| Naam |
Pieter Joosten Verschuijren |
| Geboorte |
1610 [1] |
| Geslacht |
Mannelijk |
| Beroep |
van 1632 [2] |
| Koopman |
| vermelding |
van 5 jul 1632 [2] |
| Testament |
- Pieter Verschuyren en zijn vrouw Cornelia Jansdr Blenckvliet coopman Hoochstraat, benoemen elkaar over en weer tot algeheel erfgenaam, met legaten aan Jacob Adriaensz en zijn zoon Jan Jacobsz en aan de armen.
Onder herroeping van hun huwelijkse voorwaarden.
|
| vermelding |
van 5 mei 1635 [2] |
| Kwitantie |
- Pieter Verschuer, coopman, bekent uit handen van Henrick Stier, Engels coopman, 550 gulden te hebben ontvangen bij de overdracht van 6 huisjes aan de oostzijde van de Slickvaert, eerder eigendom van de erven van Abraham Rijckers.
|
| vermelding |
van 3 dec 1637 [2] |
| Verkoop |
- Abraham Wildens Antwerpen, mede voor zijn broers Hendrick Wildens
Middelburch,en Jacques Wildens Middelburch,als erfgenamen van Anna Pessers,en van haar overleden man Johan Baptista Wildens, hun broer, verkoopt een huis en erf aan Pieter Verschuyr coopman, staande aan de Blaeck, belendend aan Aefgen Mateliefs weduwe van Andries Coninck,en Pieter Jacobsz van Heel, en Anna van Zouburch broudster,in de Hollantschen tuyn brouwerie.
|
| vermelding |
van 30 mrt 1640 [2] |
| Overeenkomst |
- Pieter Verschuyr heeft met Abraham Wildens en Jaques Wildens een verschil van mening over een vertimmering aan het huis dat hij van hen kocht.
Het betreft een goot tussen zijn huis en het huis van Wouter Hartmans.
Zij hebben de kwestie voorgelegd aan Isaacq de Braa, Johan van Luffel en Johan Noorwits, allen ccopman, die besluiten dat Verschuyr 81 gulden moet betalen aan Wildens en het materiaal dat geleverd is door de houtkoper.
N.B.: Verschuyr tekent als Verschuer.
|
| vermelding |
van 8 sep 1640 [2] |
| Testament |
- Joost Verschuijr den Ouden en zijn vrouw Maritge Jacobs benoemen elkaar tot erfgenaam. Na beider dood erven hun beider kinderen Elijsebeth Verschuijren, Joost Verschuijren de Jonge, JacobVerschuijren, Margareta Verschuijren, Pouwels Verschuijren en Pieter Verschuijren.
Dezen moeten een legaat van 28.000 gulden geven aan hun jongste broer Johannes Verschuijren, plus linnengoed. Diens voogden na de dood van de langstlevende zullen zijn hun zoon Poulus Verschuijre en hun schoonzoon Pieter Wijnants.
Verder een legaat voor de arme geloofsgenoten, plus de helft van de schuur waar zij met hun geloofsgenoten samenkomen in de Lombertstraat.
Zoon Johannes Verschuijren erft het h.e.e. waarin Joost Verschuijren woont, genaamd St. Joris, aan de Hoochstraet, onder bepaalde voorwaarden, o.a. het betalen van rente aan de erfgenamen van Jan Gijsbrechsz Tromper, wier rentmeester is Gerrit Daemen van Nideck, rentmeester van het Weeshuis.
Prelegaten aan testateurs zuster Catalina Verschuijren en aan het arme Vrouwenhuis.
|
| vermelding |
van 28 mrt 1641 [2] |
| Attestatie |
- Op verzoek van Jan van den Bosch, chirurgijn man van Machdaleentgen Jacobs van Blenckvliet, verklaren Pieter Verschuren, 31 jaar coopman, en Adreaen Leendertsz van Blenckvliet, 43 jaar, dat genoemde Van den Bosch met Arien Jacobsz van Blenckvliet, zijn zwager, deling heeft gedaan van alle goederen, hen aangekomen door overlijden van Jacob Ariens van Blenckvliet en Elysabet Jans, hun ouders en schoonouders.
|
| vermelding |
van 15 mei 1641 [2] |
| Verkoopakte |
- Pieter Verschuer coopman, verkoopt voor 1.837 gulden 2 huizen met een tuin aan Johan Bijvanck houtcooper, de huizen zijn gelegen aan de Singel, belendend van Jacob Dircsz coperslager, Joost Hardewijn asijnmaecker, Jacob Dircksz van Veen, in de akte wordt nog genoemd Abraham Jacobsz.
|
| vermelding |
van 2 jan 1642 [2] |
| Machtiging |
- Gijsbert de Leeu, Rutger Schuyrmans, en Jasper Cooninck, allen kooplieden van wijn, machtigen Pieter Verschuyr, wijnkoopman en mede-participant in hiernagenoemde polis, om te innen bij Abraham de Hertoge, Jean Schuyt, Roeloff Codde, Hans Scheepel, Cornelis van der Helm, en Jan Michielsz Blom, kooplieden te Amsterdam, de respectieve bijdragen in de verzekering van een lading van 147 vaten en een kwart stomme Nantoise (wijn), vervoerd door schipper Arent Roelen. Dit schip is door de vijand genomen en opgebracht te Duinkerken.
|
| vermelding |
van 15 jan 1642 [2] |
| Testament |
- Pieter Verschuyren, coopman, en zijn vrouw Cornelia Jansdr van Blenckvliet, wonende op de Blaeck aan de zuidzijde, benoemen elkaar over en weer tot universeel erfgenaam, met een legaat onder nadere voorwaarden aan de kinderen van haar overleden oom Jacob Ariaensz van Blenckvliet.
N.B. Comparant tekent als Pieter Verschuer.
|
| vermelding |
van 15 aug 1642 [2] |
| Diverse akten |
- Olivier Couwijn, coopman, verklaart dat Anna van Souburch, gewezen brouster in "de Hollantse Thuijn", haar stift en cuijphuijs, aan de Blaecq, als onderpand heeft verbonden. Hij heeft de 401 penningen aan Mathijs Besemer, secretaris, betaald. Anna van Souburch heeft het stift en cuijphuijs overgedragen aan haar zwager, Jan Baptiste Wilders. Na diens overlijden hebben Abraham en Jaques Wilders het verkocht aan Pieter Verschuere, coopman.
Belendingen: ten oosten Hesge Conincx en ten westen de weduwe van capitein de Muninck.
|
| vermelding |
van 22 apr 1643 [2] |
| Akte van verhuur |
- Pieter Verschuyr, coopman, verhuurt zijn huis en erf staande op de Blaeck aan Jems Jard, Engels coopman, voor de tijd van vijf jaar tegen een huurprijs van 900 gld. per jaar.
NB: Jems Jard tekent met James Yard.
|
| vermelding |
van 21 okt 1647 [2] |
| Attestatie |
- Voor Pieter Verschuiren, koopman, getuigen diens buren Cornelis Valck, oud 40 jaar, en Aelbrecht Pietersen, 38 jaar, dat Pieter een langere tijd een waterhond, genaamd Schut, heeft gehad, doch dat deze in juli verdwenen is. Het dier was tamelijk klein en had rood krulhaar, zonder vlekken. Toentertijd hebben zij het dier vaak gezien.
|
| vermelding |
van 27 apr 1649 [2] |
| Attestatie |
- Jan Sanders Harel, 49 jaar, Huich Claessen de Haes, 39 jaar, Hendrik Jansen Buiser, 38 jaar, Dirck Bastiaensen den Henghst, 31 jaar, en Cornelis Reijersen van Crimpen, allen schippers of kapiteins ter zee, leggen op verzoek van Pieter Verschuiren, koopman, een verklaring af over het gedrag van Annetje Gerrits, dochter van Cornelia Ruitevelt, zoals zij dat gezien hebben in de herberg van genoemde Cornelia Ruitevelt in de stad Nantes in Britaniën, waar zij in diverse jaren en op verschillende tijden gelogeerd hebben.
|
| vermelding |
van 16 mei 1649 [2] |
| Huwelijkstoestemming |
- Pieter Verschuyr, out-regent en coopman en zijn vrouw Cornelia van Blenckvliet hebben, door een brief uit Nantes in Brittaignen, vernomen dat hun zoon Johan Verschuyr gemeenschap heeft gehad met Anna Ruytevelt. Johan Verschuyr is 18 jaar en in de leer in Nantes bij Maerten Donner, coopman en in de kost bij Cornelia Ruytevelt, moeder van voorn. Anna. Anna is 25 jaar en nu zwanger. Johan heeft beloofd met haar te trouwen. De ouders geloven dat deze belofte onder dwang is afgelegd en willen het huweliijk voorkomen. Cornelia Ruytevelt moest door haar slechte naam uit het land van Heusen vertrekken. Zij is naar Gottenburch in Sweden gegaan en vandaar naar Nantes. Pieter Verschuyr en zijn vrouw onterven hun zoon en kleinkinderen en zullen deze niet erkennen.
|
| functie |
tot vóór 18 mei 1649 [3] |
| Regent |
| vermelding |
van 18 mei 1649 [2] |
| Testament |
- Pieter Verschuyr, oud-regent en coopman, en zijn vrouw Cornelia van Blenckvliet bevestigen hun testament op 15.01.1642 gepasseerd t.o.v. notaris Nicolaes Vogel en verklaren dat zij hun zoon Johan Verschuyr, nu te Nantes verblijvend, en zijn eventuele kinderen geheel onterven.
Johan Verschuyr is destijds vertrokken uit het land van Heusden naar Gottenburch in Sweden en vandaar naar Nantes gereisd, waar hij onder toezicht van Marten Dammer de negotie zou leren. Hij is te Nantes in de kost gegaan bij Cornelia Ruytevelt, herbergierster, en heeft diens dochter Annetgen Ruytevelt, 25 jr., zwanger gemaakt en trouwbelofte gedaan.
N.B.: Zij tekent als Cornelia Verschuer.
|
| vermelding |
van 21 mei 1649 [2] |
| Testament |
- Pieter Verschuyr, oud - regent en coopman en zijn vrouw Cornelia van Blenckvliet bevestigen hun voorgaande testamenten gepasseerd t.o.v. notaris Nicolaes Vogel op 15.01.1642 en 18.05.1649, en verklaren dat zij de onterving van hun zoon Johan Verschuyr (voor zover hun bekend verblijvend te Nantes in Brittaengen) in zoverre ongedaan maken dat hij alleen zijn legitieme portie zal ontvangen.
|
| vermelding |
van 1 jun 1649 [2] |
| Attestatie |
- Arien Dircx Codeus, 66 jaar en Leendert Pieters Cruyt, houtcooper 57 jaar, leggen een verklaring af op verzoek van Neeltge Henrickx van Wevelinchoven, weduwe van Gerrit Teunisz Ruysevelt wonende te Nantes in Vranckrijck.
Zij zijn ten huize van Jacob Pieters alhier geweest die lid is van de Mennonyten gemeente alhier en hebben met hem een gesprek gehad over Pieter Joosten Verschuyr alhier en diens zoon te Nantes in Vranckrijck Johannes Peter Verschuyr die ook bij de Mennonyten zijn en over de doop en belijdenis in deze gemeente.
|
| vermelding |
van 27 jan 1651 [2] |
| Insinuatie of aanzegging |
- Cornelia Ruytevelt, weduwe van Gerard van Ruytevelt in zijn leven coopman te Nantes, verzoekt de notaris aan Barent Hollaer en Huygh Teunisz te vragen of zij bereid zijn hun verklaring te herroepen afgelegd op 24-01-1650 en waarbij de eer en goede naam van requirante is aangetast.
Bedoelde verklaring betreft een zaak tegen Pieter en Jan Verschure te Parijs en is afgelegd t.o.v. notaris Vitus Mustelius.
|
| vermelding |
van 14 dec 1651 [2] |
| Testament |
- Pieter Verschuyr, oud-regent en oud-coopman, en zijn vrouw Cornelia van Blenckvliet, wonende aan de oostzijde van de Leuvehaven, bevestigen hun testament op 15.01.1642 gepasseerd t.o.v. notaris Nicolaes Vogel, maar herroepen de akte op 18.05.1649 gepasseerd t.o.v. notaris Vogel en schepenen alsmede hun testament op 21.05.1649 t.o.v. notaris Vogel betreffende de onterving van hun zoon Johannes Verschuyr aangezien de reden van deze onterving intussen is achterhaald en vervallen.
|
| vermelding |
van 7 feb 1653 [2] |
| Attestatie |
- Jacomijntge Cornelis, 39 jaar, verklaart op verzoek van Magdaleentge Ariens, bejaarde dochter, dat zij in september 1652 bij de Leuvebregge koopman Pieter Verschuier heeft ontmoet. Zij spreekt hem daar aan over de vleselijke conversatie die hij met Magdaleentge heeft gehad waardoor Magdaleentge nu zwanger is. Magdaleentge kan niet in haar onderhoud voorzien, Jacomijntge zegt dat Verschuier haar geld moet geven.
Enige dagen later in de herberg van de Swaen in 't Swaenshals zegt Verschuier dat hij wel wat geld wil geven uit goedheid, niet omdat hij vleselijk met haar geconverseerd heeft.
Dirick Tol, 29 jaar, zegt dat hij Jacomijntge, Magdaleentge en Verschuier toen heeft gezien in 't Swaenshals.
Hij hoorde zeggen dat zij later in de herberg in de Rijstuijn waar de Wezel uithangt moeten komen om overeen te komen.
Dirick ziet daar Verschuier en Jacomijntge met notaris Blocq. Zij eist reparatie van haar eer en alimentatie voor haar a.s. kind van Verschuier.
|
| vermelding |
van 5 jun 1653 [2] |
| Attestatie |
- Magdaleentge Ariens, j.d., wonend buiten de Hoffpoort, verklaart dat vrienden van Pieter Verschuijren, coopman, beweren dat zij is bevallen, op 29-12-1652, van het kind van Verschuijren. Zij ontkent dit. Adriaen Florissen en Neeltgen Andriesdr, haar ouders, bevestigen de verklaring
|
| vermelding |
van 20 sep 1653 [2] |
| Attestatie |
- Leendert Cerssen Verbeecq, 37 jaar, herbergier in de Wesel in de Rijstuyn, zijn vrouw Ariaentge Gerritsdr, 46 jaar, en Aeltge Claes, jongedochter van 35 jaar, verklaren op verzoek van Pieter Verschuyre, koopman, dat ongeveer 14 dagen geleden ene Magdaleentgen Aryens, die ongehuwd is, o.a. tegen hen gezegd heeft: "Ick sal hem het kint thuys stieren". Met "hem" bedoelde zij Pieter.
|
| vermelding |
van 28 jul 1654 [2] |
| Testament |
- Maria van der Zegen, weduwe van Joost Verschueren de Oude, benoemt tot haar erfgenamen: Elisabeth Verschueren, weduwe van Willem PieterNoortdijk te Amsterdam, Margaretha Verschueren, weduwe van PieterWijnants uit Haeren, Paulus Verschueren, raad, vroedschap en burgemeester, Pieter Verschueren, koopman, Joannes Verschueren, oud-schepen en schepen van Schieland, haar kinderen, en Elisabeth Verschueren, weduwe van Henrik Pelt en Maria Verschueren, kinderen van haar overleden zoon, en Jacob Verschueren, haar zoon.
|
| Overlijden |
vóór 17 apr 1676 [3] |
| Persoon-ID |
I19195 |
Hennies genealogie |
| Laatst gewijzigd op |
27 jun 2016 |
1610 - vóór 1676 (< 66 jaar)
(Leeftijd ~ 79 jaar) 
: Adres
: Locatie
: Dorp/stad
: Gemeente/Graafschap
: Staat/Provincie
: Land
: Nog niet ingesteld
