendert Pieters .. van der Lelij; Arent Pieters Pas; Arij Claesz Vermeer getrouwd met Leentie Pieters Pas
1/5 deel Teunis Arijens Hoogeveen; Corn. Wijndert getrowd met Neeltie Arijens Hoogeveen; Arijaentie en Leentie Arijens Hoogeveen

Gezin/Partner: Jacob Pietersz Tou Hofstede. Jacob is gestorven vóór 4 mei 1652. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 16 nov 1634 tot 14 mei 1676; Leen van de Hof te Wassenaar
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
15 morgen (1473: 10 morgen) land in het ambacht van Hodenpijl (1676: met huis, berg en geboomte). Belend ten zuiden: (1583: Wigger Symonsz., 1676: de Achter Hodenpijlse molen, 1709: de heer van Ellemeet), ten noorden: (1583: het Heilige geestzusterhuis en het Oude gasthuis te Delft), ten oosten (1583: de Gaegh) en ten westen: (1583: de Zijde of de Lierwatering, 1676: - en Gerrit Leendertsz., 1709: de Krommesloot).
16-11-1634: Cornelis Cornelisz. Rijdt na overdracht door Dirck Cornelisz. van den Brouck (K, fol. 100v).
9-8-1649: Cornelis Cornelisz. Rijdt met ledige hand (K, fol. 100v).
14-5-1676: Herman Arentsz. Delfsgauw na overdracht door Pieter Jansz. Duyvesteyn in de Lier, Gerrit Jansz. Duyvesteyn te Maeslant en Trijntje Vrancken van der Burch te Hodenpijl, als door het Hof van Hollandt op 22-3-1673 aangestelde curatoren over haar man Cornelis Cornelisz. van Rijdt, die al jaren in een beterhuis te Delft als krankzinnige wordt verpleegd, zij behoudt op het leen 6700 karolus gulden

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

Begraven:
Overleden buiten de Watersloot en gevoert na Watering

Gezin/Partner: Cornelis Cornelisz van Rijt. Cornelis (zoon van Cornelis Vranckensz van Rijt en Trijntgen Claesdr van Tedingerbrouck) is geboren circa 1609; is gestorven na 14 mei 1676. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1637; Welgeboren man van Delfland
• vermelding: van 3 mei 1652; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 8 apr 1660; Obligatie te Berkel en Rodenrijs
• vermelding: van 1674; Familiegeld Berkel en Rodenrijs
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 16 mei 1696; Boedelscheiding

Aantekeningen:

Geboorte:
Is in 1674 65 jaar

vermelding:
Pieter Vranckensz van der Burch, tot Berckel
Ook vermeld in 1648, 1649 en in 1654

vermelding:
ORA Wateringen f. 105v d.d. 3-5-1652: Arij en Pieter Vrancken van der Burch als omen en bloedvoogden van de onmondige kinderen van Engeltgen Vrancken van der Burch in haar leven huisvrouw van Jan Heijndricksz. Duijvesteijn, bekenden verkocht te hebben aan Arendt Vrancken van der Burch zekere 4 morgen 1 hond patrimoniaal weiland gelegen in de Wippolder in het ambacht van Wateringen.

f. 111v (z.d.): Arij en Pieter Vrancken van der Burch als omen en bloedvoogden van de onmondige kinderen van Engeltgen Vrancken van der Burch in haar leven huisvrouw van Jan Heijndricksz. Duvesteijn, bekenden verkocht te hebben aan Joost Jansz. Outshooren 3 morgen patrimoniaal teelland.

vermelding:
ONA Berkel, notaris Vedastus Coornwinder, 8-4-1660: In de boedelbeschrijving door Bastiaen Leenerts weduwnaar van Jannitgen Leenerts, eerder weduwe van Hendrick Cornelis Valckoogh, wordt een obligatie vermeld van 300 car. gulden ten laste (een andere) Jannitgen Leenerts, weduwe van Pieter Vranckens van der Burgh uit Rooderijs van Berckel. De obligatie is op 11-5-1651 door Pieter Vranckens van der Burgh ondertekend.

Op 18-5-1669 is de inventaris opgemaakt van Bastiaen Leenerts die dan is overleden. In de inventaris wordt Jannetge Leenderts als mede erfgename vermeld. Zij heeft f 44-16-0 boter e.a. geleverd. Zij erft 1/6 deel: f 1406-18-

vermelding:
Molenstock:
De wed. van Pieter Vrancken van der Burch; leeft bij haer selven [0].
[N] Pieter Vrancken van der Burgh wed. out 65 jaar.

Deze aantekeningen komen uit verschillende registers. De vernelding met '(N)' komt uit een kladregister. Het lijkt daarom dat Pieter Vrancken voor 1674 is overleden, maar dat is niet zeker...

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

vermelding:
ONA Berkel en Rodenrijs 16-5-1696: Boedelbeschrijving en -scheiding door de erfgenamen van zaliger Pieter Vrancken van der Burgh en de erfgenamen van zaliger Jannittie Leenderts ter andere zijde. Er was een testament gemaakt op 12-8-1655.
In de boedel ter waarde van 6.408:6:4 gld. onder andere verschillende partijen land, huisraad, ongemunt goud en zilver. Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn is 2.600 gld. schuldig voor 8 morgen land en voor 3 jaar landpacht.
Volgens testament krijgt Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn de som van 500 gld. Ook krijgt zij nog 310:10:10 voor de leverantie van boter en goederen.
Per saldo wordt de helft van f 4726:16:4 verdeeld over de erfgenamen van Pieter Vrancken van der Burgh:
1/4 deel naar Jaepje Arijens Slobbe, weduwe van Cornelis Arentsz van der Burgh;
1/4 deel naar: Leendert Jacobsz Hoffsteede, wonend te Mondster; Trintie Jacobs Hoffsteede, weduwe van Za. Gijs Claes van der Voort wonend te Monster; de heer Nicolaes van Hoffsteede, schout van Waerder; Dirck Cornelisz van Dijck getrouwd met Engeltie Jacobs Hoffsteede;
1/4 deel naar Vranck Arentsz van der Burgh wonend in Noord Keetel; Pieter Arents van der Burgh woned te Wateringen; Leendert Arentsz van der Burgh wonend te Hof van Delft; Bastiaen Jansz Swaenevelt getrouwd met Dingenom Arents van der Burgh; Engeltie Arents van der Burgh
Overig naar Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn voor 2 delen voor haar zelf en van zaliger Vranck Arents Duijvesteijn; 1/3 deel naar Gerrit Jansz Duijvesteijn te Maasland; Pieter Jansz Duijvesteijn te Naaldwijk 1/6; Heijndrick Leenderts Duijvesteijn, Joost Leendertsz Duijvesteijn en Arij Pietersz Valck, getrouwd met Engeltie Leenderts Duijvestein samen 1/6 en Willem ... getrouwd met Jannittie Meesz ... te Brielle het resterende 1/6 deel.
De erfgenamen van Jannittie Leenderts zijn:
1/5 deel Bastiaentie Roelen weduwe van Arent Jansze Duijvesteijn
1/5 deel Cornelis Corn. Roorijs
1/5 deel Leendert Arentsz Storm
1/5 deel Leendert Pieters .. van der Lelij; Arent Pieters Pas; Arij Claesz Vermeer getrouwd met Leentie Pieters Pas
1/5 deel Teunis Arijens Hoogeveen; Corn. Wijndert getrowd met Neeltie Arijens Hoogeveen; Arijaentie en Leentie Arijens Hoogeveen

Pieter is getrouwd met Jannetge Leenderts op 27 jan 1634 (civil) in Berkel. Jannetge (dochter van Leendert en Leentgen Sijmons) is geboren circa 1609 in Berkel; is gestorven vóór 16 mei 1696. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 24 sep 1658; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 75 d.d. 24-9-1658: Pieter Jansz. Duijvesteijn wonende in De Lier en Leendert Jansz. Duijvesteijn wonende te Wateringen voor hen zelf en als omen en bloedvoogden van Jannetge Meesen nagelaten kind van Jannetje Jansdr. haar comparanten zuster in echt geprocreerd bij Mees Gerritsz. van der Meer, en zich sterk makende voor Gerrit, Arent, Vranck en Engel Jansz. haar comparanten absente broeders, te samen kinderen en erfgenamen van zaliger Jan Gerritsz. (sic! Hendricks) Duijvesteijn in zijn leven woonachtig op Honselersdijk bekenden verkocht te hebben aan Gerrit Hendricksz. van Breuckhoven wonende op Honselersdijk in de ban van Wateringen een huis en erf in de ban van Wateringen daar de koper althans in woonachtig is.

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van ca. 1650 tot 1687; Vermeld in de parochieschreven De Lier
• vermelding: van 24 sep 1658; Verkoop uit nalatenschap
• Beroep: van 1662; Meester bakker
• vermelding: van 2 apr 1662; Getuigenverklaring
• vermelding: van 5 okt 1666; Vermeld bij boedelverdeling tante Annetge Henricxdr Duijvestein
• functie: van 14 mei 1676; Curator voor oom Cornelis Cornelisz van Rijdt
• vermelding: van 1680; Vermeld in het register gezinshoofden te Delfland
• functie: van 15 jul 1682; Ouderling van de protestantse kerk in De Lier
• vermelding: van 17 aug 1683; Lening aan schoonzoon
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 18 apr 1688; Lidmaat van de gereformeerde kerk te Naaldwijk
• vermelding: van 22 feb 1689; Regeling voogdij
• vermelding: van 12 mei 1694; Verkoop land te Maasland
• vermelding: van 16 mei 1696; Boedelscheiding

Aantekeningen:

Geboorte:
Was in 1662 ca. 39 jaar

vermelding:
Pieter Jans deed op 3-10-1649 belijdenis in De Lier samen met Maartje Jans

vermelding:
ORA Wateringen f. 75 d.d. 24-9-1658: Pieter Jansz. Duijvesteijn wonende in De Lier en Leendert Jansz. Duijvesteijn wonende te Wateringen voor hen zelf en als omen en bloedvoogden van Jannetge Meesen nagelaten kind van Jannetje Jansdr. haar comparanten zuster in echt geprocreerd bij Mees Gerritsz. van der Meer, en zich sterk makende voor Gerrit, Arent, Vranck en Engel Jansz. haar comparanten absente broeders, te samen kinderen en erfgenamen van zaliger Jan Gerritsz. (sic! Hendricks) Duijvesteijn in zijn leven woonachtig op Honselersdijk bekenden verkocht te hebben aan Gerrit Hendricksz. van Breuckhoven wonende op Honselersdijk in de ban van Wateringen een huis en erf in de ban van Wateringen daar de koper althans in woonachtig is.

vermelding:
ONA De Lier 2-4-1662: Pieter Jansz Duijvesteijn, meester bakker, oud ca. 39 jaar met zijn huisvrouw Maertje Jans, oud ca. 39 jaar, wonend in De Lier, leggen een verklaring af op verzoek van Mr. Arij Valckenis, mr. chirurgijn wonend in De Lier. Zij waren ontboden ter huize van Dr. Wilhelmus Hasius, predikant in De Lier. Pieter was misnoegd en verontrust, omdat de rechters enige geschenken hadden genoten in de zaak van Mr. Arij. Er was sprake van een omkoping met een tonnetje wijn.

vermelding:
ONA Delft, Notaris Christiaan van Vliet, 5-10-1666: Verdeling door de erfgenamen van het echtpaar Cornelis Sijmons van Schagen en Annetge Henricxdr Duijvesteijn. Haar deel wordt verdeeld onder:
1. 1/3 deel naar haar broer Jan Hendricxsz van Duijvesteijn;
2. 1/3 deel naar de (klein)kinderen van Jan Hendricxse Duijvestein de jonge: Pieter Janse Duijvesteijn, Gerrit Janse Duijvesteijn, Arent Janse Duijvesteijn, Vranck Janse Duijvesteijn, samen ook voor het weeskind van Jannetge Jansdr Duijvesteijn
3. 1/3 deel naar de kinderen van haar zus Lijsbet Hendricx Duijvesteijn: Maritge Pouwels en Arij Pouwels.
Met de talrijke erfgenamen van Cornelis Sijmons van Schagen kwam men bijeen in herberg 'De Vergulde Son' te Delft. Arien Pouwels (Verheul) had uit de nalatenschap ‘een wapering’ overgenomen. Er viel onder de erfgenamen voor bijna 5000 gld. te verdelen. Er is ook sprake van overgenomen hooi, haver en boter (uit het boerenbedrijf van het echtpaar). Er is interest berekend vanaf de maand maart (vermoedelijk overlijden langstlevende van het echtpaar)

functie:
Vermeld in leen Hof te Wateringen

vermelding:
De Lier: Pieter Jansz Duivesteijn, bakker, klasse halve kapitalist, 4 gezinsleden

vermelding:
ONA De Lier: Op 17-8-1683 bekende Harmen Cornelisse van den Bosch, meester timmerman en molenmaker, wonende te Schipluiden, 2000 car.gld. schuldig te zijn aan zijn schoonvader Pieter Jansse Duijvesteijn, setter in Den Lier, en dat i.v.m. een lening waarvoor hij een ‘huijsinge en timmerwinkel’ met gereedschappen en hout uit een boedel had aangekocht.

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

vermelding:
Pieter Jans Duivesteyn van de Lier

vermelding:
ONA De Lier 22-2-1689: Pieter Janse Duijvesteijn, oud setter in de Lier, tegenwoordig wonend te Naaldwijk, regelt de voogdij voor zijn minderjarige kleinkinderen en verdere erfgenamen. Hij benoemt als voogd zijn broer Gerrit Janse Duijvesteijn, wonend te Maasland. De weeskamer wordt uitgesloten.

vermelding:
ORA Maasland 12-5-1694: Comp. Gerrit Jansz. Duijvesteijn wonende alhier voor hem zelf en sterk makende voor Pieter Jansz. Duijvesteijn zijn broeder te samen voor de ene helft, Jan Claesz. van Rijt mitsgaders Deonisius de Bode zo voor hem zelf en als procuratie hebbende van monsr. Isak van Rijt en Ariaen van Rijt te samen voor de wederhelft (proc. voor Ariaen Gellinchuijsen not. tot Haarlem d.d. 1-11-1693) en hebben verkocht aan Cors Wormsz. Groenhoff en Vranck Jorisz. bouman zijn aanbehuwde zoon zekere 4 morgen klooster eigen land gelegen in de Oude Kampze Polder onder Maasland. De jongste oude brief is d.d. 30-11-1679.

vermelding:
ONA Berkel en Rodenrijs 16-5-1696: Boedelbeschrijving en -scheiding door de erfgenamen van zaliger Pieter Vrancken van der Burgh en de erfgenamen van zaliger Jannittie Leenderts ter andere zijde. Er was een testament gemaakt op 12-8-1655.
In de boedel ter waarde van 6.408:6:4 gld. onder andere verschillende partijen land, huisraad, ongemunt goud en zilver. Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn is 2.600 gld. schuldig voor 8 morgen land en voor 3 jaar landpacht.
Volgens testament krijgt Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn de som van 500 gld. Ook krijgt zij nog 310:10:10 voor de leverantie van boter en goederen.
Per saldo wordt de helft van f 4726:16:4 verdeeld over de erfgenamen van Pieter Vrancken van der Burgh:
1/4 deel naar Jaepje Arijens Slobbe, weduwe van Cornelis Arentsz van der Burgh;
1/4 deel naar: Leendert Jacobsz Hoffsteede, wonend te Mondster; Trintie Jacobs Hoffsteede, weduwe van Za. Gijs Claes van der Voort wonend te Monster; de heer Nicolaes van Hoffsteede, schout van Waerder; Dirck Cornelisz van Dijck getrouwd met Engeltie Jacobs Hoffsteede;
1/4 deel naar Vranck Arentsz van der Burgh wonend in Noord Keetel; Pieter Arents van der Burgh woned te Wateringen; Leendert Arentsz van der Burgh wonend te Hof van Delft; Bastiaen Jansz Swaenevelt getrouwd met Dingenom Arents van der Burgh; Engeltie Arents van der Burgh
Overig naar Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn voor 2 delen voor haar zelf en van zaliger Vranck Arents Duijvesteijn; 1/3 deel naar Gerrit Jansz Duijvesteijn te Maasland; Pieter Jansz Duijvesteijn te Naaldwijk 1/6; Heijndrick Leenderts Duijvesteijn, Joost Leendertsz Duijvesteijn en Arij Pietersz Valck, getrouwd met Engeltie Leenderts Duijvestein samen 1/6 en Willem ... getrouwd met Jannittie Meesz ... te Brielle het resterende 1/6 deel.
De erfgenamen van Jannittie Leenderts zijn:
1/5 deel Bastiaentie Roelen weduwe van Arent Jansze Duijvesteijn
1/5 deel Cornelis Corn. Roorijs
1/5 deel Leendert Arentsz Storm
1/5 deel Leendert Pieters .. van der Lelij; Arent Pieters Pas; Arij Claesz Vermeer getrouwd met Leentie Pieters Pas
1/5 deel Teunis Arijens Hoogeveen; Corn. Wijndert getrowd met Neeltie Arijens Hoogeveen; Arijaentie en Leentie Arijens Hoogeveen

Pieter is getrouwd met Maeritge Jans op 25 apr 1649 (civil) in Delft. Maeritge is geboren circa 1623 in De Lier; is begraven in 1681 in De Lier, ger. kerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 24 sep 1658; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 5 okt 1666; Vermeld bij boedelverdeling tante Annetge Henricxdr Duijvestein
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 75 d.d. 24-9-1658: Pieter Jansz. Duijvesteijn wonende in De Lier en Leendert Jansz. Duijvesteijn wonende te Wateringen voor hen zelf en als omen en bloedvoogden van Jannetge Meesen nagelaten kind van Jannetje Jansdr. haar comparanten zuster in echt geprocreerd bij Mees Gerritsz. van der Meer, en zich sterk makende voor Gerrit, Arent, Vranck en Engel Jansz. haar comparanten absente broeders, te samen kinderen en erfgenamen van zaliger Jan Gerritsz. (sic! Hendricks) Duijvesteijn in zijn leven woonachtig op Honselersdijk bekenden verkocht te hebben aan Gerrit Hendricksz. van Breuckhoven wonende op Honselersdijk in de ban van Wateringen een huis en erf in de ban van Wateringen daar de koper althans in woonachtig is.

vermelding:
ONA Delft, Notaris Christiaan van Vliet, 5-10-1666: Verdeling door de erfgenamen van het echtpaar Cornelis Sijmons van Schagen en Annetge Henricxdr Duijvesteijn. Haar deel wordt verdeeld onder:
1. 1/3 deel naar haar broer Jan Hendricxsz van Duijvesteijn;
2. 1/3 deel naar de (klein)kinderen van Jan Hendricxse Duijvestein de jonge: Pieter Janse Duijvesteijn, Gerrit Janse Duijvesteijn, Arent Janse Duijvesteijn, Vranck Janse Duijvesteijn, samen ook voor het weeskind van Jannetge Jansdr Duijvesteijn
3. 1/3 deel naar de kinderen van haar zus Lijsbet Hendricx Duijvesteijn: Maritge Pouwels en Arij Pouwels.
Met de talrijke erfgenamen van Cornelis Sijmons van Schagen kwam men bijeen in herberg 'De Vergulde Son' te Delft. Arien Pouwels (Verheul) had uit de nalatenschap ‘een wapering’ overgenomen. Er viel onder de erfgenamen voor bijna 5000 gld. te verdelen. Er is ook sprake van overgenomen hooi, haver en boter (uit het boerenbedrijf van het echtpaar). Er is interest berekend vanaf de maand maart (vermoedelijk overlijden langstlevende van het echtpaar)

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

Jannetge is getrouwd met Mees Gerritsz van der Meer op 17 mei 1649 (religious) in Loosduinen, Geref. kerk. Mees (zoon van Gerrit Jorisz van der Meer) is geboren circa 1626 in Honselersdijk; is gestorven vóór 19 okt 1664. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 24 sep 1658; Verkoop uit nalatenschap
• Religie: van 1661; Diaken, ouderling en lid van de gereformeerde kerk te Maasland
• Beroep: van 1663; Schoenmaker
• vermelding: van 5 okt 1666; Vermeld bij boedelverdeling tante Annetge Henricxdr Duijvestein
• vermelding: van 2 mei 1668; Verkoop uit nalatenschap
• functie: van 24 okt 1672; Genomineerd voor welgeborene van Delfland
• functie: van 14 mei 1676; Curator voor oom Cornelis Cornelisz van Rijdt
• Beroep: van 1681 tot 27 jun 1715; Pachter van imposten en van gemaal
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap
• functie: van 29 apr 1686; Rentmeester van de weesarmen te Maasland
• vermelding: van 22 feb 1689; Benoemd als voogd
• vermelding: van 12 mei 1694; Verkoop land te Maasland
• vermelding: van 16 mei 1696; Boedelscheiding
• vermelding: van 21 jul 1706; Verkopen uit nalatenschap
• vermelding: van 7 sep 1713; Attestant in notariële akte te Delft
• vermelding: van 6 aug 1717; Schuldbekentenis
• vermelding: van 7 feb 1721; Testament

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 75 d.d. 24-9-1658: Pieter Jansz. Duijvesteijn wonende in De Lier en Leendert Jansz. Duijvesteijn wonende te Wateringen voor hen zelf en als omen en bloedvoogden van Jannetge Meesen nagelaten kind van Jannetje Jansdr. haar comparanten zuster in echt geprocreerd bij Mees Gerritsz. van der Meer, en zich sterk makende voor Gerrit, Arent, Vranck en Engel Jansz. haar comparanten absente broeders, te samen kinderen en erfgenamen van zaliger Jan Gerritsz. (sic! Hendricks) Duijvesteijn in zijn leven woonachtig op Honselersdijk bekenden verkocht te hebben aan Gerrit Hendricksz. van Breuckhoven wonende op Honselersdijk in de ban van Wateringen een huis en erf in de ban van Wateringen daar de koper althans in woonachtig is.

Religie:
1661: Vermeld als diaken
1663: Vermeld als diaken en lid (geen huisvrouw vermeld)
1676: Vermeld als diaken
1692: Vermeld als ouderling

vermelding:
ONA Delft, Notaris Christiaan van Vliet, 5-10-1666: Verdeling door de erfgenamen van het echtpaar Cornelis Sijmons van Schagen en Annetge Henricxdr Duijvesteijn. Haar deel wordt verdeeld onder:
1. 1/3 deel naar haar broer Jan Hendricxsz van Duijvesteijn;
2. 1/3 deel naar de (klein)kinderen van Jan Hendricxse Duijvestein de jonge: Pieter Janse Duijvesteijn, Gerrit Janse Duijvesteijn, Arent Janse Duijvesteijn, Vranck Janse Duijvesteijn, samen ook voor het weeskind van Jannetge Jansdr Duijvesteijn
3. 1/3 deel naar de kinderen van haar zus Lijsbet Hendricx Duijvesteijn: Maritge Pouwels en Arij Pouwels.
Met de talrijke erfgenamen van Cornelis Sijmons van Schagen kwam men bijeen in herberg 'De Vergulde Son' te Delft. Arien Pouwels (Verheul) had uit de nalatenschap ‘een wapering’ overgenomen. Er viel onder de erfgenamen voor bijna 5000 gld. te verdelen. Er is ook sprake van overgenomen hooi, haver en boter (uit het boerenbedrijf van het echtpaar). Er is interest berekend vanaf de maand maart (vermoedelijk overlijden langstlevende van het echtpaar)

vermelding:
ORA Kethel en Spaland Nr. 246 folio 196v. d.d. 02-05-1668. Cornelis Arijensz. IJselsteijn zoon van Ariaentgen Dircxdr. Heckenhouck voor ⅓ part, Gerrit Jansz. Duijvesteijn gehuwd met Lijsbeth Arijensdr. IJselsteijn, dochter van de voorn. Ariaentgen Dircxdr. Heckenhouck voor ⅓ part, Arijen Cornelisz. IJselsteijn en de voorn. Cornelis Arijensz. IJselsteijn, door weesmannen van Maassluis als voogden gesteld over de onmondige zoon van zaliger Ariaentgen Arijensdr. IJselsteijn die mede een dochter was van de voorn. Ariaentgen Dircxdr. Heckenhouck, voor het resterende ⅓ part, zijnde kindskinderen en een kinds-kindskind van zaliger Dirck Maertensz. Heckenhouck, die het navolgende land bij codicille op 12-08-1658, verleden voor notaris Maerten Kouwenhove te Schiedam, had vermaakt aan de kinderen van zijn dochter Ariaentgen Dircxdr. voorn. en hebben in die kwaliteit verkocht aan Joris Jacobsz. van der Valck en Cornelis Pietersz. Post als Heilige geestmeesters van Kethel 3 morgen 5 hond land in de Westabspolder, gekomen van het St. Jacobs Gasthuis van Schiedam. Belend ten N: Teunis Arijensz. van Dijck met bruikwaar en ten Z: de kindskinderen van Aefje Maertensdr. Strekkende uit de Slimme watering west op tot in de Poldervaart. De jongste waarbrief in dato 15-03-1641. Speciale conditie dat het land een uitweg zal hebben over het land van de voorsz. Aefje Maertensdr., alsmede over de heul of brug tot op de Schiedamseweg. Niet belast. Prijs f 3.375, contant geld boven de f 10 te ontvangen door de armen.

functie:
Gerrit Jansz Duijvesteijn, in Maesland

functie:
Zie leen Hof te Wateringen

Beroep:
1681: Gerrit Jans was pachter van imposten van het turf en de koeien over Maasland.
1683: Gerrit Jans was pachter van het zout en de koeien over Vlaardingen.
1684: Gerrit Jans was pachter van het gemaal over Maassluis
1698-1700: Gerrit Jans was pachter van de koeien over Delft en Delfland
Hij was ook pachter van het fruit voor Schiedam.
14-4-1707/1712: pachter impost turf en kolen te Delft en Delfland
23-6-1710: pachter impost grove waren
22-11-1711: Pachter van impost op het bestiaal (Delft)
27-5-1713/1715: Pachter van impost op turf te Zouteveen
19-9-1713: Pachter van zout en zeep over Maasland en Maassluis
01-03-1714 Delft: Gerrit Jansz Duijvesteijn wonend te Maasland en Sijmon van West, wonend te Delft hebben enige jaren terug met anderen gepacht verscheiden 'van des gemeenlands imposten raakende den gemeenlands Comptoire van den heer Ontfanger Mr. Maarten van Bleijswijck tot Delft'.

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

vermelding:
ONA De Lier 22-2-1689: Pieter Janse Duijvesteijn, oud setter in de Lier, tegenwoordig wonend te Naaldwijk, regelt de voogdij voor zijn minderjarige kleinkinderen en verdere erfgenamen. Hij benoemt als voogd zijn broer Gerrit Janse Duijvesteijn, wonend te Maasland. De weeskamer wordt uitgesloten.

vermelding:
ORA Maasland 12-5-1694: Comp. Gerrit Jansz. Duijvesteijn wonende alhier voor hem zelf en sterk makende voor Pieter Jansz. Duijvesteijn zijn broeder te samen voor de ene helft, Jan Claesz. van Rijt mitsgaders Deonisius de Bode zo voor hem zelf en als procuratie hebbende van monsr. Isak van Rijt en Ariaen van Rijt te samen voor de wederhelft (proc. voor Ariaen Gellinchuijsen not. tot Haarlem d.d. 1-11-1693) en hebben verkocht aan Cors Wormsz. Groenhoff en Vranck Jorisz. bouman zijn aanbehuwde zoon zekere 4 morgen klooster eigen land gelegen in de Oude Kampze Polder onder Maasland. De jongste oude brief is d.d. 30-11-1679.

vermelding:
ONA Berkel en Rodenrijs 16-5-1696: Boedelbeschrijving en -scheiding door de erfgenamen van zaliger Pieter Vrancken van der Burgh en de erfgenamen van zaliger Jannittie Leenderts ter andere zijde. Er was een testament gemaakt op 12-8-1655.
In de boedel ter waarde van 6.408:6:4 gld. onder andere verschillende partijen land, huisraad, ongemunt goud en zilver. Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn is 2.600 gld. schuldig voor 8 morgen land en voor 3 jaar landpacht.
Volgens testament krijgt Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn de som van 500 gld. Ook krijgt zij nog 310:10:10 voor de leverantie van boter en goederen.
Per saldo wordt de helft van f 4726:16:4 verdeeld over de erfgenamen van Pieter Vrancken van der Burgh:
1/4 deel naar Jaepje Arijens Slobbe, weduwe van Cornelis Arentsz van der Burgh;
1/4 deel naar: Leendert Jacobsz Hoffsteede, wonend te Mondster; Trintie Jacobs Hoffsteede, weduwe van Za. Gijs Claes van der Voort wonend te Monster; de heer Nicolaes van Hoffsteede, schout van Waerder; Dirck Cornelisz van Dijck getrouwd met Engeltie Jacobs Hoffsteede;
1/4 deel naar Vranck Arentsz van der Burgh wonend in Noord Keetel; Pieter Arents van der Burgh woned te Wateringen; Leendert Arentsz van der Burgh wonend te Hof van Delft; Bastiaen Jansz Swaenevelt getrouwd met Dingenom Arents van der Burgh; Engeltie Arents van der Burgh
Overig naar Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn voor 2 delen voor haar zelf en van zaliger Vranck Arents Duijvesteijn; 1/3 deel naar Gerrit Jansz Duijvesteijn te Maasland; Pieter Jansz Duijvesteijn te Naaldwijk 1/6; Heijndrick Leenderts Duijvesteijn, Joost Leendertsz Duijvesteijn en Arij Pietersz Valck, getrouwd met Engeltie Leenderts Duijvestein samen 1/6 en Willem ... getrouwd met Jannittie Meesz ... te Brielle het resterende 1/6 deel.
De erfgenamen van Jannittie Leenderts zijn:
1/5 deel Bastiaentie Roelen weduwe van Arent Jansze Duijvesteijn
1/5 deel Cornelis Corn. Roorijs
1/5 deel Leendert Arentsz Storm
1/5 deel Leendert Pieters .. van der Lelij; Arent Pieters Pas; Arij Claesz Vermeer getrouwd met Leentie Pieters Pas
1/5 deel Teunis Arijens Hoogeveen; Corn. Wijndert getrowd met Neeltie Arijens Hoogeveen; Arijaentie en Leentie Arijens Hoogeveen

vermelding:
ORA Maasland 21-07-1705: De erfgenamen van Cornelis Ariensz Iselsteijn doen diverse verkopen.
Als erfgenamen worden vermeld: Gerrit Jansz. Duijvesteijn als in huwelijk hebbende Lijsbet Ariensdr. Iselsteijn, Maarten Jansz. Verkade, Sara Ariensdr. Iselsteijn, Mees van Dorp als in huwelijk hebbende Willemptie Ariensdr. Iselsteijn en Neeltie Ariensdr. Iselsteijn wed. Sijmen van der Well.
Verkocht aan:
1. Jacob Teunisz. van den Hoet de helft van zekere tuin of boomgaard gelegen binnen het dorp van Maasland op het zuideinde
2. Dirck Cocq secretaris van Maasland de helft van zekere tuin of boomgaard waarvan de wederhelft hiervoor aan Jacob Teunisz. van den Hoet is getransporteerd, gelegen op het zuideinde binnen het dorp van Maasland.
3. Sara Ariensdr. Iselsteijn mede-erfgenaam van de voorn. Cornelis Ariensz. Iselsteijn zeker huis, schuur, boomgaard en geboomte staande en gelegen aan de Oostgaag onder het ambacht van Maasland. Jongste oude brief d.d. 31-12-1692.

Op 17-9-1707 staat Sara Iselsteijn onder curatele. Zij verkopen dan aan:
4. Mees van Dorp wonende op Maassluis eerstelijk 4 morgen 5 hond land gelegen in de Dijkpolder onder Maasland. Item nog 5 morgen land gelegen in de Foppenpolder. Item nog de helft in een huis en boomgaard groot 1 morgen 8 roeden land gelegen in de Dijkpolder. Laatstelijk nog een gedeelte in een stuk buitendijks land groot 7 morgen 4 hond 80 roeden en waarvan het resterende de voorn. Mees van Dorp bij kaveling te deel gevallen is. Voor de som van 5832 gld. 13 st. 4 pen. in gereed geld.
5. (namens Sara) Mees van Dorp wonende op Maassluis zekere twee derde parten in de helft van een huis en boomgaard groot in het geheel 1 morgen 8 roeden en waarvan het resterende de voorn. Van Dorp is toebehorende, staande en gelegen in de Dijkpolder van Maasland.
6. Jan Jacobsz. van der Meer onze inwoner zekere huising en erve met al deselfs ap- en dependenanten vandien, staande en gelegen binnen het dorp van Maasland.

vermelding:
ORA Maasland 6-8-1717: Comp. Gerrit Jansz. Duijvesteijn en Dirck Cocq secretaris onze inwoners en bekenden schuldig te wezen aan de schout en zetters representerende het ambacht van Maasland en ten behoeve van Pieter Crijnen Patijn onze inwoner voor hem zelf, te weten aan het ambacht van Maasland de som van 700 gld. en aan de voorn. Pieter Patijn mede gelijke som van 700 gld. uit zaak van cassatie van zekere obligatie onder de hand.

vermelding:
ONA Delft, notaris Cornelis van der Sleyden 7-2-1721: Gerrit Duijvesteijn, weduwnaar en boedelhouder van Lijsbeth Ariens, wonend te Maassluis, doch tegenwoordig te Delft, maakt zijn testament. Hij legateert 200 gld. aan zijn kleindochter Cornelia Cocq. Erfgenaamen de 3 kinderen (Maria, Elisabeth en Cornelia) van zijn dochter wijlen Ariaentge Duijvesteijn en haar man Dirck Cocq, in zijn leven secretaris van Maasland.
Gerrit ondertekent met een zeer beverig handschrift.

Gerrit is getrouwd met Lijsbeth Cornelis op 7 nov 1655 (civil) in Delft. Lijsbeth is geboren circa 1630 in Maasland; is gestorven in 1660 in Maasland. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Gerrit is getrouwd met Lijsbet Ariensdr IJsselsteijn na 1663 (civil). Lijsbet is geboren circa 1635; is begraven op 7 mrt 1694 in Maassluis. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 24 sep 1658; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 23 dec 1662; Koop huis en erf te Wateringen
• vermelding: van 27 dec 1662; Schuldbekentenis
• vermelding: van 25 aug 1668; Testament Vranck Jansz Duijvesteijn
• vermelding: van 19 jun 1675; Koop land te Wateringen
• vermelding: van 14 mei 1677; Verkoop en koop huis en erf te Wateringen
• vermelding: van 1 apr 1682 tot 24 mei 1696; Schuld te Wateringen
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 4 dec 1687; Verkoop land aan kinderen

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 75 d.d. 24-9-1658: Pieter Jansz. Duijvesteijn wonende in De Lier en Leendert Jansz. Duijvesteijn wonende te Wateringen voor hen zelf en als omen en bloedvoogden van Jannetge Meesen nagelaten kind van Jannetje Jansdr. haar comparanten zuster in echt geprocreerd bij Mees Gerritsz. van der Meer, en zich sterk makende voor Gerrit, Arent, Vranck en Engel Jansz. haar comparanten absente broeders, te samen kinderen en erfgenamen van zaliger Jan Gerritsz. (sic! Hendricks) Duijvesteijn in zijn leven woonachtig op Honselersdijk bekenden verkocht te hebben aan Gerrit Hendricksz. van Breuckhoven wonende op Honselersdijk in de ban van Wateringen een huis en erf in de ban van Wateringen daar de koper althans in woonachtig is.

vermelding:
ORA Wateringen f. 171v d.d. 23-12-1662: Daniel van Schoonhoven onze mede broeder in bediening en Adriaen Jochemsz. Sonnevelt als gestelde curatoren door het gerecht van wateringen over de boedel en goederen nagelaten door zaliger Maritje Joosten weduwe van Jochem Arijensz. Sonnevelt bekenden op 3-6-1662 in het openbaar verkocht te hebben en alsnu op te dragen aan Leendert Jansz. Duijvestein onze inwoner een huis en erf in het dorp van Wateringen.

vermelding:
ONA Delft, 27-12-1662: Leendert Jansze Duijvesteijn met zijn borg Arent Vrancken van der Burch, beide wonend te Wateringen, bekent 200 gld. schuldig te zijn aan Evert Jansz van der Hoven te Wateringen.

vermelding:
Vranck Jansz. Duijvesteijn Jongman, ligt ziek te bed ten huize van Vranck Joosten van Rijt, compareerde 25 augustus 1668 tot het maken van zijn testament, waarin hij ten eerste enige legaten vermaakt aan zijn broeder Leendert Jansz. Duijvesteijn, aan een dochter van deze broeder, Engeltje Leenders Duijvesteijn, en aan Maritgen Heijndricxdr., de huisvrouw van zijn broeder Leendert Jansz. Duijvesteijn, benoemt vervolgens tot zijn universele erfgenamen zijn naaste erfgenamen ab intestato.

vermelding:
ORA Wateringen f. 104v d.d. 19-6-1675: Pieter Danielsz. Schoonhooven onze inwoner verklaarde verkocht te hebben aan Leendert Jansz. Duijvesteijn onze mede inoner 2 morgen 2 hond 60 roeden land wezende voor een gedeelte boomgaard gelegen in het ambacht van Wateringen in de Wippolder.

vermelding:
ORA Wateringen f. 121 d.d. 14-5-1677: Leendert Jansz. Duijvesteijn onze inwoner bekende verkocht te hebben aan mr. Pieter Valckenis een huis en erf in het dorp van Wateringen.

f. 122 d.d. 14-5-1677: Geertje Bancken van der Laen weduwe van Huijbrecht Pietersz. Persoon onze inwoneresse bekende verkocht te hebben aan Leendert Jansz. Duijvesteijn onze inwoner een huisn, erf, barg en geboomte in het dorp van Wateringen.

vermelding:
ORA Wateringen f. 5v d.d. 1-4-1682: Maria Heinderickxdr. van Noorden weduwe van Leendert Jansz. Duijvesteijn wonende te Wateringen bekende schuldig te wezen aan Jan Steevensz. van Selder wonende te Delft de som van 1500 car. gld. ter zake van geleende penningen.


ONA Delft, 24-5-1696: Aart de Swart, mr. timmerman wonend te Delft, ook namens zijn broer Jacob de Swart geeft te kennen dat bij Maria Heijndrixs van Noorden weduwe van Leendert Jans Duijvesteijn ten behoeve van Jan Steevensz van Selden (inmiddels overleden) op 1-8-1682 een schuldbrief van 1.500 gld. is gepasseerd voor schout en schepenen van Wateringen. De weduwe had hieraan verboden 2 m. en 200 h. boomgaard in de Wippolder te Wateringen. De kinderen Jan Leenderts Duijvesteijn, Engeltgen, Heijndrick & Joost Leenderts Duijvesteijn zijn borg. De schuld is voldaan.

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

vermelding:
ORA Wateringen f. 118 d.d. 4-12-1687: Maertie Hendricksz. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn bekende verkocht te hebben aan haar zoon en dochter Hendrick Leendersz. en Engeltie Leendersdr. Duijvesteijn een preceel land gelegen binnen of omtrent het dorp van Wateringen breed 12 roeden en voeten en land van ’s Herenweg genaamd de Kerklaan tot op het land van Pieter Adriaensz. Valckenis, welk land is gekomen van de weduwe van Mijndert van der Spijck voor de helft.

Leendert is getrouwd met Maria Hendericksdr van Noorden op 21 mei 1657 (civil) in Delft. Maria is geboren circa 1636 in Wateringen; is gestorven op 21 jun 1694 in Wateringen. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 3 mei 1652; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 24 sep 1658; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 5 okt 1666; Vermeld bij boedelverdeling tante Annetge Henricxdr Duijvestein
• vermelding: van 1672; Hoorngeld te Delfland
• vermelding: van 1674; Familiegeld Berkel en Rodenrijs
• vermelding: van 25 jan 1674; Koop onroerend goed te Schiedam
• vermelding: van 13 feb 1674; Schuldbekentenis
• vermelding: van 13 okt 1681; Benoeming als voogd
• functie: van 1684; Ambachtsbewaarder van Berkel & Rodenrijs
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 19 nov 1694; Testament
• vermelding: van 16 mei 1696; Boedelscheiding

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 105v d.d. 3-5-1652: Arij en Pieter Vrancken van der Burch als omen en bloedvoogden van de onmondige kinderen van Engeltgen Vrancken van der Burch in haar leven huisvrouw van Jan Heijndricksz. Duijvesteijn, bekenden verkocht te hebben aan Arendt Vrancken van der Burch zekere 4 morgen 1 hond patrimoniaal weiland gelegen in de Wippolder in het ambacht van Wateringen.

f. 111v (z.d.): Arij en Pieter Vrancken van der Burch als omen en bloedvoogden van de onmondige kinderen van Engeltgen Vrancken van der Burch in haar leven huisvrouw van Jan Heijndricksz. Duvesteijn, bekenden verkocht te hebben aan Joost Jansz. Outshooren 3 morgen patrimoniaal teelland.

vermelding:
ORA Wateringen f. 75 d.d. 24-9-1658: Pieter Jansz. Duijvesteijn wonende in De Lier en Leendert Jansz. Duijvesteijn wonende te Wateringen voor hen zelf en als omen en bloedvoogden van Jannetge Meesen nagelaten kind van Jannetje Jansdr. haar comparanten zuster in echt geprocreerd bij Mees Gerritsz. van der Meer, en zich sterk makende voor Gerrit, Arent, Vranck en Engel Jansz. haar comparanten absente broeders, te samen kinderen en erfgenamen van zaliger Jan Gerritsz. (sic! Hendricks) Duijvesteijn in zijn leven woonachtig op Honselersdijk bekenden verkocht te hebben aan Gerrit Hendricksz. van Breuckhoven wonende op Honselersdijk in de ban van Wateringen een huis en erf in de ban van Wateringen daar de koper althans in woonachtig is.

vermelding:
ONA Delft, Notaris Christiaan van Vliet, 5-10-1666: Verdeling door de erfgenamen van het echtpaar Cornelis Sijmons van Schagen en Annetge Henricxdr Duijvesteijn. Haar deel wordt verdeeld onder:
1. 1/3 deel naar haar broer Jan Hendricxsz van Duijvesteijn;
2. 1/3 deel naar de (klein)kinderen van Jan Hendricxse Duijvestein de jonge: Pieter Janse Duijvesteijn, Gerrit Janse Duijvesteijn, Arent Janse Duijvesteijn, Vranck Janse Duijvesteijn, samen ook voor het weeskind van Jannetge Jansdr Duijvesteijn
3. 1/3 deel naar de kinderen van haar zus Lijsbet Hendricx Duijvesteijn: Maritge Pouwels en Arij Pouwels.
Met de talrijke erfgenamen van Cornelis Sijmons van Schagen kwam men bijeen in herberg 'De Vergulde Son' te Delft. Arien Pouwels (Verheul) had uit de nalatenschap ‘een wapering’ overgenomen. Er viel onder de erfgenamen voor bijna 5000 gld. te verdelen. Er is ook sprake van overgenomen hooi, haver en boter (uit het boerenbedrijf van het echtpaar). Er is interest berekend vanaf de maand maart (vermoedelijk overlijden langstlevende van het echtpaar)

vermelding:
Berkel en Rodenrijs: Arent Jansz. Duijvesteijn: 18 koeien; 3 ouwe vaarsen; 3 jonge vaarsen 1 paard en 45 voeren hooi.

vermelding:
Zuideinde: Arent Jansz. Duyvesteyn met sijn vrouw, ende een kint en knecht; uts. met bouwene [1000].

vermelding:
ORA Schiedam 25-01-1674. Jannetgen Vranckendr. gehuwd met Vranck Jansz. Duijvesteijn als houdende haar eigen goederen verkoopt Arent Jansz. Duijvesteijn zeker huis, bouwhuis, barg en geboomte met erf, belend O ‘s-heren bansloot genaamd de Krepelstraat en W de banen van de erfgenamen van Lijsbeth Jansdr., strekkende voor van de straat tot achter aan zekere andere ‘s-heren bansloot, voor 640 gld in gereed geld ontvangen.

vermelding:
Schiedam: Arent Jansz. Duijvesteijn
Wonende tot Berckel, compareerde 13 februari 1674 , en bekenden wel en deugdelijk schuldig te zijn aan Maria Willems Maen, weduwe van Cornelis Galeijnsz. Keijser, de somma van 525 gulden, ter zake en per reste van koop en leverantie van koebeesten en hooi tot zijn Comparants volkomen contentement ontfangen.

vermelding:
Schiedam: Arijen Jansz. Duijvesteijn. Benoemd tot voogd door Gabriel Krijne Vermeer, wonende int Ambacht van Berckel, in dato 13 oct. 1681

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

vermelding:
ONA Berkel, notaris Dirck Uiterwaert, 19-11-1694: Langsstlevende-testament van het echtpaar Arent Jansz Duijvesteijn en Bastiaentje Roelen wonend te Berkel. Arent ligt ziek op bed en Bastiaentje is kloek en gezond. In het testament worden voorwaarden vastgelegd voor het onderhoud en onderricht van de kinderen. Bij het huwelijk of de leeftijd van 20 jaar krijgen de kinderen de som van 400 car. gulden en 20 stuivers boven een behoorlijke uitzet van linnen en wolle klederen. De weeskamer wordt uitgesloten. De langstlevende wordt tot voogd over de minderjarige kinderen benoemd.

vermelding:
ONA Berkel en Rodenrijs 16-5-1696: Boedelbeschrijving en -scheiding door de erfgenamen van zaliger Pieter Vrancken van der Burgh en de erfgenamen van zaliger Jannittie Leenderts ter andere zijde. Er was een testament gemaakt op 12-8-1655.
In de boedel ter waarde van 6.408:6:4 gld. onder andere verschillende partijen land, huisraad, ongemunt goud en zilver. Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn is 2.600 gld. schuldig voor 8 morgen land en voor 3 jaar landpacht.
Volgens testament krijgt Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn de som van 500 gld. Ook krijgt zij nog 310:10:10 voor de leverantie van boter en goederen.
Per saldo wordt de helft van f 4726:16:4 verdeeld over de erfgenamen van Pieter Vrancken van der Burgh:
1/4 deel naar Jaepje Arijens Slobbe, weduwe van Cornelis Arentsz van der Burgh;
1/4 deel naar: Leendert Jacobsz Hoffsteede, wonend te Mondster; Trintie Jacobs Hoffsteede, weduwe van Za. Gijs Claes van der Voort wonend te Monster; de heer Nicolaes van Hoffsteede, schout van Waerder; Dirck Cornelisz van Dijck getrouwd met Engeltie Jacobs Hoffsteede;
1/4 deel naar Vranck Arentsz van der Burgh wonend in Noord Keetel; Pieter Arents van der Burgh woned te Wateringen; Leendert Arentsz van der Burgh wonend te Hof van Delft; Bastiaen Jansz Swaenevelt getrouwd met Dingenom Arents van der Burgh; Engeltie Arents van der Burgh
Overig naar Bastiaentie Roelen, weduwe van Arent Jansz Duijvesteijn voor 2 delen voor haar zelf en van zaliger Vranck Arents Duijvesteijn; 1/3 deel naar Gerrit Jansz Duijvesteijn te Maasland; Pieter Jansz Duijvesteijn te Naaldwijk 1/6; Heijndrick Leenderts Duijvesteijn, Joost Leendertsz Duijvesteijn en Arij Pietersz Valck, getrouwd met Engeltie Leenderts Duijvestein samen 1/6 en Willem ... getrouwd met Jannittie Meesz ... te Brielle het resterende 1/6 deel.
De erfgenamen van Jannittie Leenderts zijn:
1/5 deel Bastiaentie Roelen weduwe van Arent Jansze Duijvesteijn
1/5 deel Cornelis Corn. Roorijs
1/5 deel Leendert Arentsz Storm
1/5 deel Leendert Pieters .. van der Lelij; Arent Pieters Pas; Arij Claesz Vermeer getrouwd met Leentie Pieters Pas
1/5 deel Teunis Arijens Hoogeveen; Corn. Wijndert getrowd met Neeltie Arijens Hoogeveen; Arijaentie en Leentie Arijens Hoogeveen

Overleden:
Arent is overleden eind 1694 of in januari 1695

Arent is getrouwd met Bastiaentje Roelen Schipper op 24 jan 1668 (civil) in Berkel. Bastiaentje (dochter van Roel Adriaensz Joppen en Neeltge Leenders) is gedoopt op 22 aug 1649 in Berkel, RK kerk; is gestorven op 25 aug 1724 in Berkel en Rodenrijs; is begraven op 30 aug 1724 in Berkel en Rodenrijs, Noordkerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 24 sep 1658; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 5 okt 1666; Vermeld bij boedelverdeling tante Annetge Henricxdr Duijvestein
• vermelding: van 25 aug 1668; Testament Vranck Jansz Duijvesteijn
• vermelding: van 15 mrt 1671; Huwelijkse voorwaarden
• vermelding: van 11 aug 1671; Testament Jannetje Francken van Rijt
• vermelding: van 21 mei 1672; Transactie in nalatenschap
• vermelding: van 28 mei 1672; Regeling schuld
• vermelding: van 25 jan 1674; Verkoop aan zwager
• vermelding: van 27 jan 1674; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 18 mei 1674; Verkoop land te Kethel
• vermelding: van 1 feb 1675; Verkoop voor (stief)kinderen
• vermelding: van 7 aug 1685; Verkoop uit nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
ORA Wateringen f. 75 d.d. 24-9-1658: Pieter Jansz. Duijvesteijn wonende in De Lier en Leendert Jansz. Duijvesteijn wonende te Wateringen voor hen zelf en als omen en bloedvoogden van Jannetge Meesen nagelaten kind van Jannetje Jansdr. haar comparanten zuster in echt geprocreerd bij Mees Gerritsz. van der Meer, en zich sterk makende voor Gerrit, Arent, Vranck en Engel Jansz. haar comparanten absente broeders, te samen kinderen en erfgenamen van zaliger Jan Gerritsz. (sic! Hendricks) Duijvesteijn in zijn leven woonachtig op Honselersdijk bekenden verkocht te hebben aan Gerrit Hendricksz. van Breuckhoven wonende op Honselersdijk in de ban van Wateringen een huis en erf in de ban van Wateringen daar de koper althans in woonachtig is.

vermelding:
ONA Delft, Notaris Christiaan van Vliet, 5-10-1666: Verdeling door de erfgenamen van het echtpaar Cornelis Sijmons van Schagen en Annetge Henricxdr Duijvesteijn. Haar deel wordt verdeeld onder:
1. 1/3 deel naar haar broer Jan Hendricxsz van Duijvesteijn;
2. 1/3 deel naar de (klein)kinderen van Jan Hendricxse Duijvestein de jonge: Pieter Janse Duijvesteijn, Gerrit Janse Duijvesteijn, Arent Janse Duijvesteijn, Vranck Janse Duijvesteijn, samen ook voor het weeskind van Jannetge Jansdr Duijvesteijn
3. 1/3 deel naar de kinderen van haar zus Lijsbet Hendricx Duijvesteijn: Maritge Pouwels en Arij Pouwels.
Met de talrijke erfgenamen van Cornelis Sijmons van Schagen kwam men bijeen in herberg 'De Vergulde Son' te Delft. Arien Pouwels (Verheul) had uit de nalatenschap ‘een wapering’ overgenomen. Er viel onder de erfgenamen voor bijna 5000 gld. te verdelen. Er is ook sprake van overgenomen hooi, haver en boter (uit het boerenbedrijf van het echtpaar). Er is interest berekend vanaf de maand maart (vermoedelijk overlijden langstlevende van het echtpaar)

vermelding:
Vranck Jansz. Duijvesteijn Jongman, ligt ziek te bed ten huize van Vranck Joosten van Rijt, compareerde 25 augustus 1668 tot het maken van zijn testament, waarin hij ten eerste enige legaten vermaakt aan zijn broeder Leendert Jansz. Duijvesteijn, aan een dochter van deze broeder, Engeltje Leenders Duijvesteijn, en aan Maritgen Heijndricxdr., de huisvrouw van zijn broeder Leendert Jansz. Duijvesteijn, benoemt vervolgens tot zijn universele erfgenamen zijn naaste erfgenamen ab intestato.

vermelding:
Schiedam 15-3-1671: Vranck Jansz. Duijvesteijn
Wonende te Schiedam, toekomende bruidegom, en Jannetge Vrancken van Rijt, weduwe, wonende onder de Hof van Delft, toek. bruid, verklaren een huwelijk aan te gaan waarbij de man de jaarlijkse inkomsten uit zijn goederen in zal brengen en zijn goederen buiten buiten de huwelijksgemeenschsap houdt, en waarbij de bruid haar goederen in het huwelijk brengt, waarvoor indien haar man voor haar overlijdt, zij van hem 2500 gulden zal ontvangen in dato 15 maart 1671.

vermelding:
Schiedam 11-8-1671: Jannetje Vrancken van Rijt, gehuwd geweest met Cornelis Ariensz. Sijdeman en nu met Vranck Jansz. Duijvesteijn, wonende te Schiedam. Maakt haar testament, waarbij zij legateert aan Vranck Jansz. Duijvesteijn voorn.de helft van haar linnegoed, aan Maria Cornelis Sijdeman, haar dochter, haar zilverwerk, bepaald, dat de goederen, die zij van haar kinderen erft, zullen toekomen aan de kinderen uit haar eerste huwelijk en benoemt tot voogden over haar minderjarige erfgenamen Vranck Jansz. Duijvesteijn voorn. en Adriaen Cruijck, oud-kapitein van de burgerij te Schiedam

vermelding:
ORA Kethel en Spaland Nr. 4 folio 4 d.d. 21-05-1672. Vranck Jansen Duijvesteijn en Jannetje Vrancken, enige dochter en erfgenaam van Vranck Joosten van Rijt, echtgenoten wonende Schiedam bekennen schuldig te zijn aan Arijen Hillebrantsz. Ouwervest gehuwd met Maertjen Arijens wonende Berkel in Rodenrijs, voor de ene helft, mitsgaders aan Willem Vrancken van Rijt wonende Kethel-ambacht en Dirck Arentsz. Mostert wonende Zouteveen, als voogden over Grietgen Arentsdr. nagelaten dochter van Arijen Joosten en Maertje Claes, beiden overleden, tbv dezelfde onmondige dochter, voor de andere helft en tezamen voor het geheel, de somme van f 2.750. Hiervan zijn f 2.650 spruitende uit zake van cassatie van een obligatie, inhoudende gelijke somme, door comparanten op 20-05-1672 voor notaris Heijndrick de Man te Schiedam verleden, welke obligatie voortgekomen was door cassatie van een obligatie onder de hand verleden, inhoudende als restant van meerder kapitaal, een gelijke somme van f 2.650 en 2 jaar interest van f 150, door Vranck Joosten van Rijt zaliger, des voorn. Jannetgen Vrancken vader, ter zake van geleend geld tbv. Arijen Joosten van Rijt zijn broeder, in het jaar 1658 ondertekend. De voorn. Arien Hillebrantsz. en Grietgen Arents als mede erfgenamen van Arien Joosten en Maertgen Claes, hun ouders zaliger, bij scheiding en deling met de verdere erfgenamen te beur gevallen. De resterende f 100 ter zake van geleende penningen. De comparanten bekennen nog schuldig te zijn aan Geertje, Gerrit, Maertje, Fijtje, Vranck, Grietje, Jan en Joost Ariensz. van Rijt, de somme van f 800, spruitende ter zake van de cassatie van een accoord door de voorn. Franck Joosten van Rijt zaliger ten hunner behoefte ondertekend, ter zake hij uit de goederen van Fijtje Maertens der voorsz. kinderen grootmoeder zaliger, met de welke hij gehuwd is geweest, schuldig was. Ten behoeve van de schuld verbinden de comparanten 7½ morgen wei- en hooiland aaneen gelegen in de ‘sGravenlandse polder, belend ten W: de erfgenamen van Crijntgen Ingen, ten O: de weduwe, kinderen en erfgenamen van Cornelis Nieupoort. Strekkende voor van de ‘s-Gravenlandse toepad tot in de Schiedamse Schie.

vermelding:
Schiedam 28 mei 1672: Maria Buijs gehuwd met Pieter Jan Michielsz. Bos, lakenkoper en winkelier te Delft. Compareerde tesamen met Vranck Jansz. Duijvesteijn, als gemachtigde van zijn echtgenote Jannetge Vrancken, eerst gehuwd geweest met Cornelis Ariens. Zijdeman, verklaarden dat de schuld van 46 gulden 17 st. die Duijvesteijn aan haar schuldig was, en waarvoor Jacob van Santen en Gerbrandt Wijckerhelt zijn tussenbeide gekomen. op de eerste mei 1673 zal moeten betalen, daar Duijvesteijn dit nu onmogelijk is.

vermelding:
ORA Schiedam 25-01-1674. Jannetgen Vranckendr. gehuwd met Vranck Jansz. Duijvesteijn als houdende haar eigen goederen verkoopt Arent Jansz. Duijvesteijn zeker huis, bouwhuis, barg en geboomte met erf, belend O ‘s-heren bansloot genaamd de Krepelstraat en W de banen van de erfgenamen van Lijsbeth Jansdr., strekkende voor van de straat tot achter aan zekere andere ‘s-heren bansloot, voor 640 gld in gereed geld ontvangen.

vermelding:
ORA Kethel en Spaland Nr. 23 folio 19 d.d. 27-01-1674. Franck Jansz. Duijvesteijn en Jannetje van Rijt zijn huisvrouw, enige dochter en erfgename van Vranck Joosten van Rijt, gewoond hebbende en overleden in Schiedam, hebben verkocht aan Adriaen Kruijck schepen van Schiedam, 3 morgen 3 hond land, gemeen met de kinderen van Cornelis Arijensz. Sijdeman in een stuk van 7 morgen, gelegen in de Nieuwlandse polder. Belend ten O: Pieter Lourisz. van Noort en ten W: de weduwe van de heer Hugo van Bleijswijck te Schiedam. Strekkende van het 's-Gravenlandse toepad, met zijn uiterdijk over de Oudendijk. Vrij en niet belast. Prijs f 750 voor iedere morgen, bedragende f 2.625, contant geld.

Nr. 24 folio 20 d.d. eodem die. Franck Jansz. Duijvesteijn en Jannetje Vrancken van Rijt zijn huisvrouw enige dochter en erfgename van Vranck Joosten van Rijt, gewoond hebbende en overleden te Schiedam, hebben verkocht aan de heer Adriaen Cruijswijck tbv. zijn zuster Maritgen Willems Maen weduwe Cornelis Galeijnsz. Keijser, 6 morgen 3 hond land in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: de erfgenamen van Krijntjen IJnge weduwe van Arijen Jorisz. Krooswijck en ten ZW: de weduwe van Ds. Johannis Soete, in leven dienaar des Goddelijken Woord te Schiedam. Strekkende van het 's-Gravenlandse toepad met zijn uiterdijk over de Oudendijk. Vrij en niet belast. Prijs f 750 voor iedere morgen, bedragende f 4.875, contant geld

vermelding:
Schiedam 18-5-1674: Maertjen Willems Maen gehuwd met Cornelis Galeijnsz. Keijser, wonende te Schiedam, weduwe, machtigt Adriaen Kruijck, haar broeder, om van Adriaen Poth, griffier van het Hof van Holland, te ontvangen 2500 gld. benevens de verlopen rente, volgens een rentebrief door Vranck Jansz. Duijvesteijn en Jannitje Vrancken, uitgeschreven met als onderpand 7,5 morgen land in de 's Gravenlandsche polder in het ambacht van Kethel, welke som hun toekomt volgens een verbaal van Willem Willemsz. Goes. 18 mei 1674.

18-5-1674: Johan Pedij koopman, wonende te Rotterdam, als gemachtigde van Willem Nieupoordt, kassier van de kamer van Rotterdam van de Oost-Indische Compagnie, en Adriaen Kruijck, oud-Schepen van Schiedam, mede als gemachtigde van Maertjen Willems Maen, weduwe van Cornelis Galeijnsz. Keijser, zijn zuster verklaren overeengekomen te zijn dat Adriaen Kruijck aan Adriaen Poth, griffier van het Hof van Holland, zal voldoen 4450 gulden, waarvoor Cornelis Vinck, procureur voor het voorn. Hof, 7.5 morgen land heeft gekocht voor hem in de 's-Gravenlandse polder in de heerlijkheid Kethel welke grond toebehoorde aan Vranck Jansz. Duijvesteijn, waarvoor Kruijck als koper van het voorn. land zal worden beschouwd. in dato 18 mei 1674.

vermelding:
Schiedam 1-2-1675: Vranck Jansz. Duijvesteijn Gehuwd met Jannitje Vrancken van Rhijdt, wonende in de Hof van Delft. Mede als gemachtigde van Vranck Pietersz. van der Valck, en Jan Cornelisz. Sijdeman, voogden over de kinderen van Cornelis Arentsz. Sijdeman za. en Jannitje Vrancken voorn. verklaart verkocht te hebben aan Alewijn Ghijsen, koopman te Schiedam, een stukje land van 7 hond in Oud-Mathenesse, belend ten noorden de koper, ten westen en ten zuiden de 's heerenwech en ten oosten de jonkvrouw van Mathenesse voor 525 gulden, voor welk land Jan - Jacobsz., bouwman, nog 2 jaar pacht moet betalen voor 200 gulden per jaar. 1 febr. 1675.

vermelding:
ORA Wateringen f. 71 d.d. 7-8-1685: Pieter Jansz. Duijvesteijn, Maria Hendericksdr. van Noorden weduwe en boedelhoudster van Leendert Jansz. Duijvesteijn, Gerrit Jansz. Duijvesteijn, Arent Jansz. Duijvesteijn voor hem zelf en als transport hebbende van Vranck Jansz. Duijvesteijn in De Lier gepasseerd d.d. 21-8-1681 en Jan Benijer secretaris in De Lier als procuratie hebbende van Willem Jacobsz. Leelijezee als in huwelijk hebbende Jannetie Meesdr. dochter van Jannetie Jansdr. Duijvesteijn, zijnde deze procuratie gepasseerd voor schepenen van Maassluis op 31-7- 1685, alle kinderen en kindskind van Engeltie Vranckendr. van der Burgh die zuster was van zaliger Trintie Vranckendr. van der Burgh, nog Cornelis Ariensz. van der Burgh enige zoon van Arent Vrancken van der Burgh die broeder was van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en laatstelijk Leendert Jacobsz. Hoffsteede, Nicolaes Hoffsteede, Gijs Claesz. van der Voort als in huwelijk hebbende Trintie Jacobsdr. Hoffsteede en Dirck Cornelisz. van Dijck als in huwelijk hebbende Engeltie Jacobsdr. Hoffsteede, alle kinderen van Maertie Vranckendr. van der Burgh mede zuster van de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh en zulks gezamenlijk voor drie vierde parten collaterale erfgenamen van zaliger de voorn. Trintie Vranckendr. van der Burgh haar comparanten gewezen moeie verklaarden verkocht te hebben aan de heer IJsbrant d’Overschije wonende in ’s Gravenhage een perceel land genaamd de Noortweij groot 4 morgen 5 hond 68 roeden vrij patrimoniaal goed uitgezonderd 3,5 hond wezende erfpacht te betalen aan de prins van Oranje, alles volgens de oude brief d.d. 28-6-1614, wezende het voorsz. perceel land gelegen in Wateringen in de Wippolder.

Vranck is getrouwd met Jannetje Vrancken van Rijt op 31 mrt 1671 (civil) in Hof van Delft. Jannetje (dochter van Vranck Joosten van Rijt en Fijtge Maertensdr Verdel) is geboren circa 1627; is gestorven na 1 feb 1675. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

Overleden:
Kind van Arent Duijvesteijn

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 28 nov 1710; Testament moeder
• vermelding: van 1716; Schuld bij afhandeling nalatenschap
• vermelding: van 1 sep 1720; Testament
• vermelding: van 22 aug 1724; Testament

Aantekeningen:

vermelding:
ONA Berkel, notaris Dirck Uiterwaert, 28-11-1710: Testament van Bastiaentje Roelen, laatst weduwe van Jan Ariensz de Jongh. Tot erfgenaam wordt benoemd haar jongste zoon Jan Arentsz Duijvesteijn. Jan mag geen 2.000 car. guldens eisen van haar oudste zoon Pieter Arentsz Duijvesteijn, die Pieter aan Bastiaentje verschuldigd is. Pieter is voor dit bedrag mede-erfgenaam in plaats van zijn legitieme portie

vermelding:
Hillegersberg Nalatenschap Evert van Woggelom: Diverse akten Enkele akten hebben betrekking op de afwikkeling van diens nalatenschap. De onzuivere boedel bedroeg ruim 5600 gld. De erfgenamen Pieter Arents Duijvesteijn, Lijsbeth Evert Woggelom en hun dochter Elisabeth Duijvest(eijn) bleken 90 gld. aan de boedel schuldig te zijn. Hiervoor stelde Heijnd(rick) van de Hoeve, gehuwd met Maria Pieters Duijvesteijn, zich borg.

vermelding:
Berkel, notaris Simon Heynrijk Kruger 1-9-1720: Heijnrijk Dirkszn van der Hoeven, molenaar op de verlaatmolen van de polder Berkel en Rodenrijs en zijn echtgenote Maria Pietersdr Duijvesteijn maken een testament op de langst levende. Mocht zij eerder zonder kinderen overlijden, dan hebben haar ouders Pieter Arentsz Duijvesteijn en Lijsbeth Evertsdr Woggelom recht op een eenvoudig legitieme deel. Voor hun minderjarige erfgenamen benoemen zij tot voogden Jan Claaszn Koot en Jan Arentsz Duijvesteijn, haar oom.

vermelding:
ONA Berkel, notaris Cornelis Schipper 22-8-1724: Bastiaantje Roelof Schipper, weduwe van Jan de Jong en wonende in Berkel en Rodenrijs, herroept alle voorgaande testamenten etc. Zij verklaart haar nalatenschap gezamenlijk aan haar kinderen te laten; 300 gulden in obligaties voor de kinderen van haar zoon Pieter Arensz Duijvesteijn, gehuwd met Lijsbet Evertsdr Woggelom, met name Marijtje, Arent en Pleuntje Pietersz Duijvesteijn; roerende en onroerende goederen voor haar zoon Jan Arentsz Duijvesteijn. Opgemaakt bij het ziekbed van de testatrice Bastiaantje Roelen.

Overleden:
Aangifte door Jan van Coot; f 12.10.0
Ontving op 21-7-1723 het heilig oliesel

Pieter is getrouwd met Lijsbeth Evertse Woggelum op 13 jan 1692 (civil) in Berkel en Rodenrijs. Lijsbeth (dochter van Evert Cornelisz Woggelom en Martie Corssen van Wijck) is gedoopt op 12 jul 1672 in Berkel; is begraven op 7 jul 1732 in Berkel en Rodenrijs. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

Gedoopt:
Voornaam van het kind niet vermeld

Aantekeningen:

Gedoopt:
RK gedoopt

Begraven:
huijsvrouw van Willem Arijensen van Rijn, laat geen kinderen na. Er is geen testament gemaakt.
f 3,-

Neeltje is getrouwd met Willem Ariense van Rijn op 2 mei 1706 (civil) in Hillegersberg. Willem is geboren in Berg. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: Openbare verkoping
• vermelding: van 28 nov 1710; Testament moeder
• vermelding: van 8 mrt 1714; Testament
• vermelding: van 25 sep 1719; Genoemd in testament
• vermelding: van 1 sep 1720; Genoemd als voogd in testament van nicht Maria Pietersdr Duijvesteijn
• vermelding: van 22 aug 1724; Testament

Aantekeningen:

vermelding:
Op 10-2-1733 verklaarde Jan Duivestein, wonende in 't Noord Einde van Berkel, een woning, berg, schuur met 52 mergen en 300 roeden wei- en hooiland onder de jurisdictie van Berkel en Rodenrijs gehuurd te hebben van de Heer Kornelis Wittert, vrijheer van Valkenburg en
wonende binnen Rotterdam. Het land was gehuurd van kerstmis 1732 tot 1737 en de.woning van 1 mei 1733 tot 1 mei 1738 en dat alles voor ruim 1400 gld. per jaar g6). Al spoedig ontstonden er moeilijkheden met het betalen van de pachten en het kwam toteen proces en tenslotte werd op 22 en 23-4-1735 te Berkel een openbare verkoping gehouden van de goederen van Jan Duivestein

vermelding:
ONA Berkel, notaris Dirck Uiterwaert, 28-11-1710: Testament van Bastiaentje Roelen, laatst weduwe van Jan Ariensz de Jongh. Tot erfgenaam wordt benoemd haar jongste zoon Jan Arentsz Duijvesteijn. Jan mag geen 2.000 car. guldens eisen van haar oudste zoon Pieter Arentsz Duijvesteijn, die Pieter aan Bastiaentje verschuldigd is. Pieter is voor dit bedrag mede-erfgenaam in plaats van zijn legitieme portie

vermelding:
ONA Berkel, notaris Dirck Uiterwaert, 8-3-1714: Testament van Jan Arentsz Duijvesteijn, meerderjarig jongman wonend in Rodenrijs. Hij benoemt tot zijn enige erfgenaam Bastiaentje Roelen, zijn moeder.

vermelding:
ONA Berkel, notaris Dirck Uiterwaert, 25-9-1719: In het testament van Ghillis Pietersz van den Bergh, wonend te Berkel worden zijn goede bekenden Jan Arents Duijvesteijn en Aeltje Pieters van der Sijs, als enige erfgenamen genoemd.

vermelding:
ONA Berkel, notaris Cornelis Schipper 22-8-1724: Bastiaantje Roelof Schipper, weduwe van Jan de Jong en wonende in Berkel en Rodenrijs, herroept alle voorgaande testamenten etc. Zij verklaart haar nalatenschap gezamenlijk aan haar kinderen te laten; 300 gulden in obligaties voor de kinderen van haar zoon Pieter Arensz Duijvesteijn, gehuwd met Lijsbet Evertsdr Woggelom, met name Marijtje, Arent en Pleuntje Pietersz Duijvesteijn; roerende en onroerende goederen voor haar zoon Jan Arentsz Duijvesteijn. Opgemaakt bij het ziekbed van de testatrice Bastiaantje Roelen.

Jan is getrouwd met Aaltie Pietersdr van der Zijs op 4 feb 1720 (civil) in Berkel en Rodenrijs. Aaltie is geboren in Berkel. [Gezinsblad] [Familiekaart]