Agatha Aemsdr van der Burch

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• functie: Begijntje
• vermelding: van 4 jan 1485; Koop land te Naaldwijkerbroek
• vermelding: van 1532; Vermeld als erflater in Hof van Delft

Aantekeningen:

vermelding:
‘Ick Aem Heijnrixz. doe kont allen luijden dat ick vercoft hebbe Aechte Aemsdr. begun anderhalff mergen lants geleegen in Naeldwijckerbrouck. In kennisse der waerheijt soe hebbe ick gebeeden Arent Tou Heijnrixz. mijnen broeder dat hij ter bede van mij desen brijeff over mij bezegelt heeft. Geschreven upten IIIIen dach in januario int jaer ons heeren duijsent vijerhondert vijff en(de) tachtich nae beloop shoofs van Hollandt.’

vermelding:
De hoefslag van Bairtoutssaet:
Joest Aemsz. te Delft 4½ morgen land, geërfd van zijn zuster Aechte ongeveer 7 jaar geleden; 2 morgen land, gekocht van Neel Jan Dircx geen jaar geleden

Overleden:
In de Bagijnhofkerk hing voor Dirck Aemsz en zijn drie als begijn overleden zussen Maria , Margaretha en Aechte een rouwbord.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: Familiewapens op grafzerk
• vermelding: Legende over Aem in het Vaderlands Woordenboek
• vermelding: van 1440 tot 1506; Leen land te Wateringen
• vermelding: van 1440 tot na 1506; Leen van de Lek en Polanen
• vermelding: van 5 jul 1445; Koop land te Wateringen
• vermelding: van 20 dec 1458; Koop land te Naaldwijkerbroek
• vermelding: van 11 feb 1462 tot 3 nov 1487; Leen te Naaldwijk
• vermelding: van 13 feb 1470; Verkoop land te Wateringen
• vermelding: van 20 apr 1479; (Ver)koop land te 't Woudt
• vermelding: van 8 mrt 1486 tot 12 mei 1494; Leent land te Monster
• functie: van vóór 1490; Schout van Voorschoten
• vermelding: van 23 jun 1494; Vermeld in Enqueste en informacie op het stuk van de verpondingen en schildtalen in het graafschap
• vermelding: van 17 mrt 1506; Leen te Wateringen
• vermelding: van 1532; Vermeld als erflater van land in Hof van Delft

Aantekeningen:

Gezworene Hof van Delft (1481).
Stichtte in 1481 met Arent Tou Heijndricksz. een vicarie in de Oude Kerk te Delft op het altaar van St. Crispijn en St. Crispiaan (wilsbeschikking van hun moeder Catharina), onder verband van land te Zouteveen en Ketel.
Aems nakomelingen nemen de naam van den Burch aan en het wapen met de gewelfde rechter schuinbalk.
Hij is de oudste bekende bewoner van de Hofwoning op 't Wout

Geboorte:
Is op 23-6-1494 75 jaar oud

functie:
Ambachtsheer van 't Woudt

vermelding:
Het raadsel van het wapen op het graf van Aem Heyndricksz en Margriet Jan Sijmonsdr in de kerk te 't Woudt.
Op de grafsteen staan in de hoeken de volgende wapens:
A. een rechterschuinbalk;
B. twee vissen, paalsgewijze geplaatst;
C. een gehoekte rode dwarsbalk;
D. geschuinbalkt naar rechts van zes stukken

Over deze wapens, waarin de kwartieren zijn terug te vinden, zijn vele theorieën ontstaan.
Het verschil in theorieën komt o.a. door de vragen: Geven die wapens de kwartieren weer van Aem of van Margriet of van hun voorouders? Zijn de wapens eerder aangebracht dan de tekst over de overledenen?

Op twee afbeeldingen van zoon Joost Aems van der Burch staan de volgende wapens (met op een 1 afbeelding namen):
vader (Aem Heyndricksz)- op goud een rode rechterschuinbalk - Burch (zie A)
moeder (Margriet Jan Sijmonsdr) - twee vissen op rood - Tsijmenen
vaders moeder (Katrijn IJsbrant) - rood geankerd kruis op goud - Woestgeest (Oegstgeest)
moeders moeder (Machteld Dircksdr vd Hoorn (Hodenpijl))- zes stukken geschuinbalkt goud en rood - Hodenpijl (zie D)

Het lijkt erop dat de wapens op het graf de kwartieren weergevan van Margriet Jan Sijmensdr, die eerder is overleden dan Aem Heijndricksz (A is dan het wapen van haar man, B het wapen van haar vader, C het wapen van haar moeders vader (van den Hoorn) en D het wapen van haar moeders moeder (van Hodenpijl)

vermelding:
"Aam van der Burch, een der vroegste voorzaaten van het gemelde geslagt, was een welgesteld landman, en in het Woudt woonagtig. Deeze was Vader van twaalf zoonen. Op zekeren tijd vernomen hebbende, dat de Graaf van Holland, wiens naam wij niet vermeld vinden, zijnen weg voorbij het Dorp zoude neemen, steeg te paerd, nevens zijne zoonen, allen volwassen, en allen, naar de wijze des lands, fraai uitgedoscht, en reedt vervolgens den Graave te gemoet, welken hij zijne zoonen aanboodt. De graaf, verwonderd over deeze zeldzaame ontmoeting, met den waardigen vader van een zo talrijk kroost een blijk van zijn genoegen willende betoonen, vraagde hem, wat voorregt hij voor zijn dorp begeerde? Geen ander voorregt, hernam daarop de onbaatzuchtige Aam van der Burch, dan dat wij eene vrije verkiezing van onzen eigen pastoor mogen hebbe. In dit verzoek wierdt onmiddelijk, door den graaf bewilligd. ..."

Er staat ook een afbeelding bij. Volgens schatting vond het voorval rond 1475 plaats.
Maar...Dit verhaal blijkt niet meer dan een legende te zijn; in werkelijkheid schonk graaf Floris V bij oorkonde van 1 november 1277 dit recht aan de parochianen. Bovendien had Aem, zo goed als zeker, geen 12 zonen.

vermelding:
De helft van 4 morgen 1½ hond land, strekkende van de Zwette noordwaarts.
..-.-14..: Heynric Adamsz., vermeld op 20-10-1431 (6525, fol. 332).
..-.-1440: Aem Heynricxz. (op ’t Wout).
17-3-1506: Heynrick Aemsz.
..-.-1531: Jan Heynrick Aemsz. op ’t Wout.
..-.-1540: Vranck Jacop Cornelisz. na overdracht door Jan Heynrick Aemsz.

vermelding:
De Lier - Een vierde deel van het land ter Yemont, dat de graaf aan heer Geraerts kinderen bewees, geheten de Hoeve. O de Lierweg W de dijk
10-5-1440: Adam Heynricxz. na zijn vader, als leenman vermeld in 1472 (6461, fol. 79v en L.H. 283, fol. 68).
9-3-1506: Heynrick Aemsz. bij dode van zijn vader Aem Heynricxz. (6463, fol. 10).

vermelding:
Abdij Koningsveld
5-7-1445: Jan van Poel Jansz. verkoopt aan Aem Heynricsz. 2 hond land te Wateringen, dat hij heeft geërfd van zijn broer Oude Dirc Jansz. en dat verpacht is aan Dirc Jansz., gemeen met Robbrecht Jansz., Gerrit Jansz., Willem Jansz. en Katrijn, weduwe van Heinric Aemsz., met haar kinderen, belend ten westen: de koper, ten oosten: de weduwe van Anchem Everaetsz. met haar kinderen, strekkende van de Broeckweg tot aan de Swet. Bezegeld door Garbrant Jacobsz.: een keper, vergezeld van 3 gaande vogels 2, 1, en door Jacob Rijc Jacobsz.: een dwarsbalk, beladen met 3 liggende spitsruiten.

vermelding:
ORA Naaldwijk:
‘Wij meester Jan van Brabant doen condt allen luijden dat ick vercoft hebbe Aem Heijnrixz. anderhalff mergen lants luttel min off meer geleegen in Naeldwijckerbroeck. Soe hebbe ick mr. Jan voirnt. gebeden Claes Offhuijs dat hij deesen brijeff met zijn zegel over mij bezegelt heeft int jaer ons heeren duijsent vijerhondert acht en vijftich uptem twintichsten dach in decembri.’

‘Ick Aem Heijnrixz. doe kont allen luijden dat ick vercoft hebbe Aechte Aemsdr. begun anderhalff mergen lants geleegen in Naeldwijckerbrouck. In kennisse der waerheijt soe hebbe ick gebeeden Arent Tou Heijnrixz. mijnen broeder dat hij ter bede van mij desen brijeff over mij bezegelt heeft. Geschreven upten IIIIen dach in januario int jaer ons heeren duijsent vijerhondert vijff en(de) tachtich nae beloop shoofs van Hollandt.’

vermelding:
1 morgen land, belend ten oosten: de jonkheer van Nassouwe, ten zuiden: de wageweg, ten westen: Reynier Jansz. en ten noorden: Jacob Jansz.

11-2-1462: Aem Heynricxz. na opdracht uit eigen, te versterven op zijn zoon Jan en bij gebreke van deze op zijn zoon Heynric.
3-11-1487: Gerrit Claesz. na overdracht door Aem Heynricxz

vermelding:
Abdij Koningsveld
13-2-1470: Aem Heynricxz. verkoopt aan Ghijsbrecht Jan Martijnsz. de andere helft van het
in de vorige acte vermelde land te Wateringe, dat door deze van zijn broer Aernt Tou Heynricsz. gekocht is door de koper. Bezegeld door Aernt Tou Heynricsz.: een linker schuinbalk en een barensteel met 3 hangers, en door meester Jan van Velde, syrgijn: een geënt schildhoofd (inv. 86).

vermelding:
20-4-1479: Aernt Tou Heynricksz. verkoopt aan zijn broer Aem Heynricksz. de helft van 6 morgen land, gemeen met de koper en zoals vermeld in de beide vorige acten, waardoor door deze brief is gestoken

vermelding:
8-3-1486: Aem Heynrickxz. na overdracht door Joris Pietersz. met diens deel
12-5-1494: Jan Dircksz. na overdracht door Aem Heynricksz. met diens deel
Betreft: De helft van 3 morgen land, belend ten oosten: het kapittel van Sint Pancraes te Leyden, ten zuiden: een banweg, ten westen: de heren van Sint Jan te Haerlem en ten noorden: het kapittel van Naeldwijck

functie:
tot 1490: Schout van Hof van Delft en Vrijenban
In 1494 Gezworene van Hof van Delft

vermelding:
Hoff van Delff:
23-6-1494: Thou Hendricx, schout; oud 70 jaar; Willem Lourisz. oud 40 jaar, Aem Hendricxz. oud 75 jaar, Jan Ghijsbrechtsz. oud 75 jaar, Hillebrant Pietersz. oud 48 jaar, Aernt Hendricxz. oud 60 jaar, Wouter Jansz. oud 36 jaar, Cornelis Willemsz. oud 46 jaar en Allert Pouwelsz. oud 33 jaar, buren en gezworenen, attesteren

vermelding:
Het Elsgheestweer, groot 25 morgen, belend ten oosten: de abdis van der Lee, ten westen: Louf Boudijns

9A. 6 morgen 11/2 hond land.
24- 3-1468: Aem Heynricxz. op 't Wout.
17- 3-1506: Meester Dirck Aemsz. bij dode van zijn vader Aem Heynricxz

vermelding:
De westzijde - De hoefslag van Hovenhoeren:
Jan Aemsz. te Delft 3½ morgen land, geërfd van zijn vader Aem Heynricsz. ongeveer 26 jaar geleden; 4 morgen, geërfd van zijn broer heer Cornelis Aemsz., priester, ongeveer 18 jaar geleden

De hoefslag van het twaelfttalff weer:
De kerk op ‘t Wout 2½ morgen 1½ hond land bij testament van Aem Heynricx ongeveer 27 jaar geleden

De hoefslag van Voer-Dichoern:
Joost Aemsz. 3½ morgen 37 roede land, geërfd van zijn vader Aem Heynricxz. ongeveer 26 jaar geleden

Overleden:
In de kerk van 't Woudt vinden we de grafsteen van Adam van der Burgh bij de orgeltrap. In gotische letters staat hierop te lezen: "Hier leyt begraven Aem Hendriksz. Starf Ao XvcV de derde dach in April ende Margriet syn wyf starf Ao XIIIcLXXiX den laste dach in Julio" en binnen dit omgaande opschrift: "bid voor die zielen ende Jan symonz. Haer vader" In de vier hoeken van de grafsteen zien we de vier kwartieren:
I. een rechterschuinbalk.
II. een hoekige dwarsbalk.
III. twee vissen paalsgewijze.
IV. geschuinbalkt naar rechts van zes stukken

Aem is getrouwd met Margriet Jan Sijmonsdr vóór 1445 (civil). Margriet (dochter van Jan Sijmonsz en Machteld Dircksdr. van den Hoorn (Hodenpijl)) is geboren circa 1425; is gestorven op 31 jul 1479 in 't Woudt; is begraven in 't Woudt, kerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: Familiewapens op grafzerk
• vermelding: van 3 mrt 1445; Belofte over erfenis
• vermelding: van 22 mrt 1457; Overeenkomst over nalatenschap

Aantekeningen:

vermelding:
Het raadsel van het wapen op het graf van Aem Heyndricksz en Margriet Jan Sijmonsdr in de kerk te 't Woudt.
Op de grafsteen staan in de hoeken de volgende wapens:
A. een rechterschuinbalk;
B. twee vissen, paalsgewijze geplaatst;
C. een gehoekte rode dwarsbalk;
D. geschuinbalkt naar rechts van zes stukken

Over deze wapens, waarin de kwartieren zijn terug te vinden, zijn vele theorieën ontstaan.
Het verschil in theorieën komt o.a. door de vragen: Geven die wapens de kwartieren weer van Aem of van Margriet of van hun voorouders? Zijn de wapens eerder aangebracht dan de tekst over de overledenen?

Op twee afbeeldingen van zoon Joost Aems van der Burch staan de volgende wapens (met op een 1 afbeelding namen):
vader (Aem Heyndricksz)- op goud een rode rechterschuinbalk - Burch (zie A)
moeder (Margriet Jan Sijmonsdr) - twee vissen op rood - Tsijmenen
vaders moeder (Katrijn IJsbrant) - rood geankerd kruis op goud - Woestgeest (Oegstgeest)
moeders moeder (Machteld Dircksdr vd Hoorn (Hodenpijl))- zes stukken geschuinbalkt goud en rood - Hodenpijl (zie D)

Het lijkt erop dat de wapens op het graf de kwartieren weergevan van Margriet Jan Sijmensdr, die eerder is overleden dan Aem Heijndricksz (A is dan het wapen van haar man, B het wapen van haar vader, C het wapen van haar moeders vader (van den Hoorn) en D het wapen van haar moeders moeder (van Hodenpijl)

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 3-3-1445 [Regest 19]: Symon Jansz, en Margriet Jan Symonsz dochter, vrouw van Aem Heynrycx zoon, verklaren, dat hunne zuster Alijt, dochter van huns vaders eerste vrouw, en hunne zusters Alijt en Maritgen, dochters van huns vaders tweede vrouw, Machtelt, conventualen in het klooster St. Elizabeth in den Haag, zullen mededeelen in de nalatenschap van hun vader, en de beide laatstgenoemde zusters ook in haar moeders erfenis.

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 22-3-1457: [22-3-1457: Mater en convent van Sint Elysabettenklooster in den Hage ter eenre zijde en Machtelt, weduwe van Jan Symonsz., met haar zoon Symon Jansz., tevens als voogd van zijn broer en zuster Pieter en Machteld en als voogd van zijn zoon Claes, Aem Heynricxz. als voogd van zijn vrouw, Symon Symonsz. Als voogd van zijn vrouw, Gerijt Symonsz. en Danyel Claesz., haar kinderen, anderzijds scheiden de goederen van wijlen Jan Symonsz., omdat 3 van diens kinderen, n.1. Alijt en Maritge, waarvan moeder is Machtelt, en Alijt, waarvan moeder was Margriete, diens eerste vrouw, hier non zijn. De twee eersten zullen de 300 schilden in de boedel inbrengen, die zij in het klooster hadden ingebracht, de andere Alijt niet, omdat zij haar moeders erfenis aan het klooster heeft vermaakt. Voor hun vaderlijke erfenis krijgen zij tweederde - en eenderde deel van 4 morgen land bij Delf op die Scye, gemeen met Geryt Symonsz. na de dood van Oude Alyt komen hiervan 2 morgen aan de overige erfgenamen en na de dood van beide anderen ook de andere 2 morgen. Het convent ontvangt 14 pond hollands aan gereed geld, na de dood van Alijt de Oude komt hiervan 9 pond aan de erfgenamen en na de dood van Jonge Alijt en Maritgen nog 2½ pond hollands. Bezegeld door Willem van Swieten, procureur generaal van Hollant, en door Willem Ridder. Boven de acte: “van de kinder van ‘t Wout” (inv. nr. 1, f. 1).

Overleden:
Op een grafzerk onder den toren leest men:
Hier leyt begraven Aam Heinriksz. starf ao. XVC V de[n] derd[en] dach in April ende Margriet sijn wijf starf ao. XIIIIC LXXIX den leste dach in Julio, bidt voor die zielen ende Jan Symonsz haer vader.
In de hoeken de wapens:
I. op goud een rode rechterschuinbalk (wapen Van der Burch - haar man)
II. op zilver een hoekige rode dwarsbalk (van den Hoorn - moeders moeder)
III. op goud twee rode barbeelen
paalsgewijze.
IV. geschuinbalkt naar rechts van zes
stukken goud en rood.

Aantekeningen:

Getrouwd:
Aem Heyndricksz wordt in 1445 en in 1447 als voogd vermeld van Margriet Jan Symonszdr

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 23 jun 1431; Verklaring m.b.t. land te Wateringen
• vermelding: van 20 okt 1431; Getuige in leenakte
• vermelding: tot 1440; Leen land te Wateringen
• vermelding: van 5 jul 1445; Vermeld bij koop land te Wateringen

Aantekeningen:

functie:
Leenman van Wateringen

vermelding:
De abdij Koningsveld
23-6-1431: Claes Jansz. oorkondt dat het land te Wateringen, dat hij heeft gekocht van Jan Jansz., Jan Hughez. en Jan Jacobsz. is genaast door Heinric Aemsz., omdat deze maag is van Jan Jansz. en omdat de zuster van Heinric Aemsz. is gehuwd met Jan Jacobsz., en dat hij het ervoor betaalde geld heeft terug ontvangen. Bezegeld door Willem Claesz., schout van Wateringen: een achtpuntige ster.

vermelding:
Heyndrick Aemsz is getuige in de leenakte van 20 oktober 1431 waarin
Adam Claesz., de zoon van zijn broer, beleend wordt met het halve leen van Adam Claes Touwensz.

vermelding:
De helft van 4 morgen 1½ hond land, strekkende van de Zwette noordwaarts.
..-.-14..: Heynric Adamsz., vermeld op 20-10-1431 (6525, fol. 332).
..-.-1440: Aem Heynricxz. (op ’t Wout).
17-3-1506: Heynrick Aemsz.
..-.-1531: Jan Heynrick Aemsz. op ’t Wout.
..-.-1540: Vranck Jacop Cornelisz. na overdracht door Jan Heynrick Aemsz.

vermelding:
5-7-1445: Jan van Poel Jansz. verkoopt aan Aem Heynricsz. 2 hond land te Wateringen, dat hij heeft geërfd van zijn broer Oude Dirc Jansz. en dat verpacht is aan Dirc Jansz., gemeen met Robbrecht Jansz., Gerrit Jansz., Willem Jansz. en Katrijn, weduwe van Heinric Aemsz., met haar kinderen, belend ten westen: de koper, ten oosten: de weduwe van Anchem Everaetsz. met haar kinderen, strekkende van de Broeckweg tot aan de Swet. Bezegeld door Garbrant Jacobsz.: een keper, vergezeld van 3 gaande vogels 2, 1, en door Jacob Rijc Jacobsz.: een dwarsbalk, beladen met 3 liggende spitsruiten.

Overleden:
Vermeld in de grafrechten van de Oude kerk te Delft: Noordkerk N.XX "12 Claes Jansz. van Watering, zijn vrouw Kathrijn, Dirck Claesz., Arent Thou Claesz., Wijven Claes Jansz., Heynrick Aemsz. en zijn vrouw Kathrijn"

Heijnrick is getrouwd met Katrijn IJsbrant Dirckszdr. circa 1405 (civil). Katrijn (dochter van IJsbrant Dircxz) is geboren circa 1385; is gestorven circa 1464 in Delft; is begraven in Delft, Oude kerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 5 jul 1445; Vermeld bij koop land te Wateringen
• vermelding: van 8 mei 1457; Vermeld als belender op de Horn en op de Harnas
• vermelding: van 1461; Woonde aan de westzijde van de Oude Delft te Delft bij het Sint Agathaklooster

Aantekeningen:

vermelding:
5-7-1445: Jan van Poel Jansz. verkoopt aan Aem Heynricsz. 2 hond land te Wateringen, dat hij heeft geërfd van zijn broer Oude Dirc Jansz. en dat verpacht is aan Dirc Jansz., gemeen met Robbrecht Jansz., Gerrit Jansz., Willem Jansz. en Katrijn, weduwe van Heinric Aemsz., met haar kinderen, belend ten westen: de koper, ten oosten: de weduwe van Anchem Everaetsz. met haar kinderen, strekkende van de Broeckweg tot aan de Swet. Bezegeld door Garbrant Jacobsz.: een keper, vergezeld van 3 gaande vogels 2, 1, en door Jacob Rijc Jacobsz.: een dwarsbalk, beladen met 3 liggende spitsruiten.

vermelding:
08-05-1457, 6-4-1464, 15-6-1464: Belend ten oosten: Katrijn, de weduwe van Henrick Aemsz
14-5-1465: Belend ten oosten: de erfgenamen van Katrijn, de weduwe van Henrick Aemsz

vermelding:
Zij droeg haar zoons op om na haar dood een vicarie op het altaar van St. Crispijn en Crispiaan in de Sint Hippolytuskerk (Oude Kerk) te Delft te stichten, waarvoor zij 23 morgen land in Zouteveen bestemde. Door verschillende moeilijkheden voldeden haar zoons pas op 18 januari 1481 aan dit verzoek.

Overleden:
In 1465 worden de erfgenamen van Katrijn vermeld, terwijl zij zelf nog in 1464 wordt vermeld
Vermeld in de grafrechten van de Oude kerk te Delft: Noordkerk N.XX "12 Claes Jansz. van Watering, zijn vrouw Kathrijn, Dirck Claesz., Arent Thou Claesz., Wijven Claes Jansz., Heynrick Aemsz. en zijn vrouw Kathrijn"

Aantekeningen:

Getrouwd:
Vermeld in de grafrechten van de Oude kerk te Delft: Noordkerk N.XX "12 Claes Jansz. van Watering, zijn vrouw Kathrijn, Dirck Claesz., Arent Thou Claesz., Wijven Claes Jansz., Heynrick Aemsz. en zijn vrouw Kathrijn"

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 3 mrt 1445; Belofte over erfenis
• vermelding: van 18 okt 1453 tot 18 jul 1465; Koop en verkoop land
• vermelding: van 22 mrt 1457; Overeenkomst nalatenschap Jan Symonsz

Aantekeningen:

Kocht land onder Woutharnasch 18-10-1453. Zijn wapen: twee zalmen.

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 3-3-1445 [Regest 19]: Symon Jansz, en Margriet Jan Symonsz dochter, vrouw van Aem Heynrycx zoon, verklaren, dat hunne zuster Alijt, dochter van huns vaders eerste vrouw, en hunne zusters Alijt en Maritgen, dochters van huns vaders tweede vrouw, Machtelt, conventualen in het klooster St. Elizabeth in den Haag, zullen mededeelen in de nalatenschap van hun vader, en de beide laatstgenoemde zusters ook in haar moeders erfenis.

vermelding:
Klooster St Agatha te Delft, inv. 134
18-10-1453: Pieter Jansz. verkoopt aan Jan Symonsz., zijn neef, 3 morgen land, gelegen in het Wout ambacht op de Harnas.

18-7-1465: Machtelt Jan Symonsz. wed. verkoopt aan Pieter Gerytsz. 3 morgen land, vermeld in den brief d.d. 1453 October 18, waardoor deze gestoken is

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 22-3-1457: [22-3-1457: Mater en convent van Sint Elysabettenklooster in den Hage ter eenre zijde en Machtelt, weduwe van Jan Symonsz., met haar zoon Symon Jansz., tevens als voogd van zijn broer en zuster Pieter en Machteld en als voogd van zijn zoon Claes, Aem Heynricxz. als voogd van zijn vrouw, Symon Symonsz. Als voogd van zijn vrouw, Gerijt Symonsz. en Danyel Claesz., haar kinderen, anderzijds scheiden de goederen van wijlen Jan Symonsz., omdat 3 van diens kinderen, n.1. Alijt en Maritge, waarvan moeder is Machtelt, en Alijt, waarvan moeder was Margriete, diens eerste vrouw, hier non zijn. De twee eersten zullen de 300 schilden in de boedel inbrengen, die zij in het klooster hadden ingebracht, de andere Alijt niet, omdat zij haar moeders erfenis aan het klooster heeft vermaakt. Voor hun vaderlijke erfenis krijgen zij tweederde - en eenderde deel van 4 morgen land bij Delf op die Scye, gemeen met Geryt Symonsz. na de dood van Oude Alyt komen hiervan 2 morgen aan de overige erfgenamen en na de dood van beide anderen ook de andere 2 morgen. Het convent ontvangt 14 pond hollands aan gereed geld, na de dood van Alijt de Oude komt hiervan 9 pond aan de erfgenamen en na de dood van Jonge Alijt en Maritgen nog 2½ pond hollands. Bezegeld door Willem van Swieten, procureur generaal van Hollant, en door Willem Ridder. Boven de acte: “van de kinder van ‘t Wout” (inv. nr. 1, f. 1).

Overleden:
Overleden tussen 18-10-1453 en 22-03-1457

Jan is getrouwd met Machteld Dircksdr. van den Hoorn (Hodenpijl) vóór 1425 (civil). Machteld (dochter van Dirck Heynricksz. van den Hoorn en NN van Hodenpijl) is geboren circa 1400; is gestorven na 18 jul 1465; is begraven in Delft, Oude kerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 3 mrt 1445; Belofte over erfenis
• vermelding: van 18 okt 1453 tot 18 jul 1465; Koop en verkoop land
• vermelding: van 22 mrt 1457; Overeenkomst nalatenschap Jan Symonsz

Aantekeningen:

Ook bekend onder de naam Hodenpijl.
Verkoopt land op de Harnas in Woudambacht 18-07-1465.

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 3-3-1445 [Regest 19]: Symon Jansz, en Margriet Jan Symonsz dochter, vrouw van Aem Heynrycx zoon, verklaren, dat hunne zuster Alijt, dochter van huns vaders eerste vrouw, en hunne zusters Alijt en Maritgen, dochters van huns vaders tweede vrouw, Machtelt, conventualen in het klooster St. Elizabeth in den Haag, zullen mededeelen in de nalatenschap van hun vader, en de beide laatstgenoemde zusters ook in haar moeders erfenis.

vermelding:
Klooster St Agatha te Delft, inv. 134
18-10-1453: Pieter Jansz. verkoopt aan Jan Symonsz., zijn neef, 3 morgen land, gelegen in het Wout ambacht op de Harnas.

18-7-1465: Machtelt Jan Symonsz. wed. verkoopt aan Pieter Gerytsz. 3 morgen land, vermeld in den brief d.d. 1453 October 18, waardoor deze gestoken is

vermelding:
Regesten Sint Maria in Galilea 22-3-1457: [22-3-1457: Mater en convent van Sint Elysabettenklooster in den Hage ter eenre zijde en Machtelt, weduwe van Jan Symonsz., met haar zoon Symon Jansz., tevens als voogd van zijn broer en zuster Pieter en Machteld en als voogd van zijn zoon Claes, Aem Heynricxz. als voogd van zijn vrouw, Symon Symonsz. Als voogd van zijn vrouw, Gerijt Symonsz. en Danyel Claesz., haar kinderen, anderzijds scheiden de goederen van wijlen Jan Symonsz., omdat 3 van diens kinderen, n.1. Alijt en Maritge, waarvan moeder is Machtelt, en Alijt, waarvan moeder was Margriete, diens eerste vrouw, hier non zijn. De twee eersten zullen de 300 schilden in de boedel inbrengen, die zij in het klooster hadden ingebracht, de andere Alijt niet, omdat zij haar moeders erfenis aan het klooster heeft vermaakt. Voor hun vaderlijke erfenis krijgen zij tweederde - en eenderde deel van 4 morgen land bij Delf op die Scye, gemeen met Geryt Symonsz. na de dood van Oude Alyt komen hiervan 2 morgen aan de overige erfgenamen en na de dood van beide anderen ook de andere 2 morgen. Het convent ontvangt 14 pond hollands aan gereed geld, na de dood van Alijt de Oude komt hiervan 9 pond aan de erfgenamen en na de dood van Jonge Alijt en Maritgen nog 2½ pond hollands. Bezegeld door Willem van Swieten, procureur generaal van Hollant, en door Willem Ridder. Boven de acte: “van de kinder van ‘t Wout” (inv. nr. 1, f. 1).

Overleden:
In de middenkerk: Machtelt Jan Symonsz. X1, 9.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: Land aan de Zweth in Wateringen
• vermelding: van 14 feb 1392; 2 morgen land in Honterland onder De Lier

Aantekeningen:

Beleend met land onder Wateringen (08-02-1392), na deling met de helft beleend, ook met de helft van land in De Lier (20-10-1431).

functie:
Leenman van de Hofstad Wateringen.

vermelding:
Adam Claes Touwenz, op 8 februari 1392 beleend met 4 morgen 1½ hond land aan de Zweth in Wateringen, welk leen te versterven was op zijn twee oudste wettige zoons; de helft van dit leen wordt op 20 oktober 1431 gehouden door Adam Claesz. (zijn kleinzoon?), de andere helft in 1440 door Aem Heyndricxz. op ‘t Woudt (V).24 Zijn kleinzoon Aem Heyndricxz. is ca. 1415 geboren, Adam Claes Touwenz. zal dan vermoedelijk ca. 1350-1360 geboren zijn. Het is daarom niet waarschijnlijk dat hijzelf in 1431 opnieuw beleend is

vermelding:
Doe Claes Touwenz., op 14 februari 1392 beleend na opdracht uit eigen met 2 morgen land in Honterland onder De Lier, bij zijn kinderloos overlijden te versterven op zijn broers Aernt Toude en Adam, elk voor de helft.

Adam + Margriet Willemsdr. van Foreest. Margriet (dochter van Willem Jansz van Foreest en Jonkvrouwe Cunegonda van Hodenpijl) is geboren circa 1355; is gestorven na 1403. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: Pachter en eigenaar
• vermelding: van 1397 tot 1431; Belender in Maasland
• vermelding: van 12 sep 1401; Verkoop uit erfenis van Dirck
• vermelding: van 5 jul 1467; Verkoop land in Kethel

Aantekeningen:

Alias IJsbrant Aechtenz. Van hem stamt het ankerkruis af, dat als kwartierwapen bij het geslacht Van der Burch in 't Woudt voorkomt.

Geboorte:
Is in 1401 meerderjarig.

vermelding:
Pachter en eigenaar van land in Woud-Harnasch en Abtswoude, eigenaar van land in Kethel, Maasland en tussen Naaldwijk en Wateringen
1415-1425 pacht met Dirc Claesz 32 morgen erfpachtland van de Duitse Orde te Abtswoude:
1445-1452 pacht 32 morgen
13-12-1428 koopt 6 morgen land op de Harnasch van Jan Heerman en koopt op 18-10-1438 de andere helft erbij
22-11-1438 koopt 10 hond land onder het ambacht Kethel
13-1-1443 verkoopt 4 morgen 2 hond land in Maasland, gemeen ligging met Claes Zijbrantsz. Hij verzoekt Jacob Yewijn Heyenz te zegelen (klimmende eenhoorn). IJsbrant had blijkbaar zelf geen zegel
1-2-1437: belender van 1,5 morgen land tussen Naaldwijk en Wateringen
1447: noordelijk belender van Boudijn van Dorp in Maasland
1457: belender in Kethel

vermelding:
Dirck Allaertsz wordt in 1397 te Maasland als belender van Aernt Gerritsz vermeld. Aernt Gerritsz in in 1431 elders in Maasland een van de medebelenders van IJsbrant Dircxz

vermelding:
De kennelijke erfgenamen van Dirck NN verkopen 3,5 morgen land met huis, berg en geboomte te Popswoude aan de abt van Egmond. Daarbij zijn naast Aechte en haar nieuwe man, Hughe Jacob Stapelsz, aanwezig: Pieter Dircsz, Willem Dircsz, Isebrant Dircsz alsmede de voogden van Bertolmees Dircsz en Claes Willem Dircsz. Verder Dirc Enghel, vermogelijk een schoonzoon

vermelding:
Dirck IJsbrantsz verkoopt op 5 juli 1467 aan zijn neef Aem Heynricxz 10 hond land in Kethel, gemeen met de Heilige Geest van Schiedam en met Gerrijt Claesz, geërfd van zijn vader IJsbrant Dircxz

Overleden:
Overleden 1457/67

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van vóór 1395; Eigenaar van graf in de Oude kerk te Delft
• vermelding: van 1422 tot 1465; Eigendom land

Aantekeningen:

Het wapen van Dirc van der Ho(e)rn - een hoekige dwarsbalk - is op de grafsteen van Aem Heynricxz. en Margriet Jan Symonsz.dr. in de kerk te 't Woudt als kwartierwapen afgebeeld. Zijn zoon Adriaen Dircxz. van der Ho(e)rn / van den Ho(e)rn, overl. 1484, veertigraad, schepen en burgemeester van Delft, zegelt met als wapen een hoekige dwarsbalk vergezeld boven een schelp

vermelding:
Z.I
Terste pleyn 8 grave
Tenden Aliden (Alijt weduwe van Florijs Lambrechtsz) grave voirscr. oostwarts tgodshuus een graf (Dx, D2).
2. Komt noordwaarts voor een deel onder de blauwe zerk (MP).
13..: De kerk (D2).
13..: Gekocht door Dirc van der Hoorn en Clays van der Hurst, zijn broer (D2).
(1395): Dirc van der Hoirn en Claes van der Hurst, zijn broer (H, H2, MP).

vermelding:
OV 1984- cartularium Oude Gasthuis te Delft - inv. 517:
1422: Willem Hugensz. van den Horn verkoopt aan zijn pachter Dirrick van den Hoorn Henricxz. 1/8 van 15 morgen land met huis, berg en geboomte, waarin deze woont en dat de verkoper is aangekomen door zijn huwelijk met Alijt, de weduwe van Jacob Hugenz.; en 1,5 morgen land te Hodenpijl gemeen met de koper en diens zwager Jan van Hodenpijl en de vrouw van Cornelis Ghijsbrechtsz. Het land is belast met tijns en de vrouw van Cornelis Ghysbrechts heeft op 5 hond land 1 rijns gulden lijftocht. Bezegeld door Jan Doen Willemsz. (fo. 65v).
14-5-1465: Katrijn, weduwe van Dirc van den Hoorn, verkoopt aan Adriaen Dircxz. van den Hoorn 1,5 morgen in Hodenpijl gemeen met de koper en Cornelis Ghijsbrechtsz., belast met tijns en 10 stuiver op 3 morgen.
6-4-1464: Katrijn, weduwe van Dirc van der Horn verkoopt aan Adriaen Dirricxz. van den Horn 1 morgen land op de Horn op de Harnasch gemeen met de verkoopster, de koper en Cornelis Gijsbrechtsz.
15-6-1464: Katrijn, weduwe van Dirc van den Horn verkoopt aan Adriaen Dircxz. van den Horn 1 morgen land op de Horn op de Harnas gemeen met de verkoopster, de koper en Cornelis Gijsbrechtsz.
14-5-1465: Katrijn, weduwe van Dirc van den Horn verkoopt aan Adriaen Dircxz. van den Horn 0,5 morgen land op de Horn op de Harnasch, gemeen met de koper en Cornelis Gijsbrechtsz.

Dirck + NN van Hodenpijl. NN (dochter van Dirk Jansz van Hodenpijl en Machteld (heer Gerritsdr.) van Heemstede) is gestorven vóór 6 mrt 1434; is begraven in Delft. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

Getrouwd:
In 1622 wordt Dirck Heynricksz vermeld als zwager van Jan van Hodenpijl