Naam |
Alida Gerritsdr Loffrijs |
Roepnaam |
Aeltgen |
Doop (CHR) |
23 nov 1625 |
Leiden, Hooglandse kerk [1] |
- NH doop, getuigen Hendrick Woutersen, Maritgen Martens, en Maritge Daniels
Achternaam van de vader en de moeder niet vermeld. Vermoedelijk gaat het om deze Aeltgen
|
Geslacht |
Vrouwelijk |
Feit |
van 1647 tot 1654 [1] |
Vermeld in bonboeken Leiden |
- Bonboeken Leiden 22-1-1647: Aper Segertsz van Campen, tinnegieter verkoopt aan Gerrit Janss Loffrijs ca. 9 m(orgen?) op de Burgstreng, Nieuwe Rijn.
Op 21-12-1654 Is uitkoop of scheiding gedaan tussen Geertge Jacobsdr van Delmanhorst, weduwe en mede erfgename in een kindsdeel van zal. Gerrit Jans Lofrijs enerzijds en Annetge Gerritsdr, voljaard met de voogden over kind of kinderen van Aeltge Gerritsdr Lofrijs, de... helft over Jan Gerritsen Lofrijs, alle nagelaten kinderen van Gerrit Jansz Lofrijs gewonnen bij Beatrix Danielsdr de Rouwe, zijn eerste huisvrouw. Annetge Gerritsdr Lofrijs wordt vermeld als enige nakind van de voorn. Geertge Jacobsdr van Delmanhorst. Zij krijgt 4/5 deel van de helft van de boedel. Volgens contract en inboedel van de weeskamer d.d. 21-12-1654.
24-9-1659: Notaris Arent Ravens heeft procuratie van Geertruijt Jacobsdr van Delmanhorst, wonend te Amsterdam. Zij heeft het goed geschonken aan Anna Loffrijs, haar dochter, getrouwd met Jan van Loo, onder voorwaarde dat Geertruijt haar leven lang het vruchtgebruik zal trekken van de verhuring van deze huijsinge.
4-9-1662: Jan van Loo wonend te Amsterdam is belast met de losrente
Gasthuisvierendeel, Joost van Sonneveltspoort aan de zuidoostzijde te Leiden: Gerrit Jansz Loffrijs, tinnegieter, voorhuis verkoopt dit op 22-1-1647 aan Floris Gijsberts
|
Feit |
van 1654 tot 1666 [2] |
Testamenten |
- ONA Rotterdam 171 bl 333 15-aug-1654: Adriaen van Aller, notaris, herroept het testament dat hij met zijn huidige vrouw Alida Gerritsdr Loffrijs maakte, gepasseerd voor notaris Nicolaes Vogel op 18 Mei 1653. Het is in het Italiaans gesteld met opschrift "Christus is den hoeksteen der Salicheyt". In het testament wordt beschreven dat de voorkinderen van Adriaen van Aller uit zijn huwelijk met Christina Grootelande, met name Cornelia en Johannes van Aller, na zijn overlijden 600 gulden erven.
Adriaen van Aller en zijn vrouw verklaren dat bij hun huwelijk gepasseerd voor notaris Arent Jochemsz te Leiden op 24 Januari 1653, is vasrgelegd dat uit de gehele boedel eerst de 600 gulden zal worden uitgekeerd voor de verzorging en leren, waarmee hij is belast bij testament van Christine Grootelande gepasseerd voor notaris Johan van Weel op 29 Maart 1650.
Tot zijn erfgenamen benoemt hij zijn vrouw, zijn 2 voorkinderen en de kinderen van hem en zijn huidige vrouw. Tot voogden worden aangewezen zijn broer Karel van Aller, advocaat, en zijn zwager Servaes Hannot, procureur. Tevens herroept hij ook de codicillen gepasseerd voor notaris Johan van der Burcht op 23 September 1653.
Tot de boedel behoren een huis genaamd de Groote St.Joris, staande aan de Blaak. Een aantal schilderijen die hij kreeg van van de moeder van Christina van Grootelande, gouden dukaten en sieraden van haar grootmoeder Adriana Woutersdr, zilveren voorwerpen, waaronder lepels gekregen als gift van Gerrit Jansz Loffrijs en zijn vrouw Geertuyt Jacobusdr en van zijn zuster Hester van Aller zal,. Voor zijn zoon Johannes van Aller is zijn kleding en een kast met boeken. Tot de boedel behoren verder nog,een Mariabeeld, een Tempeltje en een schilderij genaamd Salvator, gekomen van zijn (niet met name genoemde) moeder.
Bij vooroverlijden van zijn vrouw en kinderen erven Karolus van Aller en zijn vrouw Anna Grootelande een helft en zijn zuster Margarets van Aller of haar kinderen een helft van de erfenis.
Genoemd worden ook Gerrit van Aller en de evt. andere kinderen uit zijn huwelijk met Alida.
De schilderijen zijn geschilderd door Pieter van Noort, Heyndrick van Vliet, Augustijn Vrol (een groot schilderij van zijn vader, moeder, zusters en broeders)
31-jul-1664: Adriaen van Aller, notaris, benoemt tot erfgenamen zijn 2 voorkinderen uit zijn 1e huwelijk met Christina van Grootelande za. Deze moeten aan zijn nakinderen, uit zijn tegenwoordige huwelijk met Alida Gerrits Loffrijs, hun legitieme portie uitkeren.
19-jun-1666: Adriaen van Aller, notaris, en zijn vrouw, Alida Loffrijs, maken hun testament. Hij benoemt zijn kinderen, tot zijn erfgenamen met een legaat aan zijn vrouw. Zij benoemt haar man tot erfgenaam.
|
Feit |
van 29 mrt 1654 [1] |
Akkoord over nalatenschap Cornelis Claesz Roosendael |
- ONA Leiden 29-3-1654: Adriaen van Aller nots. publ. tot Rotterdam met zijn huisvrouw, Aeltge Gerritsdr Loffrijs, dochter en mede erfgename van zal. Gerridt Jansz Loffrijs. De testamentaire en codicilaire disposities van Gerrit Jansz Loffrijs zijn gevisiteerd. Gertgen Jacobsdr van Delmanhorst is mede erfgename en weduwe van Gerridt Jans Loffrijs. In goede vriendschap is een akkoord bereikt over de boedel.
(moeilijk leesbare akte)
|
Feit |
van 20 apr 1657 [2] |
Schenking |
- ONA Rotterdam 20-04-1657 akte 2:
Angeneta Heijndricxdr, vrouw van Joost Guldemont, wonend te 's Gravenhage, waarachtig patroon van zekere vicarije, gefundeerd door wijlen Arent Block Willemsz in Onze Lieve Vrouwenparochie of collegiaet kerk te Dordrecht op een zeker altaar door overlijden van Michiel Gerritsz de Bruijn verklaart te hebben geschonken op approbatie (goedkeuring) van ridderschap ..... de steden van Holland en West-Friesland ten behoeve van Gerrit Adriaensz van Aller, zoon van de notaris Adriaen van Aller, verwekt bij Alida Gerretsdr Loffrijs, zijn vrouw, haar comparantes neef, de goederen en inkomsten, de voorn vicarij behorende om die te mogen aanvaarden, de vruchten te ontvangen en gebruiken zoals in de brief aan voorn de Bruijn van 10-06-1638 is vermeld? Verscheen tevens de voorn Guldemont die de machtiging voor de donatie bevestigt.
|
Feit |
van 19 mei 1661 [3] |
Curator over goederen |
- Weeskamer Rotterdam: 19-5-1661: Mr. Carolus van Aller, adv.t., is geord. als curateur over de goederen, de kinderen van Alida Lofrijs, huisvrouw van Adriaen van Aller, notaris binnen dese stede, door doode en overlijden van Gerridt Jansz Lofrijs aanbestorven, en volgens diens testament, not. Arent Joachimsz Raven tot Leijden van 22-12-1653, in zekere zaak restitutie subject gemaakt, daarvan de voorn. Alida Lofrijs haar leven lang gedurende volgens dat testament, het vruchtgebruik is toebehorende, enz.
|
Overlijden |
Oorzaak: Bevaliing kind |
- Aleijda Loeffreijs in het Hanch tot de notarijs
|
Begraven |
20 jun 1666 |
Rotterdam [4] |
Persoon-ID |
I30166 |
Hennies genealogie | van den Broek |
Laatst gewijzigd op |
19 nov 2023 |
Gezin |
Adriaen van Aller, ged. 21 okt 1627, Rotterdam ovl. 28 sep 1670, Rotterdam (Leeftijd ~ 42 jaar) |
Huwelijkstoestemming |
24 jan 1653 |
Leiden [1] |
- Adriaen van Aller, notaris, weduwnaar van Christina van Grotelande wonend tot Rotterdam, geassisteerd met Servaes Hanoth, zijn zwager wonend te Rotterdam; Alida Loffrijs, jongedr. van Leiden, wonend op den Rhijn, geassisteerd met Geertruijt van Delmanhorst, haar moeder (moet waarscchijnlijk haar stiefmoeder zijn) mede aldaar
Huwelijkse voorwaarden d.d. 24-1-1653 em 28-5-1653
|
Kinderen |
| 1. Gerrit Adriaensz van Aller, ged. 23 nov 1653, Rotterdam ovl. vóór 14 okt 1688 (Leeftijd ~ 34 jaar) |
| 2. Florens van Aller, geb. ca. 1657, Rotterdam ovl. na 13 feb 1695 (Leeftijd > 38 jaar) |
| 3. Theodorus van Aller, ged. 23 feb 1657, Rotterdam ovl. Ja, datum echter onbekend |
+ | 4. Beatrix van Aller, ged. 14 jan 1661, Rotterdam ovl. Ja, datum echter onbekend |
| 5. Abraham van Aller, ged. 9 jan 1663, Rotterdam ovl. Ja, datum echter onbekend |
| 6. Christina van Aller, ged. 27 apr 1664, Rotterdam ovl. Ja, datum echter onbekend |
| 7. Anna van Aller, ged. 18 jun 1666, Rotterdam ovl. Ja, datum echter onbekend |
|
Gezins-ID |
F1700132697 |
Gezinsblad | Familiekaart |