Florentina van Kraken van der Laan

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1579 tot 1633; Lenen van de Domproosdij te Utrecht
• vermelding: van 20 nov 1606; Benoeming voogden
• vermelding: van 1610; Eigenaar van graven te Leiden
• vermelding: van 24 okt 1610; Testament
• vermelding: van 9 apr 1611; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 16 okt 1613; Ontvangst uit nalatenschap
• vermelding: van 1615; Verhuur onroerend goed te Zoeterwoude
• vermelding: van 1615; Vicarie / kapel in de Pieterskerk te Leiden
• vermelding: van 6 jul 1624; Ontvangst legaat
• vermelding: van 1640 tot 1653; Zakelijke kwesties te Rotterdam
• vermelding: van 8 sep 1650; Vermeld in testament Adriana van Geesdorp (nicht?)
• vermelding: van 18 sep 1651; Testament
• vermelding: van 26 okt 1652; Voogdij
• vermelding: van 15 aug 1653; Machtiging

Aantekeningen:

Ook vermeld als Florijntgen van Allen en Van der Laen en Verlaen

Geboorte:
Geboortedatum komt uit memorie geschreven door Willem Kraken van der Laan
andere meter 'nicht' van Endegeest

vermelding:
LEIDERDORP
leen 11. 1 hoeve land in de Acht Hoven (1450: groot 16 morgen, belast met 1½ oude schild ten behoeve van de domproosdij), (1611: belend ten oosten: Pieter Claesz. Ket, ten westen: Willem Aelwijnsz. van der Woert).
2-3-1450: Dirc Boudijnsz. van Zwieten mag, daar hij geen kinderen heeft, bij testament over het leen beschikken. (1b, fol. 36v).
16-11-1579: Willem van Craken van der Laen, onmondig, zoon van Henrick van Kraken en wijlen Philippa van der Laen, hulde door Ysbrant Jacobsz. van der Bouchorst, gemachtigd d.d. 24-4-1570 voor weesmeesters van Leyden door diens voogden Cornelis van Noorden Jacobsz., meester Gerard Hoogstraten en Marten van Endegeest, bij dode van zijn moeders moeder jonkvrouwe Geertruyt van Endegheest, weduwe van Willem van der Laen. (2373).
6-11-1604: Philippine van Craecken van der Laen, oom: Ysbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen (5, fol. 25v).
15-1-1611: Claes Jansz. Bors te Leyden na overdracht door Jan Vechtersz., lijmzieder aldaar, volgens procuratie d.d. 13-1-1611 en als voogd van Philippina van der Laen, onmondige dochter van Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 94v).
23-5-1619: Dirck Matheusz. doet hulde met ledige hand, volgens procuratie d.d. 16-5-1619 voor notaris Adriaen Claesz. Paedts, namens Claes Jansz. Borsch. (5, fol. 173v).
7-6-1631: Nicolaes Jansz. Borsch verzekert 5 losrenten op het leen, nl. 85 gulden ten behoeve van Philippina van Swieten als erfgename van wijlen Philippina van Craecken van der Laen, echtgenote van wijlen Adriaen Andriesz. van Swieten; 15 gulden van Geertruydt van der Laen, gehuwd met Jan van Gheesdorp; 15 gulden van Florentina van der Laen, gehuwd met Jan van Aller, notaris te Rotterdam; 84 gulden 34 penning van Margaretha van der Laen, gehuwd met meester Stevens van der Werve, advocaat voor het Hof van Hollant; 112 gulden 10 stuiver van de weeskinderen van wijlen Machtelt Henricx Schay, gehuwd met Nicolaes Jansz. Borsch, steenbakker te Leyden. (6, fol. 26).
10-10-1633: Clames Jansz. Borsch verzekerd ten behoeve van Gommer Gommersz., drapier te Leyden, 3803 karolus gulden op 6 morgen van het leen; afgelost op 1-5-1634. (6, fol. 69v).

Leen 15 18 morgen land met huis en boomgaard tussen de Rijn en Achterdijk, belend ten zuiden: Dirck Jansz. van Zijl (1474: Cleymens Dirck Janszoonsdochter van Zijl, gehuwd met Lourens Wilhelmsz., 1523: de erfgenamen van Florijs van Zijil), ten noorden: het kapitel van den Hogenlande te Leyden, (1611: ten zuidwesten: de weduwe en de erfgenamen van jonkheer Pieter van der Dous, ten noordwesten: Henrick Simonsz.).
15-1-1523: Willem van der Laen Phillipsz. na overdracht door Jacop van der Wijele. (3, fol. 197v).
..-.-1...: De weduwe van Willem van der Laen (vermeld 24-12-1543, Rijnland 5463).
..-.-1...: Margriet Jacobsdochter van der Laen te Leyden (vermeld 15-10-1558 en 3-5-1562, Staten 1012 en 1331).
..-.-1...: Hendrick van Craecken (vermeld 1584 en 1588, Rijnland 5464).
..-.-1...: Willem van Craecken van der Laen (vermeld 1600, Rijnland 5464).
16-11-1604: Phillippina van Craecken van der Laen, oom: IJsbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 25v).
24-2-1611: Bevestiging van de vrijwaring van de verkoop van een woning met 5 morgen 1½ hond land op de lage Morsch te Oestgeest d.d. 22-2-1611 voor notaris Salomon Lenartsz. van der Wuert aan Cors Henricksz. aldaar door Henrick Rochusz. van Lenten namens IJsbrant Dircksz. Visser als voogd van Phillippina, Geertruyt, Florentia en Margaretha, de 4 weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margareta Bijman Simon Paulsdochter. (5, fol. 95).
23-6-1611: Thomas Jacobsz. van Swieten na overdracht door IJsbrant Dircx Visscher als oom en voogd van Phillippina Craecken van der Laen. (5, fol. 103).

vermelding:
Weeskamer Leiden no. 2 d.d. 20-11-1606: Dirck van Sonnevelt neef is beneffens IJsbrandt Dircxsz. Visscher en Pauls Adriaensz. Bijeman beide testamentaire bloedvoogden gesteld tot medevoogd over Philippina omtrent 17, Gertruijdt 15, Florentia 13 en Margareta 10 jaar oud, nagelaten weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margareta Simon Pauls Bijmansdr. beide zaliger.
Bijgeschreven: (z.d.): Zie voogdenboek H folio 155v no. 2

vermelding:
Eigenaar van graven Pieterskerk te Leiden
1610 Hoogkoor, graven 22, 23, 29, 30
1647 en 1665 Hoogkoor, graven 22, 23
De graven staan op naam van de zussen Florentina, Geertruijt, Philippina (tot en met 1647) en Margrieta

vermelding:
ONA Utrecht 24-10-1610: Testament van Florentina van der Laan huisvrouw van Johan van Aller, wonend te Oudewater. Haar man is voor de helft erfgenaam en zij regelt ook voor haar descendenten.

vermelding:
ORA Leiderdorp Nr. 1 folio 1 d.d. 09-04-1611.
IJsbrant Dircksz. Visscher testamentaire mede voogd over de 4 nagelaten weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margriet Bijman Sijmon Pouwelsdr., te weten Philippina 21 jaar gehuwd met Adriaen Andriesz. van Zwieten, Geertruijt 19 jaar, Florentina 18 jaar gehuwd met Jan van Aller en Margriet 15 jaar, geassisteerd met Dirck van Sonnevelt als naaste bloedverwant, verkopen aan Thomas Jansz. van Zwieten wonende Amsterdam, een partij land aan verschillende kampen in Achthoven, groot in het geheel 16 morgen, zijnde leenland van de Domproosdij van Utrecht, de jongste brief in dato 06-11-1604. Groot volgens meting door Jan Pietersz. Dou landmeter van Rijnland, 17 morgen 2 hond 84 roe. Belend in het geheel ten NW: de weduwe en erfgenamen van Sijmon Hendricksz. en ten ZO: de weduwe en erfgenamen van jonkheer Peter van der Does, strekkende voor uit de Rijn tot achter aan de achterdijk of Ruijchkade. Het geheel is in gebruik bij Jan IJsbrantsz. wonende Zevenhuizen. Een gedeelte van ½ hond van de Achterdijk is in erfpacht uitgegeven aan Arent Jansz. wonende in Achthoven, volgens de brief van 05-01-1591 tegen f 2 per jaar. Welk leenland door Willem van Craecken van der Laan is verbonden bij de verkoop van een huis en erf te Leiden op de Korte Nieuwe Veststraat aan Cornelis Claes Lambertsz. van Zwieten, alsmede voor de waring van een woning en landen in de Lage Waard te Koudekerk, zijnde leengoed en nog voor 10 gaarden veenland te Herinckhuizen in Noord-Holland en nog voor de waring van een woning van 5 morgen 1½ hond land (waarvan 7½ leenland) in Oegstgeest op de Lage Morsch, verkocht aan Cors Hendricksz. Voorn. Jan IJsbrantsz. heeft op eigen kosten op het verkochte, een huis gebouwd. Het geheel is betaald met een schuldbrief van f 9.050.

vermelding:
Weeskamer Leiden (303) f. 293 d.d. 16-10-1613: Jan van Geesdorp deurwaarder van het Hof van Holland getrouwd met Gertruijd van der Laen, Jan van Aller brouwer te Oudewater getrouwd met Florentia van der Laen en mr. Stephan van de Werve advocaat voor het Hof van Holland getrouwd met Margareta van der Laen, wezende hun comparanten huisvrouwen voorn. kinderen van Willem van Kraken van der Laen en Margareta Bijman Simonsdr. beide zaliger hebben ontvangen etc. […] volgens kavelcedulle d.d. 23-4-1613.

vermelding:
ONA Leiden 5-9-1615: Johan van Geesdorp getrouwd met Geertruijt van Craecken van der Laen en Johan van Aller als man en voogd van Florentia van der Laen, verhuren aan Joost Jacobsz van der ..., een woning met 20,5 morgen land te Zoeterwoude, met het huis, schuur, barg, laatst in huur gebruikt door Jacob Sijbrantsz zijn vader

vermelding:
10.7.1615
Andries van Aller
De Ridderschap etc Doen te weeten dat wij op t oitmoedich vertooch ons gedaen bij Johan van Aller brouwer tot Oudewater hoe dat aen Philippina van Craecken van der Laen sijne huysvrouw suster mits den overlijden van Heer Cornelis Jansz Slootgen gecommen was de ghifte van seeckere vicarye geintituleert Joannis Baptiste gelegen tot Leyden in de Pieters kercke, De voorsz vicarye van wegen de voorn Philippina van Craecken van der Laen gegundt en gegeven was aen des suppliants soone geneampt Andries van Aller, op dat hij etc. in date den VIIJ deser maent van July, Versouckende etc.

1666
55. De Staten etc doen te weten, Naedemael Ons vertoont is bij Theodora Brugge weduwe wijlen Mr Pieter van der Werve in sijn leven advocaet woonende tot Haerlem, als moeder en voochdesse van Jan van de Werve haer minderjarich soontge, dat Geertruijt van Craecke van der Laen weduwe wijlen Johan van Geesdorp in sijn leven schepen van S'Gravenhage wesende naeste descendent van wijlen Johan Heerman seeckere vicarie geintituleert Johannis baptista bij den selven Johan Heerman op den 21sten September 1410 in de St Pieters kercke tot Leijden gefundeert, mits t overlijden van de laetste possesseur Andries van Aller vacerende, op den 8sten April lestleden hadde geconfereert aen haer suppliantes soontge.

vermelding:
ONA Rotterdam 6-7-1624: Johan van Aller, notaris, bevestigt als man van Florentina van Craecken van der Laen, nagelaten dochter van wijlen jonckheer Willem van Craecken van der Laen, te hebben ontvangen van Pieter Willemsz van der Mij, wed. en erfgen. van Agneta van Sonnevelt, won. te Leyden, een bedrag van 300 gld. aan zijn vrouw gelegateerd bij codicil en testament gepasseerd op 2 september 1622 resp. 20 mei 1622 t.o.v. notaris Jacob Jansz Verwey te Leyden.

vermelding:
ONA Rotterdam
6-2-1640: Johan van Aller, notaris, en procureur, man en voogd van Florentina van Craecken van der Laen, machtigt de heer van Kerckem, griffier van de stad Leijden, om van de heer van Banchem, gewezen griffier van de stad Leijden in ontvangst te nemen de opbrengst van de verkochte goederen van Phillips Govertsz, houtsager.

25-10-1651: Florentina van der Laen, weduwe van Johan van Aller, in zijn leven notaris en procureur, machtigt haar zoon Adriaen van Aller, notaris om gifte en eigendom te krijgen van mr Karolus van Aller van een huis en erf aan de overzijde van de West Molensteeg (bij de Zijl). Karolus is gemachtigde van zijn broer Willem van Aller, die dit huis in bezit heeft. Willem heeft dit in 1647 verkocht aan wijlen zijn vader Joan van Aller. Florentina neemt hypothecaire leningen van 600 en 1.500 gld t.b.v. Aeckie Lucas, weduwe van Nicolaes Pedy, en David van den Mierop, over.
Het pand grenst aan Pieter Borsele, makelaar, en Joris Arentsz Besaen, schilder.

22-11-1651: Florentina van Kraecken van der Laen -weduwe van Joan van Aller, i.l. notaris en procureur- machtigt Michel Hannot, herbergier in 't Schilt van Vranckrijck te Leiden om bij de weeskamer aldaar van secretarissen Rippert van Groenendijk of Johan van Walwijk geld van rentebrieven te innen.
De brieven zijn ten laste van resp. Joris Engelsz, swartverwer, en Cornelis Rommersz, metselaar.
De laatste is afgelost door Aechgen Lambers als gecondemneerde.
Ook vermeld op 11-11-1651

14-3-1652: Florentina van Kraken (Craecken) van der Laan, weduwe van Joan van Aller, notaris, verhuurt aan Huijch Willems, tuinder, wonend in het Zwaanshals, haar tuin met 3 speelhuisjes enz. in Crooswijk aan de westzijde van de Laan, door Eeuwout van Bijlwerf uitgegeven, voor 5 jaar en voor 70 gulden per jaar.
Belendingen: ten oosten de tuin van de weduwe van Abraham van Wouw en ten westen het land van de weduwe vanb Isbrant Adriaans, brouwer, strekkend tot het gasthuisland.

19-6-1652: Florentina van Craecken van der Laen, wed. van notaris Johan Andriesz van Aller, bekent dat haar man volgens een onderhandse akte van 8.4.1648, 500 gld. schuldig is aan zijn neef Pieter Maertensz van der Hoochcamer, burgemeester te Oudewater, waarop tot op heden niets is afgelost.
Haar zoon, Adriaen van Aller stelt zich borg voor de betaling van de hoofdsom en de rente. Tevens heeft zij aan de voorn. Hoochcamer voorgedragen een obligatie d.d. juni 1651, groot 550 gld. t.b.v. Michiel Hannot te Leiden.

5-3-1653: Jacob Cornelisz van der Slooth machtigt Arent Sonnemans, klerk ter secretarie, om namens hem voor de schepenen zijn huis en erf aan de Nieuwstraet, dat in de Westmolensteeg of Westmolenstraet, zijn looierij en erf aan de oostzijde van de Pannekouckstraet en zijn goederen als borg te stellen voor de betaling van brieven van totaal 4000 gulden. Hierbij zijn de penningen 20 betrokken, die zijn zoon Hubrecht van der Sloot uit de koop van een huis en erf in het Hang van ten behoeve van de crediteuren van wijlen notaris Jan Andriesz van Aller voor de schepenen zal verlijden.

27-5-1653: David van de Mierop, coopman te Amsterdam, is houder van een rentebrief van 1500 gulden, opgesteld op 08-07-1626 door Joost Cornelis Rotshouck, schoenmaker, ten profijte van de kinderen van Clara Davits Verdonck, van wie Johan van de Mierop, schepen, de vader was. Hij heeft de rentebrief, opgemaakt vanwege de koop van een huis aan de westzijde van de Molensteech, die het laatst in bezit is geweest van Jan Andriesz van Aller of diens weduwe, in handen gekregen na een deling met zijn broers. Het huis, dat als onderpand diende, wordt nu bij executie verkocht. Hij machtigt Pieter Verbiest, coopman, om uit handen van Willem van der Aa, secretaris, de gelden te ontvangen waarop hij recht heeft

vermelding:
ONA Rotterdam 8-9-1650: Adriana van Geesdorp, bejaarde ongehuwde dochter uit 'sGravenhage, voegt een legaat toe aan haar testament (testament is vandaag verleden voor notaris Adriaen van Aller alhier). Zij legateert 1.000 gulden aan Florentina van Kraken van der Laan, echtgenote van Johan van Aller, notaris en procureur. Deze minute vindt plaats bij Willem van Aller, nortaris en procureur aan de Kipstraet.
(N.B. ook bekend onder van Craecken van der Laen)

vermelding:
ONA Rotterdam 18-9-1651: Johan van Aller, notaris, en Florentina van Craecken van der Laen herroepen hun besloten testament, gepasseerd voor notaris Niclaes Vogel en hun testament, gepasseerd voor notaris Jan Antonisse UUttewael te Utrecht, van 24-10-1610, en benoemen elkaar tot erfgenaam. Zij maken bepalingen ten aanzien van de gehuwde kinderen, Andries van Aller, Willem van Aller, Aerijanus van Aller, die voor notaris hebben gestudeerd, Karolus van Aller, die voor advocaat heeft gestudeerd, en Hester van Aller en Margrieta van Aller. Zij benoemen elkaar tot voogd over de jongste kinderen, Adrijana van Aller en Jan van Aller voor wie eveneens bepalingen worden gemaakt.

vermelding:
Weeskamer Rotterdam 26-10-1652: Adriaen van Aller en Servaes Hannot, procureur binnen deser stede, zijn geord. als voogden over de weeskinderen van Jan van Aller en Florentina van der Laer, beide zal. ged., enz.

vermelding:
ONA Rotterdam 15-8-1653: Koos Adriaensz, voerman, machtigt zijn zwager Leendert Willemsz de Kikker, schoolmeester, om een schuldrentebrief van 119 gulden te verlijden ten behoeve van Jan van Aller, minderjarige zoon van Jan van Aller, notaris en procureur, en Florentina van Kraken van der Laen, die beiden overleden zijn, wegens het lenen van geld.
De brief wordt verzekerd op zijn huis en erf aan de westzijde van de Nieuwe Vranckestraet, belend door Adriaen Gerrebrantsz ten noorden, Pleunis Pleunisz ten zuiden en achter door het erf van Govert Abelsz, mandemaker.

Florentina is getrouwd met Jan Andriesz van Aller op 28 aug 1610 (civil) in Leiden. Jan (zoon van Andries van Aller en Lijsbet Cornelisdr van Marcken) is geboren in jun 1589 in Oudewater; is gestorven op 10 okt 1651 in Rotterdam; is begraven op 15 okt 1651 in Oudewater, NH kerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Aantekeningen:

Getrouwd:
Jan Andriesz van Allaert, jongman van Oudewater, vergez. met Lijsbeth Cornelisdr, zijn moeder en Adriaen van Tetroede zijn bekende; Florentijna van der Laen, jongedochter van Leijden, vergez. met Marijtge Sijmonsdr. haar moeije,

1. Margareta van Aller is gedoopt op 13 mei 1612 in Oudewater; is gestorven vóór 10 jun 1626.
2. Andries van Aller is gedoopt op 11 mei 1614 in Oudewater; is begraven op 6 mrt 1655 in Middelburg.
3. Willem van Aller is gedoopt op 26 jul 1615 in Oudewater; is gestorven vóór 19 nov 1617.
4. Philippina van Aller is gedoopt op 3 aug 1616 in Oudewater.
5. Willem van Aller is gedoopt op 19 nov 1617 in Oudewater; is gestorven vóór 10 aug 1622.
6. Willem van Aller is gedoopt op 10 aug 1622 in Rotterdam; is gestorven in mrt 1678 in Veere.
7. Elijsabet van Aller is gedoopt op 6 aug 1624 in Rotterdam; is gestorven vóór 18 sep 1651.
8. Margrieta van Aller is gedoopt op 10 jun 1626 in Rotterdam; is begraven op 26 mei 1701 in Rotterdam.
9. Adriaen van Aller is gedoopt op 21 okt 1627 in Rotterdam; is gestorven op 28 sep 1670 in Rotterdam; is begraven op 30 sep 1670 in Rotterdam.
10. Hester van Aller is geboren circa 1628 in Rotterdam; is gestorven vóór 15 aug 1654.
11. Heijnderich van Aller is gedoopt op 4 jan 1629 in Rotterdam; is gestorven vóór 18 sep 1651.
12. Mr. Karolus van Aller is gedoopt op 10 dec 1630 in Rotterdam.
13. Adriana van Aller is gedoopt op 26 mrt 1634 in Rotterdam.
14. Jan van Aller is geboren circa 1635; is gestorven na 1653.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1520 tot 1592; Leen van Putten
• vermelding: van 1563 tot 1597; Leen van de hofstad Raephorst
• vermelding: van 1569 tot 1594; Leen van de hofstede Polanen
• vermelding: van 1579 tot 1633; Lenen van de Domproosdij te Utrecht
• vermelding: van 1579 tot 1606; Onroerend goed in Leiden
• vermelding: van 1579; Voogdijstelling
• vermelding: van 1580 tot 1593; Grafelijke lenen Graaf van Holland
• vermelding: van 1581; Student te Leiden
• vermelding: van na 1581; Erft land te Zoeterwoude
• vermelding: van 1582; Lijfrente door erfgenamen
• vermelding: van 1586 tot 1599; Transacties te Zoeterwoude
• vermelding: van 25 nov 1586; Proces verbaal tegen huwelijk
• vermelding: van 1587; Lijfrentebrief te Leiden
• vermelding: van 1589; Vermeld in de bonboeken van Leiden
• functie: van 1591; Poorter van Leiden
• vermelding: van 1591 tot 1595; Verkoop land te Koudekerk
• vermelding: van 6 apr 1591; Overdracht uit nalatenschap
• vermelding: van 18 jul 1591; Erfeniskwestie
• vermelding: van 1593; Leen van broedende zwanen
• vermelding: tot 1593; Leen van de hofstad Egmond
• vermelding: tot 1594; Leen van de hofstad Egmond
• vermelding: tot 1596; Leen van de hofstede Teilingen
• vermelding: van 12 sep 1597; Overeenkomst over kwestie
• vermelding: van 23 okt 1599; Testament van Willem van Craecken van der Laen
• vermelding: van 31 jan 1601; Verklaring over overspel
• vermelding: tot 1602; Leen van Polanen
• vermelding: van 4 okt 1604; Vicarie / kapel in de Pieterskerk te Leiden
• vermelding: van 25 jun 1605; Verkoop uit boedel van onroerend goed te Zoeterwoude
• vermelding: van 20 nov 1606; Benoeming voogden
• vermelding: van 9 apr 1611; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 4 jul 1611; Ontvangst uit nalatenschap
• vermelding: van 21 mei 1612; Verklaring over ouders
• vermelding: van 16 okt 1613; Ontvangst uit nalatenschap
• vermelding: van 3 mrt 1618; Getuigenis over familierelaties
• vermelding: van 6 jul 1624; Ontvangst legaat

Aantekeningen:

Geboorte:
Is op 22-3-1580 nog onmondig; In 1582 is hij 17 jaar
Op 2-5-1586 wordt hij te Zoeterwoude nog vertegenwoordigd door zijn voogden Mr. Gerijt Hoochstraten en Maerten van Schouwen van Endegeest.

vermelding:
PERNIS
58A. 9 gemet 2 lijn land in de Eijfel.
7 gemet 1 lijn 4 roede land in de Hoeck van de Eijfel.
9 gemet land daar ten westen van gelegen.
3½ gemet land in Roeden.
3 lb 3 schelling hollands per jaar verzekerd op het huis dat van Voppe Boudijnsz. was te Gheervliet.
20-11-1520: Willem van der Laen bij dode van zijn vader Phillips van der Laen (L.H. 124, cap. Noord-Holland, fol. 25v).
22-4-1533: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, grootvader: Engelbrecht Jacobsz. van Eijndegheest, bij dode van haar vader Willem van der Laen (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
Het leen 58A is gesplitst in 58C en 58D.
Leen 58C
19-5-1554: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
15-12-1557: Margriete Jacobsdochter, vader: Jacob Willemsz., bij dode van jonkvrouwe Barta van der Laen (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 29).
1-12-1563: Jonkvrouwe Phillipote van der Laen, Willemsdochter, gehuwd met Heyndrick van Craecken Willemsz. bij dode van haar nicht jonkvrouwe Margriete Jacobsdochter (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 10v).
10-7-1564: Willem van Kraecken Heyndricxz., onmondig, vader Heyndrick Willemsz. van Kraecken, bij dode van zijn moeder jonkvrouwe Phillippote van der Laen, behoudens de lijftocht van zijn vader (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 18).
Het leen 58C is gesplitst in 58E en 58F.
Leen 58E. 7 gemet 1 lijn 4 roede land.
18-9-1592: Adriaen Zegersz., dijkgraaf van IJffelsenbroeck, na overdracht door Willem Heijndricxz. van Craecken (L.H. 138, fol. 36).
58F. De helft van 9 gemet land.
15-7-1592: Cornelis Willemsz. den Ouden na overdracht door Willem Heyndricxz. Craecken
van der Laen (L.H. 138, fol. 37v).
Leen 58D
19-5-1554: Raes van Roden Pietersz. na overdracht door jonkvrouwe Barte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 3v).

vermelding:
WASSENAAR
leen 134. 13 hond land te Zuydtwijck, belend ten oosten en westen: Claes Jansz. van der Burch, ten zuiden: de heerweg, ten noorden: de bangreppel, pachter: Bartout Adriaensz.
8-11-1563: Philpote van der Laen Willemsdochter, gehuwd met Heynrick van Craecken Willemsz. (D, blz. 38).
29-5-1565: Willem van der Laen Heynricksz., onmondig, vader: Heynrick van Craecken Willemsz., bij dode van zijn moeder Phillipote van der Laen, behouden de lijftochten van zijn vader en van jonkvrouwe Geertruyt Engebrechtsdochter, weduwe van Willem van der Laen (D, blz. 41).
1-2-1597: Jan Vranckensz. te Wassenaer na overdracht door Willem van Craecken van der Laen te Leyden (rep. fol. 66).

vermelding:
Leen van de Hofstede Polanen
OEGSTGEEST
leen 45 De woning, waar de leenman in woont, (1482: huizing en hofstede, genaamd de Mersch), in Oegstgeest met 7½ hont land
4-1-1484: Jan Dirk Engbertsz. bij dode van Pieter Andriesz., zijn oom, 6462 fol. 87v-88. De volgende beleningen zijn gelijk aan nr. 16 (te Hazerswoude) tot:
..-.-1569: Hendrik van Kraken voor heer Jacob van Endegeest, kanunnik te Leiden, die aankwam van Engbert Jacobsz., diens vader, met het eerste perceel vermeld, LRK 340 fol. 29v.
Het leen 45 gesplitst in 45A en 45B.
45A. Het huis met 7½ hont.
20-10-1594: Cors Hendnksz. te Oegstgeest bij overdracht door Willem van Kraken van der Laan, 6465 fol. 134-135
45B. 1 morgen.
28-9-1593: Cors Hendriksz. bij overdracht door Willem van Kraken van der Laan, 6465 fol. 150.

vermelding:
1: Nieuwstraat 6-8 (ook bekend als Burgstreng)
Heijndrick van Craecken is in december 1561 huurder van dit pand en betaalt belasting (10e penning)
Mr Jacob van Endegeest, priester en aangetrouwd oom van Heijndrick is de eigenaar van dit pand.
In 1582 wordt Heijndrik Willemsz van Craecken als belender van een naastgelegen pand vermeld
In 1585 is zijn zoon Willem (Hendriks van Craecken) van der Laen als eigenaar van de 2 panden vermeld.
In 1569 tot en met 1582 wordt Hendrick Willemsz van Craecken vermeld als belender van een pand dat om de hoek ligt (zie 2.)

2. Hooglandsekerkgracht 45
Van 1569 tot en met 1582 wordt Hendrick Willemsz van Craecken vermeld als belender van een naastgelegen pand.
Willem Hendricks van der Laen is in 1585 eigenaar van het achterhuis. Hij schenkt een plaatsje aan IJda Jacobsdr, vroedvrouw.

3. Breestraat 85-87 tot aan de andere kant Vollersgracht/Langebrug 14-16 (in de bonboeken vermeld als Vleeshuis)
Meester Willem Schuijten, de vader van Hendrik Willemsz van Craecken, woont daar in "Den Gulden Aernt" als hij in 1540 benoemd wordt als poorter van Leiden. In 1585 nog steeds genoemd als Den Gulden Aernt/Den Aerent.
In de jaren 1544, 1558, 1561, 1564 betaalt mr. Willem Schuijten belasting (tiende penning) als eigenaar. Uit de belastingregisters blijkt dat er in die periode ook nog huurders zijn: Joest Harmansz, linnenwever (1558, 1561, 1564); Anthonys Corneliesz, borduurwerker (1558), Jan Heijndricxz (1561, 1564)
Hij is tot en met 1575, het jaar van zijn overlijden, eigenaar van dit onroerend goed. In datzelfde jaar gaat het eigendom over naar zijn zoon Hendrick Wilemsz van Craecken tot en met 1588. Hendrik is bonmeester van het Vleeshuis.
De andere zoon meester Huijbrecht Merevin wordt van 1576 tot en met 1581 vermeld als bewoner.
In de periode tot 1589 worden ook nog andere familieleden al bewoner van dit pand vermeld: de zoon van Hendrick Willemsz: Willem Hendricksz van (Craecken van) der Laen in 1579 / 1583; jonkvrouw Philipa van der Laen in 1579 vermeld als de eerder overleden huisvrouw van Hendrik Willemsz van Craecken.
In 1585 verhuurt Henrick van Craecken zijn kelder.
In afbeeldingen uit 1585 staat de naam van Henrick vermeld op deze locatie: in het grachtenboek als Henrick van Craecken en in het stratenboek als Henrick Schuit Alkemade et Craken

8. Hoek Nieuwstraat 4 en Van der Sterrepad 11 (was Burchgracht). Openbare bibliotheek Leiden Vermeld als Burgstreng. Het huidige gebouw dateert uit 1652.
Bij de betaling van de tiende penningen in 1558 en 1561 wordt kanunnik Jacob van Endegeest vermeld als eigenaar.
In 1578 Lijkt Geertruijt van Endegeest daar te wonen. Zij wordt dan vermeld als buur van een naastgelegen pand.
Vanaf 1580 is het pand verhuurd aan Mr. Gerrit Fransz van Hoogstraten.
Bij zijn huwelijk in 1585 met Margriete Symonsdr is Willem Hendricksz van der Laen eigenaar van het huis. Het echtpaar gaat daar ook wonen. Het huis wordt in 1585 vermeld als huijs in den houc.
In de fraaie afbeelding uit het Grachtenboek van 1588 en de afbeelding uit het stratenboek uit 1591 is de naam van Willem van der Laen vermeld. Het is te zien, dat het een groot pand is, dicht bij de eeuwenoude burcht van Leiden.
In 1606 wordt door de erfgenamen van Willem belasting betaald, berekend naar een aantal van vijf schoorstenen. Er werd aangifte gedaan door de (dienst)meid.
In 1611 wordt vermeld dat het onroerend goed voorheen door de erfgenamen van Willem is verkocht aan Cornelis Claes Lambertsz van Zwieten (brouwer).

vermelding:
LEIDERDORP
leen 11. 1 hoeve land in de Acht Hoven (1450: groot 16 morgen, belast met 1½ oude schild ten behoeve van de domproosdij), (1611: belend ten oosten: Pieter Claesz. Ket, ten westen: Willem Aelwijnsz. van der Woert).
2-3-1450: Dirc Boudijnsz. van Zwieten mag, daar hij geen kinderen heeft, bij testament over het leen beschikken. (1b, fol. 36v).
16-11-1579: Willem van Craken van der Laen, onmondig, zoon van Henrick van Kraken en wijlen Philippa van der Laen, hulde door Ysbrant Jacobsz. van der Bouchorst, gemachtigd d.d. 24-4-1570 voor weesmeesters van Leyden door diens voogden Cornelis van Noorden Jacobsz., meester Gerard Hoogstraten en Marten van Endegeest, bij dode van zijn moeders moeder jonkvrouwe Geertruyt van Endegheest, weduwe van Willem van der Laen. (2373).
6-11-1604: Philippine van Craecken van der Laen, oom: Ysbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen (5, fol. 25v).
15-1-1611: Claes Jansz. Bors te Leyden na overdracht door Jan Vechtersz., lijmzieder aldaar, volgens procuratie d.d. 13-1-1611 en als voogd van Philippina van der Laen, onmondige dochter van Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 94v).
23-5-1619: Dirck Matheusz. doet hulde met ledige hand, volgens procuratie d.d. 16-5-1619 voor notaris Adriaen Claesz. Paedts, namens Claes Jansz. Borsch. (5, fol. 173v).
7-6-1631: Nicolaes Jansz. Borsch verzekert 5 losrenten op het leen, nl. 85 gulden ten behoeve van Philippina van Swieten als erfgename van wijlen Philippina van Craecken van der Laen, echtgenote van wijlen Adriaen Andriesz. van Swieten; 15 gulden van Geertruydt van der Laen, gehuwd met Jan van Gheesdorp; 15 gulden van Florentina van der Laen, gehuwd met Jan van Aller, notaris te Rotterdam; 84 gulden 34 penning van Margaretha van der Laen, gehuwd met meester Stevens van der Werve, advocaat voor het Hof van Hollant; 112 gulden 10 stuiver van de weeskinderen van wijlen Machtelt Henricx Schay, gehuwd met Nicolaes Jansz. Borsch, steenbakker te Leyden. (6, fol. 26).
10-10-1633: Clames Jansz. Borsch verzekerd ten behoeve van Gommer Gommersz., drapier te Leyden, 3803 karolus gulden op 6 morgen van het leen; afgelost op 1-5-1634. (6, fol. 69v).

Leen 15 18 morgen land met huis en boomgaard tussen de Rijn en Achterdijk, belend ten zuiden: Dirck Jansz. van Zijl (1474: Cleymens Dirck Janszoonsdochter van Zijl, gehuwd met Lourens Wilhelmsz., 1523: de erfgenamen van Florijs van Zijil), ten noorden: het kapitel van den Hogenlande te Leyden, (1611: ten zuidwesten: de weduwe en de erfgenamen van jonkheer Pieter van der Dous, ten noordwesten: Henrick Simonsz.).
15-1-1523: Willem van der Laen Phillipsz. na overdracht door Jacop van der Wijele. (3, fol. 197v).
..-.-1...: De weduwe van Willem van der Laen (vermeld 24-12-1543, Rijnland 5463).
..-.-1...: Margriet Jacobsdochter van der Laen te Leyden (vermeld 15-10-1558 en 3-5-1562, Staten 1012 en 1331).
..-.-1...: Hendrick van Craecken (vermeld 1584 en 1588, Rijnland 5464).
..-.-1...: Willem van Craecken van der Laen (vermeld 1600, Rijnland 5464).
16-11-1604: Phillippina van Craecken van der Laen, oom: IJsbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 25v).
24-2-1611: Bevestiging van de vrijwaring van de verkoop van een woning met 5 morgen 1½ hond land op de lage Morsch te Oestgeest d.d. 22-2-1611 voor notaris Salomon Lenartsz. van der Wuert aan Cors Henricksz. aldaar door Henrick Rochusz. van Lenten namens IJsbrant Dircksz. Visser als voogd van Phillippina, Geertruyt, Florentia en Margaretha, de 4 weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margareta Bijman Simon Paulsdochter. (5, fol. 95).
23-6-1611: Thomas Jacobsz. van Swieten na overdracht door IJsbrant Dircx Visscher als oom en voogd van Phillippina Craecken van der Laen. (5, fol. 103).

vermelding:
Weeskamer Leiden
Henric van Craecken voorweeskind genaamd Willem van Craacken van der Laen gewonnen bij wijlen jonkvrouw Philipa van der Laen Willemsdr. zijn zaliger voorhuisvrouw daarvan voogden zijn geordonneerd bij testament van jonkvrouw Geertruit van Endegheest Engelbrechtsdr. zijn zaliger grootmoeder van moederszijde) meester Gerard Hoochstraten en Martijn van Endegheest, de brieven en het bescheid staat in een kist en is geregistreerd in het derde grote register getekend C folio 10.
Inventaris van al de goederen, landen, renten etc. volgens de akte d.d. 18 en 19-2-1579.
Bijgeschreven: - Gelicht bij kwitantie op 13-8-1590.
no. 4 d.d. 27-3-1579: Meester Gerard Hoochstraten en Martijn van Endegheest voogden geordonneerd bij de testamentaire dispositie met de dood bevestigd bij Geertruit van Endegeest weduwe Wilhems van der Laen gedateerd 20-4-1578 over Wilhem van Craacken van der Laen oud omtrent 15 jaar weeskind van Henrix van Craacken Willemsz. gewonnen bij wijlen jonkvrouw Philipa van der Laen zijn zaliger voor huisvrouw. Vanwege Martijn van Endegeest ‘hoe wel hi gehuwet noch minorannis zijnde’ is op last van het gerecht tot derde voogd geordonneerd Cornelis van Noorde Jacobsz. wijlen burgemeester en tegenwoordig schepen van Leiden voor de tijd van 3 toekomende jaren.
ongedateerd: Henric van Craken weeskint genaemt Willem van Craken van der Laen omtrent 15 jaar geprocureert bi wilen jonkvrouwe Philippa van der Laen Willemsdr daer van dat voochden zijn Meester Gerard Hoochstraten ende Martijn van Endegheest Cleszn verordent bij testamentaire dispositie van jonkvrouwe Geertruyt van Endegheest Engelbrechtsdr wede van Willem van der Laen grootmoeder De inventaris van de goederen van Geertruyt wordt overgeleverd door meester Albert Jans de Man ende Jacob Jansz. canoniken, Roelof Adriaenszn secretaris tot Hazertswoude ende Jan Huygen van Leeuwen als testamentairs volgens test. dispositie van 20-4-1578.

vermelding:
VLAARDINGEN
leen 68 68. 5 morgen land in Janscomp (1535: in de woning en bruikwaar van Clays Heyn), strekkende tot de weg met de erbij behorende dijk (1346: en met twee hofsteden: te Clattenborch op de westzijde, belend ten westen: de proost van Conincvelt, ten oosten: de weg die door de schepenen wordt geschouwd, 1535: de Hogerhucxseweg, 1578: de Baetweyde, ten zuiden: Han Evegheer, 1418: Dirc van der Hoirn, 1535: Pieter Simonsz., 1578: de Biescamp, ten noorden: Arnd Sisere, 1418: Screvel Vranckenz., 1535: Jacob Gerritsz. stierman, 1578: de Holysche weg), pachter: (1593: Adriaen Lenertsz., 1626: Claes Bastiaensz., 1628: Jan Klinckenberg).
22-3-1580: Willem van Craeken van der Laen, onmondig, hulde door IJsbrant Jacobsz. van Bouckhorst, bij dode van Geertruyt van Endegeest Engelbrechtsdochter (L.H. 135, fol. 63).
5-5-1593: Willem van Craecken van der Laen doet zelf hulde (L.H. 135, fol. 63).
7-5-1593: Dirck Gerritsz. van der Wolff, onmondig, vader: Gerrit Dircksz. van der Wolff, na overdracht door Willem van Craecken van der Laen (L.H. 138, fol. 137v)

Vermeld in de rekening zegelrecht Holland en West-Friesland 1593:
Dirck Gerritsz. van der Wolff bij opdracht van Willem van Craecken van der Laen vijff margen landts gelegen inden ambochte van Vlaerdinghen. Groot leen £ 7-10-00.

vermelding:
Vermeld in het morgenboek Rijnland - Zoeterwoude - 1542
Het huijs tEndegeest eijgenaer, Jan Dircxz. mijn lieven neef bruijcker ende is groot 3 M. 2 H. 8 R.
Nu (geen datum) W(ille)m van Craecken van der Laen die tselve geerft heeft van jouffrou Geertruijt van der Laen, bruijcker Jacob Adriaensz.

vermelding:
Lijfrente Stad Leiden 1582
Heffer: De erfgenamen van mr. Jacop van Endegheest wonende te Leiden
Begunstigde: Willem van der Laen; leeftijd 17 jaar, wonende te Leiden, overleden op 1602 (1598: en zijn zusters)
Vader Heyndrick Heerman (!) wonende te Leiden

vermelding:
ORA Zoeterwoude
Nr. 184 folio 145v. d.d. 02-05-1586.
Aernt Pietersz. bode van Zoeterwoude heeft gekocht van Marijtgen Dielofsdr. weduwe Cornelis Cornelisz. en Adriaen Dircxz. van Schipluiden nomine uxoris erfgenaam van Cornelis Cornelisz. voorn., een ledig erf waar eertijds een huis op heeft gestaan, belend volgens de oude brief. De voogden van Willem van Craecken van der Laen, (als gerechtigd zijnde tot de last in de oude brief) zijn competerende de voorpresentatie en consequentelijk de naasting der voorsz. koop. Bekennende derhalve tot behoef van Mr. Gerijt Hoochstraten en Maerten van Schouwen van Endegeest, voogden over de voorsz. Willem van Craecken van der Laen, de eigendom van het voorsz. erf, opgedragen te hebben, met de waringen als in de oude brief, welke hij comparant met alle briefs recht is overgevende. Hij bekent hiervan voldaan te zijn de eerste penning met de laatste.

Nr. 197 folio 139 d.d. 19-11-1590.
Willem van Craecken van der Laen wonende Leiden heeft voor schout en schepenen van Hazerswoude op 23-10-1590 t.b.v. Wouter Jansz. en Claes Willemsz. Ket c.s. nopens de waring van een perceel land van 9 morgen in Hazerswoude, verbonden een woning als huis, barg, schuur, poting en planting met de landen daaraan behorende, groot in het geheel 15 morgen waarvan het voorste is gelegen in Hazerswoude en de rest als 4 morgen in Zoeterwoude, belend de 4 morgen ten N: Gerijt de Man Jansz. waard in de Boom te Leiden, ten W: de wetering, ten Z: Dirck Claesz. en ten O: Jacob Thomasz

Nr. 232 folio 161v. d.d. 18-03-1591.
Willem van Craecken van der Laen enige nagelaten zoon en universeel erfgenaam van Henrick van Craecken Willemsz., verklaarde dat zijn vader onder borgtocht van Mr. Huijbert van Merevin, zijn comparants oom, op 21-09-1590 van Henrick Claesz. van Eijck burger van Leiden op rente had ontvangen de somme van f 400, waarvoor op obligatie was beloofd te betalen met f 25 per jaar. Dit onder belofte van te passeren een constitutiebrief met speciaal hypotheek van zijn woning en landen in Zoeterwoude. Hij wil deze belofte gestand doen met de verzekering als voren van een woning als huis, barg, schuur en 14 morgen 4 hond 43 roeden land in het Westeinde. Belend in het geheel ten W: de Hofweg, ten N: Meerburg, ten O: Aechte Abrahamsdr. en ten Z: de Goweg. Vrij en niet belast.

Nr. 242 folio 168v. d.d. 06-03-1591.
Willem van Craecken van der Laen heeft een accoord gemaakt tussen hem ter ene zijde en Mr. Huijbrecht Schuijten van Merevin zijn oom ter andere zijde in dato 26-11-1590, mitsgaders de willige condemnatie van de Hoge Raad in dato 04-12-1590, tot voldoening van de schulden die hij de voorsz. Mr. Huijbrecht Schuijten en zijn erfgenamen schuldig is, een erfrente van f 170 per jaar tegen de penning 16 ter zake van de koop van ¾ parten van de huizing waarin hij comparant woont, staande binnen Leiden aan de Breedstraat en van het erf en 2 woningen daaraan behorende, staande achter de voorsz. huizing op de Voldergracht, belend in het geheel ten N: Dammis Peetier en ten Z: Willem Sijmonsz. van der Wilde, strekkende voor van de voorsz. straat tot achter aan de Voldergracht. Hij verbindt hieraan zijn voorsz. huizing, 2 erven en woningen. Nog zijn comparants woning met 14 morgen land daaraan behorende in het Westeinde van Zoeterwoude, waarvan bruiker is Lenert Jansz., belend ten N: de Meerburger watering, ten O: Aechte Vrancken, ten W: de Hofweg en ten Z: de Goweg. Nog een woning in Zoeterwoude met 21 morgen land daaraan behorende, bruiker Jacob Sijbrantsz., belend ten N: Cornelis van Hodenpijl te Delft, ten Z: Jan Jansz. van Baersdorp c.s., ten O: de nakomers van de heer van Zwieten en ten W: de heerweg. Welke voorsz. rente betaald zal worden aan de voorn. Mr. Huijbrecht, de ene helft mei en de andere helft Allerheiligen daaraan volgend. Af te lossen met f 2.720 buiten de verlopen renten. Om Mr. Huijbrecht nog meer te verzekeren van de voorn. betalingen der renten, geeft de comparant over dat Mr. Huijbrecht zal ontvangen de pacht van de voorn. woning en landen ter somme van f 170 per jaar, gebruikt door Jacob Zijbrantsz.

Nr. 18 folio 6v. d.d. 07-12-1591.
Willem van Craecken van der Laen is schuldig aan Jan Claesz. Roos vleeshouder poorter van Leiden, een losrente van f 12-18-02 carolus per jaar tegen de penning 16, met een hoofdsom van f 206-19-00. Hiermede zijn gecasseerd 2 obligaties, de ene door zijn zaliger vader verleden, houdende f 150 en de andere door hem comparant verleden, houdende f 34, in dato 05-12-1583.

Nr. 194 folio 80 d.d. 24-03-1593.
Willem van Craecken van der Laen wonende Leiden verklaarde dat Pieter Olofsz. wonende Alkmaar en Jacob Adriaensz. wonende op zijn comparants woning te Zoeterwoude en Hazerswoude, uit zijn comparants naam met speciale procuratie verkocht hadden aan Aelbert Cornelisz. Twiskers wonende Haringhuizen, een perceel zaadland, zijnde leenland groot 10 “geerssen”, belend ten N: het kerkland van Haringhuizen, ten O: en Z: Jan Geritsz. Saet of de erfgenamen van Jacob Splinter uit ’s- Gravenhage. Bij deze verkoop was speciaal verbonden 2 schone zaden en bezittingen van landen en getimmerten, gelegen de ene aan de lage zijde van de Rijn in Leiderdorp en de andere aan de Hogerijndijk in Zoeterwoude en Hazerswoude. Hij belooft het verkocht te vrijen en waren. Voorts bekende hij hiervan voldaan te zijn, de laatste penning met de eerste door de voorn. Aelbert Cornelisz. Twiskers

Nr. 244 folio 216v. d.d. 16-12-1595.
Mathijs Harmantsz. van Crenenburch heeft verkocht aan Willem van Craecken van der Laen een tuin buiten de Koepoort bij de Naakte sluis. Belend, belast en met de waringen als in de oude brief. Hij bekent hiervan voldaan te zijn met een rentebrief.

Nr. 245 folio 217 d.d. 16-12-1595.
Willem van Craecken van der Laen is schuldig aan Mathijs Harmantsz. van Crenenburch een losrente van f 31-05-00 per jaar met een hoofdsom van f 500. Hij verbindt hieraan een tuin buiten de koepoort bij de naakte sluis, belend ten O: hij comparant zelf, ten Z: Claes Quijringsz. Quartelaer, ten W: Grietgen Joosten weduwe jong Adriaen Willemsz. van Warmont en ten N: de Vliet.

Nr. 288 folio 117 d.d. 09-05-1596.
Joris van der Burch procureur te Leiden en Rijnland met procuratie van Willem van der Laen van Craecken, de procuratie hierna weergegeven:
Cormpareerde voor Cornelis van Swanenburch notaris, jonkheer Wilhem van Craecken van der Laen en heeft geconstitueerd Joris van der Burch procureur Leiden en Rijnland om te Zoeterwoude t.b.v. Ghijsbrecht Trijssens Lodewijcxz. te verlijden een rentebrief van f 28 en ettelijke stuivers per jaar uit zake van de koop van een tuin en erf buiten de Koepoort, onder verband van de voorsz. tuin en erf, belend aan de ene zijde hij comparant zelf en aan de andere zijde Claes Quijrinsz. Quartelaer, strekkende voor uit de Vliet of gemeen pad tot achter aan de laan van de voorn. Claes Quijrinsz. Aldus gedaan te Leiden op 19-04-1596.
Hij bekent uit kracht van de procuratie schuldig te zijn aan Ghijsbrecht Trijssens wonende Leiden een losrente van f 28-02-08 per jaar met een hoofdsom van f 450. Hij verbindt hieraan een tuin buiten de Koepoort bij de Naakte sluis, belend ten O: de voorsz. van der Laen zelf en ten Z: Claes Quijrinsz. Quartel, strekkende uit de Vliet of het gemene gangpad tot achter aan de laan van Claes Quijrinsz. De rente spruit uit de koop van de tuin.
Kanttekening d.d. 02-07-1616: De rente is gelost en de brief gecasseerd.

Nr. 262 folio 249 d.d. 24-12-1599.
IJsbrant Dircxz. Visscher als curator van de goederen van Willem Craecken van der Laen heeft verkocht aan Jan van Cortenbosch notaris een tuin met gevolg, mitsgaders de helft van de scheisloot buiten de Koepoort bij de Naakte sluis, belend ten O: Willem Craecken van der Laen voorsz. met zijn tuin, mitsgaders de wederhelft van de sloot, ten W: de weduwe van oude Adriaen Willemsz., ten N: de Vliet en ten Z: Claes Quijrinsz. Quartel. Belast met een erfpacht van f 3 per jaar, toekomende de Deputaten te Leiden, zijnde een gedeelte van f 26-10-00 per jaar. Nog met een losrente van f 31-05- 00 per jaar tegen de penning 16. Hij bekent hiervan voldaan te zijn met een schuldbrief van f 100.

vermelding:
ONA Leiden 25-11-1586: proces verbaal protest van Henrick van Craecken aan Adriana Rijckendr, tegen het huwelijk van zijn zoon, Willem van Craecken van der Laen en haar dochter Margriete Symon Pouwelszdr. Henrick had Adriana lange tijd geleden te zijn huis ontboden, omdat hij had vernomen dat Willem dagelijks bij Margriete kwam en hij had Adriana verklaard niet te gedogen dat Wilem haar dochter zal trouwen...
De notaris heeft heeft een verklaring aan Adriana overhandigd.

vermelding:
Lijfrentebrief te Leiden
1590
Begunstigde: Hillegont Aerntsdr van Hazerswoude (dienstmaagd van Heyndrick Heerman van Craecken) leeftijd 28 jaar, wonende te Leiden, overleden op 02-08-1605; dochter van Aert van Hazerswoude wonend te Leiden
Heffers: Willem van der Laen, wonende te Leiden; Heyndrick Heerman van Craecken wonende te Leiden (in 1592: diens erfgenamen)

Lijfrentebrief 1587
Begunstigde Willem van der Laen leeftijd 24 jaar, wonende te Leiden, overleden 1602
Heffer de voogden wonende te Leiden
Willem was een zoon van Heyndrick van Craecken (Heyndrick Willemsz. Heerman) wonende te Leiden en jonkvrouwe Philippe van der Laen te Leiden

vermelding:
Hendrik van Craecken van de Laen had voor 23-12-1599 onroerende goed genaamd Vleijshuijs in de Bredestraet.
IJsbrant Visscher verkoopt het dan aan Hans Cornelisz Peltier.
Op het andere blad wordt Hendrik vermeld als Henrick Heerman van Craecken Wilemsz. Daar staat dat het onroerend goed door Henrick was bleat met een losrente. Op 10-9-1587 was Henrick principaal en er Huijbert van Merevin was zijn borg.
Op 17-10-1589 drraagt Mr. Huijbrecht Merevin 3/4e deel van dehuijsinge over aan Willem der Laen.
Op 11-9-1599 is IJSbrant Dircxsz Visscher curator over de goederen van Willem van der Laen en hij verkoopt het onroerend goed aan Johan ver der Wiele.

vermelding:
ORA Koudekerk
145v. 5-10-1591. Willem van Craecken van der Laen poorter van Leiden verkoopt Cornelis Adriaenszn. zoals deze en zijn voorzaten in huur hebben gehad, 3 morgen land, belend O en N Cornelis Gerritszn., W Jan Adriaenszn., Z de Rijn, zijnde leenland van de Grafelijkheid voor 1275 gulden.
183. 9-2-1595. Willem van Craecken van der Laen verkoopt Jacob Gerritszn. de helft van een weer land van 16 morgen gemeen met de koper en anderen, strekkende van de Boomgaard van het huis te Poelgeest in t zuiden noordwaarts tot achter aan de Swet en het Woutambacht, belend O de heer van Poelgeest, W dezelfde en de erfgenamen van Michiel Gerritszn. zoals de koper en zijn voorouders lange jaren gehuurd en zijn voorouders gehuurd hebben en de verkoper bij erfenis van zijn bestemoeder is aanbestorven, betaald met gereed geld en met een rentebrief van 36 KG.

vermelding:
Charters Zoeterwoude
Regest 06-04-1591.
Wij Gijsbrecht Vermij Huijbrechtsz. schout ende Jan Willemsz. Wortel ende Willem Fransz. buijrluijden inden ambachte van Zoeterwoude doen cont ende kennelick eenen ijegelick dat voor ons in eijgen persoon gecomen es Willem van Craecken van der Laen poorter tot Leijden ende drouch op meester Huijbrecht Schuijten van Merevin sijn comparants oom alle alsulc recht als hem comparant manieren ende vuijt wat saecke dat tot sij comparanten mach aen sesthien morgen lants mette huijsen, bergen, boomgaerden, schuijren, bepotingen ende beplantingen daer op staende off behorende, so groot ende cleijn als die tegenwardelicken gebruijct werden bij Adriaen Jansz. ende gecomen sijn vuijten sterffhuijse van Mr. Willem Schuijten met lasten het sij van erffpachten off renten daer vuijtgaende geconstitueert bij het leven van de voorsz. meester Willem Schuijten. Welcke renten sullen loop hebben tot last vande voorsz. meester Huijbrecht sedert Alreheijligen lestleeden ende belooffde die voorsz. comparant die voorsz. woninge ende landen te vrijen ende te waren van alle vordere lasten ende renten indien enige opbreecken mochten onder verbant van sijn persoon ende goederen tot bedwanck van allen rechten ende rechteren. Compareerde mede voor ons schout ende buijrluijden die voorsz. Mr. Huijbrecht belovende den voorsz. Willem van Craecken van der Laen dessells erfgenamen of actie van hem hebbende ten ewijgen dagen te houden costeloos ende schadeloos vande voorsz. erfpachte ende renten bij tleven van de voorsz. Mr. Willem Schuijten opte voorsz. woninge ende landen gestaen ende daer vuijt gegaen hebbende onder gelijck verbant ende bedwanck als voorsz. es. In kennisse des waerheijts hebbe ick schout voorsz. desen ten verlijde vande genompde comparanten mit mijn vuijthangende segel bevesticht ende bijden buijrluijden gedaen teijckenen. Upten 6e aprilis 1500 een ende tnegentich.
Was getekend: Willem Fransz.

vermelding:
580/180 18-7-1591
Heynrick van Craecken tot Leiden voor hem zelve ende als voogd van Willem van Craecken ende van der Laen zijn zoon verwekt bij juffr. Phillippe van der Laen, contra Pouwels Cornelisz. voor hem zelve ende als t exploit geaccepteert hebbende voor Ysaack Cornelisz. Inzake de verkoop van land in de ban van Alphen uit de nalatenschap van Philips van der Laen. De grootvader van het kind, Willem van der Laen, had al land genoten van Adriaen Outgarens van Sonnevelt, man van Baerta van der Laen (18 margen te Leiderdorp). Willem was in het buitenland gestorven met meer schulden dan goed. Zijn kinderen Baertgen, Maritgen en Pilippotgen waren thuis gebracht bij hun grootvader Engelbrecht van Endegeest. Jacob Willems die gehuwd was met Baertgen was na processen voor het Hof van Holland en de raad van Mechelen alsnog tot erfgenaam van zijn kind benoemd. Eiser is niet ontvankelijk

vermelding:
HARINGHUIZEN
leen 104. 10 geersen land in Haringhuizen (1591: in de Wester Moerbuyk, genaamd Leenven of Floris weide)...
15-11-1419: Floris Willemsz. bij opdracht in ruil voor nr. 119, fol. 230v-231.
18-10-1492: Jan Florisz. voor Elisabeth, dochter van Willem Florisz. van Alkemade, bij dode van haar vader, fol. 231.
15-11-1551: Mr. Willem Schuyten te Leiden voor Florentia van Kraken Cornelisdr., zijn vrouw, zoals Floris Willemsz., fol. 231v-232.
28-11-1551: Frans Jansz. van Delft voor Jannetje, dochter van Jan Heerman, zijn vrouw, zoals Elisabeth, dochter van Willem Florisz. van Alkemade, fol. 232.
19-4-1560: Mr. Cornelis Fransz. van Delft bij dode van Jannetje Heerman, zijn moeder, fol. 232v.
2-3-1562: Willem van Alkemade, zoon van mr. Willem Schuyt, bij dode van Florentia van Kraken, zijn moeder, fol. 232v-233.
..-.-1569: Willem van Alkemade te Leiden vermeld, LRK 340 fol. 112v.
1-3-1575: Hendrik van Kraken Willemsz. bij dode van Willem van Alkemade, zijn broer, fol. 233.
2-11-1591: Mr. Pieter Olofsz., organist te Alkmaar, voor Willem van Kraken van der Laan te Leiden bij dode van Hendrik, diens vader, fol. 233v-234v.
10-4-1593: Albert Cornelisz. van Haringhuizen bij overdracht door mr. Pieter Olofsz. voor Willem van Kraken van der Laan, waarna overdracht aan Frans Albertsz. Rijp te Oudkarspel, fol. 234v-236v.

vermelding:
Leen van de Hof te Wassenaar
Leen 446. Een paar broedende zwanen te Zoeterwoude rond de beide naast elkaar gelegen hofsteden van Willem Craecken van der Laen.
3-8-1593: Willem van Craecken van der Laen te Leyden (H, fol. 80v).

vermelding:
Lenen van de Hofstad Egmond
Leen 154. 11 hont land in Oegstgeest, waarvan 7 hont: oost: de heer van Wassenaar (1603: de wees van Willem Kortzwager Cornelisz. bij Marietje Dirksdr.), noord: Nikolaas Rijn (1603: weduwe van jonkheer Proost), west: Nikolaas Hoisken (1603: erven Dirk Cornelisz., die woonde bij de brug te Oegstgeest; 1623: de leenman, de abdij Rijnsburg en het kapittel van Hogelande te Leiden), en 4 hont: noord: de graaf van Holland (1608: Maarten van Schouwen van Endegeest; 1638: Pieter Maartensz.), west: de heerweg, zuid: de voorsteeg, oost: (1638: Nikolaas Krijnen), (1569: jaarlijks 9 pond waardig).
7-10-1510: Engbert Jacobsz. zoals Dirk Engbertsz., fol. 465.
15-12-1535: Jan Engbertsz. voor mr. Jacob Engbertsz., priester, zijn broer, bij dode van Engbert Jacobsz., diens vader, fol. 465.
..-.-1569: Hendrik van Kraken voor heer Jacob van Endegeest, kanunnik te Leiden, LRK 340 fol. 119.
18-9-1578: Jan van Leeuwen Hugenz. voor Geertruida van Endegeest bij dode van mr. Jacob Engbertsz., haar broer, fol. 465v-466v.

Leen 154A. 7 hont in Oegstgeest.
13-8-1583: Willem van Kraken van der Laan bij dode van Geertruida van Endegeest, zijn grootmoeder, fol. 468v.
27-3-1594: Maarten van Schouwen van Endegeest bij overdracht door mr. Pieter Odolfsz., organist van Alkmaar, voor Willem van Kraken van der Laan te Leiden na naasting van diens verkoop aan Willem Frankenz., fol. 468v-469v.
154B. 4 hont in Oegstgeest.
9-10-1582: Maarten Nikolaasz. van Endegeest bij dode van Geertruida van Endegeest, zijn nicht, fol. 466v-467.

vermelding:
OEGSTGEEST
leen 38. De halve koren- en smaltiende (1329: van Leidermersch; 1463: buiten Leiden in Oegstgeest; 1399: gemeen met de abdis van Rijnsburg) tussen Marnedijk en Holdesclage, (1629: samen met nr. 39 f 4200,- waard).
...
6-5-1484: Allard Evertsz. voor Elisabeth Andriesdr. bij dode van Dirk Andriesz. alias Poes, haar broer, binnensjaars na de dood van Pieter Andriesz., hun broer, LRK 120 c. Nd.-Holland fol. 9.
7-5-1484: Jan Dirk Engbertszz. bij overdracht door Allard Evertsz. voor Elisabeth Andriesdr., zijn tante, LRK 120 c. Nd.-Holland fol. 9v-10.
6-11-1487: Dirk van Boneem voor Dirk Engbertsz. bij overdracht door Jan, diens zoon, LRK 120 c. Nd.-Holland fol. 36v-37.
7-10-1510: Engbert Jacobsz. bij dode van Dirk Engbertsz., zijn oom, LRK 123 c. Nd.-Holland fol. 27v.
15-12-1535: Jan Engbertsz. voor mr. Jacob Engbertsz. van Endegeest, priester, zijn broer, bij dode van Engbert, diens vader, LRK 125 c. Nd.-Holland fol. 95v.
24-7-1578: Geertruy van Endegeest Engebrechtsdochter, weduwe van Willem van der Laen, hulde door Jan van Leuwen Huygensz. volgens procuratie d.d. 10-7-1578 voor notaris Idsbrant Jacobsz. van Bouchorst, bij dode van haar broer meester Jacob Engebrechtsz. van Endegeest (1.h. 134, f 123~1.
22-3-1580: Willem van Craeken van der Laen, onmondig, hulde door IJsbrant Jacobsz. van Bouckhorst, bij dode van Geertruyt van Endegeest Engelbrechtsdochter [I.h. 135, f ‘63). 5-5-1593: Willem van Craecken van der Laen doet zelf hulde (1.h. 135. f 631.
15-7-1596: Maarten van Schouwen van Endegeest bij overdracht door Willem van Kraken van der Laan, LRK 139 fol. 23v-24.

vermelding:
ONA Leiden, 12-9-1597: Overeenkomst over kwestie tussen Willem van Craecken van der Laen en de broers Cornelis Jansz, Jan Jansz en Pieter Jansz Cleij. Willem zal het meesterloon betalen aan Bartholomeus ... zijn knecht

vermelding:
Testament is opgemaakt in het huis van de testateur "op te hogelantsche Nijewestraet". Willem is gezond van lichaam.
Erfgenamen voor alle goederen zijn Geertruyt ende Florentia van Craecken van Laen zijn twee middelste dochters en Philipgen ende Grietgen van der Laen zijn oudste ende jongste dochter.
In de nalatenschap vermeld hij de inkomsten uit leengoederen. Phillipsgen krijgt de woning en de Landen gelegen In Achthoven te Koudekerk, gebruikt door Jan IJsbrantse, zijn pachter. Grietgen Sijmons krijgt alle huisraad en inboedel.
Jacob Willemsse, zijn natuurlijke zoon, krijgt een som van 200 gld, die uitbetaald moet worden als hij 25 jaar wordt op voorwaarde dat hij zich behoorlijk gedraagt. Anders krijgt hij alleen een rente van 12 gld. en 10 st. per jaar tot ij zich "tot deuchden sall hebben begeven".
Mr. Huijbrecht van Merevin wordt vermeld als (oud)oom
Ysbrant Dircxsse Visscher, Pouwels Adriaensse ende Heynrick Jansse van der Does, zijn zwagers en neef, worden genoemd als voogden.

vermelding:
Crimineel vonnissenboek Leiden:
31-1-1601: Willem van Craecken van der Laen verklaart over overspel met Cunera Jansdr.
Eis: Verklaring van eerloosheid en meinedigheid en een boete van 100 gld

vermelding:
HAZERSWOUDE
Leen 16. 13 morgen land (1482: met woning; 1602: huis, berg, schuur en beplanting in 15 morgen) in Hazerswoude en Zoeterwoude, strekkend van de Rijn tot de Burgmade, oost: Jan Nikolaas Tedenz. c.s. (1569: Gerard Boudijnsz.), west: Pieter Hugenz. (1569: Jan Adriaansz.), (1569: jaarlijks 29 pond waardig, waarvan de pacht 20 jaar vaststaat), (1602: waarvan 4 morgen in Zoeterwoude, noord: Gerard de Man Jansz., waard in de Boom, west: de wetering, zuid: Dirk Nikolaasz., oost: Jacob Thomasz.).
26-5-1435: Dirk Boudijnsz. van Zwieten bij opdracht uit eigen in ruil voor het leen Haarlem, nr. 36 (Ons Voorgeslacht, 1997, blz. 681) vermeld 1472, 6461 fol. 326v, LRK 283 fol. 117.
15-6-1482: Pieter Andriesz. bij dode van Dirk van Zwieten, zijn oom, 6462 fol. 76.
4-7-1482: Lijftocht van Katharina, dochter van Jacob Bernardsz., gehuwd met Pieter Andriesz., op de mindere helft, 6462 fol. 76v.
29-7-1510: Pieter van den Zijl voor heer IJsbrand Jacobsz., priester, bij dode van Dirk Engbertsz., 6463 fol. 61.
2-10-1510: Engbert Jacobsz. bij dode van Dirk Engbertsz., zijn oom, 6463 fol. 62v-63.
8-3-1569: Willem, zoon van Hendrik van Kraken en Filipote van der Laan, burgeres van Leiden, bij dode van Geertruida, dochter van Engbert van Endegeest, weduwe Willem van der Laan, zijn grootmoeder, te Leiden, die aankwam van Jacob van Endegeest, haar broer, zoals Geertruida vermaakte aan Hendrik, zijn vader, LRK 289 c. Polanen fol. 2-3v, 6464 fol. 7v-11, LRK 340 fol. 26v-27.
6-7-1597: Verpand door Willem van Kraken van der Laan voor de verkoop van 9 morgen in Hazerswoude aan Wouter Jansz., Arnout Pietersz., Nikolaas en Gerard Nikolaasz. en Nelle Dirksdr., weduwe Jan Willemsz., allen te Hazerswoude, die al huurden, 6465 fol. 198. 9
9-9-1602: Willem van Kraken van der Laan te Leiden, 6465 fol. 193v-198v.

vermelding:
4.10.1604
Op t versouck van Philippote van der Laen dochter van Willem Craecken van der Laen met Ysbrant Dircxsz Visscher haren oom en voocht in desen omme te hebben approbatie en confirmatie van zekere beneficie ofte vicarie gefundeert in Ste Pieters kercke binnen Leyden en geintituleert Trium Regum (3 koningen) haer aengecomen sijnde deur t overlijden van haer suppliantes vader op Maerten Heyndericxsz van der Does haeren Neeff Is geappt

10.7.1615
Andries van Aller
De Ridderschap etc Doen te weeten dat wij op t oitmoedich vertooch ons gedaen bij Johan van Aller brouwer tot Oudewater hoe dat aen Philippina van Craecken van der Laen sijne huysvrouw suster mits den overlijden van Heer Cornelis Jansz Slootgen gecommen was de ghifte van seeckere vicarye geintituleert Joannis Baptiste gelegen tot Leyden in de Pieters kercke, De voorsz vicarye van wegen de voorn Philippina van Craecken van der Laen gegundt en gegeven was aen des suppliants soone geneampt Andries van Aller, op dat hij etc. in date den VIIJ deser maent van July, Versouckende etc.

vermelding:
Regest d.d. 25-06-1605.
Ic Adriaen Jansz. van Nierop schout inden ambacht van Stompwijck gesurrogeert van Pieter Meesz. van t’Rietvelt schout tZoeterwoude ende zulcx in desen als schout inden selven ambachte van Zoeterwoude doe cont eenen ijegelicken dat voor mij ende voor Gerijt Willemsz. ende Pieter Adriaensz. buijrluijden inden voorsz. ambachte van Zoeterwoude als getuijgen ten desen versocht, gecomen ende gecompareert es Pieter Meesz. van t’Rietvelt schout tot Zoeterwoude voorsz. ende bekende bij desen voor hem ende zijnen erven deuchdelicken schuldich te wesen IJsbrant Dircxz. Visscher poorter der stad Leijden als curateur over den persoon ende goederen van joncheer Willem van Craecken van der Laen ten behouve vande kinderen vande selve van der Laen ofte actie vande selve vercrijgende, die somme van vijff duijsent acht hondert carolus gulden te 40 grooten tstuck. Spruijtende uijt zaecke der coope van des voorsz. van der Laens woninge mit huijs, schuijre, barge, boomgaert, bepotinge ende beplantinge daer op staende, groot volgende de metinge van Lucas Arentsz. geswooren lantmeter veerthien morgen vijff hont ende 59 roeden lants, gecomen van Henric van Craecken Willemsz. des voorsz. van der Laens vader, gelegen int Westeijnde inden ambachte van Zoeterwoude, bij den hoop zonder maet met de voet gestoten. Belent ende belegen hebbende aende westzijde den Hoffwech, aen de noortzijde Meerburger wateringe, aende oostzijde den possesseur van tlant eertijts toegecomen hebbende de kinderen ende erfgenamen van zaliger Aechte Abrahamsdr. ende aent zuijteijnde de Gowech. Welcke penningen hij comparant bij desen gelovede te betalen, te weten een vierde paert gereet ende de reste op drie navolgende jaren als den 7e septembris anno zestienhondert ende vier, 1600 vijff ende zestienhondert ende zes, telcken een gerecht derde paert ende dat vrij gelts zonder eenigerhande cortinge. Daer onder verbindende hij comparant specialick d’voorsz. woninge ende landen voorsz. gelegen ende belent alsvooren ende voorts generalick alle zijn comparants andere roerende, onroerende, jegenwoordige ende toecomende goeden ter executie van allen tsheeren rechten ende rechteren. Al sonder fraude. Toirconde heb ic gesurrogeert schout voorsz. desen ten verlijde vande genompde comparant mit mijn uijthangende zegel bevesticht ende bijde voorn. buijrluijden van Soeterwoude gedaen teijckenen. Upten 25e junij anno zestienhondert ende vijff.

vermelding:
Weeskamer Leiden no. 2 d.d. 20-11-1606: Dirck van Sonnevelt neef is beneffens IJsbrandt Dircxsz. Visscher en Pauls Adriaensz. Bijeman beide testamentaire bloedvoogden gesteld tot medevoogd over Philippina omtrent 17, Gertruijdt 15, Florentia 13 en Margareta 10 jaar oud, nagelaten weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margareta Simon Pauls Bijmansdr. beide zaliger.
Bijgeschreven: (z.d.): Zie voogdenboek H folio 155v no. 2

vermelding:
ORA Leiderdorp Nr. 1 folio 1 d.d. 09-04-1611.
IJsbrant Dircksz. Visscher testamentaire mede voogd over de 4 nagelaten weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margriet Bijman Sijmon Pouwelsdr., te weten Philippina 21 jaar gehuwd met Adriaen Andriesz. van Zwieten, Geertruijt 19 jaar, Florentina 18 jaar gehuwd met Jan van Aller en Margriet 15 jaar, geassisteerd met Dirck van Sonnevelt als naaste bloedverwant, verkopen aan Thomas Jansz. van Zwieten wonende Amsterdam, een partij land aan verschillende kampen in Achthoven, groot in het geheel 16 morgen, zijnde leenland van de Domproosdij van Utrecht, de jongste brief in dato 06-11-1604. Groot volgens meting door Jan Pietersz. Dou landmeter van Rijnland, 17 morgen 2 hond 84 roe. Belend in het geheel ten NW: de weduwe en erfgenamen van Sijmon Hendricksz. en ten ZO: de weduwe en erfgenamen van jonkheer Peter van der Does, strekkende voor uit de Rijn tot achter aan de achterdijk of Ruijchkade. Het geheel is in gebruik bij Jan IJsbrantsz. wonende Zevenhuizen. Een gedeelte van ½ hond van de Achterdijk is in erfpacht uitgegeven aan Arent Jansz. wonende in Achthoven, volgens de brief van 05-01-1591 tegen f 2 per jaar. Welk leenland door Willem van Craecken van der Laan is verbonden bij de verkoop van een huis en erf te Leiden op de Korte Nieuwe Veststraat aan Cornelis Claes Lambertsz. van Zwieten, alsmede voor de waring van een woning en landen in de Lage Waard te Koudekerk, zijnde leengoed en nog voor 10 gaarden veenland te Herinckhuizen in Noord-Holland en nog voor de waring van een woning van 5 morgen 1½ hond land (waarvan 7½ leenland) in Oegstgeest op de Lage Morsch, verkocht aan Cors Hendricksz. Voorn. Jan IJsbrantsz. heeft op eigen kosten op het verkochte, een huis gebouwd. Het geheel is betaald met een schuldbrief van f 9.050.

vermelding:
Weeskamer Leiden(195) f. 184v d.d. 4-7-1611: Jacob Willemsz. kramer bejaarde natuurlijke zoon van Willem van Craecken van der Laen zaliger gewonnen bij Dingnum Cornelisdr. heeft ontvangen etc. uit handen van IJsbrandt Dircxsz. Visscher behuwde oom en administrerende mede voogd over de vier nagelaten alsnog minderjarige weeskinderen van Willem van Craecken voorn. gewonnen bij Grietgen, Sijmon Paulsz. Bijmansdr., zijn echte huisvrouw was beide zaliger een som van 200 gld. in voldoening van gelijke som aan hem door Willem van Craecken voorn. gelegateerd volgens diens testament gepasseerd voor Philps Laurensz. notaris d.d. 23-10-1599. Compareerden IJsbrandt Dircxsz. en Dingnum Cornelisdr. voorn. verklaren dat Jacob Willemsz. voorn. een eerlijk man is en voornemens is te trouwen.

vermelding:
ORA Leiden 21-5-1612: Catharina Jansdr, huisvrouw van Cornelis Barents, varckenslager, oud ca. 65 jaar en IJsbrant Dirckz Vischer, veertich(raad) deser stede, oud ca. 61 jaren verklaren onder ede, op verzoek van Jacob Willems van der Laen, wetende natuurlijke zoon van Willem v. Craecken van der Laen, gewonnen bij Dingnum Cornelisdr, dat zij deze beiden zeer wel hebben gekend en niet anders te weten, als dat zij bij een andere de voors. requirant hebben geprocreerd, die binnen deze stede geboren is. Requirants moeder was te huize van Catrijn bevallen. Visscher zegt voogd van Willem v.d. Laen te zijn geweest.

vermelding:
Weeskamer Leiden (303) f. 293 d.d. 16-10-1613: Jan van Geesdorp deurwaarder van het Hof van Holland getrouwd met Gertruijd van der Laen, Jan van Aller brouwer te Oudewater getrouwd met Florentia van der Laen en mr. Stephan van de Werve advocaat voor het Hof van Holland getrouwd met Margareta van der Laen, wezende hun comparanten huisvrouwen voorn. kinderen van Willem van Kraken van der Laen en Margareta Bijman Simonsdr. beide zaliger hebben ontvangen etc. […] volgens kavelcedulle d.d. 23-4-1613.

vermelding:
ONA Leiden 3-3-1618: Juffrouw Agneta van Sonnevelt, ongehuwd, wonend te Leiden getuigt op verzoek van de kinderen en erfgenamen van zal. Willem van Craecken van der Laen, dat haar vader zal. Joost van Sonnevelt, die in zijn leven getrouwd was geweest met juffr. Baerta van der Laen. Baerta was een zus van Willem van der Laen, die bij zijn vrouw juffr. Geertruijt van Endegeest geprocreert heeft Philippina van der Laen, die getrouwd was met Henric van Craecken. Uit dit huwelijk Willem Craecken van der Laen, vader van de requiranten.
Baerta en Willem van der Laen waren weer kinderen van zal. Philips van der Laen.
Akte opgemaakt in het huis van Agneta in de Bredestraat te Leiden
NB: Joost van Sonnevelt is waarschijnlijk een zoon van Baerte ipv echtgenoot

vermelding:
ONA Rotterdam 6-7-1624: Johan van Aller, notaris, bevestigt als man van Florentina van Craecken van der Laen, nagelaten dochter van wijlen jonckheer Willem van Craecken van der Laen, te hebben ontvangen van Pieter Willemsz van der Mij, wed. en erfgen. van Agneta van Sonnevelt, won. te Leyden, een bedrag van 300 gld. aan zijn vrouw gelegateerd bij codicil en testament gepasseerd op 2 september 1622 resp. 20 mei 1622 t.o.v. notaris Jacob Jansz Verwey te Leyden.

Overleden:
Uit de memorie van Willem van Kraken van der Laan "Willem van Kraken van der Laan, voorsz. Margareta's man is deser werelt overleden en gerust den 16en novembris mede anno 1603 en leijt begraven in de St-Pieterskerk tot Leijden op 't choor onder den grootsten sark aldaar bij sijn ouders no. 29 suijdwaarts.

Willem is getrouwd met Jonkvrouwe Margaretha Sijmon Pouwels Bijman op 10 jan 1587 (civil) in Leiden. Margaretha (dochter van Sijmon Pouwels Bijman en Adriana Rijckendr Burchgraef) is geboren circa 1563 in Delft; is gestorven op 13 nov 1603 in Leiden; is begraven in Leiden, Pieterskerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1579 tot 1633; Lenen van de Domproosdij te Utrecht
• vermelding: van 1581 tot 1603; Vermeld bij onroerend-goed-transacties te Leiden
• vermelding: van 28 nov 1584; Voogdij te Leiden
• vermelding: van 25 nov 1586; Proces verbaal tegen huwelijk
• vermelding: van 20 nov 1606; Benoeming voogden
• vermelding: van 9 apr 1611; Verkoop uit nalatenschap
• vermelding: van 16 okt 1613; Ontvangst uit nalatenschap

Aantekeningen:

Geboorte:
Is op 28-11-1584 21 jaar

vermelding:
LEIDERDORP
leen 11. 1 hoeve land in de Acht Hoven (1450: groot 16 morgen, belast met 1½ oude schild ten behoeve van de domproosdij), (1611: belend ten oosten: Pieter Claesz. Ket, ten westen: Willem Aelwijnsz. van der Woert).
2-3-1450: Dirc Boudijnsz. van Zwieten mag, daar hij geen kinderen heeft, bij testament over het leen beschikken. (1b, fol. 36v).
16-11-1579: Willem van Craken van der Laen, onmondig, zoon van Henrick van Kraken en wijlen Philippa van der Laen, hulde door Ysbrant Jacobsz. van der Bouchorst, gemachtigd d.d. 24-4-1570 voor weesmeesters van Leyden door diens voogden Cornelis van Noorden Jacobsz., meester Gerard Hoogstraten en Marten van Endegeest, bij dode van zijn moeders moeder jonkvrouwe Geertruyt van Endegheest, weduwe van Willem van der Laen. (2373).
6-11-1604: Philippine van Craecken van der Laen, oom: Ysbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen (5, fol. 25v).
15-1-1611: Claes Jansz. Bors te Leyden na overdracht door Jan Vechtersz., lijmzieder aldaar, volgens procuratie d.d. 13-1-1611 en als voogd van Philippina van der Laen, onmondige dochter van Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 94v).
23-5-1619: Dirck Matheusz. doet hulde met ledige hand, volgens procuratie d.d. 16-5-1619 voor notaris Adriaen Claesz. Paedts, namens Claes Jansz. Borsch. (5, fol. 173v).
7-6-1631: Nicolaes Jansz. Borsch verzekert 5 losrenten op het leen, nl. 85 gulden ten behoeve van Philippina van Swieten als erfgename van wijlen Philippina van Craecken van der Laen, echtgenote van wijlen Adriaen Andriesz. van Swieten; 15 gulden van Geertruydt van der Laen, gehuwd met Jan van Gheesdorp; 15 gulden van Florentina van der Laen, gehuwd met Jan van Aller, notaris te Rotterdam; 84 gulden 34 penning van Margaretha van der Laen, gehuwd met meester Stevens van der Werve, advocaat voor het Hof van Hollant; 112 gulden 10 stuiver van de weeskinderen van wijlen Machtelt Henricx Schay, gehuwd met Nicolaes Jansz. Borsch, steenbakker te Leyden. (6, fol. 26).
10-10-1633: Clames Jansz. Borsch verzekerd ten behoeve van Gommer Gommersz., drapier te Leyden, 3803 karolus gulden op 6 morgen van het leen; afgelost op 1-5-1634. (6, fol. 69v).

Leen 15 18 morgen land met huis en boomgaard tussen de Rijn en Achterdijk, belend ten zuiden: Dirck Jansz. van Zijl (1474: Cleymens Dirck Janszoonsdochter van Zijl, gehuwd met Lourens Wilhelmsz., 1523: de erfgenamen van Florijs van Zijil), ten noorden: het kapitel van den Hogenlande te Leyden, (1611: ten zuidwesten: de weduwe en de erfgenamen van jonkheer Pieter van der Dous, ten noordwesten: Henrick Simonsz.).
15-1-1523: Willem van der Laen Phillipsz. na overdracht door Jacop van der Wijele. (3, fol. 197v).
..-.-1...: De weduwe van Willem van der Laen (vermeld 24-12-1543, Rijnland 5463).
..-.-1...: Margriet Jacobsdochter van der Laen te Leyden (vermeld 15-10-1558 en 3-5-1562, Staten 1012 en 1331).
..-.-1...: Hendrick van Craecken (vermeld 1584 en 1588, Rijnland 5464).
..-.-1...: Willem van Craecken van der Laen (vermeld 1600, Rijnland 5464).
16-11-1604: Phillippina van Craecken van der Laen, oom: IJsbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 25v).
24-2-1611: Bevestiging van de vrijwaring van de verkoop van een woning met 5 morgen 1½ hond land op de lage Morsch te Oestgeest d.d. 22-2-1611 voor notaris Salomon Lenartsz. van der Wuert aan Cors Henricksz. aldaar door Henrick Rochusz. van Lenten namens IJsbrant Dircksz. Visser als voogd van Phillippina, Geertruyt, Florentia en Margaretha, de 4 weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margareta Bijman Simon Paulsdochter. (5, fol. 95).
23-6-1611: Thomas Jacobsz. van Swieten na overdracht door IJsbrant Dircx Visscher als oom en voogd van Phillippina Craecken van der Laen. (5, fol. 103).

vermelding:
9. Rapenburg 87 (en 85)
Op 26-5-1579 koopt Sijmon Pouwelsz, boekverkoper van Delft, het huis en erve van Aelwijn Meesz met een huis in de nabijgelegen Kolfmakerssteeg.
Bij de volkstelling in september 1581 staan Symon Pouwels, zijn vrouw Adriana Rijkendr en hun kinderen Margriete en Agathe op dit adres vermeld.

8. Hoek Nieuwstraat 4 en Van der Sterrepad 11 (was Burchgracht). Openbare bibliotheek Leiden Vermeld als Burgstreng. Het huidige gebouw dateert uit 1652.
Bij de betaling van de tiende penningen in 1558 en 1561 wordt kanunnik Jacob van Endegeest vermeld als eigenaar.
In 1578 Lijkt Geertruijt van Endegeest daar te wonen. Zij wordt dan vermeld als buur van een naastgelegen pand.
Vanaf 1580 is het pand verhuurd aan Mr. Gerrit Fransz van Hoogstraten.
Bij zijn huwelijk in 1585 met Margriete Symonsdr is Willem Hendricksz van der Laen eigenaar van het huis. Het echtpaar gaat daar ook wonen. Het huis wordt in 1585 vermeld als huijs in den houc.
In de fraaie afbeelding uit het Grachtenboek van 1588 en de afbeelding uit het stratenboek uit 1591 is de naam van Willem van der Laen vermeld. Het is te zien, dat het een groot pand is, dicht bij de eeuwenoude burcht van Leiden.
In 1606 wordt door de erfgenamen van Willem belasting betaald, berekend naar een aantal van vijf schoorstenen. Er werd aangifte gedaan door de (dienst)meid.
In 1611 wordt vermeld dat het onroerend goed voorheen door de erfgenamen van Willem is verkocht aan Cornelis Claes Lambertsz van Zwieten (brouwer).

vermelding:
Weeskamer Leiden: no. 1 d.d. 28-11-1584: Jacob Willemsz. van den Burch en Henric Jansz. backer zijn voogden geordonneerd over Maria oud omtrent 25, Margriete 21 en Aechte 20 jaar nagelaten weeskind van Sijmon Pouwelsz. librarier gewonnen bij Adriana Rijckertsdr.

vermelding:
ONA Leiden 25-11-1586: proces verbaal protest van Henrick van Craecken aan Adriana Rijckendr, tegen het huwelijk van zijn zoon, Willem van Craecken van der Laen en haar dochter Margriete Symon Pouwelszdr. Henrick had Adriana lange tijd geleden te zijn huis ontboden, omdat hij had vernomen dat Willem dagelijks bij Margriete kwam en hij had Adriana verklaard niet te gedogen dat Wilem haar dochter zal trouwen...
De notaris heeft heeft een verklaring aan Adriana overhandigd.

vermelding:
Weeskamer Leiden no. 2 d.d. 20-11-1606: Dirck van Sonnevelt neef is beneffens IJsbrandt Dircxsz. Visscher en Pauls Adriaensz. Bijeman beide testamentaire bloedvoogden gesteld tot medevoogd over Philippina omtrent 17, Gertruijdt 15, Florentia 13 en Margareta 10 jaar oud, nagelaten weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margareta Simon Pauls Bijmansdr. beide zaliger.
Bijgeschreven: (z.d.): Zie voogdenboek H folio 155v no. 2

vermelding:
ORA Leiderdorp Nr. 1 folio 1 d.d. 09-04-1611.
IJsbrant Dircksz. Visscher testamentaire mede voogd over de 4 nagelaten weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margriet Bijman Sijmon Pouwelsdr., te weten Philippina 21 jaar gehuwd met Adriaen Andriesz. van Zwieten, Geertruijt 19 jaar, Florentina 18 jaar gehuwd met Jan van Aller en Margriet 15 jaar, geassisteerd met Dirck van Sonnevelt als naaste bloedverwant, verkopen aan Thomas Jansz. van Zwieten wonende Amsterdam, een partij land aan verschillende kampen in Achthoven, groot in het geheel 16 morgen, zijnde leenland van de Domproosdij van Utrecht, de jongste brief in dato 06-11-1604. Groot volgens meting door Jan Pietersz. Dou landmeter van Rijnland, 17 morgen 2 hond 84 roe. Belend in het geheel ten NW: de weduwe en erfgenamen van Sijmon Hendricksz. en ten ZO: de weduwe en erfgenamen van jonkheer Peter van der Does, strekkende voor uit de Rijn tot achter aan de achterdijk of Ruijchkade. Het geheel is in gebruik bij Jan IJsbrantsz. wonende Zevenhuizen. Een gedeelte van ½ hond van de Achterdijk is in erfpacht uitgegeven aan Arent Jansz. wonende in Achthoven, volgens de brief van 05-01-1591 tegen f 2 per jaar. Welk leenland door Willem van Craecken van der Laan is verbonden bij de verkoop van een huis en erf te Leiden op de Korte Nieuwe Veststraat aan Cornelis Claes Lambertsz. van Zwieten, alsmede voor de waring van een woning en landen in de Lage Waard te Koudekerk, zijnde leengoed en nog voor 10 gaarden veenland te Herinckhuizen in Noord-Holland en nog voor de waring van een woning van 5 morgen 1½ hond land (waarvan 7½ leenland) in Oegstgeest op de Lage Morsch, verkocht aan Cors Hendricksz. Voorn. Jan IJsbrantsz. heeft op eigen kosten op het verkochte, een huis gebouwd. Het geheel is betaald met een schuldbrief van f 9.050.

vermelding:
Weeskamer Leiden (303) f. 293 d.d. 16-10-1613: Jan van Geesdorp deurwaarder van het Hof van Holland getrouwd met Gertruijd van der Laen, Jan van Aller brouwer te Oudewater getrouwd met Florentia van der Laen en mr. Stephan van de Werve advocaat voor het Hof van Holland getrouwd met Margareta van der Laen, wezende hun comparanten huisvrouwen voorn. kinderen van Willem van Kraken van der Laen en Margareta Bijman Simonsdr. beide zaliger hebben ontvangen etc. […] volgens kavelcedulle d.d. 23-4-1613.

Overleden:
Op de grafsteen: Joffrou Margrieta Bijman huysvrou van jonk Willem van Craken van der Laen
Uit de memorie van Willem van Kraken van der Laan: "Op ten 13en novembris is Margareta Simons Byman slr. oveleden nadat sij omtrent drie weken verlost werd van een jonge soon die doot ter werelt quam en leggen begraven in haar moeders en sijn grootmoeders graf respective, gelegen in den suijstersten trans in de St.Pieterskerk te Leijen aan de Noortsijde."

Aantekeningen:

Getrouwd:
Willem van Craecken van der Laen ende Margriete Sijmonsdr geass. met haar moeder Adriana Rijcken weduwe van Sijmon Pouwelsz in zijn leven boekverkoper Er is aan akte van authorisatie dd 23-12-1586
Uit memorie geschreven door Willem:
"ben met mijn lieven huijsvrou Margareta Simons Byman sgr getrout in 't jaar 1587"

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• predikaat: Poorter van Leiden
• vermelding: van 1520 tot 1592; Leen van Putten
• vermelding: van 1555 tot 1578; Leen van de Graven van Blois
• vermelding: van 1561 tot 1588; Onroerend goed te Leiden
• vermelding: van 1563 tot 1597; Leen van de hofstad Raephorst
• vermelding: van 1564 tot 1588; Civiele zaken bij het Hof van Holland
• vermelding: van 1569 tot 1594; Leen van de hofstede Polanen
• vermelding: van 9 dec 1574; Machtiging
• vermelding: van 1 feb 1575; Voordracht vicarieën
• vermelding: van 13 nov 1575; Overlijden dochter
• vermelding: van 31 dec 1578; Geestelijke goederen te Delft
• vermelding: van 1579 tot 1633; Lenen van de Domproosdij te Utrecht
• functie: van 1581; Bonmeester te Leiden
• vermelding: van 25 nov 1586; Proces verbaal tegen huwelijk
• vermelding: van 18 sep 1587; Getuigenis over kerkelijke verbondenheid met Leiden
• vermelding: van 13 apr 1588; Transport kopie losrentebrief
• vermelding: van 1590 tot 1591; Losrente
• vermelding: van 18 jul 1591; Erfeniskwestie
• vermelding: tot 1593; Leen van de hofstad Egmond
• vermelding: tot vóór 1599; Vermeld in de bonboeken van Leiden
• vermelding: tot 1602; Leen van Polanen
• vermelding: van 1687 tot 150; Lijfrentebrief te Leiden

Aantekeningen:

Ook vermeld als Henrick Heerman van Craecken Wilemsz.; Henrick Schuit Alkemade et Craken

Geboorte:
Op 2-12-1573 getuigt Henrick te Leiden. Hij is dan ca. 49 jaar oud

vermelding:
PERNIS
58A. 9 gemet 2 lijn land in de Eijfel.
7 gemet 1 lijn 4 roede land in de Hoeck van de Eijfel.
9 gemet land daar ten westen van gelegen.
3½ gemet land in Roeden.
3 lb 3 schelling hollands per jaar verzekerd op het huis dat van Voppe Boudijnsz. was te Gheervliet.
20-11-1520: Willem van der Laen bij dode van zijn vader Phillips van der Laen (L.H. 124, cap. Noord-Holland, fol. 25v).
22-4-1533: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, grootvader: Engelbrecht Jacobsz. van Eijndegheest, bij dode van haar vader Willem van der Laen (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
Het leen 58A is gesplitst in 58C en 58D.
Leen 58C
19-5-1554: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
15-12-1557: Margriete Jacobsdochter, vader: Jacob Willemsz., bij dode van jonkvrouwe Barta van der Laen (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 29).
1-12-1563: Jonkvrouwe Phillipote van der Laen, Willemsdochter, gehuwd met Heyndrick van Craecken Willemsz. bij dode van haar nicht jonkvrouwe Margriete Jacobsdochter (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 10v).
10-7-1564: Willem van Kraecken Heyndricxz., onmondig, vader Heyndrick Willemsz. van Kraecken, bij dode van zijn moeder jonkvrouwe Phillippote van der Laen, behoudens de lijftocht van zijn vader (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 18).
Het leen 58C is gesplitst in 58E en 58F.
Leen 58E. 7 gemet 1 lijn 4 roede land.
18-9-1592: Adriaen Zegersz., dijkgraaf van IJffelsenbroeck, na overdracht door Willem Heijndricxz. van Craecken (L.H. 138, fol. 36).
58F. De helft van 9 gemet land.
15-7-1592: Cornelis Willemsz. den Ouden na overdracht door Willem Heyndricxz. Craecken
van der Laen (L.H. 138, fol. 37v).
Leen 58D
19-5-1554: Raes van Roden Pietersz. na overdracht door jonkvrouwe Barte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 3v).

vermelding:
PAPEKOP
leen 167. De tiende van 5 hoeven in het land van Stein, strekkend van de IJssel tot de reeweg, oost: de Ruhroekse wetering, west: Otto Borre van Amerongen; de tiende van Broekhuizen, boven: de Waddinxveense wetering, heneden: Nikolaas heer Jacobsz.; de tiende van 25 morgen aan de Oude Gouwe, oost: Jan van Leeuwen, west: de scheiding van Bloemendaal; de heerlijkheid van de Vrije hoeve, groot 58 morgen, strekkend van de IJssel tot het land van Brederode, west: de elf hoeven, oost: Kalverbroek.
...
30-4-1555: Willem Schuyten voor Florentia van Kraken, zijn vrouw, met de helft zoals Willem van Alkemade Florisz., haar oudoom, die stierf in 1492, en gehuwd was met Gijsberta van Noordwijk, die stierf in 1512, waarna kwam op Elisabeth, haar dochter, die stierf 1552 en onnozel was, niet kon lezen en schrijven en wier belening niet gevonden was, LRK 128 c. Nd.- Holland fol. 17v-19v.
1-3-1563: Willem van Alkemade Willemsz. bij dode van Florentia van Kraken met de helft, LRK 130 c. Nd.-Holland fol. 6, LRK 133 fol. 75-76.
10-8-1576: Hendrik van Kraken bij dode van Willem van Alkemade, zijn broer, met de helft, LRK 133 fol. 76.
4-3-1578: Jacob van der Maat bij dode van Cornelis, zijn vader, met het geheel, LRK 134 fol. 36v-37v.

vermelding:
1: Nieuwstraat 6-8 (ook bekend als Burgstreng)
Heijndrick van Craecken is in december 1561 huurder van dit pand en betaalt belasting (10e penning)
Mr Jacob van Endegeest, priester en aangetrouwd oom van Heijndrick is de eigenaar van dit pand.
In 1582 wordt Heijndrik Willemsz van Craecken als belender van een naastgelegen pand vermeld
In 1585 is zijn zoon Willem (Hendriks van Craecken) van der Laen als eigenaar van de 2 panden vermeld.
In 1569 tot en met 1582 wordt Hendrick Willemsz van Craecken vermeld als belender van een pand dat om de hoek ligt (zie 2.)

2. Hooglandsekerkgracht 45
Van 1569 tot en met 1582 wordt Hendrick Willemsz van Craecken vermeld als belender van een naastgelegen pand.
Willem Hendricks van der Laen is in 1585 eigenaar van het achterhuis. Hij schenkt een plaatsje aan IJda Jacobsdr, vroedvrouw.

3. Breestraat 85-87 tot aan de andere kant Vollersgracht/Langebrug 14-16 (in de bonboeken vermeld als Vleeshuis)
Meester Willem Schuijten, de vader van Hendrik Willemsz van Craecken, woont daar in "Den Gulden Aernt" als hij in 1540 benoemd wordt als poorter van Leiden. In 1585 nog steeds genoemd als Den Gulden Aernt/Den Aerent.
In de jaren 1544, 1558, 1561, 1564 betaalt mr. Willem Schuijten belasting (tiende penning) als eigenaar. Uit de belastingregisters blijkt dat er in die periode ook nog huurders zijn: Joest Harmansz, linnenwever (1558, 1561, 1564); Anthonys Corneliesz, borduurwerker (1558), Jan Heijndricxz (1561, 1564)
Hij is tot en met 1575, het jaar van zijn overlijden, eigenaar van dit onroerend goed. In datzelfde jaar gaat het eigendom over naar zijn zoon Hendrick Wilemsz van Craecken tot en met 1588. Hendrik is bonmeester van het Vleeshuis.
De andere zoon meester Huijbrecht Merevin wordt van 1576 tot en met 1581 vermeld als bewoner.
In de periode tot 1589 worden ook nog andere familieleden al bewoner van dit pand vermeld: de zoon van Hendrick Willemsz: Willem Hendricksz van (Craecken van) der Laen in 1579 / 1583; jonkvrouw Philipa van der Laen in 1579 vermeld als de eerder overleden huisvrouw van Hendrik Willemsz van Craecken.
In 1585 verhuurt Henrick van Craecken zijn kelder.
In afbeeldingen uit 1585 staat de naam van Henrick vermeld op deze locatie: in het grachtenboek als Henrick van Craecken en in het stratenboek als Henrick Schuit Alkemade et Craken

4. Kaiserstraat 55 (was vroeger Cellebroedersgracht)
In 1558 en 1561 was Willem Schuijten (meester Willem In Den Arrent) eigenaar van dit pand. Hij betaalt dan een 10e penning als eigenaar. Uit dat register blijkt ook dat het pand in 1558 werd verhuurd aan Pouwels Corneliesz en in 1561 aan Marijtgen Jansdr.
In 1578 verkopen zijn zonen, de gebroeders Hendrick van Craecken en Huijbrecht Merevin, het pand aan Pieter Lenaerts, houtzager.

5. Middelweg op de hoek bij de Kaasmarkt (het met een oude muur omgeven terrein)
Voor 1558 tot en met zijn overlijden rond 1575 was Willem Schuijten eigenaar van dit pand met tuin. Hij betaalt 10e penning in 1558 en 1561. En uit die belastingregisters is te zien, dat het toen werd verhuurd aan Steven Gerritsz, kuiper.
Op 5-8-1579 verkopen de zonen van Willem, Hendrick Willemsz van Craecken en mr. Huibrecht Mereving het onroerend goed aan de kanunnik Lodewijk van Treslong III. In 1585 vermeld als Lodewijck van Treslongs tuijn.

vermelding:
WASSENAAR
leen 134. 13 hond land te Zuydtwijck, belend ten oosten en westen: Claes Jansz. van der Burch, ten zuiden: de heerweg, ten noorden: de bangreppel, pachter: Bartout Adriaensz.
8-11-1563: Philpote van der Laen Willemsdochter, gehuwd met Heynrick van Craecken Willemsz. (D, blz. 38).
29-5-1565: Willem van der Laen Heynricksz., onmondig, vader: Heynrick van Craecken Willemsz., bij dode van zijn moeder Phillipote van der Laen, behouden de lijftochten van zijn vader en van jonkvrouwe Geertruyt Engebrechtsdochter, weduwe van Willem van der Laen (D, blz. 41).
1-2-1597: Jan Vranckensz. te Wassenaer na overdracht door Willem van Craecken van der Laen te Leyden (rep. fol. 66).

vermelding:
2.1.8.1.
Civiele zaak voor het Hof van Holland
538/342 27-3-1564 sc.
Geschil tussen Heyndrick Willemsz van Craecken won. tot Leiden zo voor hem zelve en als vader en voogd van zijn kind Willem van der Laen verwekt bij Philippe van den Laen zijn vrouw contra jacob willemsz. mede te Leiden
In 1550 was Jacob Willemsz gehuwd met Baertgen van der Laen, die een zuster was van de overleden huisvrouw van Heijndrick, Philippe van der Laen. Jacob en de 10 of 11 jaar geleden overleden Baertgen haden een dochter Margareeta, die de universele erfgenaam was van Baertgen. Het weeskind kreeg uiteindelijk een koffer met (waarde?-)brieven, kleinoden en juwelen. Oom Heijndrick had één van de sleutels van die koffer (berustend bij de weesmeesters van Leiden) en vader Jacob de andere sleutel. Margarete overleed op onmondige leeftijd. Op basis van de huwelijkse voorwaarden tussen Baertgen en Jacob zou dan de erfgename zijn Philippe van der Laan, huisvrouw van Heijndrick die toen nog leefde.

541/120 31-7-1566
Barthout Adriaensz won. tot Wassenaar en Heyndrick van Craecken als vader en voogd van zijn onmondig weeskind verwekt bij wijle Phillipe zijn vrouw gevoegde voor zijn interest impt. in reformatie contra Jacob Willemsz.
Vervolg op het proces d.d. 27-3-1564. Barthout is betrokken als pachter, omdat hij landhuur zou moeten betalen aan Jacob Willems.

544/108, 544/118 1-3-1574 sc.
Heynrick van Craecken gegijzelde contra Anna Jacobsd. van der Laer impt, van gijzeling ende gerequireerde. Betreft een betaling aan een herberg te Delft

546/95 27-11-1576
in de zaak hangende voor dit hof tussen annetgen jansd weduwe van jacob van der laen tot leiden, impt. in raeu actie contra hendrick van craecken als curateur van wijle vincent van baerkenesse gede. in t zelfde cas.

1058/252 16-9-1580
in de zaak hangende voor dit hof tussen dirck van der merche won. tot rotterdam als actie ende transport hebbende van mr. jacob van der merche zijnen broeder, impt. in reformaie ter eenre ende hendrick van craecken won. tot leiden, gede. ter anderen zijde.

559/11 28-1-1583
in de zaak hangende voor dit hof tussen henrick van craecken won. tot leiden impt. in reformatie ende van requeste civile contra meester aernt aerntsz. won. tot haarlem gerequireerde en gede.

575/273 2-11-1588
in de zaak hangende voor dit hof tussen hendrik van craecken won. te leiden, impt. in cas d appel ter eenre ende jan claesz. roos mede aldaar, gede. ter anderen zijde.

vermelding:
Leen van de Hofstede Polanen
OEGSTGEEST
leen 45 De woning, waar de leenman in woont, (1482: huizing en hofstede, genaamd de Mersch), in Oegstgeest met 7½ hont land
4-1-1484: Jan Dirk Engbertsz. bij dode van Pieter Andriesz., zijn oom, 6462 fol. 87v-88. De volgende beleningen zijn gelijk aan nr. 16 (te Hazerswoude) tot:
..-.-1569: Hendrik van Kraken voor heer Jacob van Endegeest, kanunnik te Leiden, die aankwam van Engbert Jacobsz., diens vader, met het eerste perceel vermeld, LRK 340 fol. 29v.
Het leen 45 gesplitst in 45A en 45B.
45A. Het huis met 7½ hont.
20-10-1594: Cors Hendnksz. te Oegstgeest bij overdracht door Willem van Kraken van der Laan, 6465 fol. 134-135
45B. 1 morgen.
28-9-1593: Cors Hendriksz. bij overdracht door Willem van Kraken van der Laan, 6465 fol. 150.

vermelding:
ONA Leiden 9-12-1574: Heijndrick van Craecken Willemsz, poorter van Leiden, oudste broer van zal.Willem van Alckemade en daarmee leenhouder van de lenen die zijn broer zal. heeft bezeten. Hij machtigt Claes Roeloffs om uit zijn naam 2 jaar landhuur te ontvangen van Pieter Beuijckens te Haringhuizen.

vermelding:
ONA Leiden 1-2-1575: Henrick van Craecken, als patroon en collateur (met recht van benoeming van pastoor of vicaris) doet een voordracht voor de volgende vicarieën (kapel waaraan jaarlijkse inkomsten zijn verbonden):
- vicarie in de St. Catharijnenkerk in Den Briel, vacerend door het overlijden van de heer Sebastiaen, laatste bezitter
- vicarie in het Zuijtdenste Gasthuijs in Den Briel, ook vacerend door het overlijden van de heer Sebastiaen, laatste bezitter
- vicarie in de St. Baeff te Haarlem, vacerend door het overlijden van Willem van Alckemade als laatste bezitter
- 2 vicarieën in de St. Pieterskerk te Leiden, de een op het altaar van St. Jan Baptist, vacerend voor het overlijden van Willem van Alckemade als laatste bezitter en de ander op het altaar van de Drie Coningen, vaceren door het overlijden van de heer Phillips Ambrosius als laatste bezitter.
Hij draagt voor Mr Huijbrecht Merevin.

vermelding:
Geschreven door Hendrick van Craecken: Item myen dochter is ghestorven den XIIIten November 1575 af ter noenst ten vyer uyeren upt een Saeterdagh.

vermelding:
Leijden.
Vicarie geïntituleert trium regnum inde voorn. kercke (Pieterskerk).
Den lesten december 1578.
Mr. Floris Heij brengt aen uijtten naeme van Hendrick van Craecken collateur vande voorsz. vicarie, gefundeert bij Isbrant van Alckmade ende Gerrit van Oestgeest inden jare 1514, daer van lest possesseur is geweest heer Jan Willemsz. mette goederen daer toe specterende als:
2½ morgen lants gelegen in Oestgeest gebruijct werdende bij Sijmon Leendertsz. siaers om (niets ingevuld).
Noch 2 morgen in Oestgeest gebruijct werdende bij Nanningh Dircxz. ende is gelegen bij de Coetpetdijck.
Noch 2½ morgen lants mede in Oestgeest gebruijct werdende bij Leendert Gerritsz. van Alphen siaers om (niets ingevuld).
Folio 400

vermelding:
LEIDERDORP
leen 11. 1 hoeve land in de Acht Hoven (1450: groot 16 morgen, belast met 1½ oude schild ten behoeve van de domproosdij), (1611: belend ten oosten: Pieter Claesz. Ket, ten westen: Willem Aelwijnsz. van der Woert).
2-3-1450: Dirc Boudijnsz. van Zwieten mag, daar hij geen kinderen heeft, bij testament over het leen beschikken. (1b, fol. 36v).
16-11-1579: Willem van Craken van der Laen, onmondig, zoon van Henrick van Kraken en wijlen Philippa van der Laen, hulde door Ysbrant Jacobsz. van der Bouchorst, gemachtigd d.d. 24-4-1570 voor weesmeesters van Leyden door diens voogden Cornelis van Noorden Jacobsz., meester Gerard Hoogstraten en Marten van Endegeest, bij dode van zijn moeders moeder jonkvrouwe Geertruyt van Endegheest, weduwe van Willem van der Laen. (2373).
6-11-1604: Philippine van Craecken van der Laen, oom: Ysbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen (5, fol. 25v).
15-1-1611: Claes Jansz. Bors te Leyden na overdracht door Jan Vechtersz., lijmzieder aldaar, volgens procuratie d.d. 13-1-1611 en als voogd van Philippina van der Laen, onmondige dochter van Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 94v).
23-5-1619: Dirck Matheusz. doet hulde met ledige hand, volgens procuratie d.d. 16-5-1619 voor notaris Adriaen Claesz. Paedts, namens Claes Jansz. Borsch. (5, fol. 173v).
7-6-1631: Nicolaes Jansz. Borsch verzekert 5 losrenten op het leen, nl. 85 gulden ten behoeve van Philippina van Swieten als erfgename van wijlen Philippina van Craecken van der Laen, echtgenote van wijlen Adriaen Andriesz. van Swieten; 15 gulden van Geertruydt van der Laen, gehuwd met Jan van Gheesdorp; 15 gulden van Florentina van der Laen, gehuwd met Jan van Aller, notaris te Rotterdam; 84 gulden 34 penning van Margaretha van der Laen, gehuwd met meester Stevens van der Werve, advocaat voor het Hof van Hollant; 112 gulden 10 stuiver van de weeskinderen van wijlen Machtelt Henricx Schay, gehuwd met Nicolaes Jansz. Borsch, steenbakker te Leyden. (6, fol. 26).
10-10-1633: Clames Jansz. Borsch verzekerd ten behoeve van Gommer Gommersz., drapier te Leyden, 3803 karolus gulden op 6 morgen van het leen; afgelost op 1-5-1634. (6, fol. 69v).

Leen 15 18 morgen land met huis en boomgaard tussen de Rijn en Achterdijk, belend ten zuiden: Dirck Jansz. van Zijl (1474: Cleymens Dirck Janszoonsdochter van Zijl, gehuwd met Lourens Wilhelmsz., 1523: de erfgenamen van Florijs van Zijil), ten noorden: het kapitel van den Hogenlande te Leyden, (1611: ten zuidwesten: de weduwe en de erfgenamen van jonkheer Pieter van der Dous, ten noordwesten: Henrick Simonsz.).
15-1-1523: Willem van der Laen Phillipsz. na overdracht door Jacop van der Wijele. (3, fol. 197v).
..-.-1...: De weduwe van Willem van der Laen (vermeld 24-12-1543, Rijnland 5463).
..-.-1...: Margriet Jacobsdochter van der Laen te Leyden (vermeld 15-10-1558 en 3-5-1562, Staten 1012 en 1331).
..-.-1...: Hendrick van Craecken (vermeld 1584 en 1588, Rijnland 5464).
..-.-1...: Willem van Craecken van der Laen (vermeld 1600, Rijnland 5464).
16-11-1604: Phillippina van Craecken van der Laen, oom: IJsbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 25v).
24-2-1611: Bevestiging van de vrijwaring van de verkoop van een woning met 5 morgen 1½ hond land op de lage Morsch te Oestgeest d.d. 22-2-1611 voor notaris Salomon Lenartsz. van der Wuert aan Cors Henricksz. aldaar door Henrick Rochusz. van Lenten namens IJsbrant Dircksz. Visser als voogd van Phillippina, Geertruyt, Florentia en Margaretha, de 4 weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margareta Bijman Simon Paulsdochter. (5, fol. 95).
23-6-1611: Thomas Jacobsz. van Swieten na overdracht door IJsbrant Dircx Visscher als oom en voogd van Phillippina Craecken van der Laen. (5, fol. 103).

functie:
Vleeshuis

vermelding:
ONA Leiden 25-11-1586: proces verbaal protest van Henrick van Craecken aan Adriana Rijckendr, tegen het huwelijk van zijn zoon, Willem van Craecken van der Laen en haar dochter Margriete Symon Pouwelszdr. Henrick had Adriana lange tijd geleden te zijn huis ontboden, omdat hij had vernomen dat Willem dagelijks bij Margriete kwam en hij had Adriana verklaard niet te gedogen dat Wilem haar dochter zal trouwen...
De notaris heeft heeft een verklaring aan Adriana overhandigd.

vermelding:
ORA Leiden 18-9-1587: getuigenis door: Heijndric van Craecken, oud ca. 52(!) jaar; Joncheer Franchoijs van Lanscroon ca. 51 jaar; jonkvr. Marije van Bosschuisen zijn huisvrouw ca. 40 jaar.
Zij hebben hun (schoon)moeder, de huisvrouw van Jonkheer Lievijn van Bosschuijsen horen zeggen, dat zij als wonende op het huis Bosschuijsen buiten deze stede te Zoeterwoude ter 'kercke bekosst heeft'?, dat zij te Leiden ter sacrament is gegaan en haar kinderen aldaar heeft laten dopen en dezelfde kinderen op haar huis gestorven zijn en te Leiden begraven zijn. De getuigen zijn door de commandeur van St. Pieter, de heer Arent van der Goude, op het huis te Bosschuizen getrouwd. Zij kregen de geboden binnen Leiden en niet te Valckenburch. Hun ouders en hun kinderen zijn begraven in de St. Pieterskerck op het koor.

vermelding:
ORA Warmond C 80r dd. 13-4-1588:
Hendrik van Craecken, burger tot Leyden transporteerde aan de weeskinderen van Gerrit Jansz, wonende t'eynde de Zijl, een copie van een losrentebrief van f 12, verleden bij Gerrit Jansz zelf, beginnende: Wij Jan van den Bouchorst Roelofsz, schout van Warmont, Pieter Gerritsz en Gerrit Pietersz, schepenen dd. 2-3-1585, met hypotheek op zijn hofstede en 2½ morgen etc.

vermelding:
ONA Zoeterwoude:
Nr. 233 folio 163v. d.d. 21-09-1590.
Wij Henric van Craecken Willemsz. als princuipaal en Mr. Hubert van Merevin Willemsz. als borg zijn schuldig aan Henric van Eijc Claesz. een losrente van f 25 per jaar met een hoofdsom van f 400. Hij verbindt hieraan de woning en landen in Zoeterwoude. Henrick van Craecken belooft Mr. Huijbert van Merevin zijn broeder, hiervan schadeloos te houden
Nr. 232 folio 161v. d.d. 18-03-1591.
Willem van Craecken van der Laen enige nagelaten zoon en universeel erfgenaam van Henrick van Craecken Willemsz., verklaarde dat zijn vader onder borgtocht van Mr. Huijbert van Merevin, zijn comparants oom, op 21-09-1590 van Henrick Claesz. van Eijck burger van Leiden op rente had ontvangen de somme van f 400, waarvoor op obligatie was beloofd te betalen met f 25 per jaar. Dit onder belofte van te passeren een constitutiebrief met speciaal hypotheek van zijn woning en landen in Zoeterwoude. Hij wil deze belofte gestand doen met de verzekering als voren van een woning als huis, barg, schuur en 14 morgen 4 hond 43 roeden land in het Westeinde. Belend in het geheel ten W: de Hofweg, ten N: Meerburg, ten O: Aechte Abrahamsdr. en ten Z: de Goweg. Vrij en niet belast.

vermelding:
580/180 18-7-1591
Heynrick van Craecken tot Leiden voor hem zelve ende als voogd van Willem van Craecken ende van der Laen zijn zoon verwekt bij juffr. Phillippe van der Laen, contra Pouwels Cornelisz. voor hem zelve ende als t exploit geaccepteert hebbende voor Ysaack Cornelisz. Inzake de verkoop van land in de ban van Alphen uit de nalatenschap van Philips van der Laen. De grootvader van het kind, Willem van der Laen, had al land genoten van Adriaen Outgarens van Sonnevelt, man van Baerta van der Laen (18 margen te Leiderdorp). Willem was in het buitenland gestorven met meer schulden dan goed. Zijn kinderen Baertgen, Maritgen en Pilippotgen waren thuis gebracht bij hun grootvader Engelbrecht van Endegeest. Jacob Willems die gehuwd was met Baertgen was na processen voor het Hof van Holland en de raad van Mechelen alsnog tot erfgenaam van zijn kind benoemd. Eiser is niet ontvankelijk

vermelding:
HARINGHUIZEN
leen 104. 10 geersen land in Haringhuizen (1591: in de Wester Moerbuyk, genaamd Leenven of Floris weide)...
15-11-1419: Floris Willemsz. bij opdracht in ruil voor nr. 119, fol. 230v-231.
18-10-1492: Jan Florisz. voor Elisabeth, dochter van Willem Florisz. van Alkemade, bij dode van haar vader, fol. 231.
15-11-1551: Mr. Willem Schuyten te Leiden voor Florentia van Kraken Cornelisdr., zijn vrouw, zoals Floris Willemsz., fol. 231v-232.
28-11-1551: Frans Jansz. van Delft voor Jannetje, dochter van Jan Heerman, zijn vrouw, zoals Elisabeth, dochter van Willem Florisz. van Alkemade, fol. 232.
19-4-1560: Mr. Cornelis Fransz. van Delft bij dode van Jannetje Heerman, zijn moeder, fol. 232v.
2-3-1562: Willem van Alkemade, zoon van mr. Willem Schuyt, bij dode van Florentia van Kraken, zijn moeder, fol. 232v-233.
..-.-1569: Willem van Alkemade te Leiden vermeld, LRK 340 fol. 112v.
1-3-1575: Hendrik van Kraken Willemsz. bij dode van Willem van Alkemade, zijn broer, fol. 233.
2-11-1591: Mr. Pieter Olofsz., organist te Alkmaar, voor Willem van Kraken van der Laan te Leiden bij dode van Hendrik, diens vader, fol. 233v-234v.
10-4-1593: Albert Cornelisz. van Haringhuizen bij overdracht door mr. Pieter Olofsz. voor Willem van Kraken van der Laan, waarna overdracht aan Frans Albertsz. Rijp te Oudkarspel, fol. 234v-236v.

vermelding:
Hendrik van Craecken van de Laen had voor 23-12-1599 onroerende goed genaamd Vleijshuijs in de Bredestraet.
IJsbrant Visscher verkoopt het dan aan Hans Cornelisz Peltier.
Op het andere blad wordt Hendrik vermeld als Henrick Heerman van Craecken Wilemsz. Daar staat dat het onroerend goed door Henrick was bleat met een losrente. Op 10-9-1587 was Henrick principaal en er Huijbert van Merevin was zijn borg.
Op 17-10-1589 drraagt Mr. Huijbrecht Merevin 3/4e deel van dehuijsinge over aan Willem der Laen.
Op 11-9-1599 is IJSbrant Dircxsz Visscher curator over de goederen van Willem van der Laen en hij verkoopt het onroerend goed aan Johan ver der Wiele.

vermelding:
HAZERSWOUDE
Leen 16. 13 morgen land (1482: met woning; 1602: huis, berg, schuur en beplanting in 15 morgen) in Hazerswoude en Zoeterwoude, strekkend van de Rijn tot de Burgmade, oost: Jan Nikolaas Tedenz. c.s. (1569: Gerard Boudijnsz.), west: Pieter Hugenz. (1569: Jan Adriaansz.), (1569: jaarlijks 29 pond waardig, waarvan de pacht 20 jaar vaststaat), (1602: waarvan 4 morgen in Zoeterwoude, noord: Gerard de Man Jansz., waard in de Boom, west: de wetering, zuid: Dirk Nikolaasz., oost: Jacob Thomasz.).
26-5-1435: Dirk Boudijnsz. van Zwieten bij opdracht uit eigen in ruil voor het leen Haarlem, nr. 36 (Ons Voorgeslacht, 1997, blz. 681) vermeld 1472, 6461 fol. 326v, LRK 283 fol. 117.
15-6-1482: Pieter Andriesz. bij dode van Dirk van Zwieten, zijn oom, 6462 fol. 76.
4-7-1482: Lijftocht van Katharina, dochter van Jacob Bernardsz., gehuwd met Pieter Andriesz., op de mindere helft, 6462 fol. 76v.
29-7-1510: Pieter van den Zijl voor heer IJsbrand Jacobsz., priester, bij dode van Dirk Engbertsz., 6463 fol. 61.
2-10-1510: Engbert Jacobsz. bij dode van Dirk Engbertsz., zijn oom, 6463 fol. 62v-63.
8-3-1569: Willem, zoon van Hendrik van Kraken en Filipote van der Laan, burgeres van Leiden, bij dode van Geertruida, dochter van Engbert van Endegeest, weduwe Willem van der Laan, zijn grootmoeder, te Leiden, die aankwam van Jacob van Endegeest, haar broer, zoals Geertruida vermaakte aan Hendrik, zijn vader, LRK 289 c. Polanen fol. 2-3v, 6464 fol. 7v-11, LRK 340 fol. 26v-27.
6-7-1597: Verpand door Willem van Kraken van der Laan voor de verkoop van 9 morgen in Hazerswoude aan Wouter Jansz., Arnout Pietersz., Nikolaas en Gerard Nikolaasz. en Nelle Dirksdr., weduwe Jan Willemsz., allen te Hazerswoude, die al huurden, 6465 fol. 198. 9
9-9-1602: Willem van Kraken van der Laan te Leiden, 6465 fol. 193v-198v.

vermelding:
Lijfrentebrief te Leiden
1590
Begunstigde: Hillegont Aerntsdr van Hazerswoude (dienstmaagd van Heyndrick Heerman van Craecken) leeftijd 28 jaar, wonende te Leiden, overleden op 02-08-1605; dochter van Aert van Hazerswoude wonend te Leiden
Heffers: Willem van der Laen, wonende te Leiden; Heyndrick Heerman van Craecken wonende te Leiden (in 1592: diens erfgenamen)

Lijfrentebrief 1587
Begunstigde Willem van der Laen leeftijd 24 jaar, wonende te Leiden, overleden 1602
Heffer de voogden wonende te Leiden
Willem was een zoon van Heyndrick van Craecken (Heyndrick Willemsz. Heerman) wonende te Leiden en jonkvrouwe Philippe van der Laen te Leiden

Overleden:
Was in 1581 eigenaar van 2 graven in de Pieterskerk te Leiden: streek 3, graf 3 en streek 5, graf 3

Hendrik + Jonkvrouwe Philippina Willems van der Laen. Philippina (dochter van Willem Philipsz van der Laen en Geertruijt Engebrechtsdr van Endegeest) is geboren circa 1532; is gestorven vóór 16 jun 1564 in Leiden. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1520 tot 1592; Leen van Putten
• vermelding: van 1563 tot 1597; Leen van de hofstad Raephorst
• vermelding: van 1564 tot 1588; Civiele zaken bij het Hof van Holland
• vermelding: van 16 jun 1564; Legaat
• vermelding: van 1579 tot 1633; Lenen van de Domproosdij te Utrecht
• vermelding: van 1590; Lijfrentebrief te Leiden
• vermelding: van 18 jul 1591; Erfeniskwestie
• vermelding: tot 1602; Leen van Polanen
• vermelding: van 3 mrt 1618; Getuigenis over familierelaties

Aantekeningen:

Ook vermeld als Philippote

vermelding:
PERNIS
58A. 9 gemet 2 lijn land in de Eijfel.
7 gemet 1 lijn 4 roede land in de Hoeck van de Eijfel.
9 gemet land daar ten westen van gelegen.
3½ gemet land in Roeden.
3 lb 3 schelling hollands per jaar verzekerd op het huis dat van Voppe Boudijnsz. was te Gheervliet.
20-11-1520: Willem van der Laen bij dode van zijn vader Phillips van der Laen (L.H. 124, cap. Noord-Holland, fol. 25v).
22-4-1533: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, grootvader: Engelbrecht Jacobsz. van Eijndegheest, bij dode van haar vader Willem van der Laen (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
Het leen 58A is gesplitst in 58C en 58D.
Leen 58C
19-5-1554: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
15-12-1557: Margriete Jacobsdochter, vader: Jacob Willemsz., bij dode van jonkvrouwe Barta van der Laen (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 29).
1-12-1563: Jonkvrouwe Phillipote van der Laen, Willemsdochter, gehuwd met Heyndrick van Craecken Willemsz. bij dode van haar nicht jonkvrouwe Margriete Jacobsdochter (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 10v).
10-7-1564: Willem van Kraecken Heyndricxz., onmondig, vader Heyndrick Willemsz. van Kraecken, bij dode van zijn moeder jonkvrouwe Phillippote van der Laen, behoudens de lijftocht van zijn vader (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 18).
Het leen 58C is gesplitst in 58E en 58F.
Leen 58E. 7 gemet 1 lijn 4 roede land.
18-9-1592: Adriaen Zegersz., dijkgraaf van IJffelsenbroeck, na overdracht door Willem Heijndricxz. van Craecken (L.H. 138, fol. 36).
58F. De helft van 9 gemet land.
15-7-1592: Cornelis Willemsz. den Ouden na overdracht door Willem Heyndricxz. Craecken
van der Laen (L.H. 138, fol. 37v).
Leen 58D
19-5-1554: Raes van Roden Pietersz. na overdracht door jonkvrouwe Barte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 3v).

vermelding:
WASSENAAR
leen 134. 13 hond land te Zuydtwijck, belend ten oosten en westen: Claes Jansz. van der Burch, ten zuiden: de heerweg, ten noorden: de bangreppel, pachter: Bartout Adriaensz.
8-11-1563: Philpote van der Laen Willemsdochter, gehuwd met Heynrick van Craecken Willemsz. (D, blz. 38).
29-5-1565: Willem van der Laen Heynricksz., onmondig, vader: Heynrick van Craecken Willemsz., bij dode van zijn moeder Phillipote van der Laen, behouden de lijftochten van zijn vader en van jonkvrouwe Geertruyt Engebrechtsdochter, weduwe van Willem van der Laen (D, blz. 41).
1-2-1597: Jan Vranckensz. te Wassenaer na overdracht door Willem van Craecken van der Laen te Leyden (rep. fol. 66).

vermelding:
2.1.8.1.
Civiele zaak voor het Hof van Holland
538/342 27-3-1564 sc.
Geschil tussen Heyndrick Willemsz van Craecken won. tot Leiden zo voor hem zelve en als vader en voogd van zijn kind Willem van der Laen verwekt bij Philippe van den Laen zijn vrouw contra jacob willemsz. mede te Leiden
In 1550 was Jacob Willemsz gehuwd met Baertgen van der Laen, die een zuster was van de overleden huisvrouw van Heijndrick, Philippe van der Laen. Jacob en de 10 of 11 jaar geleden overleden Baertgen haden een dochter Margareeta, die de universele erfgenaam was van Baertgen. Het weeskind kreeg uiteindelijk een koffer met (waarde?-)brieven, kleinoden en juwelen. Oom Heijndrick had één van de sleutels van die koffer (berustend bij de weesmeesters van Leiden) en vader Jacob de andere sleutel. Margarete overleed op onmondige leeftijd. Op basis van de huwelijkse voorwaarden tussen Baertgen en Jacob zou dan de erfgename zijn Philippe van der Laan, huisvrouw van Heijndrick die toen nog leefde.

541/120 31-7-1566
Barthout Adriaensz won. tot Wassenaar en Heyndrick van Craecken als vader en voogd van zijn onmondig weeskind verwekt bij wijle Phillipe zijn vrouw gevoegde voor zijn interest impt. in reformatie contra Jacob Willemsz.
Vervolg op het proces d.d. 27-3-1564. Barthout is betrokken als pachter, omdat hij landhuur zou moeten betalen aan Jacob Willems.

544/108, 544/118 1-3-1574 sc.
Heynrick van Craecken gegijzelde contra Anna Jacobsd. van der Laer impt, van gijzeling ende gerequireerde. Betreft een betaling aan een herberg te Delft

546/95 27-11-1576
in de zaak hangende voor dit hof tussen annetgen jansd weduwe van jacob van der laen tot leiden, impt. in raeu actie contra hendrick van craecken als curateur van wijle vincent van baerkenesse gede. in t zelfde cas.

1058/252 16-9-1580
in de zaak hangende voor dit hof tussen dirck van der merche won. tot rotterdam als actie ende transport hebbende van mr. jacob van der merche zijnen broeder, impt. in reformaie ter eenre ende hendrick van craecken won. tot leiden, gede. ter anderen zijde.

559/11 28-1-1583
in de zaak hangende voor dit hof tussen henrick van craecken won. tot leiden impt. in reformatie ende van requeste civile contra meester aernt aerntsz. won. tot haarlem gerequireerde en gede.

575/273 2-11-1588
in de zaak hangende voor dit hof tussen hendrik van craecken won. te leiden, impt. in cas d appel ter eenre ende jan claesz. roos mede aldaar, gede. ter anderen zijde.

vermelding:
Op 16-6-1564 boekt het gasthuis te Leiden een legaat voor het vrouwengasthuis van Phillpsgen van der Laen, gehuwd met Henrick Craecken

vermelding:
LEIDERDORP
leen 11. 1 hoeve land in de Acht Hoven (1450: groot 16 morgen, belast met 1½ oude schild ten behoeve van de domproosdij), (1611: belend ten oosten: Pieter Claesz. Ket, ten westen: Willem Aelwijnsz. van der Woert).
2-3-1450: Dirc Boudijnsz. van Zwieten mag, daar hij geen kinderen heeft, bij testament over het leen beschikken. (1b, fol. 36v).
16-11-1579: Willem van Craken van der Laen, onmondig, zoon van Henrick van Kraken en wijlen Philippa van der Laen, hulde door Ysbrant Jacobsz. van der Bouchorst, gemachtigd d.d. 24-4-1570 voor weesmeesters van Leyden door diens voogden Cornelis van Noorden Jacobsz., meester Gerard Hoogstraten en Marten van Endegeest, bij dode van zijn moeders moeder jonkvrouwe Geertruyt van Endegheest, weduwe van Willem van der Laen. (2373).
6-11-1604: Philippine van Craecken van der Laen, oom: Ysbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen (5, fol. 25v).
15-1-1611: Claes Jansz. Bors te Leyden na overdracht door Jan Vechtersz., lijmzieder aldaar, volgens procuratie d.d. 13-1-1611 en als voogd van Philippina van der Laen, onmondige dochter van Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 94v).
23-5-1619: Dirck Matheusz. doet hulde met ledige hand, volgens procuratie d.d. 16-5-1619 voor notaris Adriaen Claesz. Paedts, namens Claes Jansz. Borsch. (5, fol. 173v).
7-6-1631: Nicolaes Jansz. Borsch verzekert 5 losrenten op het leen, nl. 85 gulden ten behoeve van Philippina van Swieten als erfgename van wijlen Philippina van Craecken van der Laen, echtgenote van wijlen Adriaen Andriesz. van Swieten; 15 gulden van Geertruydt van der Laen, gehuwd met Jan van Gheesdorp; 15 gulden van Florentina van der Laen, gehuwd met Jan van Aller, notaris te Rotterdam; 84 gulden 34 penning van Margaretha van der Laen, gehuwd met meester Stevens van der Werve, advocaat voor het Hof van Hollant; 112 gulden 10 stuiver van de weeskinderen van wijlen Machtelt Henricx Schay, gehuwd met Nicolaes Jansz. Borsch, steenbakker te Leyden. (6, fol. 26).
10-10-1633: Clames Jansz. Borsch verzekerd ten behoeve van Gommer Gommersz., drapier te Leyden, 3803 karolus gulden op 6 morgen van het leen; afgelost op 1-5-1634. (6, fol. 69v).

Leen 15 18 morgen land met huis en boomgaard tussen de Rijn en Achterdijk, belend ten zuiden: Dirck Jansz. van Zijl (1474: Cleymens Dirck Janszoonsdochter van Zijl, gehuwd met Lourens Wilhelmsz., 1523: de erfgenamen van Florijs van Zijil), ten noorden: het kapitel van den Hogenlande te Leyden, (1611: ten zuidwesten: de weduwe en de erfgenamen van jonkheer Pieter van der Dous, ten noordwesten: Henrick Simonsz.).
15-1-1523: Willem van der Laen Phillipsz. na overdracht door Jacop van der Wijele. (3, fol. 197v).
..-.-1...: De weduwe van Willem van der Laen (vermeld 24-12-1543, Rijnland 5463).
..-.-1...: Margriet Jacobsdochter van der Laen te Leyden (vermeld 15-10-1558 en 3-5-1562, Staten 1012 en 1331).
..-.-1...: Hendrick van Craecken (vermeld 1584 en 1588, Rijnland 5464).
..-.-1...: Willem van Craecken van der Laen (vermeld 1600, Rijnland 5464).
16-11-1604: Phillippina van Craecken van der Laen, oom: IJsbrant Dircksz. Visser, bij dode van haar vader Willem van Craecken van der Laen. (5, fol. 25v).
24-2-1611: Bevestiging van de vrijwaring van de verkoop van een woning met 5 morgen 1½ hond land op de lage Morsch te Oestgeest d.d. 22-2-1611 voor notaris Salomon Lenartsz. van der Wuert aan Cors Henricksz. aldaar door Henrick Rochusz. van Lenten namens IJsbrant Dircksz. Visser als voogd van Phillippina, Geertruyt, Florentia en Margaretha, de 4 weeskinderen van Willem van Craecken van der Laen en Margareta Bijman Simon Paulsdochter. (5, fol. 95).
23-6-1611: Thomas Jacobsz. van Swieten na overdracht door IJsbrant Dircx Visscher als oom en voogd van Phillippina Craecken van der Laen. (5, fol. 103).

vermelding:
Lijfrentebrief te Leiden
1590
Begunstigde: Hillegont Aerntsdr van Hazerswoude (dienstmaagd van Heyndrick Heerman van Craecken) leeftijd 28 jaar, wonende te Leiden, overleden op 02-08-1605; dochter van Aert van Hazerswoude wonend te Leiden
Heffers: Willem van der Laen, wonende te Leiden; Heyndrick Heerman van Craecken wonende te Leiden (in 1592: diens erfgenamen)

Lijfrentebrief 1587
Begunstigde Willem van der Laen leeftijd 24 jaar, wonende te Leiden, overleden 1602
Heffer de voogden wonende te Leiden
Willem was een zoon van Heyndrick van Craecken (Heyndrick Willemsz. Heerman) wonende te Leiden en jonkvrouwe Philippe van der Laen te Leiden

vermelding:
580/180 18-7-1591
Heynrick van Craecken tot Leiden voor hem zelve ende als voogd van Willem van Craecken ende van der Laen zijn zoon verwekt bij juffr. Phillippe van der Laen, contra Pouwels Cornelisz. voor hem zelve ende als t exploit geaccepteert hebbende voor Ysaack Cornelisz. Inzake de verkoop van land in de ban van Alphen uit de nalatenschap van Philips van der Laen. De grootvader van het kind, Willem van der Laen, had al land genoten van Adriaen Outgarens van Sonnevelt, man van Baerta van der Laen (18 margen te Leiderdorp). Willem was in het buitenland gestorven met meer schulden dan goed. Zijn kinderen Baertgen, Maritgen en Pilippotgen waren thuis gebracht bij hun grootvader Engelbrecht van Endegeest. Jacob Willems die gehuwd was met Baertgen was na processen voor het Hof van Holland en de raad van Mechelen alsnog tot erfgenaam van zijn kind benoemd. Eiser is niet ontvankelijk

vermelding:
HAZERSWOUDE
Leen 16. 13 morgen land (1482: met woning; 1602: huis, berg, schuur en beplanting in 15 morgen) in Hazerswoude en Zoeterwoude, strekkend van de Rijn tot de Burgmade, oost: Jan Nikolaas Tedenz. c.s. (1569: Gerard Boudijnsz.), west: Pieter Hugenz. (1569: Jan Adriaansz.), (1569: jaarlijks 29 pond waardig, waarvan de pacht 20 jaar vaststaat), (1602: waarvan 4 morgen in Zoeterwoude, noord: Gerard de Man Jansz., waard in de Boom, west: de wetering, zuid: Dirk Nikolaasz., oost: Jacob Thomasz.).
26-5-1435: Dirk Boudijnsz. van Zwieten bij opdracht uit eigen in ruil voor het leen Haarlem, nr. 36 (Ons Voorgeslacht, 1997, blz. 681) vermeld 1472, 6461 fol. 326v, LRK 283 fol. 117.
15-6-1482: Pieter Andriesz. bij dode van Dirk van Zwieten, zijn oom, 6462 fol. 76.
4-7-1482: Lijftocht van Katharina, dochter van Jacob Bernardsz., gehuwd met Pieter Andriesz., op de mindere helft, 6462 fol. 76v.
29-7-1510: Pieter van den Zijl voor heer IJsbrand Jacobsz., priester, bij dode van Dirk Engbertsz., 6463 fol. 61.
2-10-1510: Engbert Jacobsz. bij dode van Dirk Engbertsz., zijn oom, 6463 fol. 62v-63.
8-3-1569: Willem, zoon van Hendrik van Kraken en Filipote van der Laan, burgeres van Leiden, bij dode van Geertruida, dochter van Engbert van Endegeest, weduwe Willem van der Laan, zijn grootmoeder, te Leiden, die aankwam van Jacob van Endegeest, haar broer, zoals Geertruida vermaakte aan Hendrik, zijn vader, LRK 289 c. Polanen fol. 2-3v, 6464 fol. 7v-11, LRK 340 fol. 26v-27.
6-7-1597: Verpand door Willem van Kraken van der Laan voor de verkoop van 9 morgen in Hazerswoude aan Wouter Jansz., Arnout Pietersz., Nikolaas en Gerard Nikolaasz. en Nelle Dirksdr., weduwe Jan Willemsz., allen te Hazerswoude, die al huurden, 6465 fol. 198. 9
9-9-1602: Willem van Kraken van der Laan te Leiden, 6465 fol. 193v-198v.

vermelding:
ONA Leiden 3-3-1618: Juffrouw Agneta van Sonnevelt, ongehuwd, wonend te Leiden getuigt op verzoek van de kinderen en erfgenamen van zal. Willem van Craecken van der Laen, dat haar vader zal. Joost van Sonnevelt, die in zijn leven getrouwd was geweest met juffr. Baerta van der Laen. Baerta was een zus van Willem van der Laen, die bij zijn vrouw juffr. Geertruijt van Endegeest geprocreert heeft Philippina van der Laen, die getrouwd was met Henric van Craecken. Uit dit huwelijk Willem Craecken van der Laen, vader van de requiranten.
Baerta en Willem van der Laen waren weer kinderen van zal. Philips van der Laen.
Akte opgemaakt in het huis van Agneta in de Bredestraat te Leiden
NB: Joost van Sonnevelt is waarschijnlijk een zoon van Baerte ipv echtgenoot

Aantekeningen:

Huwelijkstoestemming:
Huwelijkse voorwaarden 28-12-1561
Stamouders van het geslacht van Craecken van der Laen te Leiden en Den Haag.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• Beroep: Boekverkoper
• functie: van 1561; Poorter van Delft
• vermelding: van 21 nov 1567; Voogden nalatenschap Anna Pieters
• vermelding: van 1579 tot 1603; Onroerend goed in Leiden
• vermelding: van 28 nov 1584; Voogdij te Leiden
• vermelding: tot vóór 12 jul 1585; Voogd
• vermelding: van 9 nov 1595; Vermeld in Codicil zus

Aantekeningen:

vermelding:
weeskamer Delft 21-11-1567: Sijmon Pouwels, boekbinder en Mathijs Louwes Sijer, vervangend Louris Rijckersz Burchgraef zijn voogden van de kinderen van Lijsbeth Rijckersdr, huisvrouw van Frans Stevensz, erfgenamen van Anna Pietersdr hun grootmoeije. Anna had op 21-6-1561 een testament gemaakt...

vermelding:
9. Rapenburg 87 (en 85)
Op 26-5-1579 koopt Sijmon Pouwelsz, boekverkoper van Delft, het huis en erve van Aelwijn Meesz met een huis in de nabijgelegen Kolfmakerssteeg.
Bij de volkstelling in september 1581 staan Symon Pouwels, zijn vrouw Adriana Rijkendr en hun kinderen Margriete en Agathe op dit adres vermeld.
In 1585 wordt hij als bewoner vermeld maar ook als verhuurder van een nabijgelegen pand.
Op 1-2-1586 wordt Adriana Rijckendr daar vermeld als weduwe van Symon Pouwels.
De locatie van het huis staat afgebeeld in het grachtenboek 1587 (Simon Pouwelsz erfgenamen) en in het stratenboek van 1593/1597 (Adriana Rijckendr weduwe van Simon Pouwelsz).
In 1599 wordt Adriane Rijckendr, weduwe van Sijmon Pouwelsz, dar vermeld in het register van gedwongen leningen.
In het belastingboek van 1601 worden de erfgenamen van Ariaentgen Ryckendr vermeld als eigenaar van 2 naastgelegen panden.
Zij betalen ook nog schoorsteengeld in 1606. De erfgenamen zijn dan eigenaar van 2 panden: een pand met 4 schoorstenen dat wordt bewoond door Barent Henricx en een pand met 5 schoorstenen, dat wordt bewoond door Roelandt Goublet, wiens huisvrouw aangifte doet van het schoorsteengeld.
Volgens het bonboek wordt het pand door de erfgenamen op 20-6-1607 verkocht aan Harmen Burchgraeff.

10a. Kolfmakerssteeg 15
Op 9-5-1579 koopt Symons Pouwels, boekverkoper, van Lijsbeth Claesdr, weduwe van Joris IJemans (scheepmaker) een huisje en erve, gelegen naast een pand dat al eigendom is van Symon Pouwels. Mr Hubrecht Merevin is waarborg voor Symon.
Het is niet bekend hoe lang het pand in het bezit was van de familie.

10b. Kolfmakerssteeg 17/19
Dit zijn de panden waarvan Sijmon Pouwels bij de koop van nr 15 al eigenaar was.
Hij heeft de panden kennelijk verhuurd volgens de volkstelling in 1581 aan: Maretgen Jacobsdr huysvrou met haar kinderen Josijna en Pietertgen; Maretgen Daendels, Marietgen Joostendr wed v Gherrit Claesz wollewever met haar kinderen Claes en Hillegont.
De erfgenamen van Adriaentgen Rijcken verkopen een pand op 11-3-1602 (slecht leesbaar) aan Henric Jansz.
Het andere pand wordt op 26-9-1597 namens de erfgenamen van Sijmon Pouls verkocht door Willem van Craecken van der Laen (schoonzoon) getrouwd met Grietgen Sijmonsdr aan Lieven de Heuvel.

10c. Kolfmakersteeg 13
In 1585 wordt Symon Pouwelsz boucvercooper, als eigenaar vermeld van dit pand.

11. Binnenvestgracht 1
In 1585 wordt Simon Pouwels als eigenaar vermeld. Hij gebruikt dit als tuijn samen met het voorhuis.
Op 3-7-1587 zijn de erfgenamen van Simon Pouwels eigenaar. Het perceel staat mooi afgebeeld in het Grachtenboek van Leiden.
In het belastingboek van 1601 dragen de erfgenamen van Adriana Rijckerts tuin het eigendom van een deel van de tuin over aan Jacob Claesz. In 1606 verkopen IJsbrant Visscher en Pouwels Adriaensz Bijeman namens de erfgenamen een ander deel aan Jan Moens, timmerman.
Het lijkt hier dus om een tuin te gaan.

vermelding:
Weeskamer Leiden: no. 1 d.d. 28-11-1584: Jacob Willemsz. van den Burch en Henric Jansz. backer zijn voogden geordonneerd over Maria oud omtrent 25, Margriete 21 en Aechte 20 jaar nagelaten weeskind van Sijmon Pouwelsz. librarier gewonnen bij Adriana Rijckertsdr.

vermelding:
Weesboek Leiden: Lievijn Dircszn, boomgaertman en Sijmon Pouwelszn, librarier zijn voogden over Florentia Cornelisdr, oud ca. 12 jaar, weeskind van Cornelis Fransz Lindewever, gewonnen bij Katrijn Jansdr.
12-7-1585: Met het overlijden van Sijmon Pouwels en de moeder van het weeskind, wordt in zijn plaats Corn. Jansz Cluft als voogd benoemd.

vermelding:
ONA Delft 9-11-1595: Codicil van de ziekelijk te bed liggende Grietgen Rijckaerts, weduwe van Jan Melisz Bijlewerff, in zijn leven burgemeester van Rotterdam. Zij refereert aan het testament van 31-7-1595 en legateert haar zuster Adriaentgen Rijckaertsdr, weduwe van Simon Pouwelsz. De akte is opgemaakt in het huis van Grietgen op het Bagijnhof.

Sijmon is getrouwd met Adriana Rijckendr Burchgraef vóór 1566 (civil). Adriana (dochter van Rijck en Anna Pietersdr) is geboren vóór 1545; is gestorven vóór 1601. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 21 nov 1567; Voogden nalatenschap Anna Pieters
• vermelding: van 1581 tot 1606; Onroerend goed te Leiden
• vermelding: van 28 nov 1584; Voogdij te Leiden
• vermelding: van 9 nov 1595; Vermeld in Codicil zus

Aantekeningen:

Ook vermeld als Adriana Rijckendr (Burggraafs)

vermelding:
weeskamer Delft 21-11-1567: Sijmon Pouwels, boekbinder en Mathijs Louwes Sijer, vervangend Louris Rijckersz Burchgraef zijn voogden van de kinderen van Lijsbeth Rijckersdr, huisvrouw van Frans Stevensz, erfgenamen van Anna Pietersdr hun grootmoeije. Anna had op 21-6-1561 een testament gemaakt...

vermelding:
9. Rapenburg 87 (en 85)
Op 26-5-1579 koopt Sijmon Pouwelsz, boekverkoper van Delft, het huis en erve van Aelwijn Meesz met een huis in de nabijgelegen Kolfmakerssteeg.
Bij de volkstelling in september 1581 staan Symon Pouwels, zijn vrouw Adriana Rijkendr en hun kinderen Margriete en Agathe op dit adres vermeld.
In 1585 wordt hij als bewoner vermeld maar ook als verhuurder van een nabijgelegen pand.
Op 1-2-1586 wordt Adriana Rijckendr daar vermeld als weduwe van Symon Pouwels.
De locatie van het huis staat afgebeeld in het grachtenboek 1587 (Simon Pouwelsz erfgenamen) en in het stratenboek van 1593/1597 (Adriana Rijckendr weduwe van Simon Pouwelsz).
In 1599 wordt Adriane Rijckendr, weduwe van Sijmon Pouwelsz, dar vermeld in het register van gedwongen leningen.
In het belastingboek van 1601 worden de erfgenamen van Ariaentgen Ryckendr vermeld als eigenaar van 2 naastgelegen panden.
Zij betalen ook nog schoorsteengeld in 1606. De erfgenamen zijn dan eigenaar van 2 panden: een pand met 4 schoorstenen dat wordt bewoond door Barent Henricx en een pand met 5 schoorstenen, dat wordt bewoond door Roelandt Goublet, wiens huisvrouw aangifte doet van het schoorsteengeld.
Volgens het bonboek wordt het pand door de erfgenamen op 20-6-1607 verkocht aan Harmen Burchgraeff.

10b. Kolfmakerssteeg 17/19
Dit zijn de panden waarvan Sijmon Pouwels bij de koop van nr 15 al eigenaar was.
Hij heeft de panden kennelijk verhuurd volgens de volkstelling in 1581 aan: Maretgen Jacobsdr huysvrou met haar kinderen Josijna en Pietertgen; Maretgen Daendels, Marietgen Joostendr wed v Gherrit Claesz wollewever met haar kinderen Claes en Hillegont.
De erfgenamen van Adriaentgen Rijcken verkopen een pand op 11-3-1602 (slecht leesbaar) aan Henric Jansz.
Het andere pand wordt op 26-9-1597 namens de erfgenamen van Sijmon Pouls verkocht door Willem van Craecken van der Laen (schoonzoon) getrouwd met Grietgen Sijmonsdr aan Lieven de Heuvel.

11. Binnenvestgracht 1
In 1585 wordt Simon Pouwels als eigenaar vermeld. Hij gebruikt dit als tuijn samen met het voorhuis.
Op 3-7-1587 zijn de erfgenamen van Simon Pouwels eigenaar. Het perceel staat mooi afgebeeld in het Grachtenboek van Leiden.
In het belastingboek van 1601 dragen de erfgenamen van Adriana Rijckerts tuin het eigendom van een deel van de tuin over aan Jacob Claesz. In 1606 verkopen IJsbrant Visscher en Pouwels Adriaensz Bijeman namens de erfgenamen een ander deel aan Jan Moens, timmerman.
Het lijkt hier dus om een tuin te gaan.

vermelding:
Weeskamer Leiden: no. 1 d.d. 28-11-1584: Jacob Willemsz. van den Burch en Henric Jansz. backer zijn voogden geordonneerd over Maria oud omtrent 25, Margriete 21 en Aechte 20 jaar nagelaten weeskind van Sijmon Pouwelsz. librarier gewonnen bij Adriana Rijckertsdr.

vermelding:
ONA Delft 9-11-1595: Codicil van de ziekelijk te bed liggende Grietgen Rijckaerts, weduwe van Jan Melisz Bijlewerff, in zijn leven burgemeester van Rotterdam. Zij refereert aan het testament van 31-7-1595 en legateert haar zuster Adriaentgen Rijckaertsdr, weduwe van Simon Pouwelsz. De akte is opgemaakt in het huis van Grietgen op het Bagijnhof.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1540 tot 1576; Onroerend goed te Leiden
• Beroep: van 1540; Notaris
• functie: van 30 apr 1540; Poorter van Leiden
• vermelding: van 1555 tot 1578; Leen van de Graven van Blois
• vermelding: van 1559 tot 1571; Civiele zaak bij het Hof van Holland
• vermelding: van 1561; 10e penning Zoeterwoude 1561
• vermelding: van 1572 tot 1576; Geannoteerde goederen
• vermelding: van 6 jun 1575; Inventaris van huis
• vermelding: van 16 aug 1575; Erfgenamen vermeld als belender te Leiden
• vermelding: van 6 apr 1591; Overdracht uit nalatenschap
• vermelding: tot 1593; Leen van de hofstad Egmond
• vermelding: van 1600; Legaat

Aantekeningen:

Ook vermeld als Willem Schuijt te Leiden en Willem Jansz Schouten

vermelding:
3. Breestraat 85-87 tot aan de andere kant Vollersgracht/Langebrug 14-16 (in de bonboeken vermeld als Vleeshuis)
Meester Willem Schuijten, de vader van Hendrik Willemsz van Craecken, woont daar in "Den Gulden Aernt" als hij in 1540 benoemd wordt als poorter van Leiden. In 1585 nog steeds genoemd als Den Gulden Aernt/Den Aerent.
In de jaren 1544, 1558, 1561, 1564 betaalt mr. Willem Schuijten belasting (tiende penning) als eigenaar. Uit de belastingregisters blijkt dat er in die periode ook nog huurders zijn: Joest Harmansz, linnenwever (1558, 1561, 1564); Anthonys Corneliesz, borduurwerker (1558), Jan Heijndricxz (1561, 1564)
Hij is tot en met 1575, het jaar van zijn overlijden, eigenaar van dit onroerend goed. In datzelfde jaar gaat het eigendom over naar zijn zoon Hendrick Wilemsz van Craecken tot en met 1588. Hendrik is bonmeester van het Vleeshuis.
De andere zoon meester Huijbrecht Merevin wordt van 1576 tot en met 1581 vermeld als bewoner.
In de periode tot 1589 worden ook nog andere familieleden al bewoner van dit pand vermeld: de zoon van Hendrick Willemsz: Willem Hendricksz van (Craecken van) der Laen in 1579 / 1583; jonkvrouw Philipa van der Laen in 1579 vermeld als de eerder overleden huisvrouw van Hendrik Willemsz van Craecken.
In 1585 verhuurt Henrick van Craecken zijn kelder.
In afbeeldingen uit 1585 staat de naam van Henrick vermeld op deze locatie: in het grachtenboek als Henrick van Craecken en in het stratenboek als Henrick Schuit Alkemade et Craken

4. Kaiserstraat 55 (was vroeger Cellebroedersgracht)
In 1558 en 1561 was Willem Schuijten (meester Willem In Den Arrent) eigenaar van dit pand. Hij betaalt dan een 10e penning als eigenaar. Uit dat register blijkt ook dat het pand in 1558 werd verhuurd aan Pouwels Corneliesz en in 1561 aan Marijtgen Jansdr.
In 1578 verkopen zijn zonen, de gebroeders Hendrick van Craecken en Huijbrecht Merevin, het pand aan Pieter Lenaerts, houtzager.

5. Middelweg op de hoek bij de Kaasmarkt (het met een oude muur omgeven terrein)
Voor 1558 tot en met zijn overlijden rond 1575 was Willem Schuijten eigenaar van dit pand met tuin. Hij betaalt 10e penning in 1558 en 1561. En uit die belastingregisters is te zien, dat het toen werd verhuurd aan Steven Gerritsz, kuiper.
Op 5-8-1579 verkopen de zonen van Willem, Hendrick Willemsz van Craecken en mr. Huibrecht Merevin het onroerend goed aan de kanunnik Lodewijk van Treslong III. In 1585 vermeld als Lodewijck van Treslongs tuijn.

6. Middelstegracht 2a/h
van 1546 wordt mr Willem Schuijten in den Gulden Aernt vermeld als belender van dit perceel. Bij het betalen van de 10e penning in 1561 blijkt dat hij eigenaar is. Hij verhuurt het aan Aeltgen Jorijsdr.
Op 18-9-1565 verkoopt Willem Schuijten het onroerend goed aan Jan Govertsz, verwer. Bij de verkoop wordt vermeld dat het een vervallen huisje met erf is op de Middelstegraft.

7. Sint Jorissteeg 23 (op de plek waar nu een parkeergarage met winkel staat)
Bij de betalingen van de tiende penning in 1558 en 1561 wordt mr. Willem Schuijten als eigenaar vermeld (van een huis en erve). In 1561 wordt het verhuurd aan Bartholomeus, koorddraaier. Het is voor 25-5-1579 verkocht aan Sebastiaen Pietersz, klompenmaker.

functie:
In den Gulden Aernt

vermelding:
PAPEKOP
leen 167. De tiende van 5 hoeven in het land van Stein, strekkend van de IJssel tot de reeweg, oost: de Ruhroekse wetering, west: Otto Borre van Amerongen; de tiende van Broekhuizen, boven: de Waddinxveense wetering, heneden: Nikolaas heer Jacobsz.; de tiende van 25 morgen aan de Oude Gouwe, oost: Jan van Leeuwen, west: de scheiding van Bloemendaal; de heerlijkheid van de Vrije hoeve, groot 58 morgen, strekkend van de IJssel tot het land van Brederode, west: de elf hoeven, oost: Kalverbroek.
...
30-4-1555: Willem Schuyten voor Florentia van Kraken, zijn vrouw, met de helft zoals Willem van Alkemade Florisz., haar oudoom, die stierf in 1492, en gehuwd was met Gijsberta van Noordwijk, die stierf in 1512, waarna kwam op Elisabeth, haar dochter, die stierf 1552 en onnozel was, niet kon lezen en schrijven en wier belening niet gevonden was, LRK 128 c. Nd.- Holland fol. 17v-19v.
1-3-1563: Willem van Alkemade Willemsz. bij dode van Florentia van Kraken met de helft, LRK 130 c. Nd.-Holland fol. 6, LRK 133 fol. 75-76.
10-8-1576: Hendrik van Kraken bij dode van Willem van Alkemade, zijn broer, met de helft, LRK 133 fol. 76.
4-3-1578: Jacob van der Maat bij dode van Cornelis, zijn vader, met het geheel, LRK 134 fol. 36v-37v.

vermelding:
Civiele zaken Holland en Zeeland
1054/341 18-3-1559: sc. in de zaak hangende voor dit hof tussen mr. willem schuyten won. tot leiden, compt. in cas d’appel ende bij rekeste civile ter eenre ende ghijsbert claesz. schout van rokang(e), gede. ende gerequi- reerde ter anderen zijde.
1056/32 19-4-1570: op de differenten geresen voor dit hof tussen de voogden tussen de wezen ende kinderen van wijle mr. jacob exalto impt. van sallaris ende verwerers in reconventie ter eenre ende mr. willem schuijte notaris won. tot leiden gede. ende eisser in reconventie ter anderen zijde.
1057/52 14-7-1571: op de differenten geresen voor dit hof tussen de weduwe ende erfgen. van mr. jacob exalto eissers in raeu actie ende verweerders in reconventie ter eenre ende mr. willem schuijte ende willem van alkemade tot leiden verweerders (!) ende eissers resp. ter anderen zijde.

vermelding:
Cornelis Zijmonsz. Voegelaer heeft gebruikt in huur een woning met berg, schuur met 7 morgen toegemaakt weiland daaraan van mr. Willem Schuijt wonende te Leiden
Pieter Aerntsz. heeft gebruikt in huur een woning en huising met 9½ morgen toegemaakt weiland daaran van mr. Willem Schuijt wonende te Leiden

vermelding:
Geannoteerde goederen in Rijnland ca. 1576:
Eerst upte Hogewoerdt
Vande huijsinge van meester Willem Schuijt waer van Heijnrick van Craecken de drie delen vandien toecomende ende tvierde paert gehuijert hadde voir vier ponden. Ende heeft den rentmeester alhier nijet ontfangen deur dien de pacificatie voir handen was ende overzulcx in gebreecke es gebleven zijn belooffde huijre te betalen. Ende daeromme hier nijet

Geannoteerde goederen van de kloosters en kerken in Leiden en Rijnland
1572: Van Mr. Willem Schuijt over een jaerlicxe pacht staende op zijn huijssinge, verschenen als voren £ 0- 02-07.
Item van eenen pacht spreeckende op Mr. Willem Schuijt, daer van hier voren int 2e artikel folio 94 verso gerespondeert is, jaerlicx bedragende £ 0-02-8.

vermelding:
ONA Leiden 352 6-6-1575: Inventaris van meubelen, goederen en huijse van mr. Willem Schuijten door hem achtergelaten op verzoek van Andries Schod, rentmeester van de geannoteerde goederen in het kwartier van Leiden en Rijnland.
In de inventaris o.a. meubelen in een kantoor, de kleine meerkamer, de koecken/keuken?, de grote meerkamer, het kamertje boven de kleine meerkamer, het groene kamertje, op de kamer over de grote meerkamer, op de kamer over de koecken, op de kamer over de zaal, het kamertje voor de dienstmaagd.

vermelding:
ONA Leiden 16-8-1575: de erfgenamen van Mr Willem Schuijten worden te Leiden vermeld als belender van een huis aan de Bredestraat, genaamd die Roode Leeuw

vermelding:
Charters Zoeterwoude
Regest 06-04-1591.
Wij Gijsbrecht Vermij Huijbrechtsz. schout ende Jan Willemsz. Wortel ende Willem Fransz. buijrluijden inden ambachte van Zoeterwoude doen cont ende kennelick eenen ijegelick dat voor ons in eijgen persoon gecomen es Willem van Craecken van der Laen poorter tot Leijden ende drouch op meester Huijbrecht Schuijten van Merevin sijn comparants oom alle alsulc recht als hem comparant manieren ende vuijt wat saecke dat tot sij comparanten mach aen sesthien morgen lants mette huijsen, bergen, boomgaerden, schuijren, bepotingen ende beplantingen daer op staende off behorende, so groot ende cleijn als die tegenwardelicken gebruijct werden bij Adriaen Jansz. ende gecomen sijn vuijten sterffhuijse van Mr. Willem Schuijten met lasten het sij van erffpachten off renten daer vuijtgaende geconstitueert bij het leven van de voorsz. meester Willem Schuijten. Welcke renten sullen loop hebben tot last vande voorsz. meester Huijbrecht sedert Alreheijligen lestleeden ende belooffde die voorsz. comparant die voorsz. woninge ende landen te vrijen ende te waren van alle vordere lasten ende renten indien enige opbreecken mochten onder verbant van sijn persoon ende goederen tot bedwanck van allen rechten ende rechteren. Compareerde mede voor ons schout ende buijrluijden die voorsz. Mr. Huijbrecht belovende den voorsz. Willem van Craecken van der Laen dessells erfgenamen of actie van hem hebbende ten ewijgen dagen te houden costeloos ende schadeloos vande voorsz. erfpachte ende renten bij tleven van de voorsz. Mr. Willem Schuijten opte voorsz. woninge ende landen gestaen ende daer vuijt gegaen hebbende onder gelijck verbant ende bedwanck als voorsz. es. In kennisse des waerheijts hebbe ick schout voorsz. desen ten verlijde vande genompde comparanten mit mijn vuijthangende segel bevesticht ende bijden buijrluijden gedaen teijckenen. Upten 6e aprilis 1500 een ende tnegentich.
Was getekend: Willem Fransz.

vermelding:
HARINGHUIZEN
leen 104. 10 geersen land in Haringhuizen (1591: in de Wester Moerbuyk, genaamd Leenven of Floris weide)...
15-11-1419: Floris Willemsz. bij opdracht in ruil voor nr. 119, fol. 230v-231.
18-10-1492: Jan Florisz. voor Elisabeth, dochter van Willem Florisz. van Alkemade, bij dode van haar vader, fol. 231.
15-11-1551: Mr. Willem Schuyten te Leiden voor Florentia van Kraken Cornelisdr., zijn vrouw, zoals Floris Willemsz., fol. 231v-232.
28-11-1551: Frans Jansz. van Delft voor Jannetje, dochter van Jan Heerman, zijn vrouw, zoals Elisabeth, dochter van Willem Florisz. van Alkemade, fol. 232.
19-4-1560: Mr. Cornelis Fransz. van Delft bij dode van Jannetje Heerman, zijn moeder, fol. 232v.
2-3-1562: Willem van Alkemade, zoon van mr. Willem Schuyt, bij dode van Florentia van Kraken, zijn moeder, fol. 232v-233.
..-.-1569: Willem van Alkemade te Leiden vermeld, LRK 340 fol. 112v.
1-3-1575: Hendrik van Kraken Willemsz. bij dode van Willem van Alkemade, zijn broer, fol. 233.
2-11-1591: Mr. Pieter Olofsz., organist te Alkmaar, voor Willem van Kraken van der Laan te Leiden bij dode van Hendrik, diens vader, fol. 233v-234v.
10-4-1593: Albert Cornelisz. van Haringhuizen bij overdracht door mr. Pieter Olofsz. voor Willem van Kraken van der Laan, waarna overdracht aan Frans Albertsz. Rijp te Oudkarspel, fol. 234v-236v.

vermelding:
Op 19-6-1600 boekt het Gasthuis te Leiden een legaat uit de nalatenschap van Mr. Willem Schuijten ten behoeve van het Weeshuis

Overleden:
In 1581 vermeld als eigenaar van graf 5, streek 5 in de Pieterskerk te Leiden

Willem is getrouwd met Florentia Cornelisdr van Kraken vóór 1524 (civil). Florentia (dochter van Cornelis Jacobs van Kraken en Jonkvrouwe Elizabet Florisdr Heerman) is geboren circa 1490; is gestorven vóór 2 mrt 1562; is begraven in Leiden, Pieterskerk. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 22 okt 1516; Kwestie voor het Hof van Holland
• vermelding: van 1555 tot 1578; Leen van de Graven van Blois
• vermelding: van 9 mrt 1562; Legaat uit nalatenschap
• vermelding: tot 1593; Leen van de hofstad Egmond

Aantekeningen:

Waarschijnlijk een nakomeling van Pieter Johansz van Craecken die op 16-5-1408 een vicarie / kapel stichtte in het Zuideindse Gasthuis te Brielle en van Johan van Craecken Willemszn, die in 1482 een vicarie stichtte in de St. Katharinekerk te Brielle.

Ook vermeld als Florentia Cornelisdr Heermans

vermelding:
Hof van Holland 22-10-1516: Jan Cornelisz (van Honthorst) als man en voogd van jonkvrouw Agniese Floris Heermansdr is eiser; jonkvrouw Flore van Craken met Cornelis Heerman haar voogd is verweerster in zaak betreffende rentebrieven op het land in Beverwijk. Verweerster zegt dat die brieven haar gegeven waren in willige handen door jonkvr. Agniese Florijs Heermansdr, haar moeije en dat zij met een som van 100 cronen had betaald.
Het Hof handhaaft de uitspraak van Leiden en veroordeelt de eiser.

vermelding:
PAPEKOP
leen 167. De tiende van 5 hoeven in het land van Stein, strekkend van de IJssel tot de reeweg, oost: de Ruhroekse wetering, west: Otto Borre van Amerongen; de tiende van Broekhuizen, boven: de Waddinxveense wetering, heneden: Nikolaas heer Jacobsz.; de tiende van 25 morgen aan de Oude Gouwe, oost: Jan van Leeuwen, west: de scheiding van Bloemendaal; de heerlijkheid van de Vrije hoeve, groot 58 morgen, strekkend van de IJssel tot het land van Brederode, west: de elf hoeven, oost: Kalverbroek.
...
30-4-1555: Willem Schuyten voor Florentia van Kraken, zijn vrouw, met de helft zoals Willem van Alkemade Florisz., haar oudoom, die stierf in 1492, en gehuwd was met Gijsberta van Noordwijk, die stierf in 1512, waarna kwam op Elisabeth, haar dochter, die stierf 1552 en onnozel was, niet kon lezen en schrijven en wier belening niet gevonden was, LRK 128 c. Nd.- Holland fol. 17v-19v.
1-3-1563: Willem van Alkemade Willemsz. bij dode van Florentia van Kraken met de helft, LRK 130 c. Nd.-Holland fol. 6, LRK 133 fol. 75-76.
10-8-1576: Hendrik van Kraken bij dode van Willem van Alkemade, zijn broer, met de helft, LRK 133 fol. 76.
4-3-1578: Jacob van der Maat bij dode van Cornelis, zijn vader, met het geheel, LRK 134 fol. 36v-37v.

vermelding:
Op 9-3-1562 noteert het Gasthuis te Leiden een lagaat van Florentie van Craecken aan het St. Catharinagasthuis

vermelding:
HARINGHUIZEN
leen 104. 10 geersen land in Haringhuizen (1591: in de Wester Moerbuyk, genaamd Leenven of Floris weide)...
15-11-1419: Floris Willemsz. bij opdracht in ruil voor nr. 119, fol. 230v-231.
18-10-1492: Jan Florisz. voor Elisabeth, dochter van Willem Florisz. van Alkemade, bij dode van haar vader, fol. 231.
15-11-1551: Mr. Willem Schuyten te Leiden voor Florentia van Kraken Cornelisdr., zijn vrouw, zoals Floris Willemsz., fol. 231v-232.
28-11-1551: Frans Jansz. van Delft voor Jannetje, dochter van Jan Heerman, zijn vrouw, zoals Elisabeth, dochter van Willem Florisz. van Alkemade, fol. 232.
19-4-1560: Mr. Cornelis Fransz. van Delft bij dode van Jannetje Heerman, zijn moeder, fol. 232v.
2-3-1562: Willem van Alkemade, zoon van mr. Willem Schuyt, bij dode van Florentia van Kraken, zijn moeder, fol. 232v-233.
..-.-1569: Willem van Alkemade te Leiden vermeld, LRK 340 fol. 112v.
1-3-1575: Hendrik van Kraken Willemsz. bij dode van Willem van Alkemade, zijn broer, fol. 233.
2-11-1591: Mr. Pieter Olofsz., organist te Alkmaar, voor Willem van Kraken van der Laan te Leiden bij dode van Hendrik, diens vader, fol. 233v-234v.
10-4-1593: Albert Cornelisz. van Haringhuizen bij overdracht door mr. Pieter Olofsz. voor Willem van Kraken van der Laan, waarna overdracht aan Frans Albertsz. Rijp te Oudkarspel, fol. 234v-236v.

Overleden:
In de grafboeken voor 1581 van de Pieterskerk te Leiden staat vermeld: Jonffrou Florentia Heermans nu Claes Schuylen (!sic) huysvrou

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1520; Beleningen na overlijden Philip van der Laan
• vermelding: van 1520 tot 1592; Leen van Putten
• vermelding: van 1523 tot 1579; Lenen van de Domproosdij te Utrecht
• vermelding: van 1524 tot 1530; Leen van de hofstede Heemskerk
• vermelding: tot vóór 1533; Vertrokken naar Italië
• vermelding: van 1535 tot 1580; Grafelijke lenen Graaf van Holland
• vermelding: van 11 jan 1550; Huwelijkse voorwaarden
• vermelding: van 29 nov 1560; Onder curatele stelling
• vermelding: van 18 jul 1591; Erfeniskwestie
• vermelding: tot 1596; Leen van de hofstede Teilingen
• vermelding: tot 1602; Leen van Polanen
• vermelding: van 3 mrt 1618; Getuigenis over familierelaties

Aantekeningen:

vermelding:
PERNIS
58A. 9 gemet 2 lijn land in de Eijfel.
7 gemet 1 lijn 4 roede land in de Hoeck van de Eijfel.
9 gemet land daar ten westen van gelegen.
3½ gemet land in Roeden.
3 lb 3 schelling hollands per jaar verzekerd op het huis dat van Voppe Boudijnsz. was te Gheervliet.
20-11-1520: Willem van der Laen bij dode van zijn vader Phillips van der Laen (L.H. 124, cap. Noord-Holland, fol. 25v).
22-4-1533: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, grootvader: Engelbrecht Jacobsz. van Eijndegheest, bij dode van haar vader Willem van der Laen (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
Het leen 58A is gesplitst in 58C en 58D.
Leen 58C
19-5-1554: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
15-12-1557: Margriete Jacobsdochter, vader: Jacob Willemsz., bij dode van jonkvrouwe Barta van der Laen (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 29).
1-12-1563: Jonkvrouwe Phillipote van der Laen, Willemsdochter, gehuwd met Heyndrick van Craecken Willemsz. bij dode van haar nicht jonkvrouwe Margriete Jacobsdochter (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 10v).
10-7-1564: Willem van Kraecken Heyndricxz., onmondig, vader Heyndrick Willemsz. van Kraecken, bij dode van zijn moeder jonkvrouwe Phillippote van der Laen, behoudens de lijftocht van zijn vader (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 18).
Het leen 58C is gesplitst in 58E en 58F.
Leen 58E. 7 gemet 1 lijn 4 roede land.
18-9-1592: Adriaen Zegersz., dijkgraaf van IJffelsenbroeck, na overdracht door Willem Heijndricxz. van Craecken (L.H. 138, fol. 36).
58F. De helft van 9 gemet land.
15-7-1592: Cornelis Willemsz. den Ouden na overdracht door Willem Heyndricxz. Craecken
van der Laen (L.H. 138, fol. 37v).
Leen 58D
19-5-1554: Raes van Roden Pietersz. na overdracht door jonkvrouwe Barte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 3v).

vermelding:
20-11-1520: Willem van der Laen Philipsz is na het overlijden van zijn vader Philip beleend met
- de helft van een thiend gelegend te Koudekerk in den Laegen Waerde die Philips verkreeg door koop van Gilles van Valckestein
- de wederhelft van vrschr. thiend genaamd de Grieppick
- een huijsinge geheeten dat Clockhuijs te Leijden aan de Blauwen steen
- onder Arnt's huijs van Roeden land bij 's-Gravenambacht en bij Geervliet

Philips van der Laen had het erfleen van het Clockuijs te Leiden op 12-1-1502 verkregen na overdracht door Machtelt van Rijswicke en Gillis van Valckenstein

Het Clockhuys (Klokhuis) was een stenen huis in de Nederlandse stad Leiden. Het dankte zijn naam aan de klok die daar ten behoeve van de stad was opgehangen om zowel de tijd aan te geven als om geluid te worden ten tijde van brand of ander gevaar.
In het centrum van Leiden, op de hoek van de Breestraat en de Maarsmansteeg vlak bij de Blauwe Steen, stond rond 1300 een stenen huis of toren eigendom van Willem III graaf van Holland en Zeeland. De Maarsmansteeg heette toen nog de Bruggenstraat, want die leidde naar wat toen de belangrijkste brug was. De stad had in die tijd nog geen stadhuis en kreeg van de graaf toestemming om aan de buitenzijde van het stenen huis een klok op te hangen. In 1381 was sprake van een "campana horarum", dat wil zeggen van een uurklok, die blijkbaar vooraan het huis bevestigd was. Het was geen slagwerk en wijzerplaat maar een metalen klok die door hamerslagen van de stadswachten geluid werd. Dat deden ze ook bij brand of ander gevaar om de burgerij te alarmeren.
De functie van stadsklok werd overgenomen door het nieuwe stadhuis, maar het Clockhuys zou nog tot het midden van de 15e eeuw bestaan hebben. De plek van het Clockhuys is daarna altijd bebouwd geweest

De Blauwe Steen is een historisch markeerpunt in het wegdek op de kruising van de Breestraat, Pieterskerkchoorsteeg en Maarsmansteeg in de binnenstad van de Nederlandse stad Leiden. De steen is een gladde zeshoekige arduinsteen (uit België) die vanwege de blauwe kleur bekendstaat als de Blauwe Steen. Naast deze steen kent Leiden ook een Rode en een Witte Steen.
De Blauwe Steen ligt op het symbolisch middelpunt van de vier kwartieren (of vierendelen), waarin de middeleeuwse stad Leiden tot de eerste uitbreiding van 1294 verdeeld was. De namen van de kwartieren waren ontleend aan de daarin gelegen belangrijkste gebouwen: het Gasthuis, Vleeshuis, Wanthuis en Wolhuis. In 1321 wordt voor het eerst melding gemaakt van de Blauwe Steen. Niet primair als grenssteen, maar als rechtplaats.[1] De steen is waarschijnlijk in de loop der tijd meerdere malen vervangen. Zo is de steen in ieder geval bij de aanleg van de paardentram rond 1880 weggehaald. Door toedoen van de vereniging Oud Leiden is in 1910 opnieuw een steen geplaatst. De huidige steen is dus niet origineel, maar bevindt zich nog altijd op de oorspronkelijke locatie.
De Blauwe Steen zou de gerechtsplaats zijn geweest van de gemeenten en poortersschappen.
Van de Blauwe Steen in Leiden is bekend dat daar (dood)straffen werden uitgevoerd.

vermelding:
LEIDERDORP
leen 10D. De helft van 5 morgen land, (1558: 2 morgen land), belend ten noorden: Katherijn Gherijt Mourijnsdochter (1572: Claes Vranckenz.), ten zuiden: Dirck Bouwensz. van Zweten (1572: Jan van Endegeest), (1572: gemeen in 16 morgen land, waarin Isaack Symonsz. van der Graft 8 morgen, de erfgenamen van Willem Aertsz. 2 morgen, Willem van Zijll 2 morgen en heer Foye van Zijll 2 morgen bezitten).
1-6-1474: Lijsbeth Willem Philips Hoecksdochter, gehuwd met Joas van der Laen (1b, fol. 76v).
15-1-1523: Jonkvrouwe Berte van der Laen, gehuwd met Adriaen van Zonneveld Noutenz., na overdracht door haar broer Willem van der Laen Philipsz. (3, fol. 198).
10-1-1544: Willem Aertsz. (2370; vermeld op 15-10-1558 en 3-5-1562, Staten 1012 en 1331).


leen 11. 1 hoeve land in de Acht Hoven (1450: groot 16 morgen, belast met 1½ oude schild ten behoeve van de domproosdij), (1611: belend ten oosten: Pieter Claesz. Ket, ten westen: Willem Aelwijnsz. van der Woert).
2-3-1450: Dirc Boudijnsz. van Zwieten mag, daar hij geen kinderen heeft, bij testament over het leen beschikken. (1b, fol. 36v).
3-6-1488: Jan Diericksz. te versterven op de nakomelingen van zijn vader Dierck Engelbrechtsz. (2a, fol. 112).
29-9-1489: Dierck Engelbrechtsz. bij dode van zijn zoon Jan Diericksz. (2a, fol. 115).
3-10-1495: Dierck Engelbrechtsz. tocht zijn vrouw Katherijn Willemsdochter, gemachtigde: meester Pieter Velleman, kanunnik van sint Pancraes te Leyden. (2a, fol. 125).
3-9-1510: Engebrecht Jacobsz. bij dode van zijn oom Dirck Engbertsz., behoudens de lijftocht van diens weduwe Katrijn Willemsdochter. (2b, fol. 72v).
..-.-1...: Jan Engebrechtsz. te Leyden (met zijn broers, vermeld 24-12-1543, Rijnland 5463).
..-.-1...: Meester Jacob van Endegheest te Leyden (vermeld op 15-10-1558 en 3-5-1562,
Staten 1012 en 1331).
16-11-1579: Willem van Craken van der Laen, onmondig, zoon van Henrick van Kraken en wijlen Philippa van der Laen, hulde door Ysbrant Jacobsz. van der Bouchorst, gemachtigd d.d. 24-4-1570 voor weesmeesters van Leyden door diens voogden Cornelis van Noorden Jacobsz., meester Gerard Hoogstraten en Marten van Endegeest, bij dode van zijn moeders moeder jonkvrouwe Geertruyt van Endegheest, weduwe van Willem van der Laen. (2373).

Leen 13D. De helft van 5 morgen land (1532: gemeen met Gherit van Zijll Willem Foeykensz. van Zijll).
1-6-1474: Lijsbeth Willem Philips Hoecksdochter, gehuwd met Joes van der Laen. (1b, fol. 76v).
15-1-1523: Jonkvrouwe Berte van der Laen, gehuwd met Adriaen van Zonnevelt Noutenz., na overdracht door haar broer Willem van der Laen Phillipsz. (3, fol. 198).

Leen 15 18 morgen land met huis en boomgaard tussen de Rijn en Achterdijk, belend ten zuiden: Dirck Jansz. van Zijl (1474: Cleymens Dirck Janszoonsdochter van Zijl, gehuwd met Lourens Wilhelmsz., 1523: de erfgenamen van Florijs van Zijil), ten noorden: het kapitel van den Hogenlande te Leyden, (1611: ten zuidwesten: de weduwe en de erfgenamen van jonkheer Pieter van der Dous, ten noordwesten: Henrick Simonsz.).
15-1-1523: Willem van der Laen Phillipsz. na overdracht door Jacop van der Wijele. (3, fol. 197v).
..-.-1...: De weduwe van Willem van der Laen (vermeld 24-12-1543, Rijnland 5463).
..-.-1...: Margriet Jacobsdochter van der Laen te Leyden (vermeld 15-10-1558 en 3-5-1562, Staten 1012 en 1331).
..-.-1...: Hendrick van Craecken (vermeld 1584 en 1588, Rijnland 5464).

vermelding:
ALPHEN
8. 2 morgen land in Alphen, strekkend van de Loet tot Spoelwijk, oost: de leenman (1381: Nikolaas van Noorden; 1524: oude Beukel van der Goude), noord: Jacob die Brede (1381: Jacob van der Loet en kinderen Willem van der Loet; 1524: oude Beukel van der Goude), (1524: zuid: Fihps Nachtegaal, west: erven Jacob van Borsele).
17-10-1510: Filips van der Laan voor Elisabeth Willemsdr., zijn moeder, bij dode van mr. Jacob Hoek, haar broer, LRK 123 c. Nd.-Holland fol. 27v-28.
11-3-1524: Adriaan van Zonneveld voor Willem van der Laan Filipsz., zijn zwager, die buitenslands is, bij dode van Elisabeth Willemsdr., diens grootmoeder, LRK 124 c. Nd.-Holland fol. 61.
29-12-1530: Reiner Pietersz. te Alphen bij overdracht door Willem van der Laan, LRK 125 c. Nd.-Holland fol. 31v.

vermelding:
Willem vertrok wegens een grote schuldenlast uit Holland. Hij liet meer schulden na dan goederen. Zijn kinderen werden bij zijn schoonouders opgevoed.

vermelding:
VLAARDINGEN
leen 68 . 5 morgen land in Janscomp (1535: in de woning en bruikwaar van Clays Heyn), strekkende tot de weg met de erbij behorende dijk (1346: en met twee hofsteden: te Clattenborch op de westzijde, belend ten westen: de proost van Conincvelt, ten oosten: de weg die door de schepenen wordt geschouwd, 1535: de Hogerhucxseweg, 1578: de Baetweyde, ten zuiden: Han Evegheer, 1418: Dirc van der Hoirn, 1535: Pieter Simonsz., 1578: de Biescamp, ten noorden: Arnd Sisere, 1418: Screvel Vranckenz., 1535: Jacob Gerritsz. stierman, 1578: de Holysche weg), pachter: (1593: Adriaen Lenertsz., 1626: Claes Bastiaensz., 1628: Jan Klinckenberg).
15-12-1535: Meester Jacob Engebrechtsz. van Eyndegheest bij dode van zijn vader Engebrecht Jacobsz. (L.H. 125, cap. N.H., fol. 95v).
24-7-1578: Geertruy van Endegeest Engebrechtsdochter, weduwe van Willem van der Laen, hulde door Jan van Leuwen Huygensz. volgens procuratie d.d. 10-7-1578 voor notaris IJsbrant Jacobsz. van Bouchorst, bij dode van haar broer meester Jacob Engebrechtsz. van Endegeest (L.H. 134, fol. 123v).
22-3-1580: Willem van Craeken van der Laen, onmondig, hulde door IJsbrant Jacobsz. van Bouckhorst, bij dode van Geertruyt van Endegeest Engelbrechtsdochter (L.H. 135, fol. 63)

leen 305A. De helft van het leen, (1390: zijnde een koren- en smaltiende; 1520: in de Lage Waard in Koudekerk; 1533: gelegen buiten Leiden in de Gnepwijk).
18-4-1502: Filips van der Laan bij overdracht door Arnout Jansz., deurwaarder, voor Gillis van Valkestein, LRK 122 c. Nd.-Holland fol. 37.
20-11-1520: Willem van der Laan bij dode van Filips, zijn vader, LRK 124 c. Nd.-Holland fol. 25v-26.
3-3-1533: Adriaan van Zonneveld voor Joost, zijn zoon, bij koop na de dood van Willem van der Laan, diens oom, voor 22 pond groten Vlaams aan Heineman van de Ketel, ontvanger van de épargne, LRK 125 c. Nd.-Holland fol. 55-56.

vermelding:
Leiden 11-1-1550: huwelijkse voorwaarden tussen:
- Jacop Willems, wiens vader is Willem Dirccz, olijslager en zijn broer is Dirck Willems. Jan Claesz Cornelis is zijn oud oom.
- Baertgen Willems van der Laen, met consent van haar moeder Geertruijt van Endegeest, weduwe van Willem van der Laen, en haar omen meester Jacop van Endegeest, priester en Jan van Endegeest, en haar oudoom, IJsbrant Jacops, priester en kanunnik van Sint Pancreas college te Leiden.

Jacop Willemsz brengt in de goederen hem aangekomen uit de nalatenschap van Margriete Florijs, zijn moeder en van Geertruijt Gerijtsdr. zijn oude moeder, beide zaliger. Er volgt een uitgebreide beschrijving van de bezittingen.
Baertgen brengt in een woning met huijsing, burgt, geboomte en beplanting en 18 morgen land en toebehoren te Leiderdorp. Ook nog andere bezittingen. etc.

vermelding:
29-11-1560: Hollandse leenkamer - akte van curatele
Verzoek ingediend door vrienden en magen van Vincent van Bakenesse, gevangen op de Voorpoorte te Den Haag van den Hove van Holland. Verzoek door Philips Jacobsz van der Laen voor hem zelf en uit naam van Katrijn Jacobsdr zijn zuster, kinderen van Jacob van der Laen, die een broer was van Vincent van Bakenesse; met Heijndrick Willems van Craken uit naam van zijn huisvrouw, dochter van Willem van der Laen, ook broeder van Vincent.
Jan en Nicolaas van Berendrecht, schout van Leiden, krijgen toezicht.
Vincent wordt vrijgelaten maar zal te Leiden onder toezicht moeten staan.

vermelding:
580/180 18-7-1591
Heynrick van Craecken tot Leiden voor hem zelve ende als voogd van Willem van Craecken ende van der Laen zijn zoon verwekt bij juffr. Phillippe van der Laen, contra Pouwels Cornelisz. voor hem zelve ende als t exploit geaccepteert hebbende voor Ysaack Cornelisz. Inzake de verkoop van land in de ban van Alphen uit de nalatenschap van Philips van der Laen. De grootvader van het kind, Willem van der Laen, had al land genoten van Adriaen Outgarens van Sonnevelt, man van Baerta van der Laen (18 margen te Leiderdorp). Willem was in het buitenland gestorven met meer schulden dan goed. Zijn kinderen Baertgen, Maritgen en Pilippotgen waren thuis gebracht bij hun grootvader Engelbrecht van Endegeest. Jacob Willems die gehuwd was met Baertgen was na processen voor het Hof van Holland en de raad van Mechelen alsnog tot erfgenaam van zijn kind benoemd. Eiser is niet ontvankelijk

vermelding:
OEGSTGEEST
leen 38. De halve koren- en smaltiende (1329: van Leidermersch; 1463: buiten Leiden in Oegstgeest; 1399: gemeen met de abdis van Rijnsburg) tussen Marnedijk en Holdesclage, (1629: samen met nr. 39 f 4200,- waard).
...
6-5-1484: Allard Evertsz. voor Elisabeth Andriesdr. bij dode van Dirk Andriesz. alias Poes, haar broer, binnensjaars na de dood van Pieter Andriesz., hun broer, LRK 120 c. Nd.-Holland fol. 9.
7-5-1484: Jan Dirk Engbertszz. bij overdracht door Allard Evertsz. voor Elisabeth Andriesdr., zijn tante, LRK 120 c. Nd.-Holland fol. 9v-10.
6-11-1487: Dirk van Boneem voor Dirk Engbertsz. bij overdracht door Jan, diens zoon, LRK 120 c. Nd.-Holland fol. 36v-37.
7-10-1510: Engbert Jacobsz. bij dode van Dirk Engbertsz., zijn oom, LRK 123 c. Nd.-Holland fol. 27v.
15-12-1535: Jan Engbertsz. voor mr. Jacob Engbertsz. van Endegeest, priester, zijn broer, bij dode van Engbert, diens vader, LRK 125 c. Nd.-Holland fol. 95v.
24-7-1578: Geertruy van Endegeest Engebrechtsdochter, weduwe van Willem van der Laen, hulde door Jan van Leuwen Huygensz. volgens procuratie d.d. 10-7-1578 voor notaris Idsbrant Jacobsz. van Bouchorst, bij dode van haar broer meester Jacob Engebrechtsz. van Endegeest (1.h. 134, f 123~1.
22-3-1580: Willem van Craeken van der Laen, onmondig, hulde door IJsbrant Jacobsz. van Bouckhorst, bij dode van Geertruyt van Endegeest Engelbrechtsdochter [I.h. 135, f ‘63). 5-5-1593: Willem van Craecken van der Laen doet zelf hulde (1.h. 135. f 631.
15-7-1596: Maarten van Schouwen van Endegeest bij overdracht door Willem van Kraken van der Laan, LRK 139 fol. 23v-24.

vermelding:
HAZERSWOUDE
Leen 16. 13 morgen land (1482: met woning; 1602: huis, berg, schuur en beplanting in 15 morgen) in Hazerswoude en Zoeterwoude, strekkend van de Rijn tot de Burgmade, oost: Jan Nikolaas Tedenz. c.s. (1569: Gerard Boudijnsz.), west: Pieter Hugenz. (1569: Jan Adriaansz.), (1569: jaarlijks 29 pond waardig, waarvan de pacht 20 jaar vaststaat), (1602: waarvan 4 morgen in Zoeterwoude, noord: Gerard de Man Jansz., waard in de Boom, west: de wetering, zuid: Dirk Nikolaasz., oost: Jacob Thomasz.).
26-5-1435: Dirk Boudijnsz. van Zwieten bij opdracht uit eigen in ruil voor het leen Haarlem, nr. 36 (Ons Voorgeslacht, 1997, blz. 681) vermeld 1472, 6461 fol. 326v, LRK 283 fol. 117.
15-6-1482: Pieter Andriesz. bij dode van Dirk van Zwieten, zijn oom, 6462 fol. 76.
4-7-1482: Lijftocht van Katharina, dochter van Jacob Bernardsz., gehuwd met Pieter Andriesz., op de mindere helft, 6462 fol. 76v.
29-7-1510: Pieter van den Zijl voor heer IJsbrand Jacobsz., priester, bij dode van Dirk Engbertsz., 6463 fol. 61.
2-10-1510: Engbert Jacobsz. bij dode van Dirk Engbertsz., zijn oom, 6463 fol. 62v-63.
8-3-1569: Willem, zoon van Hendrik van Kraken en Filipote van der Laan, burgeres van Leiden, bij dode van Geertruida, dochter van Engbert van Endegeest, weduwe Willem van der Laan, zijn grootmoeder, te Leiden, die aankwam van Jacob van Endegeest, haar broer, zoals Geertruida vermaakte aan Hendrik, zijn vader, LRK 289 c. Polanen fol. 2-3v, 6464 fol. 7v-11, LRK 340 fol. 26v-27.
6-7-1597: Verpand door Willem van Kraken van der Laan voor de verkoop van 9 morgen in Hazerswoude aan Wouter Jansz., Arnout Pietersz., Nikolaas en Gerard Nikolaasz. en Nelle Dirksdr., weduwe Jan Willemsz., allen te Hazerswoude, die al huurden, 6465 fol. 198. 9
9-9-1602: Willem van Kraken van der Laan te Leiden, 6465 fol. 193v-198v.

vermelding:
ONA Leiden 3-3-1618: Juffrouw Agneta van Sonnevelt, ongehuwd, wonend te Leiden getuigt op verzoek van de kinderen en erfgenamen van zal. Willem van Craecken van der Laen, dat haar vader zal. Joost van Sonnevelt, die in zijn leven getrouwd was geweest met juffr. Baerta van der Laen. Baerta was een zus van Willem van der Laen, die bij zijn vrouw juffr. Geertruijt van Endegeest geprocreert heeft Philippina van der Laen, die getrouwd was met Henric van Craecken. Uit dit huwelijk Willem Craecken van der Laen, vader van de requiranten.
Baerta en Willem van der Laen waren weer kinderen van zal. Philips van der Laen.
Akte opgemaakt in het huis van Agneta in de Bredestraat te Leiden
NB: Joost van Sonnevelt is waarschijnlijk een zoon van Baerte ipv echtgenoot

Overleden:
Begraven in de kapel van de hertog van Frasa

Willem is getrouwd met Geertruijt Engebrechtsdr van Endegeest circa 1525 (civil). Geertruijt (dochter van Engbert Jacobsz van Endegeest en Maria Paets van Sonneveld) is geboren op 28 jun 1504; is gestorven op 10 feb 1579 in Leiden. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 1520 tot 1592; Leen van Putten
• vermelding: van 1523 tot 1579; Lenen van de Domproosdij te Utrecht
• vermelding: van 1535 tot 1580; Grafelijke lenen Graaf van Holland
• vermelding: van 1537; Vermeld in lijfrenteregister van Leiden
• vermelding: van na 1542; Eigenaar huis Endegeest te Oegstgeest / land te Zoeterwoude
• vermelding: van 11 jan 1550; Huwelijkse voorwaarden
• vermelding: van na 1577; Erfgename van broer Jacob
• vermelding: van 1578; Vermeld als bewoner van pand in Leiden
• vermelding: tot 1583; Leen van de hofstad Egmond
• vermelding: van 18 jul 1591; Erfeniskwestie
• vermelding: tot 1596; Leen van de hofstede Teilingen
• vermelding: tot 1602; Leen van Polanen
• vermelding: van 3 mrt 1618; Getuigenis over familierelaties

Aantekeningen:

vermelding:
PERNIS
58A. 9 gemet 2 lijn land in de Eijfel.
7 gemet 1 lijn 4 roede land in de Hoeck van de Eijfel.
9 gemet land daar ten westen van gelegen.
3½ gemet land in Roeden.
3 lb 3 schelling hollands per jaar verzekerd op het huis dat van Voppe Boudijnsz. was te Gheervliet.
20-11-1520: Willem van der Laen bij dode van zijn vader Phillips van der Laen (L.H. 124, cap. Noord-Holland, fol. 25v).
22-4-1533: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, grootvader: Engelbrecht Jacobsz. van Eijndegheest, bij dode van haar vader Willem van der Laen (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
Het leen 58A is gesplitst in 58C en 58D.
Leen 58C
19-5-1554: Jonkvrouwe Baerte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 125, cap. Arckel, fol. 29v).
15-12-1557: Margriete Jacobsdochter, vader: Jacob Willemsz., bij dode van jonkvrouwe Barta van der Laen (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 29).
1-12-1563: Jonkvrouwe Phillipote van der Laen, Willemsdochter, gehuwd met Heyndrick van Craecken Willemsz. bij dode van haar nicht jonkvrouwe Margriete Jacobsdochter (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 10v).
10-7-1564: Willem van Kraecken Heyndricxz., onmondig, vader Heyndrick Willemsz. van Kraecken, bij dode van zijn moeder jonkvrouwe Phillippote van der Laen, behoudens de lijftocht van zijn vader (L.H. 130, cap. Arckel, fol. 18).
Het leen 58C is gesplitst in 58E en 58F.
Leen 58E. 7 gemet 1 lijn 4 roede land.
18-9-1592: Adriaen Zegersz., dijkgraaf van IJffelsenbroeck, na overdracht door Willem Heijndricxz. van Craecken (L.H. 138, fol. 36).
58F. De helft van 9 gemet land.
15-7-1592: Cornelis Willemsz. den Ouden na overdracht door Willem Heyndricxz. Craecken
van der Laen (L.H. 138, fol. 37v).
Leen 58D
19-5-1554: Raes van Roden Pietersz. na overdracht door jonkvrouwe Barte van der Laen, gehuwd met Jacob Willemsz. (L.H. 128, cap. Arckel, fol. 3v).

vermelding:
LEIDERDORP
leen 10D. De helft van 5 morgen land, (1558: 2 morgen land), belend ten noorden: Katherijn Gherijt Mourijnsdochter (1572: Claes Vranckenz.), ten zuiden: Dirck Bouwensz. van Zweten (1572: Jan van Endegeest), (1572: gemeen in 16 morgen land, waarin Isaack Symonsz. van der Graft 8 morgen, de erfgenamen van Willem Aertsz. 2 morgen, Willem van Zijll 2 morgen en heer Foye van Zijll 2 morgen bezitten).
1-6-1474: Lijsbeth Willem Philips Hoecksdochter, gehuwd met Joas van der Laen (1b, fol. 76v).
15-1-1523: Jonkvrouwe Berte van der Laen, gehuwd met Adriaen van Zonneveld Noutenz., na overdracht door haar broer Willem van der Laen Philipsz. (3, fol. 198).
10-1-1544: Willem Aertsz. (2370; vermeld op 15-10-1558 en 3-5-1562, Staten 1012 en 1331).


leen 11. 1 hoeve land in de Acht Hoven (1450: groot 16 morgen, belast met 1½ oude schild ten behoeve van de domproosdij), (1611: belend ten oosten: Pieter Claesz. Ket, ten westen: Willem Aelwijnsz. van der Woert).
2-3-1450: Dirc Boudijnsz. van Zwieten mag, daar hij geen kinderen heeft, bij testament over het leen beschikken. (1b, fol. 36v).
3-6-1488: Jan Diericksz. te versterven op de nakomelingen van zijn vader Dierck Engelbrechtsz. (2a, fol. 112).
29-9-1489: Dierck Engelbrechtsz. bij dode van zijn zoon Jan Diericksz. (2a, fol. 115).
3-10-1495: Dierck Engelbrechtsz. tocht zijn vrouw Katherijn Willemsdochter, gemachtigde: meester Pieter Velleman, kanunnik van sint Pancraes te Leyden. (2a, fol. 125).
3-9-1510: Engebrecht Jacobsz. bij dode van zijn oom Dirck Engbertsz., behoudens de lijftocht van diens weduwe Katrijn Willemsdochter. (2b, fol. 72v).
..-.-1...: Jan Engebrechtsz. te Leyden (met zijn broers, vermeld 24-12-1543, Rijnland 5463).
..-.-1...: Meester Jacob van Endegheest te Leyden (vermeld op 15-10-1558 en 3-5-1562,
Staten 1012 en 1331).
16-11-1579: Willem van Craken van der Laen, onmondig, zoon van Henrick van Kraken en wijlen Philippa van der Laen, hulde door Ysbrant Jacobsz. van der Bouchorst, gemachtigd d.d. 24-4-1570 voor weesmeesters van Leyden door diens voogden Cornelis van Noorden Jacobsz., meester Gerard Hoogstraten en Marten van Endegeest, bij dode van zijn moeders moeder jonkvrouwe Geertruyt van Endegheest, weduwe van Willem van der Laen. (2373).

Leen 13D. De helft van 5 morgen land (1532: gemeen met Gherit van Zijll Willem Foeykensz. van Zijll).
1-6-1474: Lijsbeth Willem Philips Hoecksdochter, gehuwd met Joes van der Laen. (1b, fol. 76v).
15-1-1523: Jonkvrouwe Berte van der Laen, gehuwd met Adriaen van Zonnevelt Noutenz., na overdracht door haar broer Willem van der Laen Phillipsz. (3, fol. 198).

Leen 15 18 morgen land met huis en boomgaard tussen de Rijn en Achterdijk, belend ten zuiden: Dirck Jansz. van Zijl (1474: Cleymens Dirck Janszoonsdochter van Zijl, gehuwd met Lourens Wilhelmsz., 1523: de erfgenamen van Florijs van Zijil), ten noorden: het kapitel van den Hogenlande te Leyden, (1611: ten zuidwesten: de weduwe en de erfgenamen van jonkheer Pieter van der Dous, ten noordwesten: Henrick Simonsz.).
15-1-1523: Willem van der Laen Phillipsz. na overdracht door Jacop van der Wijele. (3, fol. 197v).
..-.-1...: De weduwe van Willem van der Laen (vermeld 24-12-1543, Rijnland 5463).
..-.-1...: Margriet Jacobsdochter van der Laen te Leyden (vermeld 15-10-1558 en 3-5-1562, Staten 1012 en 1331).
..-.-1...: Hendrick van Craecken (vermeld 1584 en 1588, Rijnland 5464).

vermelding:
VLAARDINGEN
leen 68 68. 5 morgen land in Janscomp (1535: in de woning en bruikwaar van Clays Heyn), strekkende tot de weg met de erbij behorende dijk (1346: en met twee hofsteden: te Clattenborch op de westzijde, belend ten westen: de proost van Conincvelt, ten oosten: de weg die door de schepenen wordt geschouwd, 1535: de Hogerhucxseweg, 1578: de Baetweyde, ten zuiden: Han Evegheer, 1418: Dirc van der Hoirn, 1535: Pieter Simonsz., 1578: de Biescamp, ten noorden: Arnd Sisere, 1418: Screvel Vranckenz., 1535: Jacob Gerritsz. stierman, 1578: de Holysche weg), pachter: (1593: Adriaen Lenertsz., 1626: Claes Bastiaensz., 1628: Jan Klinckenberg).
15-12-1535: Meester Jacob Engebrechtsz. van Eyndegheest bij dode van zijn vader Engebrecht Jacobsz. (L.H. 125, cap. N.H., fol. 95v).
24-7-1578: Geertruy van Endegeest Engebrechtsdochter, weduwe van Willem van der Laen, hulde door Jan van Leuwen Huygensz. volgens procuratie d.d. 10-7-1578 voor notaris IJsbrant Jacobsz. van Bouchorst, bij dode van haar broer meester Jacob Engebrechtsz. van Endegeest (L.H. 134, fol. 123v).
22-3-1580: Willem van Craeken van der Laen, onmondig, hulde door IJsbrant Jacobsz. van Bouckhorst, bij dode van Geertruyt van Endegeest Engelbrechtsdochter (L.H. 135, fol. 63)

vermelding:
Lening aan de stad Leiden
Jaar aankoop: In 1537 of 1538
Rente: Lb. 0.3.4 en in 1546: Lb 0.20
Rentepercentage: 10e penning
Betaaldatum: 31 jan.
Kapitaal: Lb. 0.33.4
Begunstigden: Jan van Endegeest wonende te Leiden en zus Geertruut van Endegeest wonende te Leiden, overleden op 16-10-1581

In 1576 wordt een gedwongen lening vermeld van fl 30,- op naam van Jacob van Endegeest wonende te Leiden met zijn (niet met name genoemde) zuster

vermelding:
Vermeld in het morgenboek Rijnland - Zoeterwoude - 1542
Het huijs tEndegeest eijgenaer, Jan Dircxz. mijn lieven neef bruijcker ende is groot 3 M. 2 H. 8 R.
Nu (geen datum) W(ille)m van Craecken van der Laen die tselve geerft heeft van jouffrou Geertruijt van der Laen, bruijcker Jacob Adriaensz.

vermelding:
Leiden 11-1-1550: huwelijkse voorwaarden tussen:
- Jacop Willems, wiens vader is Willem Dirccz, olijslager en zijn broer is Dirck Willems. Jan Claesz Cornelis is zijn oud oom.
- Baertgen Willems van der Laen, met consent van haar moeder Geertruijt van Endegeest, weduwe van Willem van der Laen, en haar omen meester Jacop van Endegeest, priester en Jan van Endegeest, en haar oudoom, IJsbrant Jacops, priester en kanunnik van Sint Pancreas college te Leiden.

Jacop Willemsz brengt in de goederen hem aangekomen uit de nalatenschap van Margriete Florijs, zijn moeder en van Geertruijt Gerijtsdr. zijn oude moeder, beide zaliger. Er volgt een uitgebreide beschrijving van de bezittingen.
Baertgen brengt in een woning met huijsing, burgt, geboomte en beplanting en 18 morgen land en toebehoren te Leiderdorp. Ook nog andere bezittingen. etc.

vermelding:
Erft de goederen van haar broer Jacob, o.a. een tiend in Oegstgeest en een hofstede te Koudekerk

vermelding:
8. Hoek Nieuwstraat 4 en Van der Sterrepad 11 (was Burchgracht). Openbare bibliotheek Leiden Vermeld als Burgstreng. Het huidige gebouw dateert uit 1652.
Bij de betaling van de tiende penningen in 1558 en 1561 wordt kanunnik Jacob van Endegeest vermeld als eigenaar.
In 1578 Lijkt Geertruijt van Endegeest daar te wonen. Zij wordt dan vermeld als buur van een naastgelegen pand.
Vanaf 1580 is het pand verhuurd aan Mr. Gerrit Fransz van Hoogstraten.
Bij zijn huwelijk in 1585 met Margriete Symonsdr is Willem Hendricksz van der Laen eigenaar van het huis. Het echtpaar gaat daar ook wonen. Het huis wordt in 1585 vermeld als huijs in den houc.

vermelding:
Leen 154. 11 hont land in Oegstgeest, waarvan 7 hont: oost: de heer van Wassenaar (1603: de wees van Willem Kortzwager Cornelisz. bij Marietje Dirksdr.), noord: Nikolaas Rijn (1603: weduwe van jonkheer Proost), west: Nikolaas Hoisken (1603: erven Dirk Cornelisz., die woonde bij de brug te Oegstgeest; 1623: de leenman, de abdij Rijnsburg en het kapittel van Hogelande te Leiden), en 4 hont: noord: de graaf van Holland (1608: Maarten van Schouwen van Endegeest; 1638: Pieter Maartensz.), west: de heerweg, zuid: de voorsteeg, oost: (1638: Nikolaas Krijnen), (1569: jaarlijks 9 pond waardig).
7-10-1510: Engbert Jacobsz. zoals Dirk Engbertsz., fol. 465.
15-12-1535: Jan Engbertsz. voor mr. Jacob Engbertsz., priester, zijn broer, bij dode van Engbert Jacobsz., diens vader, fol. 465.
..-.-1569: Hendrik van Kraken voor heer Jacob van Endegeest, kanunnik te Leiden, LRK 340 fol. 119.
18-9-1578: Jan van Leeuwen Hugenz. voor Geertruida van Endegeest bij dode van mr. Jacob Engbertsz., haar broer, fol. 465v-466v.

Leen 154A. 7 hont in Oegstgeest.
13-8-1583: Willem van Kraken van der Laan bij dode van Geertruida van Endegeest, zijn grootmoeder, fol. 468v.
27-3-1594: Maarten van Schouwen van Endegeest bij overdracht door mr. Pieter Odolfsz., organist van Alkmaar, voor Willem van Kraken van der Laan te Leiden na naasting van diens verkoop aan Willem Frankenz., fol. 468v-469v.
154B. 4 hont in Oegstgeest.
9-10-1582: Maarten Nikolaasz. van Endegeest bij dode van Geertruida van Endegeest, zijn nicht, fol. 466v-467.

vermelding:
580/180 18-7-1591
Heynrick van Craecken tot Leiden voor hem zelve ende als voogd van Willem van Craecken ende van der Laen zijn zoon verwekt bij juffr. Phillippe van der Laen, contra Pouwels Cornelisz. voor hem zelve ende als t exploit geaccepteert hebbende voor Ysaack Cornelisz. Inzake de verkoop van land in de ban van Alphen uit de nalatenschap van Philips van der Laen. De grootvader van het kind, Willem van der Laen, had al land genoten van Adriaen Outgarens van Sonnevelt, man van Baerta van der Laen (18 margen te Leiderdorp). Willem was in het buitenland gestorven met meer schulden dan goed. Zijn kinderen Baertgen, Maritgen en Pilippotgen waren thuis gebracht bij hun grootvader Engelbrecht van Endegeest. Jacob Willems die gehuwd was met Baertgen was na processen voor het Hof van Holland en de raad van Mechelen alsnog tot erfgenaam van zijn kind benoemd. Eiser is niet ontvankelijk

vermelding:
OEGSTGEEST
leen 38. De halve koren- en smaltiende (1329: van Leidermersch; 1463: buiten Leiden in Oegstgeest; 1399: gemeen met de abdis van Rijnsburg) tussen Marnedijk en Holdesclage, (1629: samen met nr. 39 f 4200,- waard).
...
6-5-1484: Allard Evertsz. voor Elisabeth Andriesdr. bij dode van Dirk Andriesz. alias Poes, haar broer, binnensjaars na de dood van Pieter Andriesz., hun broer, LRK 120 c. Nd.-Holland fol. 9.
7-5-1484: Jan Dirk Engbertszz. bij overdracht door Allard Evertsz. voor Elisabeth Andriesdr., zijn tante, LRK 120 c. Nd.-Holland fol. 9v-10.
6-11-1487: Dirk van Boneem voor Dirk Engbertsz. bij overdracht door Jan, diens zoon, LRK 120 c. Nd.-Holland fol. 36v-37.
7-10-1510: Engbert Jacobsz. bij dode van Dirk Engbertsz., zijn oom, LRK 123 c. Nd.-Holland fol. 27v.
15-12-1535: Jan Engbertsz. voor mr. Jacob Engbertsz. van Endegeest, priester, zijn broer, bij dode van Engbert, diens vader, LRK 125 c. Nd.-Holland fol. 95v.
24-7-1578: Geertruy van Endegeest Engebrechtsdochter, weduwe van Willem van der Laen, hulde door Jan van Leuwen Huygensz. volgens procuratie d.d. 10-7-1578 voor notaris Idsbrant Jacobsz. van Bouchorst, bij dode van haar broer meester Jacob Engebrechtsz. van Endegeest (1.h. 134, f 123~1.
22-3-1580: Willem van Craeken van der Laen, onmondig, hulde door IJsbrant Jacobsz. van Bouckhorst, bij dode van Geertruyt van Endegeest Engelbrechtsdochter [I.h. 135, f ‘63). 5-5-1593: Willem van Craecken van der Laen doet zelf hulde (1.h. 135. f 631.
15-7-1596: Maarten van Schouwen van Endegeest bij overdracht door Willem van Kraken van der Laan, LRK 139 fol. 23v-24.

vermelding:
HAZERSWOUDE
Leen 16. 13 morgen land (1482: met woning; 1602: huis, berg, schuur en beplanting in 15 morgen) in Hazerswoude en Zoeterwoude, strekkend van de Rijn tot de Burgmade, oost: Jan Nikolaas Tedenz. c.s. (1569: Gerard Boudijnsz.), west: Pieter Hugenz. (1569: Jan Adriaansz.), (1569: jaarlijks 29 pond waardig, waarvan de pacht 20 jaar vaststaat), (1602: waarvan 4 morgen in Zoeterwoude, noord: Gerard de Man Jansz., waard in de Boom, west: de wetering, zuid: Dirk Nikolaasz., oost: Jacob Thomasz.).
26-5-1435: Dirk Boudijnsz. van Zwieten bij opdracht uit eigen in ruil voor het leen Haarlem, nr. 36 (Ons Voorgeslacht, 1997, blz. 681) vermeld 1472, 6461 fol. 326v, LRK 283 fol. 117.
15-6-1482: Pieter Andriesz. bij dode van Dirk van Zwieten, zijn oom, 6462 fol. 76.
4-7-1482: Lijftocht van Katharina, dochter van Jacob Bernardsz., gehuwd met Pieter Andriesz., op de mindere helft, 6462 fol. 76v.
29-7-1510: Pieter van den Zijl voor heer IJsbrand Jacobsz., priester, bij dode van Dirk Engbertsz., 6463 fol. 61.
2-10-1510: Engbert Jacobsz. bij dode van Dirk Engbertsz., zijn oom, 6463 fol. 62v-63.
8-3-1569: Willem, zoon van Hendrik van Kraken en Filipote van der Laan, burgeres van Leiden, bij dode van Geertruida, dochter van Engbert van Endegeest, weduwe Willem van der Laan, zijn grootmoeder, te Leiden, die aankwam van Jacob van Endegeest, haar broer, zoals Geertruida vermaakte aan Hendrik, zijn vader, LRK 289 c. Polanen fol. 2-3v, 6464 fol. 7v-11, LRK 340 fol. 26v-27.
6-7-1597: Verpand door Willem van Kraken van der Laan voor de verkoop van 9 morgen in Hazerswoude aan Wouter Jansz., Arnout Pietersz., Nikolaas en Gerard Nikolaasz. en Nelle Dirksdr., weduwe Jan Willemsz., allen te Hazerswoude, die al huurden, 6465 fol. 198. 9
9-9-1602: Willem van Kraken van der Laan te Leiden, 6465 fol. 193v-198v.

vermelding:
ONA Leiden 3-3-1618: Juffrouw Agneta van Sonnevelt, ongehuwd, wonend te Leiden getuigt op verzoek van de kinderen en erfgenamen van zal. Willem van Craecken van der Laen, dat haar vader zal. Joost van Sonnevelt, die in zijn leven getrouwd was geweest met juffr. Baerta van der Laen. Baerta was een zus van Willem van der Laen, die bij zijn vrouw juffr. Geertruijt van Endegeest geprocreert heeft Philippina van der Laen, die getrouwd was met Henric van Craecken. Uit dit huwelijk Willem Craecken van der Laen, vader van de requiranten.
Baerta en Willem van der Laen waren weer kinderen van zal. Philips van der Laen.
Akte opgemaakt in het huis van Agneta in de Bredestraat te Leiden
NB: Joost van Sonnevelt is waarschijnlijk een zoon van Baerte ipv echtgenoot

Overleden:
Bij haar overlijden was Geertruijt van Endegeest, weduwe van Willem van der Laan

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 11 okt 1576; Vermeld bij huwelijk Pouwel Adriaensz

Aantekeningen:

vermelding:
Leiden 11-10-1576: Huwelijkse voorwaarden tussen:
- Pouwel Adriaenszn als bruidegom bij roede, met goeddunken van Catrijne Adriaensdr weduwe van Pouwel Willemsz, zijn bestemoeder en Jacob Allerts de Haze medebroeder in Schependomme, getrouwd met Aechte Pouwelsdr zijn moeije (tante) en
- Grietgen Allertsdr, met goeddunken van Aeltgen Meezendr, weduwe van Allert Jacobs de Haes, haar moeder en van Jan Allertsz de Haes, haar broer van vaderszijde en van Maerten Dircxz, droochscheerder, haar schoonbroeder.

Pouwels + Catrijne Adriaens. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 11 okt 1576; Vermeld bij huwelijk Pouwel Adriaensz

Aantekeningen:

vermelding:
Leiden 11-10-1576: Huwelijkse voorwaarden tussen:
- Pouwel Adriaenszn als bruidegom bij roede, met goeddunken van Catrijne Adriaensdr weduwe van Pouwel Willemsz, zijn bestemoeder en Jacob Allerts de Haze medebroeder in Schependomme, getrouwd met Aechte Pouwelsdr zijn moeije (tante) en
- Grietgen Allertsdr, met goeddunken van Aeltgen Meezendr, weduwe van Allert Jacobs de Haes, haar moeder en van Jan Allertsz de Haes, haar broer van vaderszijde en van Maerten Dircxz, droochscheerder, haar schoonbroeder.

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 21 nov 1567; Voogden nalatenschap Anna Pieters

Aantekeningen:

vermelding:
weeskamer Delft 21-11-1567: Sijmon Pouwels, boekbinder en Mathijs Louwes Sijer, vervangend Louris Rijckersz Burchgraef zijn voogden van de kinderen van Lijsbeth Rijckersdr, huisvrouw van Frans Stevensz, erfgenamen van Anna Pietersdr hun grootmoeije. Anna had op 21-6-1561 een testament gemaakt...

Rijck + Anna Pietersdr. [Gezinsblad] [Familiekaart]

Andere gebeurtenis soorten en attributen:

• vermelding: van 21 nov 1567; Voogden nalatenschap Anna Pieters

Aantekeningen:

vermelding:
weeskamer Delft 21-11-1567: Sijmon Pouwels, boekbinder en Mathijs Louwes Sijer, vervangend Louris Rijckersz Burchgraef zijn voogden van de kinderen van Lijsbeth Rijckersdr, huisvrouw van Frans Stevensz, erfgenamen van Anna Pietersdr hun grootmoeije. Anna had op 21-6-1561 een testament gemaakt...